8 JUNI 1945
Losse nummers 10 cent
63e JAARGANG No. 33
WAALWUXSCHE EN LANGSTRA AÏSCHE COURANT
De hu!pverSeening vara de Langstraat
't Land van Neusden en Altena.
WAAR NET OP AAN KOMT.
aa
ii.
De NeeSeHarsdsche
koSeg'sposiise.
LOSSE BERICHTEN.
De zomervacanties
zullen dit jaar gegeven
worden van 1 Juni - 1
Sept. We dachten dat de
jeugd al heel wat vacan-
tie achter de rug hac^
Er zijn o.ra. in arrest
gesteld, de vroegere kolo
nel-commandantder oud
strijders v. d. Bijl, daarna
voorzitter van Winterhulp
en Volksdienst; De oud-
doeiverdediger van 't Ned.
elftal Gejus v. d. Meuten,
Prof, Baader van de uni
versileit van Nijmegen,
Benevens de activisten
Bormis en v. d. Wielen.
Wordt de Schoenindustrie op
sleeptouw gehouden.
De geallieerden zijn
op de N O. kust van Bor
neo geland.
Ongev. 100.000 Duit
se he krijgsgevangenen zul
len de mijiivelden oprui
men, die in en rond de
Fransche badplaatsen zijri
aangelegd. Op het oogen-
blik zijn er reeds 10.000
krijgsgevangenen bij de
opruiming ingeschakeld.
Dat is de juiste weg,zou
den wij zeggen 1 (A.A
Volgens de Londen
Galling zijn in Duitsch-
land verschillende hooge
SS-officieren gevangen ge
nomen. Onder hen bevon
den zich RAUTER en A.
HIMMLER, de broer van
Himmler.
Volgens B.U.P. heb
ben Shaet-autoriteiten te
Den Haag verklaard, dat
met geallieerde hulp re-
geeringsaankoopen en bin-
nenlandsche productie Ne
derland thans verzekerd
is van voldoende voedsel
om tot einde December
het bestaanspeil te houden.
Radio Hilversum, de
gebouwen, de studio's en
't technisch materiaal zijn
voor 80 pet intact. Als er
stroom is zou men zoo
kunnen beginnen (A.A.)
De Perzische regee
ring heeft Engeland, Rus
land en Amerika gevraagd
hun troepen uit t' land
terug te trekken. Het
schijnt dat Rusland dit
eerst wil doen als de oor
log tegen Japan is geëin
digd, (A.A.)
De „Volkskrant" van
28 Mei j.l. meldt: Een
groep van twintig gewa
pende mannen bestaande
uit leden van de S.S. en
S.D. heeft enkele dagen
geleden een overval ge-
pleegd op het beruchte
Joden kamp te Wester-
bork, thans als internec-
ringskamp voor Neder
landsche leden van de S S.
Een deel der gevangen
landverraders slaagde er
in een uitval te doen en
mengde zich in het het he
vige gevecht,dat zich ont
wikkelde. Om en om de
vijftig leden van de Bin-
nènlandsche Srijdkrach-
ten werden gedood of ge.
wond.
DE ECHO VAN HET ZUiVEN
Hoofdredacteur Ultqover JAN TiELEN
Kodaclaur J. A. A. VAN DEN DUNGEN
Abonnementsprijs 15 cent per week11.95 per tc-.vartaol
Toen we aan land gingen,
laaide het enthousiasme op
nieuw op. Wij waren de eerste
vreemdelingen, die daar kwa
men, geen Tommy was er te
zien en het leek alsof niet de
Engelschen, maar wij de bevrij
ding kwamen brengen. Op weg
van het schip naar het Raadhuis
werden we omstuwd door een
dringende menigte, kindertjes in
pyama hingen uit de ramen en
riepen ons toe en we staken hen
een stukje chocola in de mond.
Het' was een stormachtig wel
kom, dat geen einde scheen te
kennen. Jammer genoeg hadden
we raaar een zeer kleine voor
raad sigaretten, zoodat de man
nen al te spoedig daarin teleur
gesteld moesten worden.
Op het Raadhuis, waar we
werden ontvangen door den
Commandant der O.D. den Heer
van Kempen, en den door de
Duitschers afgezette Burgemees
ter van Werkendam, den Edel-
achtbaren Heer de Bruin, had
daarna een korte bespreking
plaats om enkele dingen te re
gelen. Nog diezelfde nacht werd
contact opgenomen met distri-
but'iepersoneel uit het' Land van
Heusden en Altena, dat onder
leiding stond van den disloca
tieleider uit Almkerk, den Heer
van 't Sand.
Als bewijs van de activiteit
en handigheid van de onder-
grondsche beweging in Werken
dam moge het' volgende staaltje
gelden. In de confereerkamer
van het gemeentehuis was naast
de leiding van het licht een
slang door het plafond aange
bracht', waardoor het mogelijk
was alle gesprekken, die daar
door den N.S.B.-Burgemeester
werden gevoerd, o.a. eenige tijd
geleden nog met Mussert, af te
luisteren, zoodat men steeds
van alle partijgeheimen en
maatregelen tijdig op de hoogte
was. Op deze wijze heeft men
7 schriften van dergelijke ge
sprekken verzameld. Al is de
leugen nog zoo snelenz.!
Terwijl we in het' Raadhuis bij
carbidlicht' zaten te vergaderen,
diende zich een ijlkoerier uit
Rotterdam aan, die onmiddellijk
door moest' naar Breda om in
jectie-materiaal te halen voor
onderhuidsche inspuiting bij wij
ze van kunstmatige voeding.
Het' leven van meerdere Rotter
dammers hing hiervan af, doch
hij zag geen kans over de Maas
te komen. Voor een roei- of
zeilboot was het risico, v/egens
de storm te groot en olie voor
de beschikbare motorboot kon
hij niet krijgen. Het gaf ons een
warm gevoel van dankbaarheid,
dat wij deze man een gedeelte
van onze voorraad ruwe olie
konden afstaan om hem zoo in
staat te stellen zijn schoone
plicht t'e vervullen. Wij heetten
toch immers niet voor niets
Hulpverleening Nederland".
Ofschoon het' heel erg laat
was, toen we bij de burgers
waar we ingekwartierd waren,
naar bed gingen, moest de vol
gende morgen vroeg met' lossen
worden begonnen, maar door
ieders volledige medewerking
stond 's Maandagsmorgens om
half acht alles gereed om te
lossen. Dit en het vervoer was
geen kleinigheid. De lading was
180 ton en er stonden ons
slechts drie als eenig overge
bleven vrachtauto's in dit lage
Tand ter beschikking; de rest
was paardentractie en handkar
ren. Bij het lossen moest' ieder
artikel in vijf partijen worden
verdeeld naar verhouding van
het aantal inwoners van elk der
vijf distribueerplaatsen, van
waaruit het voedsel rechtstreeks
aan de bevolking zou worden
uitgereikt; Almkerk, Sleeuwijk,
Veen, Werkendam en Woudri-
chem. Er werd hard gewerkt en
de geheele bevolking hielp
gaarne mee, zoodat Dinsdag
morgen om twaalf uur alles op
de plaats van bestemming was
aangekomen.
In een gezellig ingerichte
cantine, waar we gezamenlijk
konden eten, hebben we de
tweede avond prettig eenige
tijd doorgebracht met het zingen
van vaderlandsche liederen en
luisterend naar de verhalen en
avonturen, die de bewoners in
dit gebied vooral de laatste
maanden hadden meegemaakt;
hoe ze geleefd hadden tusschen
hoop en vrees, weifelend tus
schen blijde en angstige ver
wachtingen, hoe vooral in dich
ter bij de Maas gelegen plaatsen
de menschen hadden moeten
evacueren, plotseling uit huis
gezet' om de Merwede te worden
overgedreven, in de barre ijskou
^van Januari-Februari, terwijl ze
alleen het hoogst noodzakelijke
mochten meenemen, wetend dat
al wat ze achterlieten voorgoed
.verloren zou zijn, hetzij door
roof, hetzij tengevolge van de
beschieting; hoe velen weiger
den te evacueeren en zich ver
zetten of uit de colonnes tracht
ten te breken, die bovendien
nog door Engelsche jagers be
dreigd werden vanwege de be
geleidende Duitschers. Wij heb
ben deze menschen ook zelf ge
zien en het leed heeft hen jaren
ouder gemaakt; en hoe tenslot
te de als geallieerde soldaten
verkleede N.B.S.-ers met de
Duitschers onderhandelden bij
de capitulatie.
Intusschen wist iedere bewo
ner van het' Land van Heusden
en Altena van wie, wat en waar
vandaan, want overal waren
van tevoren gedrukte aanplak
biljetten aangebracht, waarop in
het kort stond uiteengezet, wat
de Hulpverleening Nederland,
Afd. Langstraat was, wat haar
doel en middelen waren en op
welk terrein en in welke om
vang de hulpverleening zou ge
schieden.
Terwijl de goederen gelost
werden en de expeditie ervan
geregeld werd door den Heer
Kriek, deden de andere teams
hun eigen werk, zooals het dis-
tributiepersoneel, de Roode
Kruis-ploeg, de technische com
missie voor de wederopbouw,
het informatie-bureau en de ve
terinaire dienst van Waspik.
Onder de kundige leiding van
den vroegeren dislocatieleider
van de dist'ributiekring Waal
wijk, den Heer Jan van Iersel,
in samenwerking met den dis
locatieleider uit Almkerk, den
Heer van 't Sand, verrichtte het
meegekomen distributieperso-
neel, bestaande uit' de heeren
A. Savelkouls, J. Helsland, M.
v. Hooff, P. v. Iersel, C. de Jong
en P. v. Zeist', prachtig werk om
de voedseluitreiking voor te be
reiden. De noodbonkaarten hier
voor waren in Waalwijk reeds
gedrukt en konden dus kant en
klaar meegenomen worden,
's Maandags reeds waren de in
Werkendam gedrukte publica
ties van de Hulpverleening aan
geplakt, vermeldende waar en
wanneer de bonkaarten volgens
alphabetische rangorde konden
worden afgehaald, met daar
naast andere aanplakbiljetten,
welke artikelen en hoeveelhe
den op de diverse bonnen ver
strekt zouden worden. Het mag
inderdaad een organisatorische
prestatie heeten, zooals trou
wens deze geheele actie heeft
gekenmerkt door een perfecte
organisatie, dat reeds Dinsdag
avond alle bonkaarten aan al de
plm. 30.000 inwoners waren uit
gereikt. De distributie der le
vensmiddelen begon Woensdag
en Donderdagavond waren alle
bewoners van het Land van
Heusden en Altena in het' bezit
van de hun toekomende rant
soenen voor de eerstvolgende
veertien dagen.
Na deze veertien dagen is het
de bedoeling, het normale dis
tributie-systeem in t'e schakelen.
Bij de distributie v/as, ondanks
de korte termijn waarop alles
geregeld moest worden, ook nog
rekening gehouden met bijzon
dere omstandigheden. Zoo ont
vingen b.v. de landbouwers, die
nog in het' bezit van voldoende
vee waren, geen melk en boter,
terwijl aan het ziekenhuis en
de barakken extra rantsoenen
werden toegekend, hetgeen na
tuurlijk alleszins op prijs werd
gesteld.
Het afhalen der levensmidde
len was een waar feest. Zoo was
er een versierde wagen bij,
■waarop met' groote letters stond:
„Leve de Langstraat en Burg.
MoV'.
Van de kinderwagens en man
den, waarin velen hun rantsoe
nen kwamen halen, waren er
vele kleurrijk opgesmukt en je
hoorde geregeld spontane uit
latingen zooals: „Maar mijnheer,
v/at hebt U ons toch goed be
dacht" en „Ik zeg maar, dat ze
in de Langstraat wat klaarge
maakt hebben". En een oud
vrouwtje merkte met een glun
derend gezicht op: „Mijnheer,
wat is die chocolade toch fijn,
ik heb er de he^e nacht' op lig
gen zuigen!" De menschen wa
ren allemaal dolgelukkig, maar
wij, die het voorrecht hadden
dit te aanschouwen en mee te
maken, waren het zeker niet
minder. Eigenlijk hadden dit al
de gulle schenkers van de Lang
straat moeten kunnen zien.
Niet' alleen de levensmidde
len, doch ook het geestelijk
voedsel vond een gretig ont
haal. Dit bestond uit een frisse
oranje-brochure onder de titel
„Nederland zal herrijzen", uit
gaande van de Raad voor Maat
schappelijke Wederopbouw
Langstraat en gericht aan de pas
bevrijde bewoners van het Land
van Heusden en Altena. Na een
Als het waar is, dat' de cultuur
van een volk, dat volk zelf is,
dan moeten wij er ook alles
voor over hebben om dat volk,
óns volk tot zoo hoog mogelijk
peil op te voeren. Dan zal het
ook van het grootste belang
zijn en zullen wij ons met de
ijverigste toewijding moeten
toeleggen op de opvoeding van
het volk van de toekomst, d.w.z.
de jeugd van nu.
„Wie de jeugd heeft', heeft de
toekomst", geldt nog steeds in
z'n volle omvang. Wat wij thans
zaaien in onze jeugd, in onze
kinderen, in onze jongens en
meisjes van vandaag, dat zullen
wij oogsten in de generatie, die
ons zal opvolgen. Wat wij hen
thans leeren en bijbrengen en
inprenten, zullen zij als volwas
senen verder uitdragen; de
sfeer waarin wij hen nu op
voeden, zal hen ook later om
geven en van hen uitstralen,
als zij opgegroeid zijn, hetzij in
het leven van alledag, hetzij in
de hoogste leidende posities.
Wij volwassenen kunnen vaak
zoo onnadenkend en daarom
zoo onverantwoordelijk doen.
Wij spelen het soms klaar van
onze kinderen te eischen wat
we zelf niet kunnen opbrengen
en wij verwachten dikwijls een
houding van hen, die wij hen
niet de kans gegeven hebben,
om van ons te leeren, Goed
voorgaan doet goed volgen,
vooral bij jeugdige personen.
Wij hebben geen sterker opvoe-
dings-argument dan ons goede
voorbeeld, dan onze eigen per
soonlijke houding.
De jeugd wordt tegenwoordig
zoo dikwijls baldadigheid ver
weten, vernielzucht, vandalisme,
kortom een algemeene neiging
tot afbraak op alle mogelijk ge
bied, en wij zullen dit niet pro-
beeren tegen te spreken, want
de feiten liggen er onweerleg
baar. Maar als we naar de oor
zaak gaan zoeken, laat ons dan
niet te ver kijken, maar op de
eerste plaats een blik in het
eigen hart werpen en de hand
in eigen boezem steken.
Wanneer wij de negatieve en
afglijdende neigingen van onze
jeugd niet weten te keeren en
ze niet' weten om te zetten in
positief goed, dan loopt onze
cultuur gevaar ondermijnd en
uitgehold t'e worden.
Want als wij zelf ruw en
hard zijn tegenover onze mede-
menschen, als wij zelf het ge
zag kleineeren en omlaag halen,
als wij zelf meedoogenloos zijn
in onze beoordeeling van ande
ren, als wij den haat prediken
als fundament van de nieuwe
wereldorde, hoe willen wij dan
van onze kinderen, die toch
naar ons opzien als hun model,
iets anders of beters verwach
ten.
Als wij geen blijk geven van
een fijne levensopvatïng en le
vensbeschouwing, als onze han
delingen geen uitingen en af
spiegelingen zijn van een fijn
beschaafd innerlijk, met andere
woorden, als wij onszelf aanstel
len, hoe of waar dan ook, on
verschillig ten opzichte van wie,
als onbeholpen barbaren in-
plaats van edele christenen en
beschaafde nederlanders, v/aar
willen wij dan het recht van
daan halen, onze jeugd in deze
ook maar eenige eischen te stel
len
i Wij moeten hen een hoofdsche
levenshouding bijbrengen, een
j ridderlijkheid en adeldom, ge-
j worteld in de beginselen van
het christendom, waarbij de
liefde de grootste plaats moet
S worden ingeruimd,
j Wij moeten onze cultuur
overplanten op onze jeugd en
j hen in aanraking brengen met
j inleiding van Drs. Joep Na-
j ninclc bevat het twaalf pagina's
j beslaande boekje een aantal op
bouwende artikelen van ver-
j schillende personen: een uiteen
zetting over de taak en functie
van het Militair Gezag door den
Milit. Commissaris van het Dis-
trict 's Hertogenbosch, Majoor
C. P. N. Thomas; „Nederland
zal herrijzen" van H. Mol, Bur
gemeester van Dussen; „Gods
vertrouwen" door Ds. H. K. v.
Wingerden; „Geloof in de toe
komst" van Kap. E. Rietra; „De
hand aan de ploeg" van Drs.
Piet van Loon, voorzitter Maat-
schapp. Wederopbouw Lang
straat; een oproep aan de ille
galen van André (Kapitein A. L.
van Wijlen, Districts-vertrou-
wensman van de G.O.I.W.N.
Afd. Langstraat); „Noord-Neder
land", een vers van Joep Na-
ninck; en tenslotte een lijst van
de dagelijkse besturen van de
N.C.H.N. Afd. Langstraat en de
plaatselijke onderafdelingen.
Het beschikbare aantal van deze
brochure, 2000, bleek veel te
weinig, want via de boekwin
kels waren ze alle in een mini
mum van tijd weg.
(Wordt vervol 2d)
de beste en schoonste uitingen
daarvan.
Te dikwijls vergeten wij in
onze materialistische en burger
lijke instelling, dat het voor
onze jongens en meisjes onein
dig meer waard is dan een of
ander hoe onmisbaar diploma
dan ook te behalen, dat' ze
worden gevormd tot hoogstaan
de menschen, die verder en rui
mer denken dan zichzelf en die
in staat zijn onze nederlandsch-
christelijke cultuur waardig
voort t'e zetten en t'e dragen en
zoo mogelijk te veredelen.
Maar dan is het op de eerste
plaats noodig dat wij zelf ons
bewust zijn van de waarde van
die cultuur en zorgdragen dat
wij zelf niet' beneden onze
stand van menschzijn leven.
DAAR KOMT HET OP AAN.
Maatschappelijk wederopbouw
Langstraat.
Een somber beeld.
De kolen-rantsoenen waren
tijdens de bezettingsjaren reeds
zeer klein. Er is nu eenmaal een
grens tot waar men terug kan
gaan met verlaging der rantsoe
nen. Deze uiterste grens wordt
bereikt, wanneer de behoefte
voor geheel Nederland nog eens
wordt teruggebracht van
800.000 t'on tot 500.000 ton per
maand. Dit kwantum zal beslist
noodig zijn voor:
Voedsel-voorziening, eenige
essentieele niet-voedselbedrij.
ven, een minimale hoeveelheid
gas, electrische stroom en zeer
klein rantsoen huisbrand voor
het a.s. seizoen. Van de zoo
noodzakelijk weder inbedrijf-
st'elling der Nederlandsche in
dustrie is daarbij dan nog geen
sprake.
Dit uiterste minimum van
500.000 ton per maand wordt
op het oogen'olik slechts voor
de helft gedekt. De huidige
productie der Limbursche mijnen
bedraagt ongeveer 370.000 ton.
Door eigen gebruik der mijnen
en verlies voor de cokes-fabri-
cage resteert er dan ca. 240.000
ton.
De laajste maanden ontstond
er eenig evenwicht tusschen
productie en noodbehoefte der
bevrijde Zuidelijke provincies.
Er konden zelfs enkele essen
tieele niet-voedselbedrijven in
werking gesteld worden. Dit
evenwicht wordt echter weer
volledig verbroken, zoodra ver
voer naar Noord-Nederland mo
gelijk wordt. Het gevolg hiervan
zal zijn, dat' de in het Zuiden in
werking gestelde bedrijven
weder stilgelegd zullen moeten
worden. Zelfs zal een verdere
beperking van gas en electrici-
teit overwogen moeten worden,
en de bevoorrading met huis
brandkolen voor het' a.s. stook-
seizoen zal slechts in zeer be
perkte mate kunnen plaatsheb
ben, zoodat het toch al karige
huisbrandrantsoen, dat in de
laatste bezettingsjaren werd ge
geven. voor den komenden win
ter niet gehandhaafd zal kun
nen worden. Wij waarschuwen
dan ook reeds thans met klem
tegen elk optimisme ten aan
zien van het' a.s. winterseizoen.
Mochten er dezen zomer huis
brandkolen geleverd kunnen
worden, dan dienen de verbrui-
kers deze zorgvuldig te bewa-
j ren voor de wintermaanden.
Dit geheel geeft' een uiterst
somber beeld, dat echter het pu
bliek niet' onthouden mag wor
den, daar het om een essentieel
nationaal belang gaat, waarbij
alle landgenoot'en direct zijn
betrokken.
Of dit beel al of niet te pes
simistisch geschilderd is, hangt
af van de vraag, of onder de
tegenwoordige uitermate moei
lijke omstandigheden de Lim-
burgsche mijnen in staat zullen
zijn de productie op te voeren.
Drukker W jalwijkscho StooinJrukkor.J Antoon Tlolen
Konnummtr 2483
(Wij ontvingen van 't College
van Algemeene Commissaris
sen voor Landbouw, Handel
en Nijverheid, een schrijven
waarin verzocht wordt een
rectiiicatie te willen geven
geven op ons artikel onder
bovenstaanden titel in ons blad
van 23 April 1.1. V/ij menen
te dien einde niet beter te
doen, dan dit schrijven met
daarin vervatte argumenten,
in z'n geheel hier te laten
volgen).
In Uw nummer van 23 April
1945 is onder de titel „Wordt de
schoenindustrie op sleeptouw
gehouden?" een uittreksel opge
nomen uit een rapport van
Waalwijk's Herstel, waarin ten
aanzien van de schoenfabricage
wordt medegedeeld, dat de in
druk bestaat, dat de Rijksbü-
reaux een politiek van „op
sleeptouw houden" volgen tot
na de bevrijding van Noord-
Nederland. Een andere lijn kan
„Waalwijk's Herstel" niet ont
dekken in de mondelinge en
schriftelijke uitlatingen van de
directies der Rijksbureaux.
Het Rijksbureau voor Huiden
en Leder acht zich verplicht, de
geheel onjuiste voorstelling van
zaken, die in deze passage over
de situatie in de schoenindustrie
wordt gegeven, te rectificeeren/
daar het economisch en maat
schappelijk herstel, met een der
gelijke voorlichting zeer slecht
is gediend.
In het verslag van „Waal
wijk's Herstel" heet het dat'
„bij den eenen (schoenfabri
kant) het zoolleder op is, bij
den ander het overleer, een
derde geen voering meer heeft
en dat de Rijksbureaux vrijwel
geen t'oewijzigen meer uitge
ven".
Blijkens door het Rijksbureau
voor Huiden en Leder ve.rstrek-
te inlichtingen zijn de feiten als
volgt
Wat overleder betreft zijn aan
de schoenfabrikanten, die in het
productieprogram zijn ingescha
keld, niet alleen toegewezen de
hoeveelheden, die zij noodig
hebben voor de uitvoering der
hun verstrekte fabricage-op-
drachten, doch wordt ook reeds
gewerkt aan een herstel van den
zgn. rnanipulatievoorraad, die
voorheen de hoeveelheid, be-
noodigd voor een maandproduc-
tie, bedroeg en na vrijwel
geheel verbruikt te zijn geweest
thans weer tot 2/3 van deze
basis is hersteld. De overleder-
posit'ie is van die aard, dat dit
mogelijk is gebleken.
Wat' zooileder betreft is de
situatie veel jongunstiger. Dit
houdt o.a. verband met de nood
zakelijkheid om een hoeveelheid
zoolleder te reserveeren voor
Noordelijke provincies, waar
uiteraard een zeer nijpende be
hoefte bestaat aan zoolleer
voor reparatiedoeleinden.
Desondanks is voor de
schoenindustrie voor de maand
Mei nog een productieprogram
opgesteld van pl.m. 200.000 paar.
De zoolleerpositie liet niet toe
het hiervoor benoodigde zool
leer onmiddellijk in zijn geheel
toe te wijzen. Voorloopig is
daarom volstaan met de helft
van dit' kwantum beschikbaar te
stellen. De verwachting bestaat,
dat. in de tweede helft van Mei
alsnog, het resteerende zal kun
nen worden toegewezen.
Intusschen kunnen de schoen
fabrikanten, doordat het benoo
digde overleer volledig is toe
gewezen, de schoenen reeds
leestklaar maken.
Uit het bovenstaande blijkt
wel overduidelijk, dat van een
„op sleeptouw houden" van de
schoenfabrikanten geen sprake
is, doch dat integendeel alle
beschikbare materialen zoo snel
en zoo volledig mogelijk worden
ingezet' voor de schoenpro
ductie.
Toegegeven moet worden, dat
aan de schoenfabrikanten ver
leende fabricage-opdrachten
voor leeren schoenen betrekke
lijk gering van omvang zijn en
geenszins een volledige bezet
ting aan de bedrijven geven.
Zooals de materiaalposit'ie thans
nog is, zou dit alleen te verhel
pen zijn door een belangrijk
aantal bedrijven stil te leggen.
Overigens kunnen de schoen
fabrikanten hun productiepro
gram in leeren schoenen aan
vullen met de productie van
bonloos schoeisel, in zooverre
daarvoor materialen beschik
baar zijn.
Het' is echter t'en eenen male
onjuist uit den geringen om
vang der fabricage-opdrachten
te concludeeren tot een politiek
van „op sleeptouw houden" bij
de Rijksbureaux.
Chef Persdienst.
Raadhuis te Dussen
in de lucht gevlogen.
Naar eerst thans bekend
wordt heeft zich vorige week
in het Land van Heusden en
Altena een ernstig ongeluk
voorgedaan. Het mooie raadhuis
dezer gemeente, welke kelders
gevuld waren met munit'ie, is
in de lucht gevlogen en daarbij
zijn vijf jonge mannen uit Dus
sen om het leven gekomen.
Het raadhuis stond in het
centrum van Dussen, dat door
de oorlogshandelingen voor het
grootste deel verwoest is. Ook
het raadhuis was reeds ernstig
beschadigd, toen de vorige
week burgemeester Mol in ge
zelschap van twee leden der
binnenlandsche strijdkrachten
een onderzoek ging instellen
naar hetgeen er van de archie
ven nog te redden zou vallen.
De burgemeester constateerde
daarbij, dat de kelder van het
gebouw was volgepropt met
munitie en pantservuisten.
Toen hij het gebouw verliet
waarschuwde hij dan ook de
twee jongemannen, die nog ach
terbleven zich niet in de kelder
te begeven, daar dit hoogslge-
vaarlijk leek. Blijkbaar hebben
zij hun nieuwsgierigheid toch
niet kunnen bedwingen en zijn
in den kelder afgedaald, waar
bij een trucmijn moet zijn ont
ploft.
De geheele munitievoorraarl
is mede tot ontploffing gekomen
en het raadhuis werd volkomen
weggevaagd. Behalve de beide
mannen, die in het gebouw wa
ren, kwamen nog drie anderen,
die ervoor stonden, om het le
ven. Een zesde werd ernstig ge
wond. A.N.P. Aneta,