fronten
rrCWLAND WJNT
SüR EUROPA
Uit de Schoen
en Lederindustrie.
„Midzomerdolheid".,
Gemengd Nieuws
ia 1940 heeft bedragen 88,000. Men
kan dus niet ver mis zijn, wanneer
men aanneemt, dat deze mijlpaal in
November zal worden gepasseerd.
De betrekkelijk weinige Neder
landers, die op bet oogenblik omen
nabij negentig jaar oud zijn. hebben
de bevolking van ons land bij hun
leven ongeveer zien verdrievoudigen
doch degenen, die omstreeks vijf
kruisjes tellen, hebben haar zien
verdubbelen I
Babyschoeisel.
De op 16 .Juni jl. in de dag- en vak
bladen verschenen bekendmaking van
den Secretaris-Generaal van hel De
partement van Handel, Nijverheid en
Scheepvaart met betrekking tot de
wijziging in den verkoop van bonvrij
en „bon 2" schoeisel, bevat o.a. de be
paling, dat „babyschoeisel" thans vrij
van bon mag worden verkocht.
Daar hieromtrent misverstand
blijft te bestaan, vestig ik er de aan
dacht op, dat als bonvrij babyschoei
sel slechts textiel- of zeemlederen
schoentjes met cosysplit- of stoffen
zool en dergelijk „slap habygoed" in
"aanmerking komen, dus geen loop- of
straatschoentjes.
Herbevoorrading.
Voorts breng .ik met nadruk ondei
de aandacht, dat niet alle artikelen,
welke thans vrij van bon of op bon 2
moeten worden verkocht, nabesteld
kunimn worden. Alvorens bestellin
gen te plaatsen of bestelformulieren
met bons 2 aan mijn Bureau te zen
den, dient U derhalve bij Uw leveran
cier na te vragen voor welke artike
len hij een aanmaakvergunning in zijn
bezit heeft of een aflevcrfngsvergun-
ning kan verkrijgen.
Etaleering van schoeisel.
Met het publiceeren van de nieuwe
bepalingen in zake distributie van
schoeisel op 7 Mei jl. werd o.m. he
kend gemaakt, dat bij etaleering van
schoeisel, waarvan het zoolmateriaal
niet is vervaardigd van leder of rub
ber, de schoenwinkeiior op duidelijk
zichtbare wijze dient te vermelden uit
welk materiaal de zool bestaat, dus
b.v.houten zool, kunstlederen zool,
enz.
Het is gebleken, dat desondanks
zulk schoeisel ten verkoop wordt ge
ëtaleerd zonder de vereischte aandui
ding. Op grond hiervan wijs ik er nog
maals nadrukkelijk op, dat de win
kelier, die deze bepaling niet nakomt,
zich aan ernstige maatregelen bloot
stelt.
Het is in den laatsten tijd her
haaldelijk voorgekomen, dat bij be
stellingen op schoenen, welke hij mijn
Bureau werden ingezonden, schoenen
bons waren gevoegd, waarop door den
schoenwinkelier wijzigingen waren
aangebracht.
Zoo werd b.v. geconstateerd, dat op
bons, welke door den plaatselijken
Distributiedienst waren uitgegeven
voor Mannenschoenen, voor Werk
schoenen of voor Kinderschoenen, de
desbetreffende aanduiding op de voor-
of achterzijde van den bon was uitge-
wischt en vervangen door het woord
„Vrouwen".
In verband hiermede vestig ik er
nadrukkelijk de aandacht op, dat een
schoenenbon een authentieke acte in
den zin der wet is en dat veranderin-
Een goede première in het
Oisterwjjksche Natuurtheater.
„De Ghesellen van den Spele", liet
hekende gezelschap uit OiSterwijk,
heeft het dit jaar aangedurfd een ver
tolking te geven van Shakespeare's
blijspel „Driekoningenavond", dat in
de vertaling van Dr. L. A. Burgersdijk
en onder regie van Carel Briels onder
den titel „Midzomerdolheid" ten too-
neele werd gebracht. Er mocht met de
vertooning van dit stuk werkelijk van
een waagstuk gesproken worden. De
bezielende leider van het gezelschap,
kapelaan Roovers, gaf dit voor de
voorstelling volkomen toe, maar wij
mochten in zijn woorden ook een tik
je triomf bespeuren, toen hij verklaar
de dat de repetitie's uitstekend gingen
en van de première het beste deden
verwachten. Hij kent immers zijn
spelers als de beste en hij weet, beter
dan wie ook, waartoe zij in staal zijn.
Naar onze meening kon hier dan
ook niet van een waagstuk gesproken
worden. De Ghesellen van den Spele
hebben hier niet te hoog gegrepen.
Stellig zal het hen inccr inspanning
gekost hebhen om zich in de rollen
volkomen in te leven, dan bij de voor
stellingen van voorafgaande jaren.
Maar hiervoor was in den persoon van
den regisseur Carel Briels iemand aan.
wezig, die hen daarbij met raad en
daad trouw terzijde stond en hem
komt zeker een woord van lof toe voor
de uitstekende wijze waarop deze pre
mière is verloopen.
Het gegeven van het stuk steunt op
een kostelijke persoonsverwisseling,
die wij hier in korte trekken zullen
trachten te beschrijven.
Orsino, hertog van Illyrië, is tot
over de ooren verliefd op Olivia, een
rijke gravin uit zijn hertogdom. Op de
kust van het hertogdom heeft een
schipbreuk plaats gehad en Viola, een
edelvrouw, die in gezelschap van haar
tweelingbroer Sebastiaan de reis mee
maakte, is een der weinige geredden.
Zij meent dat haar broeder verdronken
is en biedt, als edelman verkleed, den
hertog haar diensten aan. Deze maakt
daarvan gebruik door haar naar Oli
via te zenden, om haar als zijn afge
zant, zijn liefde aan de gravin te
verklaren. Olivia wordt echter op
den vermomden edel knaap zelf ver
liefd, maar aangezien deze een vrouw
is moet deze liefdesverklaring gewei
gerd worden, zonder dat Olivia de
ware beweegredenen vermoedt. Tot
zoover loopt alles heel normaal, maar
dan verschijnt Sebastiaan, de broeder
van Viola op het tapijt, waarvan de
kostelijkste verwikkelingen het gevolg
zijn. Daardoor heen wordt de aandacht
gevraagd voor den oom van Olivia, Jon
ker Tobias Hikkenburg, die doorloo
pend dronken is en zijn vriend Jonker
Andries Bibberwang, die een volkomen
tegenstelling vormt met den opgewek-
ten en vroolijken ridder Hikkenburg.
Het mooiste komt dan, wanneer zij
Malvolio, den hofmeester van Olivia
en een verwaand en opgeblazen schep
sel een poets willen bakken, die maar
al te best gelukt. Men laat Malvolio
namelijk in de waan verkcercn dat zijn
meesteres verliefd op hem is, maar
zijn ontgoocheling is groot als hij ten
slotte bemerkt dat Olivia in den per
soon van Sebastiaan haar man gevon
den heeft. Natuurlijk voert dan Orsino
Viola als zijn vrouw weg.
De wijze waarop Shakespeare dit
gegeven beschreven heeft is meester
lijk, maar stelde juist daardoor de
hoogste eischen aan de executanten.
Vooraf kan echter gezegd worden dat
zij hun uiterst zware rollen, over het
geheel genomen, tot een uitstekende
vertolking hebhen weten te brengen.
Het publiek was daardoor steeds een
en al aandacht en heeft naar harte
lust genoten van het fraaie spel en de
kostelijke situaties, die de speelsters
en spelers wisten te scheppen.
Begrijpelijk kon hier en daar nog
wel wat verbeterd worden. Wij den
ken daarbij o.a. aan de intonatie en 't
stemvolume van Orsino, dat soms fceer
zwak was, terwijl de dwaze Malvolio
met zijn opgeblazenheid misschien wel
wat te ver ging en daardoor een sa-
tyre werd, die niet steeds volkomen
aanvaardbaar was. Verder mag een
nadere verzorging van houding en
plaats van het gevolg, in 't bijzonder
in dat van Orsino nog wel eenige aan
dacht hebben. Ook in de slotscène's
rammelde het nogal in de groepeering.
Bovenstaande tekortkomingen, die
welhaast iedere première zullen aan
kleven, waren evenwel niet bij machte
aan de voorstelling iets tekort te doen,
wanneer wij daarbij tenminste niet di
rect het kunstzinnige op den voor
grond plaatsen, maar het geheel meer
beschouwen als een vroolijk kijkspel
voor het publiek.
Wellicht was dit meer het geval met
het weer, dat zich den geheelen mid
dag dreigend liet aanzien en ook oor
zaak was, dat de voorstelling na een
goede tien minuten, bijna een uur
moest worden onderbroken. Gelukkig
liep toen verder alles zonder stagnatie
en ook zonder pauze af.
„De Ghesellen van den Spele" kun
nen met veel genoegen op de eerste
voorstelling terugzien evenals het pu
bliek, dat in grooten getale was ge
komen, meer dan tevreden over het
gebodene zal zijn geweest. Dit kwam
wel bijzonder duidelijk tot uiting in de
hartelijke huldiging en het meer dan
spontane applaus, die de regisseur
met zijn hoofdrolspelers en andere
medewerkenden na afloop hadden te
ondergaan.
Wij voorspellen het Oisterwijksche
Natuurtheater, dat met 't jaar mooier
wordt, de volgende weken telkenmale
een uitverkocht huis, want dit blijspel
propageert zichzelf en zal nog vele
duizenden aangename uren verschaf
fen.
gen daarin hoogstens mogen worden
aangebracht door den uitgever, d.w.z.
door den betrokken Distributiedienst
zelf, welke deze veranderingen dient
te waarmerken. Alle veranderingen
door anderen zijn rechtens verval-
sclxingen in een authentieke acte en
als zoodanig strafbaar ingevolge Art.
226 van het Wetboek van Strafrecht.
Ik zie mij derhalve gedwongen alle
belanghebbenden met den meesten
nadruk er op te wijzen, dat ernstige
maatregelen tegen handelingen als
bovenbedoeld zullen worden getrof
fen.
Rijksbureau voor Huiden en Leder.
De Ncderlandsche leder- en schoen
industrie op de Leipziger Messe.
Op de Leipziger Messe van 81 Aug.
4 Sept. a.s. komt o.m. een represen
tatieve inzending van de Nederland
sche schoen- en lederindustrie.
In de inzending van de schoenen
en lederindustrie, waaraan ook het
rijksbureau voor huiden en leder zijn
medewerking verleent, zullen huiden,
looistoffen, technisch leder, bovenle-
der, lederwaren, schoenen enz. ten
toon worden gesteld; in iedere afdee-
ling zullen foto's worden gemonteerd.
Salamander A.G.
De grootste Duitsche schoenfabriek
Salamander A.G. te Kornwestheim
heeft in 1940 een winst van 2.247.320
Rijksmark gemaakt. Een dividend van
7 pet. werd uitgekeerd.
Na het ongeluk bij de Bat'a.
Zooals men weet, vond bij de N.V.
Bat'a te Best onlangs een ernstig on
geluk plaats, dat aan de arbeiders
Merkx uit Best en v. d. Groessen uit
Oirschot het leven kostte.
Merkx was vader van een huisge
zin, terwijl v. d. Groessen de eenige
zoon en kostwinner van zijn moeder
was.
De directie van de N.V. Bat'a heeft
aan de achtergeblevenen een bepaald
bedrag toegezegd.
Onder het kantoorpersoneel, be
staande uit 200 personen, werd verder
een collecte gehouden, welke een to
taalbedrag van 4000 opbracht.
V. v. d. S.
In alle deelen van Den Haag zijn groote spandoeken-, landkaarten en
affiche's aangebracht met de V van Victorie, want Duitschland wint voor
Europa op alle fronten.
Op den hoek van de Lange Poten. (Polygoon).
Kettinghandel in thee ontdekt
Voorraad van inbraak
afkomstig.
In een opslagplaats van een levens
middelenmagazijn aan de Eerste van
der Kunststraat te 'sGravenhage is
achtereenvolgens driemaal ingebro
ken, den laatsten keer op 14 Juli.
Ontvreemd werden 855 pakjes thee,
flesschen slaolie, koffiesurrogaat,
toiletzeep en reepen chocolade.
De Centrale Opsporingsdienst der
politie heeft een uitgebreid onder
zoek ingesteld en daarbij rekening
gehouden met de waarschijnlijkheid
drt de gestolen goederen verder ver
handeld zouden worden. Onder
scheidene lieden, die verdacht kon
den worden, werden geschaduwd en
daarbij viel in het bijzonder het oog
op 'n 32-jarigen vrachtrijder en een
41-jarigen expediteur.
Afgeloopen Zaterdag gingen zij
samen per fiets in de richting van
Loosduinen. Zij stapten af aan den
Leyweg en gingen door een schuur
binnen, waarin een vrachtauto ge
stald was. Na eenigen tijd kwamen
de beide heeren in den auto naar
buiten rijden. Oogenschijnlijk lagen
in den vrachtwagen oude onder-
deelen van automobielen, Toen
onderweg de recherche te voorschijn
Irad en de chauffeur moest stoppen,
bleek bij inspectie van de auto nader,
dat er 240 pakjes thee in verborgen
waren van dezelfde soort als in het
levensmiddelen-magazijn gestolen
waren.
Beide mannen werden natuurlijk
aangehouden. Het bleek, dat zij het
partijtje thee reeds verkocht hadden
en wel aan een groentenhandelaar,
Een onderzoek, ingesteld bij dezen
man, bracht aan het licht, dat hij
nog 120 pakjes thee thuis had liggen
ook van dezelfde soort. Die thee
was echter reeds verkocht aan eerst-
genoemden vrachtrijder. De groente
handelaar had de tbee gekocht van
De V., winkelier in zuivelproducten
aan den Stationsweg te 's Graven-
hage. Deze De V, werd aangehouden
en een hoeveelheid thee werd bij
hem in beslag genomen. Hij ont
kende echter van deze heele zaak
iets te weten.
De politie had echter nog een
ander aanknoopingspunt. De vracht
rijder vertelde dat hij ook thee had
gekocht van een 41-jarige serveer-
juffroaw. Deze jufFrouw werd aan.
gehouden en toen kwam vast te staan
dat zij de thee had van een van aen
38-jarigeu waker. Toen ook deze
was aangehouden, bleek, dat hij 750
pakjes thee gekocht had van een
caféhouder en ook deze man werd
gearresteerd.
Verder bleek, dat de waker niet
alleen aan de serveerjuffrouw, maar
ook aan een vischhandelaar thee
had verkocht en wel 500 pakjes en
dat deze de thee verder had ver
kocht door bemiddeling van zekeren
Wdie ook werd aangehouden,aan
den zooeven genoemden zuivelhan
delaar De V., die toen moeilijk meer
kon volhouden, dat hij van de?e
zaak niets wist.
Nog meer voorraad.
Hoe was nu de caféhouder aan de
thee gekomen In zijn calé kwam
een vaste klant, die „Zwarte Bram"
genoemd werd. Deze man werd
spoedig gevonden en was een 32-
jarige grondwerker. Bij hem thuis
werden nog gevonden pakjes koffie
surrogaat, zeep, flesschen slaolie,
reepen chocolade enz., alles artikelen
welke ontvreemd warenin het levens
middelen magazijn. Nu kwam ook
uit, wie de eigenlijke daders waren,
namelijk een 16-ja.ige zoon van
„Zwaite Bram" en een broer van
denzelfden persoon.
De Burgemeester van DRUNEN
MAAKT BEKEND:
dat de oproepingen om te verschijnen voor de inlevering van koper, mes
sing, nikkel, tin, lood en legeeringen van deze metalen verzonden zijn of
zullen verzonden worden voor de geheele gemeente.
De gelegenheid tot inlevering bestaat voor de bewoners van de hieronder
genoemde straten op de daarachter vermelde data:
Straat:
Eindstraat
Kleinestraat
Molensteeg
Parallelweg
Schoolstraat
Kerkhofstraat
Stationsstraat
Torenstraat
Achterstraat
Hoogeweg
Semke
Giersbergen
Steegerf
Klinkert
Fellenoord
Pessert
Duinweg
Badhuisstraat
Boschweg
Veilingstraat
Heistraat
Wolfshoek
Scheidingstraat
Grootestraat
Mariëndonkstraat
Heusdenscheweg
Kerkstraat
Schans wijk
Kapelstraat
Bosschen
Groenewoud
Inleveringsdata:
23 Juli 1941.
24 Juli 1941.
25 Juli 1941.
26 Juli 1941.
28 Juli 1941.
29 Juli 1941.
30 Juli 1941.
31 Juli 1941.
1 Augustus 1941.
INLEVERING DIENT TE GESCHIEDEN TEN
GEMEENTEHUIZE.
Op de oproepingskaarten is vermeld op welken dag en op welk uur men
dient te verschijnen. Teneinde noodeloos oponthoud te vermijden wordt
aangeraden zich aan de opgegeven uren te houden.
De oproepingskaarten moeten worden medegebracht.
De aandacht wordt er op gevestigd, dat het niet ontvangen van een op-
roepingskaart NIET ontheft van de verplichting tot inlevering.
Ingeval men geen oproeping ontving, is men toch verplicht ter inleve
ringsplaats als bovengenoemd te verschijnen, alwaar dan alsnog een op-
roepingskaart wordt gereed gemaakt.
Overigens wordt verwezen naar de reeds plaats gehad hebbende publi-
caties.
De Burgermeester voornoemd,
VAN DER HEIJDEN.
I
inLEDEMNGjn IIIEIALEII.