Waalwijkse en Langstraatse Courant HIJ VIEL. Uit de. wijde. wexeJLd fiSuCfnvae, Brabanders in de HOOFDSTAD Land- en Tuinbouw. Mr. Fr. van Wijck, wethouder. DONDERDAG 10 MAART 1949. Uitgever Waalwijkse Stoomdrukkerij ANTOON TIELEN Hoofdredacteur JAN TIELEN Redacteur-Verslaggever W. v. d. MEE Jr. 72e JAARGANG No. 21. Abonnement 15 cent per week 1.95 per kwartaal 2.25 franco p. p. Advertentie-prijs 9 cent per m.M. Contract-advertenties speciaal tarief. OPGERICHT 1878. Bureaux GROTESTRAAT 205 WAALWIJK TEL. 38. SCHOOLSTRAAT 11 KAATSHEUVEL TEL. 66. TEL.-ADRES„ECHO". Indonesië is nog steeds In donesië, d.w.z. een probleem; het is gisteren in de Veilig heidsraad geweest, maar van deze behandeling is ons nog niets bekend. We verwachten er trouwens niet heel veel van. We verwachten eerlijk gezegd meer van de Ronde- Tafel-conferentie, maar of die op de gestelde datum door zal gaan? Bijna algemeen Iver- wacht men uitstel. Bovendien zou het ons niet verwonderen wanneer men eerst nog eens even het Republikeins gezag in Djokja ging herstellen. Want mijnheer Soekarno vindt dat de verantwoorde lijkheid van de op de confe rentie te nemen besluiten slechts gedragen kan worden door een regering en niet door enkele afzonderlijke personen die geheel op zich zelf staan. En ook de federalisten schij nen al in deze richting te pra ten, terwijl we van de Veilig heidsraad ook alles kunnen verwachten. Dus erg rooskleurig blijkt het er niet uit te zien; we zijn hard op weg het spel te ver liezen. Meer en meer wordt dit ingezien. De Republikei nen willen niet, de Veilig heidsraad wil niet, want Amerika wil niet; en dan zijn wij Nederlanders uitgepraat, dan hoeven we niet meer aan te komen met de plechtige verzekering van onze beste bedoelingen, dan hoeven we niet meer op alle mogelijke manieren onze goede wil te tonen, dan moeten wij buigen en dit buigen kunnen wij niet verbloemen met een door ons bijeengeroepen Ronde Tafel conferentie. Wij hebben als klein land niets te zeggen, waar de be langen van de kooplui uit grote landen in het spel ko men. Tot zover iets over In nesië. Als getrouw satellietje heeft nu ook de C.P.N., de Commu nistische Partij Nederland, bij monde van haar secretaris, trouw beloofd aan Moskou en steun toegezegd aan de legers van het „vaderland", „wan neer deze de imperialistische vijanden tot over hun gren zen zouden achtervolgen". Na Thorez en Togliatti, nu ook heel gehoorzaam en braaf mijnheer de Groot, die belooft dat de mensenmassa's de communisten te hulp zullen komen. 't Zal er gaan krullen; dezer dagen is er trouwens vanwege het partijbestuur al op aange drongen om het volkslied van de Sovjet-Unie goed van bui ten te leren, om het uit volle borst mee te kunnen zingen als de „bevrijders" komen. U stelt er natuurlijk geen be lang in, anders zouden we 't wel even afdrukken. O, denkt U dat het niet nodig zal zijn? Als het aan U ligt, niet hè? Het idee conferentie waar over wij het boven hadden, is niet nieuw, want vandaag wordt er in Den Haag een geopend, een ministeriële Be- nelux-conferentie, waarop Voornamelijk de douane-over eenkomst besproken zal wor den. En deze conferentie dur ven wij met een gerust hart meer succes te voorspellen. Al gaat het langzaam met de Benelux, zoals met alle grote zaken, hier zit de eerlijke, goede wil van alle partijen achter, hier zal iets goeds ge boren worden. Een enigszins optimistischer geluid wordt ook vernomen betreffende de vleesdistribu tie. Wegens de ietwat ruimere aanvoer van slachtvee is het de regering namelijk mogelijk het vleesrantsoen vanaf mor gén weer op het oude peil te brengen en bovendien een ex tra bon voor een half ons vlees aan te wijzen; dit zal bon 024 zijn. En dat in de Vasten! Wat zeg je, zijn er genoeg andere dingen waarin we moeten vasten? Je bedoelt zeker de sigaret ten? Ja, er schijnt genoeg ta bak te zijn, maar dan moet ie nog verwerkt worden. We rookten hem in de oorlog toch ook zo? Ja maar toen. Kravchenko schijnt uitge praat te zijn, althans in zijn eerste proces. Want hij schijnt er zin in gekregen te hebben; naar verluidt bereidt hij een tweede proces voor, nu tegen „Ce Soir", eveneens weer een mooie reclame-stunt. Wij zijn werkelijk benieuwd wat voor een vonnis de rechters zullen distilleren uit dit geharrewar. Een feit van grotere beteke nis voor de wereldpolitiek is het vervangen van Molotof door Visjinsky. De meeste commentaren op deze gebeur tenis zijn niet erg gunstig. Visjinsky is niet meer dan stipt uitvoerder van wat het Kremlin wil en daarom noemt men 't geen promotie van Vis jinsky, maar eerder een de gradatie van het kabinet van buitenlandse zaken. De be noeming van Molotof zou men dan moeten zien tegen de ach ter van de bedoeling, 't kern kabinet rond Stalin te ver sterken. Over 't algemeen verwacht men een straffere politiek en ziet men de maatregelen als een reactie op het mislukken van de „koude oorlog" tegen het Westen. Bovendien, het blijft com munisme, of nu Molotof, Vis jinsky, Gromyko of wie dan ook minister van buitenlandse zaken is en communisme blijft verderfelijk en een vijand van de vrijheid. Over de predikanten die in Sofia terecht staan, kunnen we eigenlijk kort zijn. Neem het verslag van Kardinaal Mindszenty, verander de na men en ge bent niet ver van de juiste toedracht af. Duide lijker blijkt dat deze proces sen allen volgens het zelfde model worden geconstrueerd. Dinsdag is er uitspraak ge daan in hun zaak. 1500 ton huiden en 800 ton looistof zijn verloren ge gaan, toen het Poolse vrachtschip „Katowice" op de Westerg'ronden bij Ter schelling in een zware Noord-Oosterstorm aan de grond liep en doormidden brak. De 26 opvarenden werden door de „Brandaris" ge red. DE NIEUWE STATUS VAN WEST-INDIË. Volgens het wetsontwerp inte rim-regeling voor Suriname en de Nederlandse Antillen, thans voor advies bij de Staten ingediend, zal de landsregering van Surina me en de Nederlandse Antillen bestaan .uit de Landsregent en de aan de Staten verantwoordelijke regeringsraad. Voor de Nederlandse Antillen zal de wijziging in de positie van de landsregent nog belangrijker kunnen zijn, omdat krachtens de interim-regeling bij algemene maatregel van bestuur zelfstan digheid zal worden verleend aan de eilanden Aruba en Curagao, hetgeen met zich mee zal brengen besnoeiing van de bevoegdheid van de landsregering. ROOM VERKRIJGBAAR. Thans zijn de beperkende be palingen tot het bereiden en afle veren van room ingetrokken, zo. dat room, bereid uit volle melk (koffieroom met tenminste 20 pet. vet en slagroom met ten minste 40 pet.) evenals voor de oorlog weer vrij verkrijgbaar zal zijn. Ook het verbod tot verwerking van room in ijs, z.g. ijs-composi tie of ijsmix, is ingetrokken. NATIONALE RESERVE. Er zijn nieuwe richtlijnen vast gesteld voor de werving van de manschappen voor de Nationale Reserve. In de eerste plaats kunnen alle mannen van de lichting 1935 en ouder toetreden, soldaten zowel als dienstplichtig kader en reser ve-officieren. Verder soldaten van de lichtingen 1936 tot en met 1940. In ieder geval hebben allen die zich verbinden aan de Nationale Reserve, hier tevens hun mobili satiebestemming. Dat houdt dus in dat zij niet opgeroepen zullen worden als gewoon dienstplich tigen. Dit geldt ook voor de lichtin gen 1941 tot en met 1944 (de buitengewoon dienstplichtigen) waarvan er sommigen thans op geroepen worden. Tot de reserve kunnen verder toetreden alle verdere buitenge woon dienstplichtigen en alle niet dienstplichtigen, zoals de afge- keurden en zij die wegens broe- derdienst vrijstelling kregen. CENTRALE STIERENKEU RINGEN ZWARTBONT EN ROODBONT VEESLAG NOORDBRABANT IN 1949. De Rijksveeteeltconsulent voor Noordbrabant, Ir. A. Th. Ariëns, F. D. Rooseveltlaan 47 te Gin- neken, maakt bekend, dat de Cen. trale Stierenkeuring voor de Roodbonten zal gehouden wor den te 's-Hertogenbosch op Dins dag 3 Mei a.s. en voor de Zwart bonten te Breda op Donderdag 12 Mei a.s. De aangiften voor beide Centrale Stierenkeuringen behoren met alle gegevens (af- stammingspapieren) ingezonden te zijn bij bedoelde Rijksveeteeltcon sulent vóór 10 April 1949. Men diene er wel aan te den ken, dat op deze keuringen de stieren worden uitgezocht voor de Nationale Tentoonstelling, die dit jaar vanwege- het N.R.S. zal worden gehouden te 's-Hertogen bosch. Onder deze rubriek vonden we in „Edele Brabant" 't volgende artikel van „Tot den Kattenhof", gewijd aan een geboren Waal- wijker, Mr. Frans van Wijck. „Dat is een lange visite che- weist, meheir", zegt de rijwielbe waarder, als ik het mooie stille 17e eeuwse binnenplein van het Amsterdamse Raadhuis af kom. Mijn onderhoud met Mr. Fr. van Wijck, Wethouder van Finantiën en Gemeentebedrijven der stad Amsterdam, duurde inderdaad lang, al was het niet zó lang als de vlotte bewaarder wel dacht, want het werd plotseling uitge steld. Ik was er op voorbereid. Een wethouder doet uur na uur blijkbaar niets anders dan als maar confereren. Mr. van Wijck ontving me in de hoge, grote wethouderskamer achter een imposant bureau, me critisch monsterend bij 't binnen komen. Dat leek me interessant. Van de weeromstuit deed ik het ook. Hij is een tengere figuur, tè tenger voor zo n wijdse stadhuis zetel. Hij heeft de uitgesproken lichaamsbouw en hoofdvorm van de intellectueel. Nu ik er verder over nadenk bril af bij het lezen van een stuk, uiterlijk zeer be heerst en kalm tot op het gemoe- delijk-provinclale af in doen en spreken, paart hij hieraan de ver rassende snelheid van denken en reageren, die de typische stads mens met zijn innerlijke nervosi teit steeds vertoont, nu lijkt hij op die Franse politicus Robert Schuman. Van Wijck heeft iets van een Fransman over zich en vandaar wellicht zijn enigszins artistieke haren, die zijn, overi gens kalen schedel, van achter niet misstaan. Soms kijkt hij me, met allebei de armen op tafel het hoofd steunend, doordringend en scherp aan en lijkt het me of hij vlug e*n beslissing gaat nemen in een haastige bespreking. De ma nier waarop hij spreekt, lijkt me onbewogen en routine-werk, op. gedaan in talloze conferenties. Opvallend voor een man uit de practijk vind ik dat hij voor zich zelf en voor mij, bij een of andere kwestie, mogelijkheden openbaart, liever gezegd, het probleem een probleem laat zijn zonder het di rect apodictisch op te lossen. Ik geloof dat hij het wetenschappe lijk aspect van zijn werk niet schuwt, nee, het ook zoekt. Ook een man die de waarde van grootse ideeën voor de practijk niet ontkent, maar ze tracht op te nemen in de telkens te stellen weloverwogen daad. Nooit uitge laten en bijwijlen verschrikkelijk nuchter. Het sprankelend licht in zijn donkere ogen in het vermoei de gezicht, dat telkens tegen de zetelrug steun zoekt, doet mij veel meer vermoeden aan werklust en ambities dan mij bekend is. Zijn opmerkingen, slechts zelden in een kort betoog (dan wordt hij weer Brabander) opgenomen, snijden altijd direct hout„De gemeente bestuurder moet in een stad als Amsterdam noodzakelijk meer globaal te werk gaan als in een Brabantse stad. Daar kan men het individuële van ieder geval meer in aanmerking nemen dan hier. Ja, wat zal ik verder zeg gen. Ik zie weinig of geen finan ciële gemeenteproblemen die wij hier hebben, waarvan de aard enige besprekingspunten zou op leveren voor een stad uit 't Zui den. Als wethouder ontmoet ik dan ook geen wethouders uit Bra bant. De Benelux brengt mee dat ik me wel op de hoogte stel van de financiële regelingen in Ant werpen en Brussel. In ons eigen land hebben wij vaak besprekin gen op dit gebied met Rotterdam en Den Haag. Maar natuurlijk ben ik voor een grotere toenade ring van Zuid «n Noord. Vooral DE MECHANISATIE IN DE LANDBOUW. De mechanisatie staat op het ogenblik in landbouwkringen in het middelpunt der belangstelling. Door grote demonstraties wordt aan belanghebbenden getoond, wat wel het beste is voor hun be drijven, en wat met diverse mer ken kan worden bereikt. Kort geleden had een belang rijke demonstratie van het z.g. Ferguson systeem plaats op een terrein in Voorburg, waarbij ver tegenwoordigers van het Ministe. rie van Landbouw, Stichting van de Landbouw, Landbouwhoge school te Wageningen en vele landbouwconsulenten aanwezig waren. Hier heeft men bewezen, wat op een terrein, hetwelk in alles behalve goede conditie verkeert, met dit systeem bereikt kan wor den. Ondanks de gladheid van de grond, die eerst stijf bevroren was, maar later in een poel van modder en slijk was veranderd, zodat de wielen nu en dan weg gleden en de ploeg, de eg en de cultivator geen kans hadden de grond te grijpen, wist men toch voor 't grote gezelschap de kwa liteit van de Ferguson te demon- streden. De gemakkelijke bestuurbaar heid van de tractor werd aange toond door binnen een omheinde ruimte van 5 bij 7 meter de grond tot de laatste vierkante centime, ter te bewerken, zonder dat zelfs de sporen van de tractorbanden achterbleven op het land. De kracht werd gedemonstreerd door de „heuvelhoop", waarbij zonder enige moeilijkheden een steile heuvel, door de trekker met aanhangwagen geladen met 3 ton grint, werd genomen. Jarenlang heeft men gezocht naar een middel om te voorko men dat de tractor zou „steige ren", wanneer de ploeg of eg te gen een of ander obstakel onder aarde stootte. Bij de Ferguson heeft men de oplossing gevonden, daar werktuig en tractor hier één geheel vormen en de druk van de grond op het werktuig de achter en (door zijn 3 punts ophanging) óók de voorwielen belast en dus de tractor omlaag duwt. De hydraulische hefinrichting stelt de tractorbestuurder in staat om het aangehaakte werktuig te lichten, terwijl ook de diepte kan worden geregeld. Het nut van de mechanisatie van de landbouw en de noodzaak van de bevordering daarvan werd hier doeltreffend aangetoond. Voor een dergelijke demonstra tie mag de landbouw dan ook dankbaar zijn, zij kan er veel voordeel van trekken. Kippen in de boomgaard. Nee, mijnheer B. te V., laat u niet van de wijs brengen. Enige tijd geleden schreef ik reeds dat men zeer goed kippen in de boom gaard kon houden, dus houdt u zich daar maar aan, want kippen in de boomgaard is zowel goed voor de fruit- als voor de hoen derteelt. Daarom breidt de kip- penhouderij zich in de fruitstre- ken zo geweldig uit. Als 'n boom in een klein rennetje staat, waar de grond tot een korst gelopen wordt door dé kippen, dan zal die boom gaan treuren, maar in een boomgaard is 't heel anders. Hokken met losse schotten. Iemand die kans heeft nog al eens te moeten verhuizen, doet verstandig de hokken van losse schotten te maken, zó dat de wanden uit elkaar genomen kun nen worden. Het is niet duurder en het hok lijdt bij de verplaat sing niets. Natuurlijk en kunstmatig broeden. Teneinde de pluimveestapel op peil te houden, is het nodig, dat jaarlijks een gedeelte van die sta pel wordt verjongd, m.a.w. dat jonge hennen de plaats van ou dere innemen en deze laatste op geruimd worden. De fokker zal zijn kuikens broeden op natuur lijke dan we] op kunstmatige wij ze. De grootfokker zal zijn toe vlucht tot kunstmatig broeden moeten nemen, terwijl hij, die slechts een gering aantal kuikens wenst groot te brengen, de na- tuurijke weg zal volgen. De voordelen van natuurlijk broeden zijn wel deze a. Het hoogste percentage kui kens, altijd als de broedhen goed haar plicht vervult b. Weinig werk gedurende de broedperiode. Nadelen zijn a. De fokker is afhankelijk van de kip, wat betreft het tijdstip van broeden b. Breken van eieren en bevuilen van 't broednest döor de hen c. Een klein getal kuikens van dezelfde leeftijd, wat bij ver zorging van meerdere tomen meer werk meebrengt. Wordt vervolgd. Met de opvatting van de heer E. J. R. te A. ben ik 't volmaakt eens, dat men met het toedienen van levertraan voor ons pluim vee voorzichtig moet zijn. Velen denken met steeds een flinke do sis te geven, het aantal eieren op te voeren. Dat is verkeerd. Een even goede uitwerking heeft Dohijfral-Droog of Vitacom, deze cultureel. Wat zouden we daar. voor kunnen doen Voor Maas tricht en Zuid-Limburg financie ren we „de Maastrichter Staar" of schilderijententoonstellingen. Maar Brabant is nog zo erg in de groeitijd. De plotseling opge komen steden zijn nog zo jong. Ik vind dat men in Brabant te veel laat afhangen van gemeen telijke subsidies. De gemeenten kunnen toch finantieel samenwer ken om iets te bereiken. De Lang straat b.v. (om de ligging der plaatsen nu direct geen gunstig voorbeeld) kan toch, met behoud der gemeentelijke zelfstandigheid, finantieel een geheel vormen ter bereiking van een of ander. Ik ben voor gemeentelijke autonomie en dus ook voor eigen verant. woordelijkheid. De nieuwe finan- tiële regeling tussen Rijk en Ge meente heeft dezegedachte be vorderd. Amsterdam heeft nu een' sluitende begroting. Dat is een tijd geleden. Getallen vindt u in dit staatje der gemeentefinantiën 1949." Wellicht lijken ze U met mij interessant„Uitkering uit het gemeentefonds": 52 millioen „Netto opbrengst der belastin gen" 31 millioenTotaal ont vangsten 86 millioen. Enkele getallen van de uitgaven zijn „openbare veiligheid" (politie, brandweer, en luchtbescherming) ruim 1 Yi millioen „openbare werken, verlichting en stadsreini ging" ruim 16 millioen„volks gezondheid" (zieken-, krankzin nigen- en armenverpleging) 15 millioen onderwijs openbaar, lager, bijna 7 millioen bijzonder lager 4J/j millioen; middelbaar on derwijs bijna 2 millioen; hoger onderwijs ruim 8J/£ millioen; nij verheidsonderwijs ruim 1 milli oen totaal 20 millioen. Voor stadsschouwburg en musea 700.000.En zo gaat de lijst verder. Zou het niet interessant zijn om uit te rekenen hoe hoog bepaalde posten worden voor een gezamenlijke groep Brabantse ste den met een inwonerstal als Am sterdam. Het zou een relatieve uitkomst geven die niet alleen theoretisch van belang is. Belasting is een onuitputtelijk onderwérp van bespreking. Moge Amsterdam niet onuitputtelijk zijn in het vinden van belastingmoge. lijkheden. De Wethouder vertelt me „Een merkwaardige belas ting die men in het Zuiden niet kent denk ik, is de z.g. Brand verzekeringsbelasting. Iedereen die hier onroerend goed heeft, be taalt naar gelang zijn premie daarvan belasting. Daaruit wordt de Brandweerdienst bekostigd. Ook het precario zal men in Bra bant niet kennen. Men betaalt hier belasting van alles wat aan huizen, winkels of gebouwen bo ven de gemeentegrond is aange bracht, dus b.v. voor lichtrecla mes, uithangborden, stoepen, hek ken en zelfs naamplaten aan de muur of lantaarns." (Verklaart dit waaróm de Amsterdamse Wethouder van Finantiën zijn privé naambord aan zijn woon huis niet aan de voorgevel, maar aan de binnenmuur van de op gaande trap liet bevestigen Ons gesprek is niet volledig ten einde gekomen. En ik vroeg tot slot de volgende levensbijzonder heden van de man met wie ik in teressante zaken besprak. „Ik ben in Waalwijk geboren 15 Nov. 1902 en ging in Tilburg naar het Odulphus-Lyceum, maakte In Leiden candidaats-. en in Nijmegen doctoraal rechten. Voor internati onaal recht ging ik naar Parijs en vestigde me toen als advocaat in Amsterdam, en ben als zodanig nog werkzaam. In 1935 werd ik lid van de Gemeenteraad en volg de Romme in '37 op als voorzit ter van de Rath. Raadsfractie, toen hij Minister van Soc. Zaken werd. DeDuitse tijd bracht me van 42 tot begin '44 als gijzelaar in St. Michielsgestel. Vroeger had ik sociale, zaken, sinds enkele ja ren finantiën en sinds de wisse ling der communisten kreeg ik Gemeentebedrijven er bij." „Ja, ik zetel in de stoel van de beroemde Wibaut. Ondanks alles was hij een man van formaat, van uitzonderlijk groot formaat." producten zijn onschadelijk en daarvan kan een grote dosis ge geven worden. Ik houd mij altijd aanbevolen Voor goede wenk en goede raad. Want kippenvrienden zijn daar zeker Terdege mee gebaat. KIPPENVRIEND. De personeelsbezetting van het departement van econ. zaken en de daaronder ressorterende diensten en instellingen is van 33,383 man op 1 Jan. 1946 te ruggelopen tot 12.518 op 1 Jan. 1949. Op 1 Febr. 1949 bedroeg hun aantal 12.134. Zeven Vietnamezen kwa men gistermorgen om het leven, toen een bom geworpen werd bij de centrale markt van Saigon; 44 anderen werden gewond, van wie 12 ernstig. Aan allen die in Indonesië hun laatste rustplaats vonden en aan hen die treuren om een verlies. Jan Meijs is gesneuveld. Eigenlijk doet de naam er niet toe. Zovelen zijn ge vallen. 212 in een maand. Ik ken hen niet van naam. Ik heb hen nooit gezien. Toch ken ik ze; voor mij heten ze allemaal Jan Meijs, de goede vriend die viel. Het zijn soldaten, van welke rang dan ook, met de zelfde uniform, dezelfde moeilijkheden en dezelfde gedachten aan thuis zoals Jan en ik. Al die jongens hebben geleefd zoals wij. In kam pongs, op verre buitenposten, in een grote, hete stad, op een droog bureau of in een stinkende werkplaats. Ze maakten veel plezier onder elkaar, richtten zelf cantines in en hadden gezellige avonden. Ze zagen dezelfde films en dezelfde Niwa-gezelschappen. Ze gingen op actie, ze zwoegden en zweetten, ze vochten en hoorden de kogels fluiten. Lachend en vol goede moed vertrokken ze, omdat ze wisten dat het moest en goed was. Omdat de verantwoordelijkheid van ons volk het eiste. Ze wisten weinig van politiek. Ze wisten niet waar om Australië ons vijandig was en hun goede daden door de Veiligheidsraad tot roof werden gekleineerd. Waarom de demarcatielijn als een ondoordringbare muur voor hen werd opgezet. Ze kankerden er op, net zoals op de slechte rijst, het lekke dak en die rot peloppers. Maar ieder van hen wist maar al te goed hoe nodig zijn aanwezigheid hier was. Vaak heb ik met Jan Meijs gesproken over de volken van Indonesië en hij zei dan: ,,'t Is een geluk voor hen dat wij hier zijn, anders werd dit schone land één strijdgewoel". Jan bewonderde het land en het volk. Hij was schil der. Zijn verlof bracht hij niet door in een stad, maar ergens op een stille plek in een kampong, of waar ook, om een mooi aquarel te maken. Vaak ben ik met hem naar een gamelan, wajang voorstelling of sendiwara (Javaans toneel) geweest. Als we dan samen naar het kamp terugliepen, sprak hij er over. „Heb je die kop van de hoofdfiguur gezien en die laatste dans?" of „Herinner je je het thema uit de gamelan nog?" Hij neuriede het dan. Zovelen zijn er die zoiets zouden zeggen. Misschien zijn er van hen ook door God geroepen. Zoals bijna alle anderen, is Jan op actie gesneuveld. Een kogel maakte een einde aan een leven dat veel beloofde. Een jongen met talent en goede vooruit zichten. Wij stonden aan zijn groeve en velen huilden. Hoe- velen zullen die dag, 25 Januari, rond een graf van een vriend of makker gestaan hebben? En al de andere dagen? Wij weten het niet. Wel weten we dat ze niet voor niets gevallen zijn. Mannen, die van ons zijt heen gegaan, Gij hebt Uw strijd gestreden, vrijwillig of geroepen doet niets ter zake. Gestreden voor het land en volk, dat God 300 jaar lang aan ons heeft toevertrouwd. Op de weg naar souvereiniteit had dit volk Uw steun nodig. En heeft ook Uw leven gevraagd. Zij kunnen getroost zijn. Gij vielt voor de vrijheid van 60 millioen mensen. Later zal God van ons rekenschap vragen. Van ieder persoonlijk, maar ook van onze regering en van ons volk. Niet voor de UNO moeten wij verantwoording af leggen, maar voor God! Het is goed als gij kunt zeggen: „Vader, ik heb ge streden voor de millioenen, waarover Gij ons de ver antwoordelijkheid hebt opgelegd". Mannen, hebt dank voor hetgeen Ge voor ons en de volken van Indonesië hebt gedaan. Velen onthouden U die dank, maar wij, Uw wapen broeders weten wat Gij gedaan hebt en waarvoor Ge gevallen zijt. Weest gerust, wij vergeten U niet. God hebbe Uw ziel. Simon van Adelberg.

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1949 | | pagina 5