De Echo van het Zuiden Gemeenteraad SPran9-Capelle. Gemeentere id Vlijmen. 53 Donderdag 3 Juli 1947 Rumoer rond vermake lijkheidsbelasting. Wat doen we met het gemeentebos Vrijdagavond 27 Juni kwam de raad der gemeente bprang-Capelle in openbare vergadering bijeen, onder voorzitterschap van Bur gemeester Smit. iNadat de JNotulen na een kleine vraag van dhr. Maijers onveran derd waren vastgesteld, werden verschillende ingekomen stukken voor kennisgeving aangenomen. Voorstel van ±5. en vV. om de arbeider voor de begraafplaatsen met ingang van 1 Juli in vaste dienst te benoemen. Dhr. Genuït vroeg of hij het maximum salaris kreeg en hoeveel dit bedroeg, waarop de Voorzitter mededeelde dat dit 1670.— was. Dhr. Genuït vroeg het met het oog hierop, omdat hij niet zeker was hoe het stond met het bij houden der graven, of dit aan de gemeente of aan de arbeider op gegeven moest worden. De Voor zitter zei dat men het eigenlijk via het gemeentehuis moest doen, maar hier werd in de praktijk niet streng de hand aangehouden. Dhr. Genuït was van mening dat het niet zo moest zijn dat het salaris aangevuld moest worden door particulieren, hetgeen de Voorzitter onderstreepte, maar de salarissen van iedere gemeente arbeider zijn te laag en men mocht het salaris zelf niet verhogen. Na nog wat heen en weer ge praat hoeveel er af ging en wat er bij kwam, waarbij werd opge merkt dat deze vaste aanstelling dus eigenlijk een salaris-verlaging inhield, werd het voorstel z. h. st. aangenomen. Wijziging begroting dienstjaar 1946. Het betrof hier geen vermeerde ring of vermindering, zodat de wijziging geen verschil opleverde. Z. h. st. accoord. Voorstel van B. W. om de begroting dienstjaar 1947 opnieuw vast te stellen en wijziging dier begroting in verband met aankoop automobielbrandspuit. De Voorzitter deelde mede dat de begroting van Ged. Staten te rug was ontvangen met het ver zoek enkele wijzigingen aan te brengen; zo was de ondernemings belasting geraamd op 2846.— en de vermakelijkheidsbelasting op 300.—, hetgeen het tekort ver minderde tot 32100.—. Voor de aan te kopen brandspuit en ma teriaal en dgl. was een bedrag ge raamd van 20.000, de kosten bleken ondertussen 24.000.— te bedragen, te weten voor de auto brandspuit 16.000.'voor de garage 5200.—, voor drie brandputten 12.000.—, voor een alarmeringssysteem 600.— en voor uitrusting personeel 1000. Op een vraag van dhr. Vos waar de garage zou komen deelde de Voorzitter mede dat men hier over nog in overleg was met de fcrandweerinspectie. Dhr. Genuït vond een bedrag van 1000.— voor de uitrusting van 16 brandweermannen, die verdeeld worden in twee groepen, voor Sprang en voor Capelle, niet veel waarop de Voorzitter zeide dat het slechts een begin was. Op een vraag van dhr. Spuij- broek deelde de Voorzitter mede dat de putten zouden komen waar de waterleiding dood liep. n.l. in Sprang, waar eigenlijk volgens de Voorzitter wel 16 putten nodig waren. Op een vraag van dhr. Verheij- den of de putten wel water genoeg zouden bevatten voor de spuiten, zeide weth. de Bas dat zij gere geld gecontroleerd zouden worden. Z. h. st. accoord. Voorstel van B. en W. tot in voering van een vermakelijkheids belasting. Volgens mededeling van de Voorzitter waren B. en W. dit nooit van plan geweest, maar het moest van Ged. Staten omdat de inkomsten te laag waren. De be lasting was opgezet naar vaste rechten; voor lokalen met meer dan 300 plaatsen zou men per avond 80.— belasting moeten betalen, voor lokalen met meer dan 150 en minder dan 300 plaat sen 40.— en 20.— voor lo kalen met minder dan 150 plaat sen. De methode met kaartjes leek de voorzitter ondoenlijk vanwege de controle, bovendien zouden dan misschien de kosten hoger zijn dan de baten. Bij het ontwerp was de nodige ruimte gelaten om liefda dige, strikt godsdienstelijke doel einden etc. vrij te laten. De heer Verheijden vroeg of de donateurs ook moesten betalen; alleen de leden, aldus de Voorzit ter, waren vrij van belastingbeta ling, maar als er een uitvoering voor donateurs gegeven werd moest men die wel betalen, daar deze immers op een andere manier hun entreegeld betalen. Dhr. Verheijden wist wel dat vele kleintjes een grote maken, maar er zouden andere tijden ko men dan op de dag van vandaag nu de zalen vol liepen. De Voorzitter zeide dat als er 100 komen de belasting 0.20 per persoon zou zijn, hetgeen volgens hem niet veel was, voor biosco pen werd meer betaald. Dhr. Vos was van mening dat het voor verschillende verenigin gen funeste gevolgen zóu hebben, daar het entreegeld de belasting nog niet zou dekken, hij dacht hier vooral aan competitiewedstrijden. Hij vroeg zich af of het niet be ter zou zijn met kaartjes te wer ken, dan zou het publiek betalen, terwijl nu als er geen of weinig publiek is, de kas van de vereni ging er onder leed. Dhr. van Caem onderschreef hetgeen dhr. Vos gezegd had ten- volle. Men moest de weinige ont spanning die er in de gemeente was niet tegenwerken. De contro le bij het kaartjes-systeem kon wel op een eenvoudige manier opge lost worden. Dit laatste ontkende de voorzitter en hij wees daarbij op de voetbalverenigingen. Dhr. v. Caem meende dat nu men toch gedwongen was de be lasting in te voeren, men de toe passing zo soepel mogelijk moest maken en dat ging niet op de ma nier zoals B. en W. die voorstel de. Dhr. v. Zeist wees er op dat de kaartjes op het gemeentehuis ge haald konden worden en dat dan meteen de belasting betaald kon worden. De Voorzitter had echter nog steeds bezwaar tegen de controle, iedere avond zouden er bij zijn die geen kaartje hadden. Terwijl de controle, die door een ambtenaar moest geschieden, dit lag niet op het terrein van de politie, weer geld zou kosten, want een ambte naar kon dit niet voor zijn toch al zo bescheiden salaris doen. Dhr. v. Zeist was er bang voor dat er geen uitvoeringen meer ge geven zouden worden. Nu gaf men nog uitvoeringen om de ver eniging bij elkaar te houden. Dhr. v. Caem stelde voor om het voor een jaar eens met de meest soepele toepassing te pro beren, waartegen Wethouder de Bas opmerkte dat men dan moei lijkheden kreeg met de donateurs. De Voorzitter wees er op dat men als men*le wil van Ged. Sta ten niet volgde, gevaar liep de toelage van het rijk te verliezen. Op een opmerking van dhr. Genuït dat de bedragen wel wat hoog waren, antwoordde de Voor zitter dat Ged. Staten 20% van de entreegelden wilden. Op een vraag van dhr. Ver heijden of culturele uitvoeringen daar niet buiten vielen, antwoord de de Voorzitter, dat men dan al les wel cultuur kon noemen. Dhr. van Caem sloot zich aan bij dhr. Vos om het voorstel naar B. en W. terug te wijzen en eens nader te informeren in omliggende plaatsen. Er was volgens de Voorzitter nog een andere weg; men kon Ged. Staten namens de raad verzoeken vrijgesteld te wor den van deze belasting, onder aanhaling van de diverse argu menten die deze avond naar vo ren waren gebracht. Hiermee gingen alle leden ac coord. Voorstel van B. en W. tot vast stelling van een instructie voor de geneesheren belast met de armen praktijk. Ged. Staten hadden gevraagd om de rechtspositie van deze ge neesheren vast te stellen, volgens het model van de geneeskundige inspecteur van volksgezondheid, dat voor geheel Brabant hetzelfde was. Dhr. Vos vroeg of het niet mo gelijk was alle drie de doctoren in de armenpraktijk te betrekken en dan het salaris dat nu voor 2 doctoren samen 1000.-— bedroeg onder de drie te verdelen. De Voorzitter zeide dat B. en W. toen dit verzoek kwam bezig waren aan een andere regeling, welke hierop neerkwam, dat de armen vrij hun arts zouden kun nen kiezen; voor iedere patiënt kregen de doktoren dan 7 per jaar vergoed, hetgeen wellicht een bezuiniging voor de gemeente zou betekenen. Na nog wat heen en weer ge praat merkte de Voorzitter op dat dit niet terzake deed en stelde hij de leden voor dit voorstel aan te nemen, hetgeen z. h. st. ge beurde. Voorstel van B. en W. om ten behoeve van de O. L. School te Capelle a. 12 schoolbanken en vier schoolstoelen aan te schaffen, b. te betegelen het restant der speelplaats. De kwestie van de 12 school banken was opgelost, aldus de Voorzitter, daar dezer dagen het hoofd van de school aan de Loon- se Dijk hem er op attent had ge maakt, dat zij nog 12 banken in bruikleen hadden, die nog van de gemeente bleken te zijn. De kos ten van de speelplaats bedroegen 1025.-. Z. h. st. accoord. Aanbieding gemeenterekening dienst 1945. De Voorzitter benoemde de he ren v. Caem, Ros en Spuijbroek tot leden van de desbetreffende commissie. Mededelingen. De Voorzitter deelde mede dat de aanbesteding van de woningen had plaats gehad met als uitslag: Wagemakers, perceel 1 voor 120.956 Michaël, perceel 2 voor 47.621 Nieuwenhuizen, perceel 3 voor 194.496. Dit bedrag was echter nog te hoog, zodat men moest proberen de prijs wat lager te stellen. Vervolgens bracht de Voorzit ter de kwestie van het gemeente- bos ter sprake, dat men kon ver kopen voor 6100.—, terwijl be planting in totaal 14.175.— zou kosten. Hier ging dan wel 50% rijkssubsidie af, maar dan hield men nog 7087.— over. Als men het opnieuw bezaaide zou het on geveer 2000 minder zijn. Dhr. Verheijden zou het willen behouden voor een mogelijke toe komstige werkeloosheid, waarop de heer Vos zeide dat er een ver plichte wachtgeldregeling in de maak was, zodat het niet gemak kelijk zou zijn de werkelozen aan het werk te zetten. Dhr. Ros was van mening dat dit goed zou zijn als er wat van te maken was, maar eer nu de beplanting rijp zou zijn, zou dit een groot rente verlies betekenen, daar het stuk immers renteloos was. Er waren genoeg objecten om mogelijke werklozen aan het werk te kun nen zetten. Na een vraag van dhr. v. Zeist of het niemand zou willen huren, waarop de voorzitter antwoordde dat niemand het wilde, werd het voorstel tot verkoop in stemming gebracht. Tegen stemden de he ren Verheijden en v. Zeist, zodat het voorstel met 9 tegen 2 stem men werd aangenomen. Dhr. Verheijden vroeg nog of het geld in de gemeentekas kwam of op het grootboek. Toen de voorzitter zei dat het in de ge meentekas zou komen, verklaarde hij zich ronduit tegen, om het geld in „dat bodemloze vat" te doen. Bij de rondvraag beantwoordde de Voorzitter de vraag van dhr. Maijers, hoe het stond met de verbetering van verschillende we gen. Men had direct na het be sluit op 13 December contact ge zocht met een wegenbouwkundig bureau, maar dit contact was ver broken door de wederopbouw, die zich met de zaak ging bemoeien en aanbesteding eiste. Na herhaal de vragen had men nu beloofd dat men 1 Juli de zaak ter hand zou nemen. Ged. Staten waren tegen het verbeteren van die wegen waar geen druk verkeer was, zo als de Nieuwevaart voorbij de witte brug en de weg die bij de witte brug- linksaf buigt. Ook de kwestie van de riolering in de Molensteeg zou men laten bezien door een desbetreffend bureau. De Voorzitter was niet erg optimis tisch gestemd wat deze kwestie betreft. Maijers vroeg of het niet mogelijk was de grootste gaten wat op te vullen, waarop de voor zitter antwoordde dat dit weinig effect zou sorteren, men mocht bovendien niets uitgeven wat niet op de begroting stond. Hierna werd de vergadering op de gebruikelijke wijze gesloten. Wat gaat er met het raad huis gebeuren? Vreemde aanbesteding. Maandagavond 30 Juni kwam de raad der gemeente Vlijmen in openbare verga dering onder voorzitterschap van burgemeester van Hout bijeen. Het lid Werther was met kennisgeving afwezig. In de Notulen werden door de heren v. d. Meerendonk en v. d. Ven enkele wijzigingen gewenst. Verschillende Ingekomen Stukken werden voor kennis geving aangenomen. Voorstel van B. en W. om het presentiegeld voor 't bij wonen der raadsvergaderin gen te doen vaststellen op 4.en der commissie- en afdelingsvergaderingen op 2.per lid en per vergade ring. De heer v. d. Ven vroeg wat er gebeurde als de raad er zich niet mee accoord ver klaarde. Dit zou volgens de voorz. weinig succes hebben en on tactisch zijn; Vlijmen was nog steeds een noodlijdende ge meente. De heer v. d. Ven vroeg verder of de gemeente, als de nieuwe financiële regeling tot stand was gekomen tus sen rijk en gemeente, dan wel zelf de gelden mocht be palen. De voorz. antwoordde hier op dat het gemeentebestuur wel voorstellen kon doen, maar de uiteindelijke beslis sing zou aan Ged. Staten blij ven. Z.h.st. accoord. Voorstel van B. en W. tot beschikbaarstelling van de benodigde gelden voor restau ratie van het gemeentehuis. Dit voorstel was gedaan, al dus de voorz., met het oog op de zeer slechte toestand waar in het gebouw, zowel van bin nen als van buiten, en het meubilair verkeerde; boven dien zou men er zeker nog 10 jaar mee moeten doen. Men had een bevoegd architect ge raadpleegd en de kosten wa ren geraamd op 8865. waarvoor men een geldlening zou aangaan, die na 10 jaar zou moeten worden afgelost. Dhr. v. d. Meerendonk vond 't eveneens hoog tijd dat er iets gebeurde, maar, zo vroeg hij, kan dat bedrag niet verhaald worden op de molest. De voorz. antwoordde dat er een schade was opgegeven tot een bedrag van ongeveer 7000.maar het was na tuurlijk lang niet zeker dat men dit vergoed kreeg. Bo vendien was het gemeente huis verzekerd. De heer v. d. Meerendonk vroeg voorts of het ten aan zien daarvan en van het feit dat men het er minstens nog 10 jaar mee moest doen, niet wenselijk was het gebouw uit te breiden met behoorlijke vertrekken voor de ambtena ren en een arrestantenlokaal. Voor de oorlog was er reeds een commissie die in die geest werkte. Ook de heer v. Sprang kon dit ten volle onderstrepen, hetgeen de voorz. genoegen deed. Hieraan had men, al dus de voorz., wel degelijk ge dacht. Men had zelfs tekenin gen gemaakt, terwijl de kos ten van aan- en verbouw on geveer 40.000.zouden be lopen. Wanneer de gemeente echter haar lokaliteiten vrij kreeg en een regeling met de politionele instanties inzake de onderbrenging van het po litiebureau tot stand was ge komen, kon men heel wat herbergen. Voor aanbouw kreeg men, al had men de strengste urgentieverklaring, trouwens toch geen materiaal. Van alle kanten was 't vraag stuk belicht en zo leek het B. en W. het beste, ook van sociaal oogpunt bezien, nu zovele andere mensen zo be krompen en gebrekkig ge huisvest zijn. Het uur was in derdaad aangebroken «dat de bouw van een nieuw raadhuis in studie moest worden ge nomen; voorlopig echter was dit de beste oplossing. Wethouder van Bokhoven was het volkomen eens met de woorden van de heer v. d. Meerendonk en v. Sprang. Men moest op het raadhuis meer ruimte zien te krijgen inplaats dat de ambtenaren elders ondergebracht moesten worden. De heer v. d. Ven was van mening dat het als landelijk gemeentehuis best voldeed, al was het klein. Bovendien zou een nieuw gemeentehuis veel geld kosten; men kon immers geen klein ding gaan bouwen. De voorz. vond dat de le vensduur van dit gemeente huis zachtjes-aan verstreken was. Het bouwen van een nieuw gemeentehuis was van grote planologische betekenis, in verband met het nieuwe Marktplein, waar het raad huis het middelpunt van zou moeten vormen. Het oude ge bouw bezat voor zo iets niet voldoende waardigheid meer. De heer v. d. Ven vroeg of het niet mogelijk was een goed architect een schetsplan van een uitbreiding te laten maken, dat het gebouw als een geheel bewaarde. De voorz. zeide echter dat men voor aanbouw zeker geen materiaal kreeg, waarop de heer v. d. Meerendonk zeide, dat als men Voor industrie materiaal kreeg, men het ook voor een gemeentehuis zou krijgen, waar zoveel en zo verschillende mensen werk ten. Als de aanbouw reeds 40.000 zou kosten, wat zou dan een nieuw raadhuis kos ten. Hij stelde voor, de zaak nog eens ernstig in overwe ging te nemen. Hiertoe is de voorz. gaarne bereid, maar de planologische dienst zal in deze ongunstig adviseren. De bouw van een nieuw gemeentehuis was van grote betekenis voor de struc tuur van de gemeente; op een Marktplein hoorde nu eenmaal een gemeentehuis. De heer v. d. Ven merkte op, dat men de waarde van een verbouwing niet uit het oog mocht verliezen. Als het nieuwe gemeentehuis er was, zou dit gebouw zijn meer waarde hebben. Hier zal volgens de voorz. wel iets in, maar het was be trekkelijk. De heer v. d. Meerendonk zeide eveneens dat het zijn waarde zeker zou opbrengen als huis voor jeugdver, etc. De planologische dienst zou wel weigerend antwoorden, maar als men de kwestie dui delijk en objectief aan de Ged. Staten voorlegde, zouden deze wel toegeven en dan zou

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1947 | | pagina 4