IETS OVEI OPVOEDING
Het voormalig
SisterciêüssdilQoster Msriêndank
te Elsftoiit
Waalwijkse en Langstraatse Courant
OPBOUWEN,
AFBREKEN
KORTE BERICHTEN
UW blad
MAAR EEN OPVOEDING VAN
EEN SPECIAAL SOORT.
1)
Gemeenteraad Sprang-CapeHe
NIET
CE „ECHO" OOK
ONZE NEDERLANDSE
TULPEN RALLEY.
MAANDAG 2 MEI 1949
Uitgever
Waalwijkse Stoomdrukkerij
ANTOON TIELEN
Hoofdredacteur
JAN TIELEN
Redacteur-Verslaggever
W. v. d. MEE Jr.
DE ECHO HEI ZUIDEN
72e JAARGANG No. 36.
Abonnement
15 cent per week
1.95 per kwartaal
2.25 franco p p.
Advertentie-prijs
9 cent per m.M.
Contract-advertenties
speciaal tarief.
OPGERICHT 1878.
BureauxGROTESTRAAT 205 WAALWIJK TEL. 38. SCHOOLSTRAAT 11 KAATSHEUVEL TEL. 66.
TEL.-ADRES„ECHO".
In de bladen van verschil
lende vak- en standsorgani
saties is reeds herhaaldelijk
gewezen op de noodzaak van
cultutele ontwikkeling en op
voeding van de werkende be
volking.
Plannen, methodes en richt
lijnen zijn aan de hand ge
daan om deze opvoeding met
succes te kunnen doen ge
schieden. Er zijn culturele
secties en kernen opgericht,
ook hier in Waalwijk; we ken
nen de muziek-, zang- en to
neelgezelschappen^ We mogen
dus niet zeggen dat er niets
wordt gedaan en ondernomen
om deze werkende stand te
geven dat, wat zij deels door
omstandigheden buiten hun
schuld missen, de culturele
opvoeding in de breedste zin
van het woord, die hen waar
dering geeft voor en genot van
het schone en het goede.
En wanneer we de toestand
op dit gebied, zoals die thans
is, met die van enkele tien
tallen jaren geleden gaan ver
gelijken, dan is er zeker een
vooruitgang te bespeuren die'
voor een groot gedeelte zijn
oorzaak vindt in de bewust
wording van de werkende
stand, die streeft naar een
grotere ontwikeling op alle ge
bied.
Tot zover is er dus reden
tot enig optimisme.
Maar we mogen onze ogen
niet sluiten voor de werke
lijkheid, voor de harde feiten,
die aantonen dat deze vooruit
gang slechts zeer betrekkelijk
is en meer in theorie bestaat
dan in practijk.
Zeker, er zijn ontspannings
verenigingen, in de vorm van
koren, harmonieën en toneel
gezelschappen, waarvan er
eerder te veel dan te weinig
zijn, maar niet iedereen kan
hiervan lid zijn en bijgevolg
geven zij in het gunstigste ge
val slechts aan enkelen een
culturele opvoeding.
De massa echter heeft men
nog niet bereikt; deze blijft
verstoken van een goed ge
leide ontwikkeling, laat haar
smaak bederven door het al
te licht verteerbare, maar
voor de geestelijke gezondheid
weinig heilzame, om niet te
zeggen nadelige voedsel, van
de oppervlakkige ontspan
ning, die film, modern cabaret
en amusementsmuziek meest
al bieden.
Hun geest blijft laag bij de
grond en is niet in staat zich
op eigen kracht te verheffen
boven de aardse dingen uit;
hun genietingen kennen
slechts de dingen van alle dag
en nooit eens iets hogers, iets
verheveners. En op hen is
juist het streven van de or
ganisaties gericht; niet op de
bevoorrechten, die door ge
lukkige omstandigheden in dit
opzicht enigszins ontwikkeld
zijn, maar op de doorsnee-ar
beider, die men na de grauwe
sleur van de fabriek iets wil
geven, dat het leven van zijn
geest, dat bij zijn dagelijks
eendere werk zou afsterven,
leven laat, iets wat dat leven
voedsel geeft.
We kennen de ontwikke
lingsavonden van de K.A.B.
en wij twijfelen geenszins aan
de goede bedoelingen van de
organisatoren en de noodza
kelijkheid van een behoorlijk
gefundamenteerde kennis van
sociaal-economische vraag
stukken, die de arbeider ten
stade zal komen in de P.B.O.
Maar, (afgezien nog van het
feit, dat op dergelijke avonden
slechts de besten komen), zou
het niet dienstig zijn daar
naast of liever daarenboven
alle arbeiders de gelegenheid
te geven te treden uit hun ei
gen beperkte gezichtskring
hen niet altijd bezig te hou
den met problemen die hun
eigen stand aangaan, maar
hun ogen te openen voor wat
er verder in de wereld gaande
is en te koop?
Zou het niet van van veel
meer waarde zijn, wanneer
men de arbeider op een hoger
peil bracht door een opvoe
ding in de richting van een
brede, algemene ontwikkeling
en een meer aesthetische vor
ming, die de enge grenzen die
zijn simpele bestaan omgeven,
doorbreekt, die hun niet ver
moede vergezichten opent, die
hem meer ontvankelijk maakt
voor de schoonheid.
Er zijn kernen die in' deze
richting werken, maar zij vor
men slechts de betrekkelijk
kleine groep van bevoorrech
ten; men zou zich moeten
richten tot de gehele massa,
men zou moeten trachten hen
op aantrekkelijke wijze te
brengen tot datgene wat te
kennen en te genieten waard
is.
Men moet niet wachten tot
er eens een enkeling komt op
de hoogte waarop men zelf
staat, maar men moet van cue
hoogte afdalen, de mens bij
de hand nemen en hem zo lei
den naar die hoogte waar al
les anders voor hem wordt,
waar hij de dingen van het
leven ziet in het juiste licht
en met het juiste perspectief.
Men kan ons wijzen op de
vele culturele diensten, in
stellingen en verenigingen,
maar wij wijzen dan op de
feiten, die aantonen dat de
massa nog niet veel verder is
gebracht in de jaren dat dit
streven bestaat.
Wij kunnen wijzen op de
feiten in onze eigen omge
ving, waar bij de meeste ge
beurtenissen van enige cul
turele aard, wel de gegoede
stand aanwezig is, hoewel
ook maar zeer gedeeltelijk,
maar de arbeider geheel
ontbreekt. Waarom? Omdat
de meer gegoede beter en vol
lediger mens is? Het ware
dwaas dit te veronderstellen.
De arbeider komt daar niet,
omdat hij denkt dat iets der
gelijks niet voor hem bestemd
is (we spreken hier niet oVer
de vraag, of het binnen 't be
reik van zijn finantiële moge
lijkheden ligt), omdat men
hem niet geleerd heeft ook
hiervan te genieten en de
schoonheid hiervan in te zien.
Het is de massa niet te ver
wijten, maar de leiders van de
massa, de bestuurders van de
organisaties, die veel te veel
nog hun aandacht richten op
de materiële dingen, want het
motief, dat een algemeen vor
mende en culturele opvoeding
slechts kan gedijen in een
miilieu waar stoffelijke wel
stand heerst, is, hoewel vaak
aangevoerd, o.i. zeer betrek
kelijk.
Een gewoon mens zal niet
op eigen kracht en uit eigen
beweging zich zelf gaan ont
wikkelen. Hierbij moet hij ge
holpen worden; hem moeten
de wegen gewezen worden
waarlangs en de middelen
waarmee hij het best dit doel
kan bereiken.
En dit is de taak van de or
ganisaties, van alle culturele
instellingen en met de uitoe
fening ^van deze taak zal men
ook de mens-arbeider meer
zelfrespect gaan geven, meer
dan met te praten over mede
zeggingschap of met te ful
mineren tegen het communis
tisch gevaar.
Om U van dit klooster een
behoorlijke goed gedocumen
teerde geschiedenis te geven,
is me niet mogelijk. Te weinig
is hierover bekend. Niet dat
de bewoners in dien tijd geen
archief hielden, maar de re
formatie is in onze lage lan
den zo effectief doorgevoerd,
dat als 't ware niets gespaard
is gebleven wat nog enige her
innering kon geven van deze
katholieke bloeitijd. Toch is
niet alles verloren gegaan, ook
niet van deze beide Heusden-
se kloosters.
De plaats van het klooster
Mariëndonk is gedurende de
loop der eeuwen niet altoos
onder dezelfde burgerlijke en
kerkelijke gemeente gebleven.
Deze veranderde later met de
jaren. Tijdens haar bestaan
echter was dit nog niet zo en
stond Mariëndonk te Oud-
heusden. Daarom vindt men
ln de geschiedenisboeken ook
steeds Mariëndonk vermeld
staan onder Heusden. In de
loop der jaren echter is dit ko
men te vallen onder de plaats
Elshout, gemeente Drunen.
Deze gemeente nu heeft
voor enige jaren terug de
straat, lopende in de nabij
heid van dit voormalig kloos
ter, ook naar haar genoemd,
n.l. de Mariëndonkstraat.
De stichter van dit klooster
was Everardus van Goch, pri
or van het Cisterciënserkloos-
ter te Heusden. Nauwelijks
was Mariënkroon een weinig
hersteld van het grote verlies
dat zij leed in de bekende
grote St. Elisabethsvloed, of
deze prior bewerkte de stich
ting van een nieuw klooster te
Oud-Heusden Mariëndonk ge
noemd. Om welke reden en
waarom juist daar deze stich
ting tot stand kwam staat ner
gens vermeld. Ieder klooster
van de Cisterciënsers dat ge
sticht werd, kreeg de naam
van Maria te dragen .Zo ook
dit nieuwe klooster. Haar con
ventzegel, dat zij van het be
gin van haar ontstaan af voer
de, stelde de H. Maagd voor,
zittend tussen twee bomen,
met het Kind op de linkerarm.
Het randschrift luidde „Si-
gillum conventus Sancte Ma
rie supra Donkam. Ih 't Staats
archief te Gent vindt men nog
zulk een exemplaar.
Het stichtingsjaar van dit
klooster was 1439. Met drie
priesters en twee lekebroeders
verliet Everardus in het voor
jaar zijn lief geworden Mari
ënkroon om aldaar een nieuw
kloosterleven te beginnen. Het
begin was, gezien het aantal
volgelingen, dus zeer beschei
den. Ook het kloostergebouw
zal vermoedelijk wel klein ge
weest zijn in den beginne. On
getwijfeld zal dit langzamer
hand wel zijn uitgebreid.
U moet niet vergeten dat de
bouw van zulk een klooster
tot stand kwam door de ar
beid van de monniken zelf.
Na hun koor officie, wat hun
taak vooral wasi, Gods lof te
zingen zeven maal per dag,
togen zij ten arbeid. Jammer
genoeg is er totaal niets meer
van deze bouwresten overge
bleven dan enige fundamen
ten. Met de storm der refor
matie is ook dit kloostertje
gevallen. Na twee en twintig
volle jaren als prior het kloos
ter bestuurd te hebben, is deze
stichter overleden. Zware zor
gen en moeite heeft Everar
dus getrotseerd en hij heeft ze
overwonnen. De twaalfde Ja
nuari van het jaar 1461 mocht
hij zijn moede hoofd neerleg
gen.
Als zijn opvolger zien we de
troon bestijgen Henricus van
den Eemd, eveneens een mon
nik van Mariëndonk. Wel
ke functie deze mogelijk ook
uitoefende onder het bestuur
.van prior Everardus, is v niet
bekend. Wel is van deze prior
bekend, dat hij met ijver ver
der werkte aan het werk van
zijn voorganger en dit ook me
nigmaal beloond zag. Het ge
tal van de monniken nam een
weinig toe. Ook schenkingen
van landerijen kwam menig
maal voor, zodat hiermede ook
het klooster meer vaste goede
ren kreeg en hierdoor ook de
vaste bron van inkomsten ver
meerderde. Acht jaar lang
mocht hij overste van dit
klooster zijn. De 24 Augustus
van het jaar 1469 overleed hij.
Henricus van den Berk, ook
Rheinberk geheten, was de 3e
prior van het klooster Mariën
donk. Deze was een monnik
van Oud Kamp, in Duitsland
gelegen. Deze abdij nu was 't
moederklooster van Mariën
kroon, bovendien had de abt
in al de kloosters van de colli-
gatie van Sibculo een zeker
recht van toezicht, vandaar
ook zijn invloed in Mariën
donk, daar dit een stichting
was van Mariënkroon.
Vijf juur bestuurde Henri
cus dit klooster. Hij overleed
als biechtvader in het nonnen
klooster St. Servaas te Utrecht
op den 21 Augustus 1481.
Als vierde prior van Mariën
donk treffen we een Joannes
de Busco. Van hem staat ge
schreven, dat hij 'met zeer veel
lof gedurende een tijd van
ruim veertig jaar het klooster
bestuurde onder vele moeilijk
heden. Zijn vader Joannes
Philippi en zijn moeder had
den cijnsen en bezittingen aan
de priorij vermaakt bij testa
ment. Hij overleed op 2 Oc
tober 1515 in de ouderdom
van 78 jaar.
Zijn opvolger Robertus van
Heusden bestuurde Mariën
donk van 1515 tot 1517. Zijn
ouders Joannes van de Wan
en Angela hadden een jaar
lijkse rente aan het klooster
gegeven. Onder het bestuur
van deze prior moet de kloos
terkapel veel verfraaid zijn.
Deze kapel nu werd uitslui
tend en alleen gebruikt voor
de kloosterlingen zelf. De be
woners van het dorp hadden
hun eigen parochiekerk, waar
zij hun godsdienstoefeningen
hielden. Vandaar ook is het zo
goed als zeker dat er geen
enkele communicatie was met
de aldaar bestaande schutsen,
gilden etc. etc. Cisterciënsers
monniken van een beschou
wende orde, leefden afge
zonderd van de wereld, alleen
voor God. De wereld die zij
verlaten hadden, zochten ze
niet wederom door allerlei
banden aaneen te knopen.
Gedurende een tijdsduur
van veertig volle jaren stond
als zesde prior van Ma
riëndonk Antonius van Heug
den aan het hoofd van de
communiteit. Hij was bemind
door zijn medebroeders en in
aanzien bij arm en rijk.
Groots was zijn ondernemings
geest. Dit getuigen de verschil
lende nieuwe gebouwen, die
hij liet verrijzen. Ook de
kloostertucht wist hij met
meesterhand staande te hou
den. Zowel zijn ouders als
broer en oom schonken gro
te sommen geld aan de prior
om op het jaargetij van hun
overlijden aan het convent te
schenken een pitantie rijn
wijn. Na eerst zijn gouden
jubileum gevierd te hebben,
stierf Prior Antonius den 6
October van het jaar 1557.
Zijn opvolger Joannes van
Boxtel volgde toen als zevende
prior van Mariëndonk op. On
der diens bestuur droeg de
Generaal van de Orde het vi
sitatie-recht van Mariëndonk
op aan de abt van St. Salva-
tor te Antwerpen, waarin
sommige schrijvers van deze
geschiedenis aanleiding von
den te beweren dat Mariën
donk gesticht was vanuit dit
klooster. Dit is echter on
juist, zoals we boven
feeds gezien hebben. Ver
moedelijk houdt deze veran
dering van visitatierecht ver
band reeds met de komende,
troebele tijden. Ook op 't Ge
neraal Kapittel van de Orde
zullen in deze tijden reeds
vele klachten hiervan zijn
binnen gekomen. We weten 't
niet met zekerheid, maar met
gegronde gevoelens kan men
deze conclusie nemen. Zijn
bestuur was echter van zeer
korte duur. In de ouderdom
van 41 jaar overleed deze de
18 November 1562.
Als achtste prior van Ma
riëndonk, zien we de troon
bestijgen Antonius van Box
tel, zoon van Arnoldus Her-
berti van Zon. Deze was in
1568 nog prior te Mariëndonk.
Zijn overlijden vindt men niet
vermeld in het Obituarium,
daar hij na zijn prioraat ver
huisde naar het nonnenkloos
ter van St. Servaas te Utrecht,
waar de oude prior in 1570
nog als rector fungeerde. De
tijden werden steeds moeilij
ker met het opkomende Pro
testantisme en vooral voor de
overste der huizen was de
zorg des te zwaarder.
Als laatste prior van Ma
riëndonk vinden wij vermeld
Adrianus Nicolai, geboren te
Drongen in Vlaanderen, een
monnik van Potklooster in
Antwerpen. Reeds in 1546 leg
de hij aldaar zijn professie af,
mocht in het jaar 1550 zijn H.
Priesterwijding ontvangen en
bekleedde vele jaren in zijn
klooster de functie van novi-
cenmeester en Subprior. Lang
zal hij wel niet meer voor het
welzijn van zijn klooster ge
werkt hebben, want wegens
de woelige tijdsomstandighe
den moest hij met zijn con
vent een toevlucht zoeken in
het moederklooster te Heus
den, waar hij de 11 Augustus
zacht en kalm in de Heer
overleed. Wel werd hij nog in
Mariëndonk begraven.
In de lijst van de leden der
Illustere Broederschap te Den
Bosch treffen we nog vermeld
op de 7 November van 't jaar
1624 de naam Floris de Kort,
Prior van het Cisterciënser-
klooster Mariëndonk bij Heus
den. Vermoedelijk heeft deze
slechts de titel gedragen om
de rechten op het klooster en
zijn bezittingen te handhaven.
Nederig was het begin van
het prioraat Mariëndonk, on
aanzienlijk zijn ontwikkeling
en vooruitgang. Klein is ook
steeds het getal van de kloos
terlingen geweest. Volgens 't
Obituarium van 1440 tot 1562
kan men ongeveer 54 monni
ken en 35 lekebroeders tellen,
die in Mariëndonk met de
hoop op een beter leven het
tijdelijke met 't eeuwige heb
ben verwisseld.
1) Men leze hierover ook de
volgende nummers: 13, 18,
20 en 25 November van 't
jaar 1947 van dit blad.
FEESTVERLICHTING IN SPRANG-CAPELLE
EN KLEINE WIJZIGING IN STRAATBELASTING.
In de vergadering die de
raad van Sprang-Capelle
Vrijdagavond hield waren
het voornamelijk hamer
stukken die aan de orde
kwamen; het was dan ook
een vlotte vergadering,
waarvan niet veel meer te
zeggen valt, dan dat er een
voorstel aan de orde kwam
tot aanschaffing van een
feestverlichting van het
raadhuis, terwijl er voor de
vergadering al honderden
lampjes de kozijnen en lij
nen van het gemeentehuis
sierden.
Nadat deze vergadering, waar
bij dhr. Verheijden wegens ziek
te verhinderd was aanwezig te
zijn, geopend was en de notulen
waren goedgekeurd, werden enke
le ingekomen stukken behandeld,
waaronder verschillende goedkeu
ringen van raadsbesluiten van Ge
deputeerde Staten en een schrij
ven van de heer Versteeg, die
meende dat hij in 1947 tweemaal
zijn hondenbelasting had betaald
en dus teruggave verlangde van
30.De zaak zat echter zo,
aldus de voorzitter, de heer Ver
steeg had twee luxe honden en
bovendien had hij ze te laat aan
gegeven, zodat hij volgens de ver
ordening ook nog beboet werd en
in totaal 60.- moest betalen.
Alvorens het voorstel tot het
vaststellen van een verordening
regelende het verhaal van bijdra
gen voor inkoop pensioenen werd
goedgekeurd, had de voorzitter 'n
kort „onderhoud" met de heer v.
Caem over enige „technische, de
tails" van deze verordening, met
het gevolg dat de heer v. Caem
en niemand van de andere leden
hiertegen enig bezwaar had.
Men besloot voorts in het ko-
mehde belastingjaar 150 opcenten
op de personele belasting te hef
fen evenals vorig jaar.
Met het voorstel tot aankoop
van een feestverlichting voor het
gemeentehuis was het een beetje
vreemd gesteld, zoals we reeds
zeiden; terwijl men het besluit nog
moest nemen, was de verlichting
toch reeds aangebracht. Dit was
echter geen speculeren op de
goedwillendheid van de raadsle
den, want wanneer het voorstel
afgewezen zou worden, dan zou
men gewoon een huur van plm.
150 betalen van de post voor
feestelijkheden e.d. Het was ech
ter voordeliger deze verlichting
ineens aan te kopen voor de som
van plm. 850.dan bij iedere
gelegenheid deze huur te betalen.
En bovendien was er reeds van
verschillende zijde gevraagd waar
om de gemeente ook nooit eens
iets deed aan de verlichting. De
heeren Braspenning en Kraak zei
den het er roerend mee eens te
zijn en ook de andere leden gin
gen er volkomen mee accoord,
want niet een bezwaar werd er
gehoord.
Woningbouw.
Eindelijk zijn we dan weer zo
ver, zei opgelucht de voorzitter,
toen het voorstel tot voteren van
een crediet van 75000.voor
de bouw van 5 woningwet- en
twee duplexwoningen aan de or
de kwam. Deze woningen zullen
geplaatst worden als volgt: 2 aan
de Hogevaart, twee aan de Hei
straat en 3 aan de Molensteeg.
De, raad ging er mee accoord.
Het bedrag per leerling voor
het gewoon lager onderwijs werd
van 16.30 gebracht op 20.
De vermakelijkheidsbelasting
verordening werd in dier voege
gewijzigd dat voortaan beroep op
de raad mogelijk is. (Wie zei
daar: Gelukkig nou hebben wij
ook nog eens iets te vertellen!)
De vergoeding voor de bijzon
dere lagere scholen werd vast
gesteld en een voorstel tot mede
werking ex-artikel 101 der L.O.-
Wet ontmoette evenmin enige te
genstand.
Een vernieuwde vaststelling
van de verordening op de heffing
van de straatbelasting omvatte de
volgende wijziging: Tot nu toe
was de heffing geschied aan de
hand van een opgestelde schaal,
nu ging de heffing in verband met
de bijdrage van het Rijk procents-
gewijze en wel 6voor gebouw
de en 3% voor ongebouwde ei
gendommen.
Voor de gemeente bracht
dit een mindere opbrengst van
pl.m. 50, terwijl het voor de
inwoners hoogstens een gulden
kon schelen, of in het voordeel,
of in hun nadeel.
Niemand had hiertegen enig
bezwaar en hiermede kwam te
vens het einde van deze vergade
ring.
In uw veel gelezen blad las ik
onlangs een bericht onder het
hoofd: „Vreemde toestand aan het
Drongelense en Capelse Veer"
Het heeft er veel van dat de
heren, die deze toestand gescha
pen hebben, met de situatie al
daar slecht op de hoogte zijn. Niet
alleen met de situatie ter plaatse,
maar ook met de omstandigheden
van het gehele Land van Heus
den en Altena en de Langstraat.
Beide streken zijn voor een
groot deel van hun opgang op
elkander aangewezen. De Lang
straat staat, wat dit betreft, er
veel beter voor dan het Land van
Heusden en Altena, vanwege zijn
grote industrie.
De boeren, groenten en fruitte
lers en de zuivelbereiding, hebben
grote behoefte aan een vlug en
ongehinderd verkeer over de
Bergse Maas.
Vóór de Bergse Maas gegraven
was en het veer, toen in eigen
dom behorende aan de familie
Uythoven, werden kosten noch
moeite ontzien om de verbinding
zo goed mogelijk te laten functio
neren, ook onder de moeilijkste
omstandigheden, ten gerieve en
ten voordele van de bewoners
aan de Noord- en Zuidzijde van
het Oude Maasje.
Dit geschiedde ook aan het Ca
pelse Veer.
Het schijnt dat na het gereed
komen der Bergse Maas veel ver
andering is gekomen in het over
zetten, echter niet ten goede. Tel
kens hokt er wat.
Enkele jaren geleden heeft men
het meegemaakt dat de overtocht
op bepaalde tijdstippen gebeurde.
Als de pont net weg was, kon
men een half uur staan wachten.
Dit scheen in strijd geweest te
zijn met de algemene voorschrif
ten. Met veel moeite heeft men
gedaan gekregen, dat de oude
toestand weer werd hersteld.
De pont moest varen wanneer
er lieden zich melden. En nu
weer dit.
De Minister van Verkeer, Inge
nieurs en Ambtenaren moesten
zich eens wat beter oriënteren,
alvorens tot een zo rigoreuze han
deling over te gaan.. Is de weg
te smal, met weinig kosten en
zonder inmenging van welke ge
meente ook, kan dit gebeuren,
want het is Rijksgrond of zouden
de bruggen het struikelblok kun
nen zijn? Dan hebben de vroe
gere ingenieurs geen vooruitzien
de blik gehad, maar dan diende
onverwijld „Waterstaat" de fout
te herstellen. Geen belanghebben
den de toegang ontzeggen met
welk vervoermiddel ook, tenzij
deze te zwaar zijn voor de pont
of men er niet mede kan manoeu
vreren. In geen geval een verbaal
of boete opleggen.
Opbouwen, niet afbreken, moet
het parool zijn. Het Land van
Heusden en Altena is reeds veel
te lang geisoleerd geweest.
Zijn de heren zich wel bewust
wat het betekend kilometers te
moeten omrijden om de plaats
van bestemming te bereiken. Tijd
is geld, gezwegen nog van de te
grote kosten aan benzineverbruik
voor autobussen en vrachtauto's.
Dan vraag ik me af hoe het
moet gaan, wanneer het hooi van
de uiterwaarden en dijken moet
worden binnengehaald en het
graan rijp is op de uiterwaarden.
Moeten die vrachten ook over de
brug bij Heusden of Geertruiden-
berg rijden. Wie zal dan de kos
ten betalen, in een tijd waarin
weer op elk dubbeltje gelet moet
worden alvorens men het uit
geeft.
Hoe moet het gaan met het
vervoer van en naar de loswal bij
het Drongelense veer in de bie
ten tijd?
Voor gedeputeerde, gemeente
besturen en belanghebbenden, en
dat zijn alle inwoners der gemeen
ten in beide streken, is er werk
Vanaf Vrijdag zijn nieuwe
diesseltreinen ingelegd tussen
't Westen en midden des land
met Groningen en Leeuwar
den en met Maastricht. De
reis van Amsterdam naar
Maastricht duurt slechts 3 uur
en 28 minuten, meer dan een
uur minder dan vroeger en
dat 4 x per dag. Aldus wordt
ook de reis AmsterdamVlis-
singen 4 x per dag gereden.
Bij een treinramp op 12
km. afstand van Johannesburg
(Zuid-Afrika), waarbij drie
treinen op elkaar botsten, zijn
70 personen gedood. 48 passa
giers zijn in ziekenhuizen op
genomen en 45 andere gewon
den worden elders verpleegd.
's-Hage, 11.15 uur v.m.
Onmiddelijk na zijn aan
komst in Meppel wordt door
een correspondent die de Ral-
lye heeft meegereden, 't vol
gende verslag telefonisch door
gegeven:
De tocht is tot nu toe voor
treffelijk verlopen. Wij heb
ben nog geen strafpunten en
zijn overal binnen de gestelde
tijd aangekomen. De Hillman
doet het uitstekend en heeft
tot nu toe geen enkele storing
gehad, ook geen bandenpech.
Van slapen is niet veel ge
komen. Wij zijn nu 53 uren
onafgebroken onderweg en
hebben zo nu en dan om de
beurt achterin een uurtje ge
slapen, maar de tocht was
daar haast te interessant en
ook te opwindend voor.
Het weer was over het al
gemeen gunstig, alleen in het
Bergland van Auvergne in
Zuid-Frankrijk regende het zo
nu en dan en mistte het ook.
De Rallye was uitstekend
geregeld. Ook aan de grenzen,
die buitengewoon snel werk
ten. Maar in Holland was de
regeling en ontvangst over
weldigend. Door het gehele
land was de route op kruis
punten afgezet door buitenge
woon ccorrecte verkeerspoli
tie. En overal stonden vrolijk
lachende en wuivende men
sen. Bij iedere controle in
Holland kregen wij cadeaux.
Over het algemeen houden
alle deelnemers zich zeer goed
en zijn er weinig uitvallers.
Het enige ernstige ongeluk,
waarvan wij getuige waren,
gebeurde tussen Antwerpen
en de Nederlandse grens. Een
Ford en een Volkswagen, bei
de Rallye-rijders, kwamen in
volle vaart met elkander in
botsing. Het waren de num
mers 102 en 112. Beide wa
gens werden zwaar bescha
digd; geen dodelijke afloop ge
lukkig!
De tocht in haar geheel was
schitterend. Wij hebben voor
namelijk geleefd van sinaas
appelen en bananen, die in
Frankrijk overvloedig te ver
krijgen waren.
OLYMPISCHE SPELEN 1956
IN MELBOURNE.
Tijdens het congres van het
Internationaal Olympisch Co
mité te Rome werd vanavond
een geheime stemming gehou
den betreffende de stad, waar
de Olympische Spelen in 1956
zullen worden gehouden.
Melbourne kreeg 21 stem
men en Buenos Aires 20, zo
dat aan Melbourne zal wor
den opgedragen de 16e Olym
pische Spelen in 1956 te orga
niseren.
Het Italiaanse wintersport
centrum Cortina Dampezzo
werd met 31 stemmen aange
wezen als plaats waar de 7e
Olympische winterspelen in
1956 zullen worden gehouden.
aan de winkel om deze maatregel
ongedaan te zien krijgen.
Wanneer men met steekhouden
de argumenten bij de bevoegde
instanties komt, zullen deze de ge-
maakte fout wel willen inzien en
herstellen.
Maar dan iet afwachten en zo
spoedig mogelijk aan de slag. Het
is niet alleen een streek-, maar
een algemeen belang.
NEVOH.