Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen. NOORD- BRABAND" 1843 Binnenlandsch Nieuws. De toestand in Europa. Dit nummer bestaat uit Twee Bladen EERSTE Bf-AD Heerlijke Chocoladebollen Automatiek PULLES-HEESBEEN. NUMMER 29. WOENSDAG 12 APRIL 1939. 62c JAARGANG. E K** Dit blad verschijnt WOENSDAG en ZATERDAG. Brieven. Ingezonden stukken, gelden, enz. franco te zenden aan den Uitgever. Abonnementsprijsper 3 maanden f 1.25. Franco per post door 't geheele rijk 1.40. UITGAVE t WAALWIJKSCHE STOOMDRUKKERIJ ANTOON TIELEN. Telefoon No. 38. Telegr.-adres: ECHO. Advertentiën moeten Woensdag en Vrijdag des morgens om uiterlijk 9 uur in ons bezit zijn. Prijs der Advertentiën: 20 cent per regel; minimum 1.50. Reclames 40 cent per regel. Bij contract flink rabat. ï5i3a'D. kelijk verloopen moet tot aan t oogen- blik, dat de meer permanente maatrege len effectief kunnen werken. Ik herhaal nog ééns wat ik in den beginne reeds gezegd heb: we duchten van niemand eenige vijandelijke hande ling tegen Nederlai tegenover ieder on d, maar we willen en duidelijken wil Dinsdagmorgén om lO 'tfur heeft de .miftfëfer-pre- siderit, dr. H. Colifn. de vól- g"e|KÏé radiorede liiCÊjésproken: -Oi Waarde L luisteraars. In verband met de buitengewone, tijdsomstandigheden heeft de regeering zich andermaal verplicht gezien in' het belang van het vaderland bijzondere maatregelen te treffen. In den afgeloopen nacht is namelijk overgegaan tot het onder de wapenen roepen van het personeel behoorende tot de bataljons, die bestemd zijn voor de zoogenaamde grensbeveiliging. Teneinde onnoodige bezorgdheid bij de bevolking te voorkomen, wil ik thans door de radio een kort woord tot U richten om de beteekenis van dezen maatregel in het juiste licht te stellen. Ik begin dan met te zeggen wat men er niet in moet zien. Men moet er niet in zien, men moet er niet uit lezen dat de regeering beducht is voor een di recte bedreiging van ons land. Voor zulk een opvatting is geen en kele aanleiding aanwezig. Onze be trekkingen met het buitenland laten niets te wenschen over. Met alle mo gendheden is de verhouding goed. Daarom kon ik zeggen dat de regee ring niet beducht is voor directe be dreiging van 's lands veiligheid en de genomen maatregel dus niet in dat licht mag worden gezien. Nu komt echter vanzelf de vraag naar voren wat wij er dan wel in zien moeten. Het antwoord daarop is eenvoudig. Men moet er een zuiveren voor zorgsmaatregel in zien in verband met den algemeenen toestand in Europa. Ons werelddeel verkeert in een toe stand van latente internationale span ningen die ons verplichten er rekening mee te houden, dat die spanningen zich kunnen ontladen in vijandelijkheden. En als dat geval zich mocht gaan voor doen, dan moeten wij niet slechts in woorden, doch metterdaad in staat zijn qpmMóeiidc 'wijze blijk te géven van d^AviDbrize zelfstandigheid en onzij digheid* 'te'Hgndhaven, handhaven on- deV allë^Wmstandighed^n en naar alle zijden. Om diMrèJfectief te kunnen doen, wanneer ,de! h'óodzaak er van zou blij ken, moet onze geheéle0weermacht ten slotte gemobiliseerd worden. Maar in ons huidig legerstèlsel en bij het zeer spelle verloop dat de krijgshandelingen in onzen tijd kenmerkt, is de normale sterkte van ons leger op vredesvoet on genoegzaam om de zekerheid te schep pen dat de mobilisatie ongestoord zal verloopen. Daarom is het een eisch van voor zichtig beleid voorwaarden te schep pen die het ongestoord verloop eener eventueele mobilisatie kunnen waar borgen. Maatregelen worden voorbereid om, zoolang de rust in Europa niet is weer gekeerd, in deze leemte op doeltreffen de wijze te voorzien. Maar daarmee is eenigen tijd gemoeid en daarom heeft de regeering, ter overbrugging van die pe riode besloten het personeel, van de af zonderlijke grensbataljons evenals in September onder de wapenen te roe pen, ter versterking van de reeds aan wezige bataljons van de onder de wa penen zijnde lichting. De normale toestand is volstrekt on bevredigend voor regeering en volk beide. Telkens wanneer de internatio nale spanningen een acuut karakter krijgen, staat de regeering voor de moeilijke vraag: moeten we bijzondere maatregelen treffen of kunnen we ze nog achterwege laten. En telkens wan neer zulke omstandigheden zich voor doen rijst ook onder ons volk soortge lijke vraag, waarmede dan ongerust heid pleegt gepaard te gaan. Daarom is het noodig voorzieningen te treffen die een meer permanent ka rakter dragen en van zoodanigen aard zijn dat niet telkenmale tot het treffen van bijzondere maatregelen behoeft te worden overgegaan en men de ontwik keling der gebeurtenissen dus met meer gerustheid kan afwachten dan thans t geval is. De nu genomen maatregel is, zooals ik reeds zeide, te zien als een overbrugging van den tijd, die noodza- toonen, dat we onze beproefde zelfstan- digheidspolitiek en onze onzijdigheid met alle ons ten dienste staande midde len willen handhaven. Dat en dat alleen is de strekking van den thans genomen maatregel. Maar, omdat dit zoo is. mag ik aan wat ik gezegd heb nu ook een raad vastknoopen. Deze raad n.l., dat er geen enkele reden aanwezig is voor bijzondere ongerustheid. Natuurlijk houdt de toestand in de wereld ook onze aandacht gespannen. Maar dat is heel wat anders dan beduchtheid voor onze eigen onmiddellijke veiligheid. Voor zulk een beduchtheid ik her haal het acht ik geen enkelen grond aanwezig. Hoe kalmer we den toestand onder de oogen zien, hoe rustiger wij allen ons dagelijksch werk blijven verrichten, hoe beter dit is voor ons zelf en hoe gunstiger indruk dit naar buiten zal maken. En voorts belijden we, ook als volk, in diepen ernst, dat het lot ook van ons land, uiteindelijk niet in de hand van menschen ligt, niet van den wil eens menschen afhankelijk is, maar dat God Almachtig de wereld regeert. In dat ge loof schuilt kracht. Het schept vastheid van wil aan 's menschen zijde en het voorkomt dat men als een riet door den wind heen en weer bewogen wordt. VI LEVENSVERZEKERING WAALWIJK drukking bracht der Britsche regeering om den Status Quo in de Middelland- sche Zee te zien geëerbiedigd en meer in 't bijzonder ten aanzien van Grieken land en Korfoe. De besprekingen tus- schen Phipps, Daladier en Bonnet de den eens te meer de volkomen gelijk heid van opvattingen der Fransche en Engelsche regeeringen in dit opzicht naar voren komen. DE BEZETTING VAN ALBANIË. Volgens Italiaansche bladen is Du- razzo niet verwoest. Het bestuur van 't landje is thans in handen van een aan tal Albaneezen. die door Ciano, die per vliegtuig in Albanië is aangekomen om daar de lakens uit te deelen, zijn aange wezen. Na de zaken geregeld te hebben, ver trok Ciano Zondagmorgen naar Rome, waar hij een onderhoud had met den Duce. Intusschen werd de opmarch der Ita lianen in Albanië voortgezet en kwam een Italiaansch vrachtschip met levens middelen voor de Albaneezen aan. Uit de berichten blijkt dat Albanië door de Italiaansche overmacht is over rompeld. Zoo namen aan de expeditie der Italiaansche weermacht bijna 400 vliegtuigen deel, welke het werk der marine vergemakkelijkten en voor de verbindingen zorgden. Als vaststaand kan worden aangenomen dat Albanië vrijwel geheel in handen is van de Ita lianen en dat het verzet der Albaneezen wel hevig, doch van korten duur is ge weest, omdat tegen een uitnemend-ge- outilleerde overmacht een verzet op lan gen termijn gelijk zou hebben gestaan met zelfmoord. Strategisch is datgene wat de Italianen hebben gepresteerd niets bijzonders, omdat hier een dwerg- KOMT EVEN SMULLEN. met slagroom. jc door een reus onder den voet werd geloopen. Het schijnt dat er nog hier en daar troepjes Albaneezen den op- marsch der Italianen willen bemoeilij ken. Het staat evenwel te bezien dat ook dit laatste verzet spoedig zal zijn gebroken. DE MOHAMMEDANEN PROTESTEEREN. Taleb Ab-des-Salem, financieel ge delegeerde en algemeen raadsman, heeft alle Mohammedanen in het de partement Oran uitgenoodigd een or delijke betooging tegen den Italiaan- schen aanval op Albanië te houden. De voornaamste Mohammedaansche persoonlijkheden in Londen hebben tij dens een vergadering van gisteren den eisch gesteld, dat Mussolini zou afzien van den titel „Verdediger van den Is lam", dien hij aannam na de verovering van Abessinië". Tevens bepleitten zij een sluiting van de Oostersche Acade mie, die vijf jaar geleden te Rome was geopend, zulks als protest tegen de fas cistische propaganda in Egypte en In- dië. Deze eischen werden vastgelegd in een protestresolutie tegen den inval in Albanië. De mooie Paaschdagen hebben regeerders in Europa zoowel als 't volk angstige spanning gebracht. Veel bijzondere berichten zijn er niet gekomen, maar geruchten die de onrust grooter maakten. Vele reden waren daar oogenblikkelijk niet voor, want zoolang Engeland en Frankrijk zich kalm hielden en zich blijkbaar bij de feiten neerlegden, was niet veel te vreczen. Ondertusschen is er veel geconfereerd en de hoofdaandacht van Engeland schijnt zich thans te concentreeren op Griekenland. Een aanval hierop zou Engeland nopen in te grijpen. Anderzijds wordt bericht dat de Italiaansche regeering Griekenland de ver zekering zou geven van de volkomen onschendbaarheid van dit land; maar van weer andere zijde verneemt men dat Rome en Berlijn de aansluiting van Griekenland en Joego-Slavië bij Engeland, die de sterkteverhouding in de Middellandsche Zee aanmerkelijk zou wijzigen, als een casus belei zouden beschouwen. Intusschen heerscht op den Balkan groote ongerustheid, zoowel als in de overige wereld, in de overtuiging dat de lont bij 't kruitvat ligt en eiken dag nieuwe conflicten mogelijk zijn. Daardoor leeft de wereld ook onder zulk een onbehaaglijk gevoel van onzekerheid en onrust. GEEN AANTASTING DER ALBANEESCHE ONAFHAN- KELIJKHEID? Tijdens het bezoek dat de Britsche ambassadeur, Phipps, Zondagmiddag aan Daladier en Bonnet heeft gebracht deed de ambassadeur mededeeling van de besprekingen tusschen Halifax en den Italiaanschen zaakgelastigde in Londen, Guido Crolla. De fascistische regeering heeft wederom tegenover de Britsche regeering een uiteenzetting ge geven van het reeds tot uitdrukking gebrachte standpunt, n.l. dat zij niet voornemens was de Albaneesche onaf hankelijkheid aan te tasten, den Status Quo in de Middellandsche Zee zou eer biedigen en dat de loopende gebeurte nissen het resultaat waren van een con flict, dat niet buiten het kader valt van de betrekkingen tusschen de Italiaan sche regeering en koning Zogoe. Men meent te weten, dat bij deze gelegen heid Halifax krachtig tegenover den Italiaanschen diplomaat den wil tot uit- GRENSBEVEILIGINGS- TROEPEN OPGEROEPEN. De regeeringspersdienst meldt: Bij Koninklijk Besluit van heden is bepaald, dat de tegenwoordige buiten gewone omstandigheden inhouden oor logsgevaar in den zin waarin dat woord in 's lands wetten voorkomt. Krachtens dit besluit is heden opge roepen het personeel van de bataljons voor de grensbeveiliging. Deze verklaring en oproeping zijn niet te beschouwen als een recht- streeksch gevolg van de gebeurtenis sen der laatste dagen. De algemeene toestand in Europa heeft de regeering de wenschelijkheid doen gevoelen, dat onze grenzen beter dan tot dusver be veiligd worden, ter verzekering van onze politiek van zelfstandigheid. De verdere ontwikkeling van de ge beurtenissen zal dientengevolge met meer gerustheid kunnen worden afge wacht. PRINS BERNHARD AAN DE GRENZEN. Men meldt ons van officieele zijde, dat Prins Bernhard, vergezeld van den Kolonel van den generalen staf M. W. L. van Alphen, directeur van de Hoo- gere Krijgsschool, Zondagmiddag en Maandag, tweeden Paaschdag. een be zoek bracht aan de troepen van de grensbeveiliging in Westelijk Noord- Brabant en in Overijsel, die aldaar ge durende de Paaschdagen hun taak ver richten. HET PAASCHCONGRES DER S. D. A. P. In den Dierentuin in Den Haag is het Paaschcongres der S.D.A.P. ge houden. De voorzitter, Kees Voorrink zeide in z'n openingsrede o.m.: In het gezicht van de groote'bedrei ging van de onafhankelijkheid der kleine naties en ons bewust van alle consequenties daaraan verbonden, aar zelen wij niet ons vertrouwen uit te spreken in den vastberaden wil van de overweldigende meerderheid van ons volk alle krachten in te spannen om ons zelfstandig volksbestaan te handhaven. Welke verschillen van inzicht ons als oppositie-partij mogen scheiden van de huidige regeering, wij hebben één overtuiging: De Nederlandschc minister-president gaat niet naar Berlijn. Ook werd er door een lid aanmer king gemaakt op de radio-rede van H.M. de Koningin over de moreele herbewapening waarop Ir. Alberda antwoordde, dat de Koningin als par ticulier persoon even veel recht had uiting te geven aan hare innerlijke ge voelens als elk Nederlandsch staats burger en dat zulks met haar functie als vorstin niets uitstaande had en geheel vrij stond van het ministerie en hare verantwoordelijkheid. WARMTE-RECORD. Gistermiddag 20 graden C. De temperatuur heeft gistermiddag een hoogte bereikt van 20 gr. Celsius (aan de O. Handelskade op het filiaal K.N.M.I.). Dit is een record voor vele jaren. Sinds de waarnemingen in het jaar 1907 is slechts een keer op of voor den 11 den April een hoogere thermometer stand geregistreerd, n.l., in 1926, toen het op 3 April 21 graden Celsius was. Reeds Dinsdagmorgen was het zeer warm. Te 2 uur des namiddags werd de wind nog iets Zuidelijker en het ge volg was, dat het kwik snel omhoog ging van 17 tot 19 graden. Later op den middag, te drie uur, kwam er nog een graad bij. HET VERKEER BIJ DE GRENS. Voorzichtigheid noodig. Naar aanleiding van de berichten over door de regeering genomen maatregelen in verband met den in- De Echo van het Zuiden, Waalwjjksclie en Langstraatsche Courant. y ft 'AVJ7T l* rTÜE - *r

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1939 | | pagina 1