Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen.
95
„NOORD SR4BAND"
"AKKERTJE
SEIZ0EN0PRUIMIN G kweereen daverend SUCCES
GROOTE FABRIEKSPARTIIEN
FEUILLETON
Dit nummer bestaat uit Drie Bladen
EERSTE BLAD
Het bezoek van het Engelsche
koningspaar aan Frankrijk.
De uitspraak.
„Daar in het Zuiden".
NUMMER 58.
ZATERDAG 23 JULI 1938.
61e JAARGANG.
Dit blad verschijnt
WOENSDAG en ZATERDAG
Brieven, Ingezonden stukken, gelden,
enz. franco te zenden aan den Uitgever
Abonnementsprijs, per 3 maanden
1.25. Franco per post door 't geheele
rijk 1.40.
UITGA VEi
WAALWIJKSCHE STOOMDRUKKERIJ ANTOON TIELEN.
Telefoon No. 38. Telegr.-adres: ECHO.
Advertentiën moeten Woensdag et
Vrijdag des morgens om uiterlijk 9 uur
in ons bezit zijn.
Prijs der Advertentiën:
20 cent per regel; minimum 1.50.
Reclames 40 cent per regel.
Bij contract flink rabat.
Maandenlang heeft Parijs en heeft
Frankrijk zich voorbereid op het be
zoek van Koning George en Koningin
Elisabeth van Engeland en het be
hoeft daarom geen verwondering te
wekken dat hoe langer hoe meer de
spanning steeg, tot eindelijk de „groote
dagen" daar waren.
Het enthousiasme bij de ontvangst
ging dan ook alle beschrijving te bo
ven, doch ook de pracht en de praal
en de natuurlijke schoonheid van Pa
rijs droegen er toe bij om de stad meer
dan ooit den naam van „Lichtstad"
waardig te doen zijn.
Het mag dan ook een bezoek van
bijzondere politieke en historische be-
teekenis worden genoemd.
Koningen gaan meestal niet alleen
voor hun plezier uit en deze reis droeg
wel in het bijzonder een staatkundig
karakter en moest gelden als een spe
ciale allergewichtigste demonstratie
van de Fransch-Engelsche eenheid.
Zoo werd ze althans in beide landen
opgevat; en ook buiten deze landen
zag men in de allereerste plaats de
politieke beteekenis van het Engel
sche koningsbezoeft aan Frankrijk.
Bij de ongerustheid, die de interna
tionale gebeurtenissen wekken voor
een verstoring van den vrede, hetgeen
de Franschen beschouwen als de
grootste ramp, die hen, hun land en
hun werelddeel zou kunnen treffen,
zagen zij in deze uiting van vriend
schap en gelijkgestemdheid van de
zijde van Engeland, een waarborg dat
de vrede niet verstoord zal worden.
Men staat er thans heel anders voor
dan in 1914, toen, in weerwil van alle
vriendschapsverklaringen, toch om
trent de houding, die Engeland in een
eventueel Fransch-Duitsch conflict zou
aannemen, niet de minste zekerheid
bestond; men wéét nu dat men zoowel
in Spaansche als in de Tsjechoslo-
waaksche kwestie, die den Europee-
schen vrede bedreigen, volkomen op
Engeland rekenen kan.
In het bezoek mogen we dus zien
een toehalen van de moreele banden
van het Engelsche en het Fransche volk
en in het kritieke stadium, waarin
Europa zich nog steeds bevindt een
vermaan aan alle krachten, die woelen
om zich te beteugelen en de voorkeur
te geven aan rustige onderhandelingen
en geduld.
gesteld wordt; de houding van den
beginne af aangenomen geeft hier geen
andere uitweg dan volhouden tot het
hittere einde.
Wel is na deze uitspraak de hou
ding van vele bladen veel kalmer ge
worden. Men leest thans heel wat
minder over verdorvenheid van het
Zuiden, over de dictatuur der Staats
partij, over rechtsverkrachting en wat
dies meer zij.
Nu de rechtsvraag is opgelost, nu
gooit men 't over een andere boeg n.l.
de doelmatigheid. Men stelt nu de
vraag of 't doelmatig was zulke krasse
maatregelen te nemen en of die gezien
de feiten, wel noodig waren
Zooals bekend, heeft het Ambtena
rengerecht uitspraak gedaan terzake
Oss en minister Goseling op beide
punten in 't gelijk gesteld. Commen
taar verscheen in de bladen, waarbij
„de Telegraaf" natuurlijk zich direct
„geheel onbevredigd" verklaarde. Dit
blad kan natuurlijk niet bevredigd
zijn als minister Goseling in 't gelijk
JAAR
Levensverzekering
1843
1938
GEEFT ZEKERHEID.
DOOR ERVARING STERK.
Zoo komt de zaak Oss terug tot een
gewoon verschil van meening, of in
deze hetzelfde doel niet bereikt had
kunnen worden, zonder zulke straffe
maatregelen.
En dan vragen wij op onze beurt of
het dan anderzijds noodig ware ge
weest zulk een kabaal te maken, zulk
'n kras krantengeschrijf, zulke ophit
sing van politieke hartstochten, waar
deze aangelegenheid in rustige sfeer
had kunnen hekeken en opgelost wor
den.
Zeker heeft dit geschrijf en ge
schreeuw en wat daarvan 't gevolg
geweest is, veel kwaad gedaan aan de
onderlinge vestandhouding en waar
deering onder de Nederlanders van
verschillend politiek inzicht en zeker in
het Zuiden, iets wat zeer te bejamme
ren blijft.
De „beleidskwestie", waarover we
hierboven spraken, zal met 'de nota
van Minister Goseling in de Kamer
wel ter sprake komen en tot een be
vredigend resultaat komen.
Men ziet hieruit dat de zaak „Oss"
met veel minder geschetter en ge
schimp omgeven had kunnen worden,
waardoor de belangen van velen,
vooral het algemeen belang minder
waren geschaad. Voorkomen blijft
nog altijd gemakkelijker dan genezen!
Het „Handelsblad" schrijft in een
commentaar op de uitspraak van het
Haagsche Ambtenarengerecht: „Er is
daar in het Zuiden op politioneel ge
bied dikwijls bijzonder moeilijk en
zwaar werk te verrichten. Toon de
Soep en zijn kornuiten, mitsgaders hun
Neem dadelijk
Stop die razende kiespijn!
"AKKERTJES" zijn onfeilbare pijn
stillers en bevrijden U direct van
zenuwpijnen, spierpijnen, hoofdpijn.
Onschadelijk. Lel op '1 AKKER-merk.
Per koker van 13 stuks -12 stuivers.
Per doos van 2 stuks - 2 stuivers
mentaliteit hebben dat inderdaad zeer
overtuigend bewezen".
Ei zoo, is dat de gedachte van de
Hollandsche heeren over „Het Zui
den"? vraagt De Maasbode en ver
volgt:
En dat, nu de Utrechtsche politie
in één maand tijds een kleine 100
het waren er 84 processenver-
baal opmaakte wegens schennis der
in Manufacturen, Dames- en Heerenconfectie, Woninginrichting
worden tegen abnormaal LAGE PRIJZEN aangeboden
van „De Echo van het Zuiden".
HET DIAMANTEN MEDAILLON.
Naar het Engelsch
van
CHARLOTTE M. BRAME.
Nadruk verboden.
4)
Den volgenden dag en vele dagen
daarna bezocht lord Stair de „Wood*
lands". Het was Marguerite die hem er
heen trok en zijn liefde voor haar
groeide tot zulk een machtig gevoel,
dat hij haar na eenigen tijd vroeg zijn
vrouw te willen worden.
Ze was eerst bijna verschrikt; ge
dachten aan liefde en huwelijk waren
nog nauwelijks bij haar wakker ge
worden.
Lord Stair zag dien verschrikten en
verwonderden blik.
Vertel me eens, Marguerite, zei
hij, heb je ooit zooveel van iemand ge
houden, dat je met hem zou willen
trouwen?
Daar heb ik nog nooit aan ge
dacht.
Heeft iemand ooit zoo aan jou
gedacht? vroeg hij.
Ze antwoordde ernstig, dal ze er ze
ker van was, dat nog niemand haar
tot vrouw begeerd had.
Wil je dan mijn vrouw worden?
vroeg lord Stair. Ik zal je gelukkig
maken.
Ze keek hem aan met bijna plechti
ge verbazing.
Ik ben pas zestien, zei ze, ik kan
nu nog niet trouwen.
Wil je dan probeeren om van me
te houden? vroeg hij.
Ja, dat wil ik, maar dat andere
niet.
Ik zal wachten, zei lord Stair, als
je me beloven wilt je best te doen om
van me te houden.
Ze gaf hem haar belofte onder het
licht van de sterren, verward en bijna
angstig.
En zoo kwam het keerpunt van
haar leven.
HOOFDSTUK V.
Toen Douglas, lord Stair, Margue
rite ten huwelijk vroeg, had ze nauwe
lijks begrepen wat hij bedoelde. In
haar kleine wereld was niemand ge
trouwd; haar vader leefde alleen, Da
vid Anson had geen vrouw en de pre
dikant ook niet, ze had nooit hooren
praten over liefde en trouwen. Lord
Stair had hierover ook niet gepraat
bij zijn eerste bezoeken. Toen plotse
ling op dien avond was hij naar haar
toegekomen en had haar met een
vreemd-donkere stem verteld, dat hij
haar liefhad en niet Ron leven zonder
haar
Toen kwam er een andere Juni
avond. Cyril Nairne en David Anson
waren verdiept in een compositie van
Bach. Lord Stair, die hen niet wilde
storen, stond in den tuin naar de mu
ziek te luisteren.
Plotseling zag hij Marguerite tus-
schen de bloemen. Zijn hart bonsde,
de muziek verstomde voor hem
Marguerite
Marguerite, zei hij, wat heerlijk
dat je hier bent.
Ze glimlachte hem vriendelijk tot
en dacht bij zichzelfik hoop, dat hij
nu niet weer begint over liefde en hu
welijk.
Marguerite, begon hij, wil je nu
naar mij luisteren?
Hij dacht er aan, dat hij altijd door
vrouwen gezocht was en nu hier stond
tegenover een tenger meisje van zes
tien, geslingerd tusschen hoop en
vrees, gemarteld door passie. Zou hij
ooit een woord van liefde hooren van
deze lippen, ooit een blik van liefde
zien in deze mooie oogen?
Heb je nagedacht over wat ik je
gevraagd heb?
Ze stond met haar oogen neergesla
gen.
Ik weet niet wat ik zeggen moet,
Lord Stair. Als ik met u trouw, zal ik
altijd bij u moeten zijn, is het niet?
Dat hoop ik, antwoordde hij. Man
en vrouw wonen toch altijd in hetzelf
de huis. Waarom vraag je dat?
Het lijkt me zoo vreemd, altijd
met u in hetzelfde huis te zijn.
Plotseling keek ze schuw naar hem
°P-
Wij zijn zoo verschillend, zei ze.
U is zoo groot en zooveel ouder dan ik.
Maar jij bent niet klein, Margue
rite, en juist omdat ik ouder ben, zal
ik beter voor je kunnen zorgen.
Ik ben nog nooit in zoo'n groot
huis geweest als waar u woont. Ik
weet niets van al die dingen af waar
je in een groot huis van op de hoogte
moet zijn, en als ik met u trouw zal
ik daar immers meesteres zijn.
Dat zal je zeker, antwoordde hij.
En zijn er dan veel bedienden?
vroeg zij verder.
Heel veel!
Maar hoe kan ik daar dan mees
teres over zijn? Wij hebben nooit
meer dan één dienstmeisje gehad, die
de baas over ons speelde, inplaats van
wij over haar. Wat zou ik moeten be
ginnen met zoo'n leger bedienden?
Hij merkte wel dat er van liefde bij
haar geen sprake was. Hij las slechts
angst in haar groote kinderoogen,
angst dat ze niet tegen de uiterlijke
moeilijkheden zou zijn opgewassen.
Marguerite, dat zijn allemaal din
gen van weinig belang. Denk je heusch
dat ik al die lasten op jouw kleine
schouders zou leggen? Je moet niet
met me praten over huizen en bedien
den.
Ze lachte vroolijk. Moet ik dan met
u praten over liefde? antwoordde ze-
Maar daar weet ik nog minder van
dan van al die andere dingen.
Laat mij het je dan leeren, fluis
terde hij.
De stralende schoonheid van haar
gezicht scheen hem te verblinden. Hij
moest haar winnen en haar wegvoe
ren uit haar eenvoudig thuis naar een
paleis; hij voelde een groot verlangen
om haar te kleeden in zijde en flu
weel, haar te tooien met juweelen en
haar al de groote liefde van zijn hart
te offeren.
Als ik geld genoeg had, zei ze op
eens, zou ik vaders composities alle
maal kunnen laten uitgeven.
Zeker, zei Lord Stair, maar nau
welijks had hij dit gezegd of hij kreeg
het gevoel alsof hij haar poogde om te
koopen.
Je vader zal in elk geval be
roemd worden, zei hij, hij is een genie,
Denkt u dat werkelijk? zei ze. O
wat heerlijk
Hij greep haar mooie, blanke han
den en zeiLieveling, doe wat ik je
vraag; als ik dacht dat je ongelukkig
met me zou zijn, zou ik je vrij laten,
hoeveel ik ook van je houd. Probeer
het Marguerite!
Maar, weerde ze nog eens af. U
is zoo heelemaal anders dan ik. Zoo
ernstig en voornaam.
Voor jou niet, lieveling.
Misschien niet, maar uw karak
ter is zoo ernstig en koel en trotsch
en ik ik hen zoo onstuimig en zeg
alles wat ik denk. Ik hen altijd een vrij
vogeltje geweest. Ik weet niets van
vormen en etiquette.
Ik houd van je zooals je bent,
viel hij haar in de rede. Je bent mijn
koningin. Ik zou voor niets ter wereld
willen dat je anders was, ik heb je
juist lief omdat je bent zooals je bent.
De zomerwind bewoog de rozen
zacht en de klank van de muziek
klonk op uit het huis.
(Wordt vervolgd).
De Echo van het Zuiden,
Waahvtjksebe en Langstraatsche Courant*
rtCOH)W\lVVll>