WAALWIJKSCHE EN LANGSTRAATSCHE COURANT
ONDERNEMINGSRADEN. E.n be.a„grijk i
in.
DEZE DRIE.
Waalwijk opnieuw in rouw gedompeld.
te„ 27 APRIL 1945
Losse nummers 10 cent
68e JAARGANG No. 21
n-
"j
s-
or
r s
21
Juliana-collecte van het
Roode Kruis.
eau
en
iwe
TS,
UÏL
Vijf jonge levens in Duitsch concentratiekamp vernietigd.
Men zal zich herinneren
dat in den nacht van 8 Oc
tober 1944, van Zaterdag
op Zondag, een aantal fa
milies uit Waalwijk door de
SS uit hun bed werden ge
licht en opgesloten in de
garage van Dommelen. Nie
mand van hen was zich be
wust, zich ergens aan schul
dig te hebben gemaakt, maar
men bracht het gebeurde in
verband met een al dan niet
vermeende aanslag op den
beruchten NSB'er MVis
senberg, die daarover een
aanklacht zou hebben inge
diend en de namen van de
mogelijke verdachten zou
hebben opgegevenZoo be
vond zich op dien fatalen
Zondagmorgen een gezel
schap van 14 vrouwen, jon
gens en mannen in deze
garage bijeen, waarvan er
uiteindelijk zes werden weg-
gevoerd naar Gorinchem, te
weten vader Slaats met zijn
vier zoons, Jules 16 jaar,
Georg 21 jaar, Gerard 22
jaar en de gehuwde Herman
34 jaar, benevens de 18-
jarige Kees van Loon. Dat
juist deze zes werden weg
gevoerd, was stom toeval
en dat de anderen later
werden losgelaten, was puur
geluk. Aanvankelijk was men
van meening, dat het met
de weggevoerden zoo'n vaart
niet zou loopen. Vader
Slaats werd in Gorinchem
naar huis gestuurd en men
dacht dat de anderen wel
ergens te werk zouden wor
den gesteld, omdat de men-
schenjagers zich bij herha
ling in dien geest hadden
uitgelaten
De vier broers en Kees
van Loon werden vanuit
Gorinchem direct op trans
port gesteld naar Amers
foort en vandaar op 14 Oc
tober overgebracht naar het
beruchte concentratiekamp
Neuengamme bij Hamburg,
waar zij als politieke gevan
genen werden opgesloten.
Vijf oersterke, gezonde
jonge kerels in een Duitsch
concentratiekamp.
Vijf flinke jongens, van
goede families, op wier
naam niets was aan te mer
ken, bij ieder geacht en met
ontelbare vrienden, zij zijn
den weg gegaan van zoovele
duizenden voor hen, na en
kele maanden waren zij dood.
De waarheid moet te ver
schrikkelijk zijn, dat men
huivert om over de werke
lijkheid na te denken. Op
9 December stierf Jules, drie
dagen later op 12 December
Herman en op 17 December
Kees van Loon. Georg was
overgebracht naar het kamp
Meppen, waar hij op 29
Januari stierf en Gerard
stierf op 25 Februari in het
kamp Bergen-Belsen.
Een golf van ontroering
sloeg over Waalwijk, toen
men hier deze ontstellende
tijding vernam. En aller
spontane medeleven gaat uit
naar de diepbedroefde fa
milies, die in schier ondra
gelijke smart gedompeld zijn.
Een nieuwe misdaad is toe
gevoegd aan de lange onaf
zienbare rij van misdaden,
die het barbarendom over
de beschaafde wereld ge
bracht heeft. Troost kan
hier niet gegeven worden.
Het leed is te groot en de
straf voor alle gruweldaden
voltrekt zich ïeeds thans met
niet gedachte gestrengheid
over een volk, dat eens de
wereld met zijn gruwelen
beheerschen wilde, maar
slechts verachting en diepste
walging oogstte.
Aan het Duitsche volk
voltrekt zich de straf, welke
het zelf over zich afgeroe
pen heeft. Wee ook dengene
die de oorzaak is van het
leed, dat thans weer over
Waalwijk gekomen is en dit
door tijdige tusschenkomst
misschien had kunnen ver
hinderen.
BUCHENWALDE.
ider
ider
DE ECHO VAN HET ZUIDEN
/ele
jen.
ge-
die I
alle a
en I
ich- I
of jpofdredacteur UitgeverJAN HELEN
den tedacteurtJ. A. A. VAN DEN DUNGEN
lien
Abonnementsprijs 15 cent per week 11.95 per kwartaal
Drukker: WaalwIJksche
Stoomdrukkerij Antoon Helen
Kennummer 2483
agd
ed-
211
□r
zoo
:ten
lek-
ibe-
aan Door den Raad voor Maatschappelij-
o-a. -en Wederopbouw t.e Waalwijk is een
be- >elangrijk initiatief genomen, dat van
len, verstrekkende beteekenis mag worden
le- eerwacht voor den gang van zaken in
in le onderneming in het algemeen en voor
ioe- Je verhouding werkgever-—werknemer in
len. iet bijzonder. Door de sociaal-economi-
zijn che afdeeling van dezen Raad en de
eea kommissie Arbeiders en de Commissie
te .'abrikanten is een concept voor instel-
on- ing van Ondernemingsraden opgesteld
En net een overkoepelende Centrale van
om Ondernemingsraden, waarbij op alle pun-
>rijs en volledige overeenstemming werd be-
lige -eikt. Dit concept is aan alle leden van
dat jen Fabrikantenkring Langstraat toege-
der jonden.
ade Bij het opstellen is men er van uitge-
sen. gaan, dat men aan de algemeen erkende
inig organisaties van werknemers en van
ïes- werkgevers een voorstel moest doen toe
gen <omen, hetwelk op dit oogenblik plaat
selijk reeds verwezenlijkt kan worden en
Ier- hetwelk ligt in de lijn van de toekom-
zo- stige corporatieve inrichting van de
dit maatschappij. De Ondernemingsraad,
ar- zooals die is voorgesteld, kan al of niet
Vat in gewijzigden vorm, worden ingevoerd
-a- in all.e industriëele ondernemingen van
erd Waalwijk,
en De centrale van ondernemingsraden
wordt ook plaatselijk eventueel
streeksgewijs gedacht. De opstellers
zijn n.l. van meening, dat er, bij invoe-
ring van ondernemingsraden, willen zij
N werkelijk effectief werken, noodzakelijk
een hoogere instantie moet zijn, welke
boven de afzonderlijke ondernemingsra
den staat en allen overkoepelt. Daarom
wordt een Centrale van Ondernemings
raden voorgesteld, welke direct bereik
baar is en de ondernemingsraden van
alle industrieën overkoepelt.
Men is echter van meening, dat de
„Centrale van Ondernemingsraden"
slechts tijdelijk moet zijn en dat het ligt
in de lijn van de corporatieve inrichting
der maatschappij, dat deze Centrale
straks wordt opgeheven en haar taak
wordt overgenomen door een Bedrijfs-
raad, welke d.e ondernemingsraden per
bedrijfstak overkoepelt. Deze Bedrijfs-
raad zal echter veel uitgebreidere be
voegdheden moeten hebben, dan de voor
gestelde Centrale van Ondernemingsra
den en in het raam van de totale taak
van den Bedrijfsraad, zullen de werk
zaamheden welke zij overneemt van de
Centrale van Ondernemingsraden slechts
een kl.ein onderdeel vormen. Boven den
Bedrijfsraad uit wordt een sociaal-econo
mische raad gedacht, welke alle indus
trieën omvat.
Wanneer thans wordt voorgesteld, zoo
zegt het begeleidend schrijven, te streven
naar instelling van Ondernemingsraden
met een overkoepelende Centrale van
Ondernemingsraden, dan wil dit niet zeg
gen, dat de voorstellers van meening
zouden zijn, dat niet tegelijkertijd ge
streefd kan worden naar instelling van
Bedrijfsraden. Integendeel. Men is van
UIL meening, dat tegelijkertijd naar instelling
<G van Bedrijfsraden gestreefd moet worden.
Zij liggen een stap verder op den weg
Kin- naar een corporatieve maatschappij en
3 liggen in een geheel ander vlak dan de
aad Ondernemingsraden. De primaire taak
L 'van de Bedrijfsraden is namelijk gelegen
in het treffen van regelingen voor alle
ondernemingen in den bedrijfstak geza-
and. menlijk. De Ondernemingsraden beperken
zich tot d.e vraagstukken binnen de af-
>EN zonderlijke ondernemingen. Dit is geheel
BUW 'n ^en 9eest van de corporatieve inrich-
r ting der maatschappij, want daarbij blij-
Ven namelijk de afzonderlijke onderne-
ties- mingen autonoom t.a.v. die problemen,
39 welke in die afzonderlijke ondernemingen
nen ^luis hooren. Het is trouwens niet voor
tegenspraak vatbaar, dat de afzonderlijke
eeI1 ondernemingen met hun Ondernemings-
ren- raden'de meest natuurlijke en meest ge-
een schikte organen zijn om de interne pro-
nde k'emen te behandelen.
Men geeft toe, dat de voorstellen voor
in. juitloopèn op de straks komende wettelijke
3ur. regeling, m.b.t. de ordening van het be
drijfsleven. Men meent echter, dat dit
-alleen maar winst kan beteekenen, omdat
den thans reeds gewerkt wordt aan het kwee-
V.o. ken van een goeden geest, welken geest
i aan de straks komende ordening „leven"
en „inhoud" zal moeten geven. Deze
V.O. geest moet, naar men m.eent, reeds thans
voorbereid worden en de „Onderne-
7. d, mingsraden" beschouwt men als het daar-
>ior voor meest geschikte orgaan.
De voorstellers hopen en vertrouwen,
dat in het belang van de Gemeenschap,
an- 'n het belang van de individueele onder
den nemin9en en in het belang van alle in de
ondernemingen werkzame ondernemings-
genooten, de voorstellen ernstig bestu-
l X. -deerd zull.en worden en tot uitvoering,
in al of niet gewijzigden vorm, zal wor
den overgegaan.
Op een gehouden vergadering van den
Fabrikantenkring Langstraat, waar deze
plannen werden voorgelegd, stond men
er in het algemeen sympathiek tegen-
lver;, het concept „Ondernemings
raad wordt in artikel 2 als doel ge
steld: het doen tot stand komen van een
echte werkgemeenschap, waarin alle on
derneming sgenooten werken voor het
zelfde doel, n.l. het produceeren van goe
deren. Door dit werken voor hetzelfde
O on^staat een samenwerking op basis
.van gemeenschappelijke belangen. Werk-
SSe. gevert en werknemers moeten beseffen,
13, dat zij wederkeerig elkaar aanvullen en
EL. voor e^ander onmisbaar zijn en dat er
dus een wederzijdsche afhankelijkheid be
staat. Tusschen alle ondernemingsgenoo-
ten zal moeten groeien een geest van or-
klcen ganische verbondenheid in het belang van
bc- jje gemeenschap en wordt door de onder-
d.
initiatief.
neming in optimalen vorm deelgenomen
aan den maatschappelijken wederopbouw
van het Vaderland. In artikel 3 en 4
worden resp. samenstelling en verkiezing
van d.en Ondernemingsraad geregeld, ter
wijl artikel 5 de taak van den Onderne
mingsraad bepaalt. Hierin wordt o.m.
gezegd: het behartigen van de belangen
van de onderneming; het aankweeken
van een gevoel van verbondenheid van
de ondernemingsgenooten met de onder
neming; het aankweeken van verant
woordelijkheidsgevoel en een kameraad
schappelijke sfeer; voorts medezeggen
schap betreffende de secundaire arbeids
voorwaarden; regelmatigheid in den be-
drijfsgang; orde in de fabriek; regelingen
ter bevordering van arbeidsvreugde, de
gezondheid en veiligheid; regeling en
medebeheer van de instellingen ten be
hoeve van de arbeiders; personeelbe-
schikkingen; vrouwelijke en jeugdige ar
beidskrachten; gratificaties of aandeel in
den winst indien de onderneming hiertoe
overgaat; organisatie van bepaalde tech
nische kwesties, bijv. opstellen van ma
chines, indeelen loopende band, arbeids-
tempo, enz.
In het concept „Centrale van Onderne
mingsraden" wordt als taak gezien het
kennis nemen van den uitslag van ver
kiezingen van de verschillende onderne
mingsraden. Worden bij de kennisgeving
bezwaren ingebracht tegen de toelating
van een bepaald werknemerslid, dan on
derzoekt de Centrale deze bezwaren. De
Centrale beslist over al of niet toelating.
Een lid-werknemer kan slechts worden
geweigerd als .er gegronde vrees bestaat,
dat zijn werkzaamheid als lid van den
betrokken ondernemingsraad niet in het
belang van de onderneming is en daar
door niet in het belang van de onder
nemingsgenooten. De Centrale beslist,
wanneer in de afzonderlijke onderne
mingsraden geschillen bestaan; over
competentievraagstukken; verstrekken van
ongevraagde adviezen. De samenstelling
wordt gezien als bestaande uit één on
partijdig voorzitter; vijf leden werkne
mers te kiezen door de algemeen erkende
werknemersorganisaties en vijf leden
werkgevers te kiezen door de algemeen
De Juliana-collecte van het Roode
Kruis op 28 en 29 April moet iets
grootsch worden, dat grootsche,
waarmee wij, klein volk, altijd nog
de bewondering der wereld hebben
afgedwongen De onderlinge hulp
bereidheid bij nationale rampen. Op
de bewogen en dramatische blad
zijden onzer geschiedenis kennen wij
niet een tweede ramp als deze,
waarbij da afgesnoerde, dichtstbevolk
te en vitale centra geïsoleerd liggen
in den met het uur doodelijker greep
van een vijand, die in wreedheid zijn
wederga niet heeft en die gezworen
heeft, dat aan zijn ondergang de onze
zal voorafgaan. In vele dingen ge
doemd tot oogenblikkelijke daadloos
heid tegenover het onbevrijde
Noorden, kunnen wij één ding doen
een hulp samenbrengen, waaruit s raks
bij wijze van spreken zonder voor
behoud kan worden geput, om te
voeden, te genezen, te huisvesten, bij
te staan. Alles wat wij nu voelen aan
bitterheid, aan angst, aan drang tot
redding, aan impulsen van eenheid
en verbondenheid met hen, die, ge
scheiden van ons, met ons het eene,
zwaar beproefde vaderland vormen,
kunnen wij ook nu weer tot uitdrukking
brengen in deze collecte.
Laat ieder er zich van bewust zijn,
dat ook de omvang zijner bijdrage
het grootsch en aangrijpend slagen
dezer collecte mede verwezenlijkt.
ANTOON COOLEN.
(Herr. Ned.)
erkende werkgeversorganisaties.
Stellig zijn er tegen de ingediende
voorstellen bezwaren in te brengen. Naar
onze meening wordt de beteekenis en de
waarde ervan daardoor niet verkleind en
het kan toch minstens van groot belang
geacht worden, wanneer men er in zou
slagen de voorstellen in De Langstraat
ingevoerd te krijgen, om hun waarde aan
de practijk te toetsen. Daaruit zou, wij
zeggen het d.e voorstellers na, slechts
„winst" verkregen worden.
De Koningin, ónze Koningin, heeft ze
ons vooral de laatste maanden meerdere
malen voor oogen gehouden, deze drie
cardinale eigenschappen, die als pilaren
de nieuwe maatschappij moeten dragen
en stutten:
rechtvaardigheid, waarheid en naasten
liefde.
Het zijn drie groote woorden, die ont
zettend veel inhouden, die men thans
bijna dagelijks hoort gebruiken, maar die
zoo dikwijls in den mond genomen wor
den, zonder dat men ze doorvoelt en er
de consequenties van aanvaardt. Dat is
erg jammer, want het zijn zulke waar-
dévolle begrippen en alles verliest van
zijn waarde en inhoud, al is het nog zoo
groots, wanneer het al te dikwijls licht
vaardig en onnadenkend gebruikt wordt.
Rechtvaardigheid, getemperd en ver
zacht door naastenliefde, en beide zuiver
gehouden door de waarheid. Is er een
idealere gemeenschap denkbaar dan die,
waarin deze drie grootheden de allesbe-
heerschende gedachte vormen, die bij
alles helder vooropgesteld wordt, die het
„leitmotief" uit
maakt van al
de handelingen
dier samenleving?
MAATSCHAPPELIJKE
WEDEROPBOUW
LANGSTRAAT.
Rechtvaardigheid, wat dekt dit begrip
al niet? Het wil zeggen, dat we ieder het
zijne moeten geven, waarop hij recht
heeft, zoowel op stoffelijk als op geeste
lijk gebied. Het beteekent, dat we iemand
niet mogen onttrekken of zelfs trachten
te onttrekken, wat hem toekomt, en dat
we onszelf niet mogen toeëigenen wat
ons niet toekomt. Het beteekent ook, dat
we iemand niet mogen bevoordeelen ten
koste van een ander, m.a.w. geen
„vriendjespolitiek" erop nahouden. Na
tuurlijk denkt iedereen het eerst aan zijn
eigen vrienden, eerder dan aan verre
kennissen. Maar we mogen toch nooit
iemand voor het een of ander aanbevelen
enkel en alleen omdat het een goede
relatie van ons is, als we daardoor tege
lijkertijd een ander met betere capacitei
ten opzettelijk zouden voorbijgaan, aan
gezien hij ons ni.et zoo na is. „De juiste
man op de juiste plaats" is een eisch van
de rechtvaardigheid, maar nog lang niet
overal wordt die omgezet in de practijk
en dat wekt terecht veel ergernis.
Ook op het niet stoffelijke gebied moet
de rechtvaardigheid ons richtsnoer zijn,
ook daar moeten we een ander recht laten
wedervaren. Dat houdt o.a. ook in, dat
we iemand zijn goeden naam niet mogen
ontnemen, waarop hij aanspraak maakt.
Den evenmensch dingen in de schoenen
schuiven, die eenvoudig niet waar zijn
of die we op zijn minst niet kunnen ver
antwoorden, is een aanslag op de recht
vaardigheid, en des te ernstiger en mis
dadiger naarmate de persoon in kwestie
er weer nadeel van ondervindt.
Rechtvaardig moeten we zijn niet
slechts tegenover den enkeling, maar ook
tegenover de samenleving als geheel.
Wat bedoeld is om de geheele gemeen
schap ten nutte te zijn, mogen we niet
aanwenden voor ons persoonlijk voor
deel en belang.
En de grootste grofheden tegen de
rechtvaardigheid worden waarschijnlijk
wel bedreven, ook nil nog, in den zwar
ten handel. We hebben al zooveel ver
slagen gelezen over voedseltoestanden in
nog bezet Nederland, ook van officiëele
persbureaux. En steeds heeft het ons
dan pijnlijk getroffen, daarin te lezen,
hoe men, om het peil van de ellende aan
te geven, ons dan als iets vanzelfspre-
kens gewoonweg fantastische bedragen
noemde, die betaald werden voor een
mud aardappelen en zoo meer. In die
verslagen lag wel steeds de tendenz te
lezen: als er zulke prijzen gevraagd wor
den, moet het daar toch wel bar zijn.
Maar wij hebben daarin steeds de mo
raal gemist, di.e we zoo graag daar
naast gezien hadden: als er zulke prijzen
gevraagd durven worden, dan moet het
rechtvaardigheidsgevoel, niet alleen van
dengene, die er zooveel voor rekent, maar
in nog hoogere mate van dengene, die er
zooveel voor betaalt - terwijl anderen
het eenvoudig niet kunnen betalen
toch wel heel erg afgestompt zijn en een
zeer roestig begrip zijn geworden.
Rechtvaardigheid eischt echter ook, dat
iemand d.e straf wordt gegeven, die hij
door zijn gedrag verdiend heeft en die
in verhouding staat naar zijn daden. Het
moet niet mogelijk zijn, dat iemand, die
in de afgeloopen jaren op groote schaal
landverraad heeft gepleegd en daarmee
de gemeenschap heeft uitgebuit een lich
tere straf krijgt dan iemand, die mis
schien uit kortzichtigheid of pure dom
heid zijn „kleine landverraadje" heeft
begaan.
Rechtvaardigheid is een hoogst ge
wichtige zaak en waar ze niet wordt
geëerbiedigd moet noodzakelijkerwijs .er
gernis en ontevredenheid groeien.
Maar rechtvaardigheid alleen is niet
voldoende. Louter recht is hard en koud,
de menschelijke mildheid ontbreekt er
aan. En daarom moet de rechtvaardigheid
gepaard worden aan de naastenliefde,
welke dat alles in een zachter en edeler
licht zet en een meer menschelijke warm
te geeft. Waar rechtvaardigheid heerscht
zonder liefde, groeit niets. Daar kan niets
groeien, omdat de bodem te schraal is.
Maar als die rechtvaardigheid gegrond
is in de naastenliefde, zal ze daaruit de
schoonheid putten en het warme gevoel,
dat noodig is voor een vruchtbare toe
passing ervan. Want die liefde zal er
het ijzige aan ontnemen en ze van de
scherpe kanten ontdoen. Want per slot
van rekening blijft rechtvaardigheid
alleen steeds een harden plicht, maar de
liefde bezit de teedere steen van de
weldaad. Rechtvaardigheid oordeelt en
redeneert, maar d.e liefde komt uit het
hart en voelt.
Rechtvaardigheid en naastenliefde
moeten elkaar in evenwicht houden zon
der elkaar te verdringen en ze moeten
niet eenzijdig worden toegepast. We
moeten niet tegenover anderen enkel
maar rechtvaardig en tegenover onszelf
enkel lief willen zijn. We moeten ook
onszelf de strengheid van de rechtvaar
digheid aanmeten en ook de anderen
tegemoet treden in de bereidwilligheid
van de naastenliefde. Daarom zal de
waarheid ons den juisten weg en de
juiste verhouding moeten aangeven tus
schen h.et recht en de liefde, opdat geen
bij-motieven en bij-bedoelingen onze mee
ning en intentie vertroebelen, maar we
al onze daden stellen in een geest van
waarachtigheid en oprechtheid.
Rechtvaardigheid, waarheid en naas
tenliefde. Deze drie. Dan zal onze nieu
we gemeenschap werkelijk nieuw zijn,
omdat ze dan rust op de groote waarden,
die weliswaar al oeroud zijn, maar door
hun onvergankelijkheid steeds nieuw
blijven.
„Herrijzend-Nederland" wijdde de volgende
beschouwing aan het pas door de geallieerden
veroverde concentratiekamp Buchenwald.
Een breede autoweg voert naar den „Totes-
hügel, zooals het kamp onder de bevolking
bekend staat. Even voor de waterscheiding
splitst de weg zich, en daar staat een rijk
gebeeldhouwde wegwijzer. Op de linkerarm, die
naar de kazerne wijst, een paar „sieges-
bewuszte" S.S.-soldatenop de rechter arm
een S.S.-held, die een priester, een monnik
en een Jood het concentratiekamp binnen
bracht. Boven de poort het opschrift: „Recht
oder Unrecht, mein Vaterland."
Daardoor gingen de eerste Nederlanders een
concentratiekamp binnen. In Juli 1940 kwa
men er ruim twee honderd Indische gijzehtars,
in October van dat jaar aangevuld met een
aantal Nederlanders die zelfs niets met Indië
te maken hadden. Het was spijtig voor de S.S.,
dat de gewone, ruwe methoden niet op hen
konden worden toegepast, om dat zij onder
de bescherming van het Zweedsche gezant
schap stonden en daarom naar fijnere sadis
tische plagerijen moest worden gegrepen.
Het kamp ligt aan de windzijde van den
heuvelrug, van October tot Mei dik onder de
sneeuw, en het kan er zoo koud zijn, dat het
is voorgekomen, dat zelfs Joden en de Polen
niet hoefden te werken. De slechte verzorging
en volkomen ontoereikende geneeskundige hulp
hebben den Indischen gijzelaars twaalf dooden
gekost, waax-onder Minister Goseling en Jonk
heer Verheyen, de Opperstalmeester van H.
M. de Koningin. Toen kwam Rauter, want
dat kon last geven met de Nederlandsche
regeering, die immers 2000 Duitsche geinter-
neerden in Indië in handen had en de
Indische gijzelaars gingen naar een kamp in
Nederland, onder voorwaax-de, dat ze daar niet
meer zouden „krepieren".
Maar intusschen waren er andere Neder
landers binnengebracht, die geen internatio
nale bescherming genoten, en waarop de S.S.
haar hartstochten kon botvieren.
Er arriveerden 450 Amsterdamsche Joden,
jonge, krachtige kerels, zoo van de straat op
gepakt. Na een paar weken sleurden zij zich
nog met moeite voort. En na een maand
werden de laatste 50 overlevenden naar een
ander kamp overgebracht. Toch hadden ze
den moed tot het laatste oogenblik weten te
bewaren, en als ze langs de Indische gijzelaars
kwamen en deze konden ze toefluisteren, dat
het goed ging, dan leefden ze weer even op.
Er kwamen nog andere Nederlanders. Wat
er van hen geworden is, of ze nog leven,
niemand weet het. De normale sterkte van
het kamp was 10.000 man, de gemiddelde
jaarlijksche sterfte meer dan 3.000. Een galg
was er niet, maar ondervoeding, afbeuling,
marteling, satanisch getreiter, losspringende
rotsblokken in de steengroeve, en revolver
schoten bij zoogenaamde ontvluchtingspogin
gen gaven geregeld werx aan de vt rassching"-
ovens.
Met hen leden Tsjechen, Polen, Belgen,
enkele Spanjaarden, enDuitschers. Op
een zomex-dag arriveerden er 2000 gestraften
uit een ander kamp, uit Dachau, die de S.S.
naakt in het kamp liet marcheex-en. Een hun
ner, een man van 1 meter 75 lang. woog 27
kilogram, en de dijbeenen hadden een omvang
van een normale pols. De rest was navenant.
Het schijnt ongelooflijk, maar de foto's ervan
zijn ir. de Duitsche kranten verschenen, want
de ergste gevallen zijn in Buchenwald gefoto
grafeerd. Alleen luidde het onderschrift, dat
zij waren aangetroffen in Rusland, slacht
offer-s onder de burgerbevolking van het Sov
jet-regime.
Dat alles speelde zich af, acht kilometer
van Weimarwaar eens Goethe zijn onster
felijke gedichten gemaakt heeft.
Buchenwald is nu in handen van de geal
lieerden, en de vrijheid waar tien duizenden
naar gesnakt hebben is eindelijk gekomen.
Maar voor velen, voor heel velente Iaat!
De geallieerden hebben hier vreesclijke toe
standen gevondenhonderden en hondex-den
onbegraven lijkenhonderden gevangenen die
niet meer konden loopen of staan, de vree-
selijkste martelwerktuigen, die men denken
kan. Van de 60.000 man die hier zijn binnen
gegaan, zijn er 40.000 vermoord.
De Amerikanen hebben 1000 inwonexs uit
Weimar gedwongen deze gruwelplaats te be
zoeken, zij hebben hen gevoerd door stinkende
stallen vol lijken, door z.g. laboratoria, waar
z.g. professoren proeven namen op de onge-
lukkigen met 90% sterftekans. Velen van hen
schreidden en vielen in onmacht.