DE OORLOG. WIE WAS MAGINOT? Zaterdag 16 September 1939 No. 73 De Echo van het Zuiden Tweede Blad RING ROND WARSCHAU GESLOTEN. Berlijn zegt: Gdynia gevallen. Communique's van Donderdagavond. De ring, welke door de Duitsche troepen om Warschau getrokken werd, is thans ook ten Oosten van de Pool- sche hoofdstad gesloten. De Duitschers zijn op verschillende punten ten Noorden van de samen vloeiing met de San over den Weich- sel getrokken. De troepen, die aan den straatweg Siedlce—Warschau operee- ren, zijn voor een deel naar het Wes ten en Zuidwesten afgezwenkt. Vanochtend om kwart over tien zijn de Duitschers voorts, naar het D.N.B. bericht, Gdynia binnengerukt. De Poolsche commandant heeft de stad overgegeven. Ten Noorden van deze havenplaats wordt echter nog gevoch ten. Het Poolsche communiqué van gis teravond meldde, dat in het district Kutno-Lowicz (ten Westen van War schau) de strijd werd voortgezet en den vijand zware verliezen werden toe gebracht. Dertig vijandelijke vliegtui gen, aldufe het legerbericht, zijn neer geschoten. IN HET WESTEN. Omtrent de situatie aan het Weste lijk front zeggen de communiqué s der beide partijen, welke hedenmorgen wer den gepubliceerd, het volgende: Fransch legerbericht: „Krachtige ac tiviteit van de zware artillerie van den vijand, gericht op de hoogten ten Zui den van Saarbrücken." Duitsch legerbericht: „In het Westen zijn in het tusschen Saarbrücken en "Hornbach ver voor den Westwall vooruitspringende Duitsche gebied ster kere Franschen strijdkrachten dan tot dusverre tegen onze gevechtsvoorpos ten opgetreden. In de mijnvelden en in het Duitsche afweervuur bleven zij lig gen." Het opperbevel van de Duitsche weermacht deelde vanmorgen mede: „De operaties in Zuid-Polen stuiten slechts op geringen weerstand en ma ken een snel oprukken in Oostelijke richting mogelijk. Sterke afdeelingen hebben bij Rawaruska en Tomaszow den straatweg van Lublin naar Lem- berg bereikt. Ten Noorden van Sando- mir zijn de troepen op verschillende punten den Weichsel overgetrokken. Het voorloopige resultaat van den vernietigingsslag bij Radom is dat 60.000 gevangenen zijn gemaakt, onder wie tal van generaals, 143 stukken ge schut en 38 pantserwagens. De aanval op de Poolsche divisies, die rond Kutno ingesloten zijn, vordert. De ring om de Poolsche hoofdstad is gisteren ook in het Oosten gesloten, i en Oosten van Modlin over de Narew oprukkend, naderen de Duitsche troe pen ook van het Noordwesten uit de stad. De strijdkrachten aan den straat weg WarschauSiedlce zijn gedeelte lijk naar het Zuidwesten en Westen af gezwenkt. De achttiende Poolsche di visie, waarbij ook de divisie-staf, heeft gisteren ten Noorden van Ostrwo-Ma- zowieka de wapens neergelegd. Zes duizend man werden gevangen geno men en dertig stukken, geschut buitge maakt. De strijdkrachten, die in de richting van Brest-Litowsk oprukken, naderen snel de stad. Als laatste der vestingen aan de Poolsche grens is gisteren Ossowiec door de Oostpruisische troepen ingeno men. Niettegenstaande de ongunstige weersgesteldheid heeft het luchtwapen met succes een aanval ondernomen op den Oostelijken rand van Warschau en de achterwaartsche Poolsche verbin dingswegen. Twee vijandelijke toestel len zijn neergeschoten. Het Poolsche communiqué, dat Don derdagavond om halfelf werd uitgege ven, meldt nog: Onze afdeelingen hebben een aanval op de lijn ModlinZegrz (aan de sa menvloeiing van Narew en Boeg) afge slagen. Het bombardement van War schau duurt voort. Ten Zuiden van de lijn Kaluszyn Siedlce (ten Oosten van Warschau) trekken wij onder het leveren van he vige gevechten terug voor de gepant serde afdeelingen van den vijand. De strijd duurt voort tegen den vijand, die bij Annopol (ten Zuidwesten van Lu blin) over den Weichsel getrokken is. Lemberg heeft een aanval van een gemotoriseerde colonne afgeslagen. De gevechten bij Gdynia en Kepa Oksyws- ka duren voort. FRANSCHE TROEPEN OVER DE MOEZEL? Communiqué van Vrijdag-ochtend: Het Fransche opperbevel heeft over den oorlog in het Westen het vol gende communiqué gepubliceerd: „Plaatselijke vorderingen, waarbij wij gevangenen gemaakt hebben". Volgens te Brussel door United Press ontvangen berichten is een groot aantal Franschen met tanks er in ge slaagd op 500 meter afstand van de Luxemburgsche grens bij Schengen over de Moezel te trekken. De Franschen deden onmiddellijk een aanval op den Duitschen oever der rivier. Te Schen gen werd duidelijk mitrailleur- en artil lerievuur gehoord, waaruit werd gecon cludeerd, dat een hevig gevecht gevoerd werd. In Polen is de Duitsche opmarsch voornamelijk gericht op Lemberg en het afsnijden van de verbindingen tusschen deze stad en Roemenië. Volgens berich ten uit Roemeensche bron zouden de Duitschers zich bij Stryj, op 63 K.M. ten Zuiden van Lemberg bevinden. DUITSCHERS IN POOLSCHE KRIJGSGEVANGENSCHAP. Het Poolsche Telegraaf-agentschap P.A.T., deelt, volgens een bericht van Havas uit Bern, mede, dat volgens tot 12 September opgestelde berekeningen het aantal niet-gewonde Duitsche krijgsgevangenen 13.000 bedraagt, on der wie 350 officieren, die voor het meerendeel tot de luchtmacht behooren en tot de gepantserde wapens. Acht en veertig stukken geschut, 15 mitrailleurs, 170 tanks en ruim duizend auto's zijn op den vijand buitgemaakt. 280 Duitsche vliegtuigen werden neer gehaald. GEEN BACTERIËN- EN GAS- OORLOG. Naar de Britsche minister van Bui- tenlandsche Zaken, lord Halifax, in het Hoogerhuis mededeelde, heeft de Duit sche regeering verklaard in den huidi- gen oorlog geen gebruik te zullen ma ken van gas of bacteriën, zoowel als de Westersche mogendheden. VREDESKLANKEN UIT ITALIË? In goed ingelichte nazi-kringen aldus United Press aan de Maasb. wordt gezegd, dat Italië mogelijkerwij ze in den loop van de volgende week een direct en formeel beroep op Frank rijk za ldoen en daarbij zijn goede dien sten zal aanbieden, om de vredesonder handelingen te heropenen. Dit aanbod, zoo verwacht men, is het directe resultaat van de intense Itali- aansche diplomatieke activiteit, die dit land gedurende de laatste weken aan den dag gelegd heeft. DE SLOWAKEN ZIJN REEDS AAN HET VERDEELEN. Zonder dat er lot nu toe een oor log is verklaard en reeds voordat de ze strijd, die geen oorlog mag wor den genoemd, ten einde is, wordt be gonnen met de vierde verdeeling van Polen. Zooals de Duitsche bladen berichten, heeft namelijk de regee- De naam Maginol-linie ligt op ieders lippen. Over en weer wordt er gediscussieerd over deze onmete. lijke Fransche versterkingen, waar van zelfs veie Fransche officieren de meeste bijzonderheden niet ken nen leder herinnert zich de plaatjes, die in alle bladen zijn verschenen en waar de Maginot-linie veel weg heeft van een groot ondergrondsch paleis, dat op sommige plaatsen zelfs zes verdiepingen schijnt te bevatten. De Maginot-linie vormt een wereldje op zich, en begrijpe lijkerwijs gaan onze gedachten uit naar den Franschman aan wien deze verdedigingslinie haarnaamte danken heeft. ANDRÉ MAGINOT. André Maginot was iemand, die enkele bijzondere eigenschappen had. 'Allereerst was hij heel lang n.l. niet minder dan 1.90 Meter. Bovendien was hij dol op oesters en ten derde had hij behalve een groote hoeveel heid vaderlandsliefde een bijzondere voorliefde voor Elzas-Lotharingen Maginot werd geboren in 1878 te Parijs uit een Lotharingschefamilie. Steeds bleef hij kleurloos hetgeen hem in het Frankrijk van dien tijd lang niet altijd meeviel. In 1910 dus op 32 jarige leeftijd maakte hij zijn groote entrée in het Fransche ministerie van Oorlog, waarbij hij achtereenvolgens verschillende ran gen doorliep. Hij maakte vrij snel promotie en stond op het randje van hetonder-staats-secretarisschap, toen in 1914 den oorlog uitbrak. Alle raadgevingen van zijn talrijke vrienden in den wind slaande nam Maginot dienst in het leger en sinds dien bleef hij voor zijn vrienden »de sergeant«. Voor Verdun werd hij in 1916 ernstig gewond aan zijn been, ten gevolge waarvan hij zijn heele leven mank liep. Maginot was echter trotsch op dit euvel en vertelde aan iedereen dat hij dil mankement had opgeloopen voor Verdun. Een cadeautje van de Duitschers. In 1916 moest Maginot tengevolge van deze verwondingen het leger verlaten, en met het Kruis van het Legioen van Eer en de Medaille Militaire op de borst zien wij hem in 1917 te Parijs als minister van Koloniën in het ministerie Ribot. Na den oorlog werd hij minister voor de pensioenen en eindelijk in 1924 kreeg hij van Francois Marsal het ministerie van Oorlog onder zijn bewind. Van dien tijd af namen de plannen van Maginot om een onneembare verdedigingslinie te vormen aan Frankrijks Oostgrens, die hij reeds gedurende langen tijd had gekoes terd ten einde zijn geliefd Elzas- Lotharingen voor invallen te be schermen. vaster vormen aan. Het kabinet-Marsal kon zich echter slechts een paar weken hand haver.; Dan gaat André Maginot zich in verbinding stellen met technici, die hij polst omtrent zijn plannen, hij bestudeerde de werken van Vauban en wanneer Maginot in 1928 weer het ministerie van Oorlog in handen krijgt wordt de Maginot linie ge boren. Zelf bepaalde hij zich tot degroote trekken, de uitvoering berustte bij de generaals Weygand en Debeney en een heel legertje ingenieurs Zelf heeft hij de voltooiing van zijn werk niet mogen beleven, want reeds in 1932, dus op 54-jarigen leeftijd, stier! hij tengevolge van kwaadaardige koortsen, die veroor zaakt werden door het gebruik van zijn geliefde oesters, maar hij liet zijn land een kostbare erfenis. ring van Slovakije besloten de Poolsch-Slovaaksche grens van 1920 te herstellen. Dat wil zeggen, dat het gebied, hetwelk na den wereldoorlog door het vredesverdrag van Versail les onder Poolsche souvereiniteil werd gebracht, alsmede de land- strook, welke de Polen in November 1938 bij de verkaveling der Cecho- Slovaaksche republiek bezetten, weer door Slovakije werd ingelijfd. In het officieele bericht uit Bratis lava heet het, dat een regeerings- eominissie in opdracht van den op perbevelhebber van het Slovaaksche leger van 7 tot 9 September een in spectiereis door dit gebied heeft ge maakt, waarbij hij „Javorina, Zako pane, Neumarkt, Cierny Dunajec en het gebied van de Orova en de Bo- venzips bezocht, hetwelk naar het moederland zal terugkeeren". Reeds hebben de Slovaaksche instanties in dit gebied eigen postkantoren geo pend. DUITSCHLAND BREIDT DE LIJST DER CONTRABANDE. GOEDEREN UIT. De Duitsche rijksregeering maakt be kend: de Duitsche regeering heeft, met IN EEN AUTO DOOR HET OERWOÜD. Door E. S. Het is iets heel bijzonders om dooi de wildernis van Afrika te reizen, met een auto. Alles is anders dan ergens anders. Daar stond bijvoorbeeld op een keer onze auto (ik reisde samen met mijn vriend George) voor onze tent. Het was heel vroeg in de morgen en we hoorden allerlei geluiden uit het bos, die je 's nachts niet hoort. We hadden vaak bij het bos stilge houden om nog op de open weg, eigen lijk is de naam „weg" veel te mooi er voor, te kunnen overnachten. We had den de auto goed dichtgedaan met het oog op de slangen, die een grote voor liefde schenen te koesteren voor de zachte leren kussens van de achter banken. We waren juist wakker, toen ik iets aan de wagen hoorde rammelen. Ik boog me voorzichtig uit de tent om te zien, wat de oorzaak van dat won derlijke geluid was. Het was een jonge hyena, die zeker uit nieuwsgierigheid naderbij was gekomen, en die nu aan de banden zat te knagen. Het beest deed het meer om te spe len dan uit honger, maar met zijn scherpe tanden beet het heele stuk ken rubber uit de banden. Het was maar goed, dat we zulke stevige banden om de wielen hadden gedaan. Maar zelfs deze banden wa ren op de duur niet tegen de tanden van een jonge hyena bestand en om dat ik dat heel goed wist, besloot ik om andere maatregelen te nemen. Schieten kon ik niet, want dan zou ik door de band moeten schieten en daarmee veroordeelde ik ons meteen om twee uur te ploeteren in de warm te voor we weer verder konden rijden. Ik moest er dus iets anders op vinden. Plotseling kreeg ik een ingeving, nam een van mijn hoge rijlaarzen en gooi de die naar de hyena. Meteen liet het jonge dier de band los en keek verontwaardigd naar wat daar zo plotseling naar hem toekwam vliegen. Daarna rook hij eens goed aan dat zwarte ding. Eerst scheen hij het nog niet erg te vertrouwen. Hij draaide nog een paar keer om de laars heen, keek eens om zich heen, likte eens aan de band, alsof hij daar niet goed van kon scheiden, en beet toen grommend in de laars. Trots richtte hij toen zijn kop weer op en verdween in het bos. Zonder laars kon ik hem niet achterna gaan en mijn vriend en de inlandse begeleider, slie pen nog. Ik heb de hyena nooit terug gezien en mijn laars ook niet! Het was maar goed, dat ik nog een extra paar laarzen bij me had, anders had ik op mijn sokken door de wil dernis van Afrika moeten reizen en dat was een beetje gevaarlijk geweest! OVER HERBERGEN EN UITHANGBORDEN. Altijd hebben de mensen wonder lijke verhalen verteld over herbergen en hotels waar ze gelogeerd hadden. Al van heel vroeg af. De een had in het grootste hotel gewoond, de ander in de oudste herberg geslapen, een derde was in een hotelletje geweest, dat zo eenzaam was, dat het leek als of het op het uiterste puntje van de wereld lag. De een vertelde het de an der en zo wist men verhalen te ver tellen, van herbergen, waar de ver teller zelf nooit was geweest. Tot ver over de grenzen waren bepaalde ho tels bekend. Om de aandacht van de reizigers di rect op het hotel te vestigen, liet de waard meestal een uithangbord ma ken, waarop, door de een of andere figuur de naam van het hotel werd duidelijk gemaakt. Verschillende uit hangborden zijn echte kunstwerken en zijn door grote schilders en bekende smeden gemaakt. Aan sommige uithangborden is een hele geschiedenis verbonden en dik wijls ook zijn ze door een vergissing ontstaan, zooals je kunt zien aan de onderschriften bij de plaatjes! Al eeuwen en eeuwen geleden be stonden er eenvoudige herbergen voor arme reizigers, en grote hotels voor voorname mensen, die het beter kon den betalen. In Plateae in Griekenland werd in de Peloponesische oorlog, die van 431501 voor Christus geduurd heeft, naast de tempel voor de godin Hera een groot hotel gebouwd met ver schillende verdiepingen, waarin ruime kamers, badkamers en keukens wa ren. Die oude hotels waren erg „mo dern". Alles wat tot het gemak en genoegen van de gasten kon dragen, was erin te vinden. De reizen waren altijd erg vermoeiend. Het viel lang niet mee om grote af standen af te leggen met paard en wa gen over de slechte wegen, die je je maar denken kunt en de Romeinen wilden dan ook echt uitrusten in hun hotels. Meestal waren ze stijf en ziek als ze na een lange tocht aankwamen. Maar dan stond er een lekker bad voor hen klaar en konden ze zich weer hele maal opknappen. Er werd in de Oudheid al veel ge reisd, en het zou ons lang niet mee vallen, als wij op dezelfde manier moesten reizen als de oude Romeinen en Grieken. Toen de Romeinen naar het Noor den trokken, moesten ze natuurlijk on derweg heel dikwijls overnachten en dan moesten ze zich tevreden stellen met in de open lucht te slapen. Maar JF' als ze dan in een herberg kwamen, hadden ze dubbel plezier. In die ho- tolletjes was altijd veel te doen. Uit oude geschriften weten we bijvoor beeld van een hotel in St. Gallen in Zwitserland, dat toen bij een klooster boorde en dat een van de meest be kende tussenstations was, dat er da gelijks ongeveer 20 runderen geslacht moesten worden en dat er ongeveer 1000 broden per dag werden opgege ten! Later namen de kloosters de rol van de herbergen over en toen zorg den de monniken voor de reizigers. In Engeland is een klein hotelletje met de naam „Pig and carrot" (Varken en peen). Een paar Fransen hadden dat gezien en omdat deze niet begrepen, wat het betekende en alleen de klank overnamen, maakten zfj er in Frank rijk van „Piqué et carreau", wat be tekent „Schoppen en Ruiten", de ter men uit het kaartspel. In Parqs heette vroeger een herberg „au lit on dort" (In het bed, waarin men slaapt) maar in de loop der tyd is dit geworden „au lion d'or" (In de Gouden Leeuw). In Straatsburg is een hotel „Zur blan ken Schwalbe" (In de witte Zwaluw), maar de oorspronkelijke naam was Frans „Au cheval blanc" wat bete kent. „In het witte paard". Ook hier weer is het misverstand ontstaan, om dat de Duitsers die Franse woorden niet kenden. In de Elsasz kan men de onverklaar bare naam vinden „Zur Sau waage" (In de Varkensweegschaal), die ont staan is uit het Franse „au sauvage", wat beter te bergijpen is, want dit be tekent „In den Wilden Man". NIEUWE RAADSELS. 1. Welke steenen, die lang duren Metselt men toch nooit in muren? 2. Wie is er van u allen, Die mij eens daad'lijk zegt, Welk ei nooit door een vogel In 't nest nog werd gelegd. 3. Nu aan alleman gevraagd: Waarom hfj een dasje draagt? 4. Met welk een lepel, 't Is geen grap, At geen van ons ooit Soep of pap? 5. Wie is de vrouw, die Moeder heet En toch nooit heeft geleefd, En die, al klinkt het ook heel raar, Toch ook geen kind'ren heeft? 6. Toe, zeg my toch eens: welke kat Ving nimmer nog een muis of rat? 7. Ik ben een haan, maar kraai nooit mee. Ik ben een haan, maar woon in zee. Ik ben een haan, maar heb koud bloed; Ik krabbel nooit, maar zwem heel goed. Welke haan ben ik?

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1939 | | pagina 5