Gemeenteraad Drunen. PROVINCIAAL NIEUWS militaire vliegtuigen, door vliegtuig bommen, granaten en dergelijke voor werpen, door projectielen van het af weergeschut, lichtkogels, beschieting, alsmede door het ontploffen van mij nen of andere militaire vernietigings werktuigen. De regeling zal voorts alleen betrek king hebben op de door de telers in te leveren granen, peulvruchten en de na volgende zaden, te weten koolzaad, karwijzaad, geel mosterdzaad en kana riezaad, terwijl tevens het stroo, be- hoorende bij de genoemde producten, zoolang deze in ongedorschten toestand verkeeren, onder de regeling zal vallen. NEDERLAND'S BEVOLKING IN 9 JAAR MET 11,3 PCT. TOEGENOMEN. De uitgave van het Centraal Bureau voor de Statistiek Bevolking en op pervlakte der gemeenten van Neder land", bevat dit jaar, behalve het be volkingscijfer voor iedere gemeente per 1 Januari 1940, ook gegevens over de procentueele toeneming of afneming van het aantal inwoners per gemeente over het 9-jarige tijdvak 1 Januari 1931 1 Januari 1940. De bevolking van het rijk nam in deze jaren toe met 11.3 pet. In 38 ge meenten bedraagt de bevolkingstoena me meer dan 30 pet.; het hoogste toe nemingspercentage vertoonden Maar tensdijk (175 pet.) en Vlaardinger-Am- bacht (176 pet.). Van de 1054 gemeen ten in Nederland is de bevolking afge nomen in 209 gemeenten, alle met min der dan 20.000 inwoners. De grootste afneming valt waar te nemen in Helle- voetsluis: 35 pet. Onderzocht is de invloed van het ge boorte-overschot en het vestigings-, resp. vertrek-overschot op de bevol kingstoeneming. Alle provinciën, even als de groepen van gemeenten met min der dan 20.000 inwoners, geven een vertrek-overschot te zien, met uitzon dering van de provinciën Noord- en Zuid-Holland en Utrecht. De grootste bevolkingstoeneming komt voor in de provincie Utrecht (18 pet.), bestaande uit een geboorte-over schot van 11.1 pet. en een vestigings overschot van 6.9 pet. Zeeland ver toont de laagste bevolkingstoeneming: 3 pet., bestaande Uit een geboorte-over schot van 7.9 pet. en een vertrekover- schot van 4.9 pet. Een onverkwikkelijk debat over een kwestie met de Lips' Schroevengieterij; hierbij werd den heer W. v. d. Wiel het woord ont nomen. De raad van. Drunen kwam Zater dagmiddag voltallig bijeen onder voor zitterschap van den Edelachtb. heer Burgemeester Mr. R. Th. v. d. Heijden. Secretaris de heer v. d. Lokkant. Na opening met gebed werden de notulen der vorige vergadering goed gekeurd. De navolgende ingekomen stukken werden voor kennisgeving aangeno men. a. goedkeuring verordening tot hef fing van precariorechten in de gemeen te Drunen; b. proces-verbaal van kasopname bij den gemeente-ontvanger d.d. 26 Au gustus 1940; c. machtiging tot het doen van uit gaven op de gemeentebegrooting 1940. De gemeente-rekening 1939 werd voorloopig vastgesteld. De gewone dienst en de kapitaaldienst sluiten resp. met een nadeelig saldo van 4762.88 en 53857.31. Naar aanleiding daarvan zegt de voorzitter, dat deze cijfers, in vergelij king met andere jaren, tot verheugenis stemmen. De laatste jaren gaf het na deelig saldo ook een werkelijk nadeelig slot aan. Dit is thans niet het geval, daar nu in deze bedragen zijn vervat een .nadeelig saldo van 1938 groot 10.200 en nog enkele posten. Was daarmee geen rekening gehouden, dan zou de dienst thans een batig slot van 2000 tot 3000 gulden hebben opgele verd. De rekening 1939 van het Algemeen Burgerlijk Armbestuur werd goedge keurd. Deze rekening sluit zonder na deelig saldo, door een extra gemeente subsidie van 427.07 als bijdrage in het tekort dat eveneens 427.07 be draagt. Namens de Commissie van onder zoek, had de heer de Baaij verslag over deze rekeningen uitgebracht en ze in orde bevonden. De gemeente-begrooting 1941 werd vervolgens aangeboden. Te zijner tijd zullen alle leden een afschrift dezer be grooting. met de voornaamste posten, thuis ontvangen. Besloten werd voor 1941 een cre- diet in rekening-courant vast te stellen van ongeveer 80.000, aan te gaan met de Bank van Nederl. Gemeenten. Ter tafel komt vervolgens een voor stel om B. en W. te machtigen tot het voeren van een rechtsgeding, zoowel in eersten aanleg als in hooger beroep, in verband met den bouw van het nieuwe gemeentehuis. De voorzitter zegt ter toelichting van een en ander, dat de gemeente het be drag van den laatsten termijn van af betaling gedeeltelijk nog schuldig is aan den aannemer. De schuldeischers van den aannemer, willen nu op dit bedrag beslag laten leggen en hebben daartoe de gemeente gedagvaard. Verschijnt de gemeente daarbij niet, dan wordt ge acht. dat de schuld, die zij nog aan den aannemer moet betalen, even hoog is als het bedrag, dat de schuldeischers van den aannemer nog te vorderen hebben. In het andere geval zal de ge meente aan deze schuldeischers echter niet meer hebben te betalen, dan het bedrag dat zij in werkelijkheid nog aan den aannemer schuldig is. Dit is onge veer 1000, waarvan nog enkele klei ne voorschotten en herstellingskosten moeten worden afgehouden. De heer van Drunen vraagt of aan deze procedure nog financieel nadeel voor de gemeente verbonden is. De voorzitter beantwoordt deze vraag ontkennend. De heer v. d. Wiel meent dat de aannemer niet erg solied geweest moet zijn, als hij nu reeds niet meer aan zijn verplichtingen kan voldoen. De voorzitter zegt daarop, dat het werk goed is, maar de aannemer een strop heeft gehaald aan den strengen winter en den daarop volgenden oor log, hetgeen gewoonlijk financieele na- deelen mede brengt. Spr. betwijfelt dus of deze gang van zaken den aannemer aan te wrijven is; hij gelooft ten min ste niet, dat den aannemer hier een ver wijt treft. De kosten van het proces zijn voor rekening van den aannemer. De heer van Drunen vindt het beter niet te veel over deze zaak te spreken, daar dit mogelijk ten nadeele van den- aannemer kan zijn. De heer v. d. Wiel is het daar niet mee eens. Wanneer er iets op de agen da staat, kan hij daarover spreken als hij wil. Hij zit hier niet als een dooie kat. De gevraagde machtiging wordt aan B. en W. z.h.st. verleend. Een voorstel van B. en W. tot het verleenen van machtiging aan het Wa terschap Oudheusden en Elshout tot verpachting van de jacht op de gemeen tegronden, in genoemd waterschap ge legen, wordt goedgekeurd. De voorzit ter deed daarbij de toezegging, het wa terschap te willen verzoeken, zoo hoog mogelijke pachtprijzen te vorderen. Thans wordt 0.60 per H.A. be taald, hetgeen de heer van Drunen te weinig vond. Bespreking verpachting en overschrijving van lande rijen. De voorzitter zegt dat krachtens het Pachtprijs-opdrijvingsbesluit van 1940, de' perceelen die nu van verpachting vrij komen, niet meer publiek verpacht mogen worden; de toewijzing zal thans op een andere manier moeten geschie den. De bedoeling is dat B. en W. bij het vrij komen van perceelen, dit op de gebruikelijke wijze bekend zullen ma ken en gegadigden voor deze percee len zullen worden opgeroepen. De na men van hen, die zich dan daarvoor op geven. geven B. en W. dan door aan de Pachtcommissie. Zijn er meerdere gegadigden voor één perceel, dan zal de Pachtcommissie nagaan of er soms bij zijn, die bijzonder voor dat perceel in aanmerking komen. Spr. licht dit met een voorbeeld toe. (Overgang van va der op zoon). Om deze bijzondere redenen zwaar te doen wegen, kan de Pachtcommissie een perceel slechts toewijzen, wanneer niet meer dan één stem. tegen deze toe wijzing wordt uitgebracht. Zijn er geen bijzondere redenen, dan zal de Pacht commissie moeten onderzoeken, welke van de gegadigden, de meeste behoefte aan dat perceel heeft, terwijl in enkele gevallen misschien ook een verdeeling mogelijk is, wanneer dit zonder schade voor een perceel kan geschieden. De raad moet tenslotte de toewijzin gen bekrachtigen, doch spr. zou willen adviseeren, dit steeds te doen, daar de Pachtcommissie natuurlijk van de bil lijkheid der toewijzing overtuigd zal zijn. Op enkele vragen antwoordt de voorzitter nog, dat stilzwijgende over gang van vader op zoon zal blijven be staan, terwijl de pachtprijzen niet hoo ger mogen worden, dan ze waren op 1 September 1939. Bij de rondvraag wil de heer van Drunen weten of de legger der wegen en voetpaden zich nog steeds in den Bosch bevindt. Verder vraagt spr. of de fietspaden in de bosschen eenigszins hersteld kunnen worden. De voorzitter zegt dat de legger nog steeds bij de Waterstaat in den Bosch is. De kwestie der fietspaden zal spr. bekijken. De heer van Drunen vraagt inlich tingen betreffende het kapverbod van dennenhout van een bepaalde dikte. De voorzitter zegt dat hetjioofdmo- tief hier de herplant is. Wordt daaraan voldaan, dan zal men steeds wel ver gunning tot rooien krijgen. De kwestie met de Lips' Schroevengieterij. De heer Van Drunen zegt een brief te hebben ontvangen van de Lips' fa brieken. Spr. vraagt hoe deze kwestie zit. De voorzitter merkt op, dat dit niet meer in de vergadering van B. en W. behandeld kon worden. Spr. wil dit daarom laten rusten tot de volgende vergadering, dan kan de raad er meer van hooren. De heer van Drunen heeft den heer Lips zelf gesproken en deze had de plannen en alles al gemaakt. Spreker vreest dat een uitstel tot de volgende vergadering wat te lang zal duren. De voorzitter zegt dat bij den ver koop van grond aan den heer Lips, aan den kant van den Provincialen weg, zoowel als aan den'kant van den Kei weg, een strook grond is blijven liggen voor wegverbreeding. Deze strook is aan den Prov. weg 2 meter breed en aan den Keiweg 5 meter. Dit wist Lips, maar hij komt toch met plannen tot wij ziging van het bestaande terrein. De heer Lips heeft zonder vergunning van B. en W. en van den Regeerings-Com- missaris voor den wederopbouw toch plannen gemaakt, doch blijkt thans niet te kunnen bouwen, omdat die strook niet van hem is. Dit wist hij van te vo ren. Hij heeft alle plannen dus voor niets gemaakt. De heer van Drunen zegt dat de bouwplannen klaar liggen, terwijl ook het materiaal is aangeschaft. Men kan deze kwestie dus moeilijk tot de vol gende vergadering laten rusten. De voorzitter zegt dat de bouwplan nen niet uitgevoerd kunnen worden. De grond is van de gemeente. Dit weet de heer Lips. Goedkeuring van B. en W. is nooit gegeven. De heer Lips weet goed. dat die strook grond gereserveerd is voor wegverbreeding. De bewijzen daarvan heeft spreker zwart op wit en bovendien nog de bewijzen van getui gen. Hij heeft den grond gekregen dien hij gekocht heeft. Spreker kan niet aan den raad voorstellen, den grond die voor wegverbreeding bestemd is, te gaan verkoopen aan Lips. De heer Maas zegt dat in 1938 de grond verkocht is en de voorzitter van te voren alles gedaan heeft om hier een industrie gevestigd te krijgen. Zoo n in dustrie zit ook voor groote moeilijkhe den. De voorzitter is er van overtuigd, dat dit met het werk niets heeft uit te staan. Spreker wérkt die industrie niet tegen. De heer v. d. Wiel meent dat de fout niet alleen bij Lips berust, maar ook bij den raad. Spr. heeft de notulen van 1938 nagezien en daaruit bleek dat de gemeente een oppervlakte grond verkocht heeft van ongeveer x/ H.A. De voorzitter ontkent dit. De heer v. d. Wiel zegt dat het toch in de notulen staat. Lips is toen op dit raadsbesluit doorgegaan, hij heeft de materialen klaar gemaakt en zit nu met den strop niet verder te kunnen bou wen, terwijl alle kosten al gemaakt zijn. De voorzitter zegt dat de heer v. d. Wiel alles door elkaar wart. De heer v. d. Wiel: Dat doe ik altijd. Ik kan het nooit goed. Ik ben doof! De voorzitter. U begrijpt er niets van. De heer Lips heeft mij geschreven geen \x/2 maar slechts 1 H.A. noodig te hebben. Hij wist eerst nog niet wat hij koopen zou. U moet niet vergeten, dat, al kocht hij 100 H.A., hij toch niet kan bouwen zonder vergunning van B. en W. en den Regeerings-Commissaris voor den wederopbouw. Als hij dit toch wil doen en plannen en alles maakt, terwijl hij de goedkeuring nog niet heeft, doet hij alles op eigen risico. De heer Lips weet zeer goed dat ik tegen hem, in tegenwoordigheid van zijn vader en den architect, gezegd heb dat een strook moest blijven liggen voor wegverbreeding. Dit was geen bezwaar, zei hij toen, als hij maar een uitweg kreeg, hetgeen begrijpelijk werd toegestaan. De fout zit feitelijk bij den notaris, als er eigenlijk van een fout sprake is. Deze heeft in de acte niet vermeld, dat er een strook van 5 M. •voor wegverbreeding moest blijven lig gen, alhoewel ik dit wel degelijk ge zegd had. Toen echter de opmeting had plaats gehad, is die strook duidelijk op het kadaster aangeteekend. De no taris zei dat dit voldoende was. Die strook is van zoo'n groot ge meentebelang, dat we er verder niet meer over hoeven te praten. Wethouder Muskens meent dat de bouwvergunning toch verleend is, daar B. en W. daartoe hadden besloten. De voorzitter zegt dat die nooit ver leend is, omdat Lips verkeerd was ge gaan. In de vergadering van B. en W. is daar wel over gesproken, maar offi cieel is geen vergunning verleend; al leen is gezegd, dat deze gegeven zou worden als bleek dat Lips op eigen ter rein zou blijven. Hij heeft zulks niet ge daan, zoodat geen toestemming gege ven kon worden. De heer Maas is van meening, dat reeds veel eerder toestemming gegeven is. De voorzitter zegt dat de heer Lips wil doen gelooven dat B. .en W. tegen over hem onbehoorlijk zijn opgetreden. Spr. zal daarom in een volgende verga dering de bewijzen hier zwart op wit op tafel brengen. De zaak is zoo klaar als maar zijn kan. Er is hier geen twij fel mogelijk. De heer van Drunen meent dat de heer Lips nu een mondeling onderhoud wil hebben met den burgemeester. De voorzitter zegt dat Lips zulks eenmaal gevraagd heeft, toen feitelijk alles al achter den rug was, om die 5 meter alsnog te koopen. Toen is op alle mogelijke andere manieren invloed uit geoefend op B. en W. Ik heb toen den heer Lips gezegd dat alles voldoende besproken was en in orde is. Als deze meer wilde weten, kon dat schriftelijk gebeuren. Spreker wil dan van dit punt afstappen. De heer v. d. Wiel. Dus ik mag er niet meer over spreken. De voorzitter. Deze zaak is nu ge noeg besproken. In de volgende verga dering kunnen wij daarop terug komen. De heer v. d. Wiel. Daar protesteer ik tegen. Ik wil hier het woord nog over voeren. (Gaat staan). De Voorzitter hamert en ontneemt den heer v. d. Wiel het woord. De heer v. d. Wiel. En ik zal zeggen wat ik te zeggen heb. De voorzitter hamerend. Dan sluit ik de vergadering. De heer v. d. Wiel. Dat is hu een voorzitter van den gemeenteraad. Maar ik heb nog iets anders, mag ik dat mis schien zeggen? De voorzitter. Als het niet meer over deze kwestie is. De heer v. d. Wiel. Neen, maar hoe komt het dat de menschen hier voor hun identiteitsbewijzen 25 cent moesten betalen, terwijl deze in andere gemeen ten voor niets of voor een gering be drag beschikbaar zijn gesteld. In Sprang kostten ze niets en in Vlijmen 5 cent. De voorzitter zegt dat het kosteloos kon geschieden op de stamkaart. Dege nen die een identiteitsbewijs wilden hebben, moesten dit betalen. Er zijn wel plaatsen waar meer betaald moest wor den dan hier. De heer v. d. Wiel ontkent dit. De heer Maas becritiseert de orga nisatie der luchtwacht. Er zijn men schen, die steeds moeten loopen, ter wijl andere kunnen blijven zitten. Spr. vraagt waarom de gemeenteraad geen bedrag, als vergoeding voor de luchtwachters uittrekt. De voorzitter zegt dat de heele or ganisatie in handen is van den burge meester en deze is graag bereid de vol le verantwoording daarvoor te dragen. Voor het uitbetalen van een zeker be drag is nooit een voorstel binnengeko men. De heer Maas vraagt of de commis sieleden voor het nazien der rekening en begrooting geen presentiegeld kun nen krijgen. Zij moeten steeds maar voor eigen rekening vertering maken. De voorzitter zegt dat dit punt nog nooit door iemand is aangeroerd, ter wijl niemand de noodzakelijkheid daar van inzag. Als het inderdaad noodig is, wil spr. deze zaak wel eens bekijken. Hierna sluiting. HET 50-JARIG JUBILEUM VAN ONZE TREIN. Niet onopgemerkt voorbijgegaan. AI is het nu misschien niet een wereldschokkende gebeurtenis dat de lijn Lage Zwaluwe's-Bosch gisteren vóór 50 jaren volledig in gebruik werd genomen, toch zou dat in normale om standigheden zeker aanleiding hebhen gegeven tol eene passende, feestelijke herdenking en daarom doet het ons genoegen dat men tenminste Dinsdag ochtend aan de sfeer op het station S.S. te Waalwijk -kon merken, dat er iets bijzonders aan de hand was. Enkele persfotografen liepen heen en weer, een groote krans werd bin nengebracht en ons handelsreizigers- gilde had het ditmaal niet over de moeilijke tijden, maar haalde allerlei herinneringen op uit haar bestaan, dat zoo nauw met de lijn 's-Bosch Lage Zwaluwe verbonden is. Met meer spanning dan anders keek men reikhalzend uit naar den gouden jubilaris, die zoo aanstonds moest binnen loopen en van dit wachten maakte de stationschef, de heer Kou ters, gebruik om een enkel woordje tot de heeren met de groote koffers te richten. Hij zeide het op hoogen prijs te stellen, dat zij dit feit niet onopge merkt wilden laten voorbijgaan. Uw waardeering en trouw aan dit vervoermiddel, aldus spreker, wordt op bijzonderen hoogen prijs gesteld, alsmede de nu gebrachte hulde,, waarvoor ik U, namens de Directie, hartelijk dank zeg. Wij trekken uit deze hulde de conclusie dat wij U naar best vermogen altijd hebben gediend. Wij hopen dat het reizend publiek van Waalwijk en Langstraat nog lang van dit vervoermiddel gebruik zal mogen maken. De heer van Dongen zei nog eenige woorden van dank namens de Han- delsreizigers-vereeniging en bood voor het geheele personeel sigaren aan. En dan kwam daar de jubilaris. Groote roetpluimen, zwart en puf fend als steeds, maar nu niet gesmaad omdat hij enkele minuten te laat was. Neen, haast met gejuich werd hij ont vangen en hij scheen dit op prijs te stellen, getuige een paar vreugde-gil len die hij uitstootte. Hijgend en brom mend stond hij stil en moest zich de hulde laten welgevallen van 'n grooten lauwerkrans, die fier voor op den lo comotief kwam te prijken. Er werden handen gedrukt en er werd gelachen. Het personeel was zwart en vroolijk en niemand nam er aanstoot aan dat het met instappen niet zoo vlot ging als gewoonlijk. Eindelijk was ieder gezeten. Met meer ceremonieel gebaar dan anders gaf de heer Kouters het sein tot ver trek en daar stoomde de jubilaris heen, als was hij zich bewust van zijn groote verantwoordelijkheid, een on misbaar hulpmiddel in het bestaan van velen. Zijn hoeveelste gang zou het zijn? Wij weten het niet en kunnen er ook geen slag naar slaan, maar wel kunnen we hopen dat zijn laatste gang nog lang, zeer lang op zich zal laten wachten en memoreeren op dezen dag gaarne het vele nut dat deze lijn in al die jaren voor Waalwijk en de Lang straat heeft gesticht. I)E SPOORWEG LAGE ZWALUWE- 's-HERTOGENBOSCH. Een belangrijke schakel in het spoor wegverkeer, na vijftig jaar een be scheiden rol te hebben gespeeld. Na hetgeen we reeds zelf schreven over de lijn Lage-Zwaluwe, z'n tot standkoming en de goede diensten die deze verbinding aan deze streek be wezen heeft, is het wel aardig de N. Roti. hierover eens aan 't woord te laten. Dit blad schrijft; In 1875 kwam een wet tot stand, waarbij werd besloten tot aanleg van een spoorweg Lage Zwaluwe-'s-Her- togenbosch. Met den bouw van de lijn ging het echter niet bijster vlot. Eerst na elf jaar, op 1 November 188(5 wij vinden deze bijzonderheden in een ar tikel van den heer D. van Setten in Spoor- en Tramwegen vond de ope ning van het eerste gedeelte plaats, het baanvak Lage Zwaluwe-Waalwijk. Op 1 Juni 1888 volgde het haanvak WaalwijkVlijmen en den löden Oc tober 1890', thans 50 jaar geleden, kwam ten slotte het sluitstuk Vlijmen- 's-IIertogenbosch in exploitatie. Het eindpunt te 's-Hertogenbosch was ge legen tegenover het gemeenschappe lijke station van S.S. en Z.O.S. Eerst in 189(5, toen dit onaanzienlijke ge bouwtje door 't tegenwoordige fraaie stationsgebouw werd vervangen, kwa men alle spoorwegen te 's-Hcrtogen- bosch in één station bij elkaar. De S.S. wilde de lijn na de voltooi ing als locaalspoorweg blijven cxploi- teeren, zooals ook tijdelijk met de te voren gereed gekomen gedeelten was geschied. Op grond daarvan had zij 'l plan ontworpen, waarbij te 's-Herto- genboseh geen aansluiting aan het be staande station was verkregen, terwijl de tractie-inrichtingen te Vlijmen zou den blijven en dus de lijn van Vlijmen en niet van 's-Hertogenbosch uit zou worden geëxploiteerd. De raad van toezicht op de spoorwegdiensten kon zich hiermede niet vereenigen. Vol gens dat college kon er geen twijfel bestaan, dat de lijn Lage Zwaluwe 's-Hertogenbosch als de kortste route tusschen de hoofdstad van Noord-Bra bant en Rotterdam als hoofdspoorweg moest worden geëxploiteerd, terwijl locaal-exploitatie ten behoeve van de doorsneden streek, alleen als aanvul ling kon blijven bestaan. De nieuwe lijn moest dan eindigen in het station 's-Hertogenbosch en de tractie-inrich tingen moesten daarheen worden over gebracht. Aldus geschiedde: de aan sluiting te 's-Hertogenbosch kwam tot stand én op de nieuwe lijn werd een gemengde dienstregeling ingevoerd. Voor de zich steeds uitbreidende in dustrieën der Langstraat was de nieu we lijn het aangewezen verkeersmid del. Waalwijk leverde het grootste ver- voerskwantum met zijn schoen- en le derindustrie; Vlijmen had zijn hout transport voor de manden-industrie; Capelle, Waspik en Raamsdonk had den hun hooiperserijen, terwijl Geer- truidenberg, Made en Drimmelen griendhout en hoepels ten vervoer aanboden. Ook het reizigersverkeer was niet onaanzienlijk. De komst van vrachtauto en auto bus maakte echter ook voor de Bjn Lage Zwaluwe's-Hertogenbosch een einde aan de periode van glorie. I n

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1940 | | pagina 2