Buitenlandsch Nieuws.
FEUILLETON
HET MEISJE UIT DE
LUNCHROOM.
Gemengd Nieuws.
FORSTER'S ANTWOORD AAN
POLEN.
Waarschuwing aan Polen.
Donderdag heeft Forster op de Lan
ge Markt te Dantzig een felle rede ge
houden tegen Polen.
Na te hebben uiteengezet, dat de be
volking van Dantzig volkomen rustig
is, haalde Forster enkele citaten aan
uit de Poolsche pers, waardoor hij
trachtte te bewijzen, dat Polen den oor
log wil.
Spr. vervolgde:
Laat Polen hier acht op slaan!
1. De bedreiging met oorlog, hoe uit
dagend ook, jaagt ons geen schrik aan.
Zij zal in Dantzig geen teekenen van
angst te voorschijn roepen.
2. Wij, nationaal-socialisten. hebben
er voor gezorgd, dat de bevolking van
Dantzig in dezen gespannen tijd het
hoofd niet verliest, de ervaring heeft
haar geleerd, te vertrouwen dat de na-
tionaal-socialistische leiding op het juis
te oogenblik het juiste zal doen.
3. Wij in Dantzig hebben de laatste
weken allqs gedaan om iederen aanval
op de Vrije Stad. van welken aard ook,
af te weren en afdoend te beantwoor
den.
4. Polen moet er zich van bewust
zijn, dat Dantzig niet verlaten staat in
de wereld, doch dat het Groot-Duit-
sche rijk, ons moederland (hier werd
-Forster langdurig onderbroken door 't
gescandeerd geroep der menigte: ,,Ein
Volk, ein Reich, ein Führer!") en onze
Fiihrer Adolf Hitler ten allen tijde vast
besloten zijn, ons te steunen en te ver
dedigen in geval van een Poolschen
aanval'
Forster gaf dan een vijftiental aan
halingen van Britsche en Fransche
staatslieden, o.m. van Lloyd George en
Churchill dien hij een der grootste
Duitschlandhaters noemde om deze
stelling te bewijzen.
Van laatstgenoemde citeerde hij een
rede in het Lagerhuis, die o.m. luidde:
,,Als de Engelsche regeering werkelijk
iets voor den vrede wil doen, moet zij
de vredesverdragen herzien. Engeland
moet de leiding nemen om het vraag
stuk van Dantzig en den corridor uit
de wereld te ruimenTerwijl hij de
uitspraak van een Franschen politicus
aanhaalde: Frankrijk zou zich in 1871
nooit een corridor van Nancy naar
Le Havre hebben laten welgevallen.
Spr. sloot met: ..Moge de dag niet
meer verre zijn, waarop wij wederom
hier samenkomen, niet meer om te pro
testeeren. doch tot viering van de her-
eeniging van Dantzig met het Groot-
Duitsche Rijk."
SOMBER GELUID.
Verklaring van Poolschen gezant
in Washington.
„Alleen een wonder kan leiden tot
oplossing van de huidige Europeesche
crisis, welke door de kwestie-Dantzig
is ontstaan aldus verklaarde de Pool
sche ambassadeur te Washington, Po-
tocki, na een bezoek aan Summer Wel
les in het staatsdepartement aldaar.
Potocki, die zoo juist uit Polen is te
ruggekeerd, was van oordeel dat, -als
Europa tot 1 October zonder oorlog
zou kunnen blijven, geen conflict zou
uitbreken voor het volgende voorjaar.
De ambassadeur verklaarde, dat het
mogelijk was, dat de senaat van Dant
zig plotseling zou verkondigen, dat de
vrije stad Duitsch was geworden, doch
dit, zeide hij, zou voor Polen het sein
zijn om handelend te gaan optreden.
De ambassadeur verklaarde tenslot
te van oordeel te zijn, dat Duitschland
op een gewelddaad van Polen rekent
om een conflict te ontketenen, waar
voor het alle verantwoordelijkheid van
de hand zou wijzen, doch dat „er niet
de minste kans is, dat zich zoo iets zal
voordoen Wij zijn, zeide hij, tot dus
ver zeer geduldig geweest en wij zul
len dat blijven.
DE NOTA-WISSELING.
Het antwoord van den'Senaat óp"de
Poolsche nota verklaart o.m., dat het
j wapenvertoon van Poolsche douane-
ambtenaren (de Polen hadden hun
douaniers bewapend, nadat Dantzig
„maatregelen" tegen dezen had aange
kondigd) een schending van het be
staande verdrag beteekent. Het ant
woord ontkent voorts, dat zekere
Poolsche douane-inspecteurs aan de
grens zouden worden geboycot. De
senaat protesteert legen de bedreiging
met niet nader genoemde tegenmaat
regelen door Polen. De nota besluit
met uiting le geven aan de bereidheid
over de aangelegenheid tc beraad
slagen.
In Dantzig overheerscht de indruk,
dat de Polen niet tevreden zijn met
het antwoord.
De hooge commissaris te Dantzig
laat niets ongedaan om een meer nor
male atmosfeer le scheppen.
BRIEVEN VAN KING HALL
TE DANTZIG.
De eerste brieven van King Hall zijn
in Dantzig aangekomen. Het nationaal-
socialistisch orgaan „Dantziger Vor-
posten maakt van de gelegenheid ge
bruik om de propaganda van den Brit-
schen publicist belachelijk te maken
door het reproduceeren van het facsi
mile van een der brieven, die volgens
het blad als adres had: „Dantzig, Ger
many Deze brief was gericht aan den
leider der Hitlerjeugd te Dantzig,
Gözpert.
Het blad schrijft: „Met een naïviteit
zonder weerga stuurt King Hall zijn
brieven aan vooraanstaande personen
der nationaal-socialistische partij te
Dantzig en hij adresseert ze: Dantzig,
Duitschland. Daar King Hall van mee
ning is, dat Dantzig reeds in Duitsch
land gezocht moet worden, moet men
kunnen inzien, dat degenen, die dezen
Britschen propagandist bevelen, er ook
weldra van overtuigd zullen zijn, want
men mag er niet aan twijfelen, dat het
talent van King Hall voldoende zal zijn
om althans zijn eigen landgenooten te
overtuigen.
DU1TSCHE PERS CONTRA
POLEN EN ENGELAND.
De Bcrlijnsche ochtendbladen be
antwoorden in felle bewoordingen tie
uitingen der Poolsche pers ten aan
zien van Dantzig en betrekken daarbij
oók Engeland.
„Beseft men in Warschau wel,
schrijft de „Börsenzeitung", wat hel
voor Polen zou beteckenen, wanneer
het geheele tachtig millioenenvolk van
Groot-Duitschland op zekeren dag
nog slechts bezield zou zijn van den
vurigen wensch den kwetsenden Pool
schen overmoed niet meer alleen met
woorden te beantwoorden?"
Ook de „Lokal Anzeiger" stelt
Engeland verantwoordelijk voor de
stemming in Polen en de „Völkische
Beobachter" schrijft: „Het Poolsche
oorlogsalarm mag in de toekomst
niet meer straffeloos tot het dagpro
gramma der Europeesche politiek be-
hooren. De Dantzigers hebben er ge
noeg van, in voortdurende bedreiging
te leven. Zij willen de oogen der open
baarheid vestigen op het dwaze oor
logsspel, dat Warschau sedert weken
opvoert".
CIANO EN VON RIBBENTROP
ZULLEN SAMEN DE GEMEEN
SCHAPPELIJKE POLITIEK
BESPREKEN.
De ministers van buitenlandsche za
ken van Duitschland en Italië, resp.
von Ribbentrop en graaf Ciano, zullen
dezer dagen elkander in Salzburg
ontmoeten, om tezamen de vraagstuk
ken der gemeenschappelijke politiek
der beide verbonden landen te onder
zoeken.
Naar Stefani te Berlijn verneemt,
is graaf Ciano reeds Vrijdagochtend
tc München gearriveerd en terstond
doorgereisd naar Salszburg.
De besprekingen met von Ribben
trop vinden plaats in kasteel Fuschl.
Sinds Woensdagavond bevindt ook
Hitier zich in Salzburg.
HITLER'S BEZOEK AAN
HONGARIJE AFGEZEGD.
Naar de diplomatieke correspon
dent van de „Daily Telegraph" ver
neemt, is hel voorgenomen bezoek
van Hitier aan Hongarije, in ant
woord op liet bezoek van admiraal
Horthy aan Duitschland, voor onbe-
paalden tijd uitgesteld. Het schijnt dat
Himmler, de chef der politie, erop
heeft aangedrongen dat eenige duizen
den leden der Gestapo naar Boedapest
zouden gezonden worden voor de vei
ligheid van den rijkskanselier, en dat
bovendien een politiemacht van ge
lijke sterkte hel geheele dorp zou be
zel ten nabij het landhuis van Horthy,
waar Hitier zou logeeren.
De Hongaarsche rijksregent zou
erop hebben gewezen, dat dergelijke
speciale voorzorgsmaatregelen niet
noodig waren. Toen hij Duitschland
bezocht werd hij slechts door twee
rechercheurs vergezeld. De Hongaar
sche politiemacht zou best in staat
zijn Hitler's veiligheid te waarborgen.
Niettemin handhaafde Himmler zijn
eisch, dat ca. 10.000 man Hitier moes
ten beschermen. In die omstandighe
den zou Horthy hebben laten we
ten, kon het bezoek beter niet plaats
vinden.
FRANCO DICTATOR.
De politieke reorganisatie van
Spanje heeft den indruk gewekt, dat
Franco alleenheerscher van Spanje
wordt en dat niemand hem zal kun
nen vervangen, aangezien het kabinet
een soort raadgevend lichaam wordt
en alleen de Caudillo de wetten op
stelt en uitvaardigt.
De vakvereenigingen worden af
hankelijk van de eenheidspartij, waar
de invloed van Franco aanzienlijk is
en wcikc hij in feite zelf leidt.
Het instellen van een verdedigings
junta beantwoordt aan de huidige in
ternationale moeilijkheden.
In geval van nood kan de Caudillo
besluiten nemen, zonder iemand hier
in te kennen.
FRANCO'S KABINET BEKEND
GEMAAKT.
Generaal Franco heeft medegedeeld,
dat met medewerking van leger en
Falange thans een vredeskabinet is
gevormd. Generaal Franco zelf wordt
minister-president en heeft de be
voegdheid decreten uit te vaardigen
zonder iemand te raadplegen.
Het kabinet ziet er als volgt uit:
Buitenlandsche Zaken Kol. Beibe-
der.
Binnenlandsche .Zaken Serrano
Suner.
Leger Generaal Varela.
Vloot Generaal Moreno.
Luchtvaart Generaal Yague.
De nieuwe minister van Buitenland
sche Zaken, die generaal Jordana op
volgt, was tot nu toe de Spaansche
Hooge Commissaris in Marokko.
DE AANSLUITING VAN JAPAN
BIJ DE AS.
Indrukken te Rome.
In Romeinsche kringen wordt ver
ondersteld, dat de aansluiting van Ja
pan hij de „as" nog slechts een
kwestie van weken is. In dezelfde
kringen wordt gezegd, dal de Japan
sche regeering naar aanleiding van de
stappen van de militaire partij eigen
lijk reeds besloten heelt, een militair
verdrag te sluiten met Italië en
Duitschland.
In de Italiaansche pers is een zeke
re reserve merkbaar. Het schijnt, dat
de Italiaansche regeering op 't oogen
blik wel eenigszins huiverig is voor
een politieke verbintenis in het Verre
Oosten, hetgeen het aannemen van een
anti-Britsehe en anti-Amerikaansche
houding in China beteekent.
Aan de andere zijde zou een mili
tair verbond tot gevolg hebben, dat
Japan een minder soepele houding je
gens Londen aan zal nemen. Men
heeft thans den indruk, dat een over
eenkomst tusschen Tokio, Rome en
Berlijn eerst zal worden geteekend,
wanneer de aangekondigde Japansche
militair-economische missie in Europa
zal zijn, d.w.z. in het begin van het na
jaar.
DE BRITSCH—JAPANSCHE
BESPREKINGEN.
De Britsch-Japansche onderhande
lingen te Tokio zijn Maandag hervat,
maar veel kans op overeenstemming
schijnt er niet te bestaan. De Japan
ners stellen als hoofdeisch de uitleve
ring van de zilvervoorraden der Chi-
neesche banken in de concessie en
een verbod van den ouden Chinee
sehen dollar. In deze voorwaarde zal
Engeland nooit willen treden.
De Britten eischen voorts het einde
van de anti-Britsehe agitatie in Japan
en het bezette deel van China. De
Japanners antwoorden, dat deze agi
tatie uit het volk voorkomt en dat
de Britten ze aan zich zelf te danken
hebben.
De Japansche blokkade van de
Britsche concessie te Tientsin is nog
weer verscherpt en er ontstaat aldaar-
een gebrek aan tal van levensmidde
len. Vleesch is niet meer verkrijgbaar?
evenmin als versche melk.
DE STAGNATIE TE TOKIO.
Het officieel bericht, dat de verte
genwoordigers van het Japansche le
ger ter Britsch-Japansche conferentie
van plan zijn Tokio te verlaten, is te
Londen ontvangen, waar men in ver
band hiermede de Britsche politiek
moet bepalen.
In Britsche kringen te Tokio wordt
beweerd, dat de verklaring van Kato
niet onverwacht is gekomen, gezien
het feit, dat de legerautoriteiten niet
gewend zijn aan de diplomatieke pro
cedure. De Engelschen gelooven even
wel, dal de legeral'gevaardigden voor
een bepaalden tijd nog in Tokio zullen
willen blijven, indien de nieuwe in
structies uit Londen een voortzetting
der besprekingen mogelijk maken.
Het gevaarlijke oversteken.
Donderdag in den vooravond zijn
te Groningen twee ernstige ver
keersongevallen gebeurd.
Om half zes is aan de Winscho
terkade de krantenlooper D. L., uit
Groningen, die per rijwiel den weg
overstak, door een vrachtauto aan
gereden. De man liep een hersen.
schduding, een armlractuui en een
ernstige hoofdwonde op. Hij is naar
het academisch ziekenhuis overge
bracht.
Om zeven uur reed de 25-jarige
gehuwde wielrijder P. V.. uit Hoog
kerk van Groningen naar huis.
Achter hem reed een vrachtauto.
Van de andere zijde naderde een
wielrijder, een kennis van V. V.
wilde zijn vriend tegemoet rijden
en stak den weg over. Hij werd
gegrepen door de achter hem rij
dende auto en door de voorruit
geslingerd. Meteen hersenschudding
werd hij in ernstigen toestand naar
het academisch ziekenhuis vervoerd.
Arbeider onder instortenden
gevel.
Donderdagmiddag is bij het ver
richten van herstelwerkzaamheden
aan den voorgevel van het vereni
gingsgebouw »Ons Huis« te Ede een
gedeelte van den voorgevel ingestort.
De ongeveer 30 jarige arbeider H.
B., uit Lunteren werd door het
vallend gesteente getroffen hij brak
eenige ribben en een arm en is
naar het ziekenhuis te Arnhem
overgebracht.
De oorzaak van hel instorten kon
nog niet worden vastgesteld alle
voorzorgsmaatregelen waren geno
men.
van „De Echo van het Zuiden".
Naar het Engelsch van
NORMAN CHARLTON.
25)
Als zij uit de gevangenis komt,
ga dan naar haar toe en vertel dat ie
van haar houdt!
George had zich afgewend en stond
met zijn elleboog op den schoorsteen
mantel geleund. Hij was tot een be
sluit gekomen; er was maar één ma
nier, waarop hij de vrouw van wien
hij hield kon redden.
U kunt haar niet treffen, zonder
mij te treffen, zei hij bedachtzaam.
Jij blijft er volkomen buiten; jij
bent alleen maar onvoorzichtig ge
weest.
O, u weet niet alles!
Wat, weet ik dat niet?
-Moeder, zei hij langzaam als
u haar aanklaagt, klaagt u mij ook
aan, ik ben even schuldig als zij, want
we belmoren allebei tot dezelfde ben
de.
Zijn moeder staarde hem ongeloo-
vig aan. Toen lachte zij schril. Je liegt
om haar te beschermen, maar jij hebt
bij mij geen succes.
Luister u dan verder, dan kunt
u zelf oordeelen. Ik ben hier in dit gat
opgevoed en de eenzaamheid en de
verveling drukten mij geweldig. Ik
verlangde naar een bewogen leven van
gevaarlijke avonturen en toevallig, op
de paardenmarkt hier, kwam ik in
aanraking met een groepje mensclien,
die een leven vol avonturen leiden.
Dat trok me geweldig aan. Hun be
staan was vol kleur en afwisseling.
Zij hoorde er bij. Haar tante ook; de
derde was een deftig uitziende oude
heer; de vierde een paardenhande
laar met een ordinair voorkomen. In
mijn verlangen naar avonturen heb ik
ine bij hen gevoegd.
Leugens! Leugens!, hijgde me
vrouw Hemmings, maar zij luisterde
toch geboeid.
ik zal u bewijzen dat het waar
is wat ik vertel. Den eersten keer, dat
ik alleen in Londen was, moest ik be
hulpzaam zijn bij een inbraak in een
deftig huis op Seamorc Place. Ik was
aangewezen om 't eerst naar binnen
te gaan. Ik maakte tc veel leven en
ik werd gepakt. Gepakt, moeder, om
drie uur in den morgen iu een vreem
de keuken. En tusschen twee agenten
werd ik naar het politiebureau ge
bracht en daar opgesloten.
Wat een onzinnig verhaal, riep
zijn moeder. Hoe kan zooiets ge
beurd zijn zonder dat ik er iets van
afweet?
Maar toen herinnerde zij zich het
verhaal van mevr. de Courcy en ze
werd doodsbleek.
Ik heb den volgenden morgen
gedaan gekregen, ging haar zoon
voort dat de politie zich met oom
Alfred in verbinding stelde en door
zijn toedoen hebben ze mij laten gaan.
Ik heb de zaak zóó weten voor te stel
len, dat hij het als een soort grap be
schouwde.
Ik kan je niet gelooven. Neen,
neen. Maar de angst in haar gezicht
logenstrafte haar woorden.
Vraag het dan aan oom, moe
der; schrijf hem vanavond nog en
vraag het hem. Ga morgen naar de
stad en vraag het hem!
Zijn moeder liet zich in een stoel
vallen.
Wat heb ik gedaan, dat mij zoo
iets vreeselijks moet overkomen? flui
sterde zij.
Ik zweer u moeder, dal ik een
nacht op het politiebureau in een cel
heb gezeten, beschuldigd van inbraak.
U hebt er telkens op aangedrongen
dat ik een verklaring zou geven van
mijn gedruktheid. Nu weet u mijn ge
heim.
Zij kreunde en verborg het gezicht
in de handen.
Nu begrijpt u zeker wel, moeder,
ging George voort waarom u uw
bedreiging niet kunt uitvoeren? Als
zij in de gevangenis komt, zal ik den
dans ook niet ontspringen.
Heb je berouw? vroeg zijn moe
der plotseling, terwijl ze hein aankeek.
Ja.
Zul je voortaan je leven beteren?
Daar kunt u van op aan.
Zweer je dat je je verder niet
meer met die vrouw zult inlaten?
Hij zweeg. Dat kan ik niet doen,
zei hii éindelijk.
Waarom niet?
Ik houd van haar.
Zijn moeder sprong op.
George, is dit je laatste woord?
Ik kan niet anders, antwoordde
hij vastbesloten. Ik kan niet belo
ven, dat ik mij niet meer met haar
zal inlaten, omdat ik van plan ben
haar te vragen mijn vrouw te worden.
HOOFDSTUK XVI.
De beleecliyiny.
Mevrouw Hemmings bracht een
slapelooze nacht door; hoe meer ze
over de zaak nadacht, hoe vaster ze
overtuigd was dat haar zoon de waar
heid sprak. Het verhaal van mevrouw
de Courcy en het feit, dat hij de jon
gedame al kende hij hun ontmoeting
aan het station Bridgeport, vormden
een bevestiging van zijn mededeelin-
gen.
Alles was beter dan die vreeselijke
onzekerheid, vond mevrouw Hem
mings en ze besloot haar broer te te-
legrafeeren. Het was niet zoo eenvou
dig het telegram op te stellen, want
zij wist, dat de inhoud van de tele
grammen niet steeds geheim bleef. Ze
kon dus moeilijk vragen of het waar
was, dat haar zoon gearresteerd was
wegens inbraak. Na veel wikken en
wegen verzond ze het volgende tele
gram
George vertelt mij, jij te hulp
bent gekomen in onaangename
zaak. Is zijn eigenaardig verhaal
waar? Kan in telegram niet uit
voeriger zijn. Betreft het voorval
in Seamore Place. Houd het voor
een verzinsel. Verzoeke telegra
fisch antwoord. Anna.
Toen het telegram weg was had ze
rust noch duur en het leek haar wel
een eeuw te duren eer het antwoord
kwam. Toen het er eindelijk was,
opende ze de enveloppe met bevende
vingers; wat zij las was weinig in
staat om haar gerust te stellen.
Verhaal is waar. Maar een grap,
zooals George wel verteld zal heb
ben. Maak je niet bezorgd. Uit
stekend zijn moeder te vertrou
wen, maar was beter geweest als
hij gezwegen had. Hij moet onaf
hankelijker worden. Alfred.
Dus het was waar. De woorden
„maar een grap" brachten geen troost.
George had haar verteld, dat hij het
zoo aan zijn oom voorgesteld had. De
laatste zin trof haar echter als een
scherpe pijl. „Hij moest onafhanke»
lijk worden Dat was hij al méér dan
haar lief was en 't had hem recht
streeks in de armen van een geweten-
looze misdadigster gevoerd.
Lang was ze in tweestrijd wat ze
doen moest, maar eindelijk had ze
haar besluit genomen. Ze liet de auto
voorkomen en liet zich naar de lunch
room van juffrouw Watt in High
Street rijden. Toen de wagen voor de
banketbakkerij stopte, zei ze den
chauffeur, dat hij moest aanbellen en
vragen of juffrouw Turner haar ont
vangen kon.
Het dienstmeisje, dat had openge
daan kwam Lilian de boodschap bren
gen.
Zeg aan mevrouw Hemmings, zei
Lilian na even nagedacht te hebben
dat ik het beter vind om op het
oogenblik niet met haar te praten.
Toen dit antwoord aan de bezoek
ster was overgebracht, haalde ze haar
visiteboekje te voorschijn en schreef
met bevende vingers op het kaartje:
„Een moeder vraagt om een onder
houd".
Toen Lilian het kaartje zag, voelde
zij dat ze, hoe onaangenaam het ook
was, een onderhoud niet kon vermij
den. Ze ging naar de zitkamer om
mevrouw Hemmings te ontvangen en
toen deze binnenkwam, bleek en met
onzekere bewegingen, voelde Lilian
een diep medelijden met haar opko
men.