IETS OVEI OPVOEDING Het voormalig SisterciêüssdilQoster Msriêndank te Elsftoiit Waalwijkse en Langstraatse Courant OPBOUWEN, AFBREKEN KORTE BERICHTEN UW blad MAAR EEN OPVOEDING VAN EEN SPECIAAL SOORT. 1) Gemeenteraad Sprang-CapeHe NIET CE „ECHO" OOK ONZE NEDERLANDSE TULPEN RALLEY. MAANDAG 2 MEI 1949 Uitgever Waalwijkse Stoomdrukkerij ANTOON TIELEN Hoofdredacteur JAN TIELEN Redacteur-Verslaggever W. v. d. MEE Jr. DE ECHO HEI ZUIDEN 72e JAARGANG No. 36. Abonnement 15 cent per week 1.95 per kwartaal 2.25 franco p p. Advertentie-prijs 9 cent per m.M. Contract-advertenties speciaal tarief. OPGERICHT 1878. BureauxGROTESTRAAT 205 WAALWIJK TEL. 38. SCHOOLSTRAAT 11 KAATSHEUVEL TEL. 66. TEL.-ADRES„ECHO". In de bladen van verschil lende vak- en standsorgani saties is reeds herhaaldelijk gewezen op de noodzaak van cultutele ontwikkeling en op voeding van de werkende be volking. Plannen, methodes en richt lijnen zijn aan de hand ge daan om deze opvoeding met succes te kunnen doen ge schieden. Er zijn culturele secties en kernen opgericht, ook hier in Waalwijk; we ken nen de muziek-, zang- en to neelgezelschappen^ We mogen dus niet zeggen dat er niets wordt gedaan en ondernomen om deze werkende stand te geven dat, wat zij deels door omstandigheden buiten hun schuld missen, de culturele opvoeding in de breedste zin van het woord, die hen waar dering geeft voor en genot van het schone en het goede. En wanneer we de toestand op dit gebied, zoals die thans is, met die van enkele tien tallen jaren geleden gaan ver gelijken, dan is er zeker een vooruitgang te bespeuren die' voor een groot gedeelte zijn oorzaak vindt in de bewust wording van de werkende stand, die streeft naar een grotere ontwikeling op alle ge bied. Tot zover is er dus reden tot enig optimisme. Maar we mogen onze ogen niet sluiten voor de werke lijkheid, voor de harde feiten, die aantonen dat deze vooruit gang slechts zeer betrekkelijk is en meer in theorie bestaat dan in practijk. Zeker, er zijn ontspannings verenigingen, in de vorm van koren, harmonieën en toneel gezelschappen, waarvan er eerder te veel dan te weinig zijn, maar niet iedereen kan hiervan lid zijn en bijgevolg geven zij in het gunstigste ge val slechts aan enkelen een culturele opvoeding. De massa echter heeft men nog niet bereikt; deze blijft verstoken van een goed ge leide ontwikkeling, laat haar smaak bederven door het al te licht verteerbare, maar voor de geestelijke gezondheid weinig heilzame, om niet te zeggen nadelige voedsel, van de oppervlakkige ontspan ning, die film, modern cabaret en amusementsmuziek meest al bieden. Hun geest blijft laag bij de grond en is niet in staat zich op eigen kracht te verheffen boven de aardse dingen uit; hun genietingen kennen slechts de dingen van alle dag en nooit eens iets hogers, iets verheveners. En op hen is juist het streven van de or ganisaties gericht; niet op de bevoorrechten, die door ge lukkige omstandigheden in dit opzicht enigszins ontwikkeld zijn, maar op de doorsnee-ar beider, die men na de grauwe sleur van de fabriek iets wil geven, dat het leven van zijn geest, dat bij zijn dagelijks eendere werk zou afsterven, leven laat, iets wat dat leven voedsel geeft. We kennen de ontwikke lingsavonden van de K.A.B. en wij twijfelen geenszins aan de goede bedoelingen van de organisatoren en de noodza kelijkheid van een behoorlijk gefundamenteerde kennis van sociaal-economische vraag stukken, die de arbeider ten stade zal komen in de P.B.O. Maar, (afgezien nog van het feit, dat op dergelijke avonden slechts de besten komen), zou het niet dienstig zijn daar naast of liever daarenboven alle arbeiders de gelegenheid te geven te treden uit hun ei gen beperkte gezichtskring hen niet altijd bezig te hou den met problemen die hun eigen stand aangaan, maar hun ogen te openen voor wat er verder in de wereld gaande is en te koop? Zou het niet van van veel meer waarde zijn, wanneer men de arbeider op een hoger peil bracht door een opvoe ding in de richting van een brede, algemene ontwikkeling en een meer aesthetische vor ming, die de enge grenzen die zijn simpele bestaan omgeven, doorbreekt, die hun niet ver moede vergezichten opent, die hem meer ontvankelijk maakt voor de schoonheid. Er zijn kernen die in' deze richting werken, maar zij vor men slechts de betrekkelijk kleine groep van bevoorrech ten; men zou zich moeten richten tot de gehele massa, men zou moeten trachten hen op aantrekkelijke wijze te brengen tot datgene wat te kennen en te genieten waard is. Men moet niet wachten tot er eens een enkeling komt op de hoogte waarop men zelf staat, maar men moet van cue hoogte afdalen, de mens bij de hand nemen en hem zo lei den naar die hoogte waar al les anders voor hem wordt, waar hij de dingen van het leven ziet in het juiste licht en met het juiste perspectief. Men kan ons wijzen op de vele culturele diensten, in stellingen en verenigingen, maar wij wijzen dan op de feiten, die aantonen dat de massa nog niet veel verder is gebracht in de jaren dat dit streven bestaat. Wij kunnen wijzen op de feiten in onze eigen omge ving, waar bij de meeste ge beurtenissen van enige cul turele aard, wel de gegoede stand aanwezig is, hoewel ook maar zeer gedeeltelijk, maar de arbeider geheel ontbreekt. Waarom? Omdat de meer gegoede beter en vol lediger mens is? Het ware dwaas dit te veronderstellen. De arbeider komt daar niet, omdat hij denkt dat iets der gelijks niet voor hem bestemd is (we spreken hier niet oVer de vraag, of het binnen 't be reik van zijn finantiële moge lijkheden ligt), omdat men hem niet geleerd heeft ook hiervan te genieten en de schoonheid hiervan in te zien. Het is de massa niet te ver wijten, maar de leiders van de massa, de bestuurders van de organisaties, die veel te veel nog hun aandacht richten op de materiële dingen, want het motief, dat een algemeen vor mende en culturele opvoeding slechts kan gedijen in een miilieu waar stoffelijke wel stand heerst, is, hoewel vaak aangevoerd, o.i. zeer betrek kelijk. Een gewoon mens zal niet op eigen kracht en uit eigen beweging zich zelf gaan ont wikkelen. Hierbij moet hij ge holpen worden; hem moeten de wegen gewezen worden waarlangs en de middelen waarmee hij het best dit doel kan bereiken. En dit is de taak van de or ganisaties, van alle culturele instellingen en met de uitoe fening ^van deze taak zal men ook de mens-arbeider meer zelfrespect gaan geven, meer dan met te praten over mede zeggingschap of met te ful mineren tegen het communis tisch gevaar. Om U van dit klooster een behoorlijke goed gedocumen teerde geschiedenis te geven, is me niet mogelijk. Te weinig is hierover bekend. Niet dat de bewoners in dien tijd geen archief hielden, maar de re formatie is in onze lage lan den zo effectief doorgevoerd, dat als 't ware niets gespaard is gebleven wat nog enige her innering kon geven van deze katholieke bloeitijd. Toch is niet alles verloren gegaan, ook niet van deze beide Heusden- se kloosters. De plaats van het klooster Mariëndonk is gedurende de loop der eeuwen niet altoos onder dezelfde burgerlijke en kerkelijke gemeente gebleven. Deze veranderde later met de jaren. Tijdens haar bestaan echter was dit nog niet zo en stond Mariëndonk te Oud- heusden. Daarom vindt men ln de geschiedenisboeken ook steeds Mariëndonk vermeld staan onder Heusden. In de loop der jaren echter is dit ko men te vallen onder de plaats Elshout, gemeente Drunen. Deze gemeente nu heeft voor enige jaren terug de straat, lopende in de nabij heid van dit voormalig kloos ter, ook naar haar genoemd, n.l. de Mariëndonkstraat. De stichter van dit klooster was Everardus van Goch, pri or van het Cisterciënserkloos- ter te Heusden. Nauwelijks was Mariënkroon een weinig hersteld van het grote verlies dat zij leed in de bekende grote St. Elisabethsvloed, of deze prior bewerkte de stich ting van een nieuw klooster te Oud-Heusden Mariëndonk ge noemd. Om welke reden en waarom juist daar deze stich ting tot stand kwam staat ner gens vermeld. Ieder klooster van de Cisterciënsers dat ge sticht werd, kreeg de naam van Maria te dragen .Zo ook dit nieuwe klooster. Haar con ventzegel, dat zij van het be gin van haar ontstaan af voer de, stelde de H. Maagd voor, zittend tussen twee bomen, met het Kind op de linkerarm. Het randschrift luidde „Si- gillum conventus Sancte Ma rie supra Donkam. Ih 't Staats archief te Gent vindt men nog zulk een exemplaar. Het stichtingsjaar van dit klooster was 1439. Met drie priesters en twee lekebroeders verliet Everardus in het voor jaar zijn lief geworden Mari ënkroon om aldaar een nieuw kloosterleven te beginnen. Het begin was, gezien het aantal volgelingen, dus zeer beschei den. Ook het kloostergebouw zal vermoedelijk wel klein ge weest zijn in den beginne. On getwijfeld zal dit langzamer hand wel zijn uitgebreid. U moet niet vergeten dat de bouw van zulk een klooster tot stand kwam door de ar beid van de monniken zelf. Na hun koor officie, wat hun taak vooral wasi, Gods lof te zingen zeven maal per dag, togen zij ten arbeid. Jammer genoeg is er totaal niets meer van deze bouwresten overge bleven dan enige fundamen ten. Met de storm der refor matie is ook dit kloostertje gevallen. Na twee en twintig volle jaren als prior het kloos ter bestuurd te hebben, is deze stichter overleden. Zware zor gen en moeite heeft Everar dus getrotseerd en hij heeft ze overwonnen. De twaalfde Ja nuari van het jaar 1461 mocht hij zijn moede hoofd neerleg gen. Als zijn opvolger zien we de troon bestijgen Henricus van den Eemd, eveneens een mon nik van Mariëndonk. Wel ke functie deze mogelijk ook uitoefende onder het bestuur .van prior Everardus, is v niet bekend. Wel is van deze prior bekend, dat hij met ijver ver der werkte aan het werk van zijn voorganger en dit ook me nigmaal beloond zag. Het ge tal van de monniken nam een weinig toe. Ook schenkingen van landerijen kwam menig maal voor, zodat hiermede ook het klooster meer vaste goede ren kreeg en hierdoor ook de vaste bron van inkomsten ver meerderde. Acht jaar lang mocht hij overste van dit klooster zijn. De 24 Augustus van het jaar 1469 overleed hij. Henricus van den Berk, ook Rheinberk geheten, was de 3e prior van het klooster Mariën donk. Deze was een monnik van Oud Kamp, in Duitsland gelegen. Deze abdij nu was 't moederklooster van Mariën kroon, bovendien had de abt in al de kloosters van de colli- gatie van Sibculo een zeker recht van toezicht, vandaar ook zijn invloed in Mariën donk, daar dit een stichting was van Mariënkroon. Vijf juur bestuurde Henri cus dit klooster. Hij overleed als biechtvader in het nonnen klooster St. Servaas te Utrecht op den 21 Augustus 1481. Als vierde prior van Mariën donk treffen we een Joannes de Busco. Van hem staat ge schreven, dat hij 'met zeer veel lof gedurende een tijd van ruim veertig jaar het klooster bestuurde onder vele moeilijk heden. Zijn vader Joannes Philippi en zijn moeder had den cijnsen en bezittingen aan de priorij vermaakt bij testa ment. Hij overleed op 2 Oc tober 1515 in de ouderdom van 78 jaar. Zijn opvolger Robertus van Heusden bestuurde Mariën donk van 1515 tot 1517. Zijn ouders Joannes van de Wan en Angela hadden een jaar lijkse rente aan het klooster gegeven. Onder het bestuur van deze prior moet de kloos terkapel veel verfraaid zijn. Deze kapel nu werd uitslui tend en alleen gebruikt voor de kloosterlingen zelf. De be woners van het dorp hadden hun eigen parochiekerk, waar zij hun godsdienstoefeningen hielden. Vandaar ook is het zo goed als zeker dat er geen enkele communicatie was met de aldaar bestaande schutsen, gilden etc. etc. Cisterciënsers monniken van een beschou wende orde, leefden afge zonderd van de wereld, alleen voor God. De wereld die zij verlaten hadden, zochten ze niet wederom door allerlei banden aaneen te knopen. Gedurende een tijdsduur van veertig volle jaren stond als zesde prior van Ma riëndonk Antonius van Heug den aan het hoofd van de communiteit. Hij was bemind door zijn medebroeders en in aanzien bij arm en rijk. Groots was zijn ondernemings geest. Dit getuigen de verschil lende nieuwe gebouwen, die hij liet verrijzen. Ook de kloostertucht wist hij met meesterhand staande te hou den. Zowel zijn ouders als broer en oom schonken gro te sommen geld aan de prior om op het jaargetij van hun overlijden aan het convent te schenken een pitantie rijn wijn. Na eerst zijn gouden jubileum gevierd te hebben, stierf Prior Antonius den 6 October van het jaar 1557. Zijn opvolger Joannes van Boxtel volgde toen als zevende prior van Mariëndonk op. On der diens bestuur droeg de Generaal van de Orde het vi sitatie-recht van Mariëndonk op aan de abt van St. Salva- tor te Antwerpen, waarin sommige schrijvers van deze geschiedenis aanleiding von den te beweren dat Mariën donk gesticht was vanuit dit klooster. Dit is echter on juist, zoals we boven feeds gezien hebben. Ver moedelijk houdt deze veran dering van visitatierecht ver band reeds met de komende, troebele tijden. Ook op 't Ge neraal Kapittel van de Orde zullen in deze tijden reeds vele klachten hiervan zijn binnen gekomen. We weten 't niet met zekerheid, maar met gegronde gevoelens kan men deze conclusie nemen. Zijn bestuur was echter van zeer korte duur. In de ouderdom van 41 jaar overleed deze de 18 November 1562. Als achtste prior van Ma riëndonk, zien we de troon bestijgen Antonius van Box tel, zoon van Arnoldus Her- berti van Zon. Deze was in 1568 nog prior te Mariëndonk. Zijn overlijden vindt men niet vermeld in het Obituarium, daar hij na zijn prioraat ver huisde naar het nonnenkloos ter van St. Servaas te Utrecht, waar de oude prior in 1570 nog als rector fungeerde. De tijden werden steeds moeilij ker met het opkomende Pro testantisme en vooral voor de overste der huizen was de zorg des te zwaarder. Als laatste prior van Ma riëndonk vinden wij vermeld Adrianus Nicolai, geboren te Drongen in Vlaanderen, een monnik van Potklooster in Antwerpen. Reeds in 1546 leg de hij aldaar zijn professie af, mocht in het jaar 1550 zijn H. Priesterwijding ontvangen en bekleedde vele jaren in zijn klooster de functie van novi- cenmeester en Subprior. Lang zal hij wel niet meer voor het welzijn van zijn klooster ge werkt hebben, want wegens de woelige tijdsomstandighe den moest hij met zijn con vent een toevlucht zoeken in het moederklooster te Heus den, waar hij de 11 Augustus zacht en kalm in de Heer overleed. Wel werd hij nog in Mariëndonk begraven. In de lijst van de leden der Illustere Broederschap te Den Bosch treffen we nog vermeld op de 7 November van 't jaar 1624 de naam Floris de Kort, Prior van het Cisterciënser- klooster Mariëndonk bij Heus den. Vermoedelijk heeft deze slechts de titel gedragen om de rechten op het klooster en zijn bezittingen te handhaven. Nederig was het begin van het prioraat Mariëndonk, on aanzienlijk zijn ontwikkeling en vooruitgang. Klein is ook steeds het getal van de kloos terlingen geweest. Volgens 't Obituarium van 1440 tot 1562 kan men ongeveer 54 monni ken en 35 lekebroeders tellen, die in Mariëndonk met de hoop op een beter leven het tijdelijke met 't eeuwige heb ben verwisseld. 1) Men leze hierover ook de volgende nummers: 13, 18, 20 en 25 November van 't jaar 1947 van dit blad. FEESTVERLICHTING IN SPRANG-CAPELLE EN KLEINE WIJZIGING IN STRAATBELASTING. In de vergadering die de raad van Sprang-Capelle Vrijdagavond hield waren het voornamelijk hamer stukken die aan de orde kwamen; het was dan ook een vlotte vergadering, waarvan niet veel meer te zeggen valt, dan dat er een voorstel aan de orde kwam tot aanschaffing van een feestverlichting van het raadhuis, terwijl er voor de vergadering al honderden lampjes de kozijnen en lij nen van het gemeentehuis sierden. Nadat deze vergadering, waar bij dhr. Verheijden wegens ziek te verhinderd was aanwezig te zijn, geopend was en de notulen waren goedgekeurd, werden enke le ingekomen stukken behandeld, waaronder verschillende goedkeu ringen van raadsbesluiten van Ge deputeerde Staten en een schrij ven van de heer Versteeg, die meende dat hij in 1947 tweemaal zijn hondenbelasting had betaald en dus teruggave verlangde van 30.De zaak zat echter zo, aldus de voorzitter, de heer Ver steeg had twee luxe honden en bovendien had hij ze te laat aan gegeven, zodat hij volgens de ver ordening ook nog beboet werd en in totaal 60.- moest betalen. Alvorens het voorstel tot het vaststellen van een verordening regelende het verhaal van bijdra gen voor inkoop pensioenen werd goedgekeurd, had de voorzitter 'n kort „onderhoud" met de heer v. Caem over enige „technische, de tails" van deze verordening, met het gevolg dat de heer v. Caem en niemand van de andere leden hiertegen enig bezwaar had. Men besloot voorts in het ko- mehde belastingjaar 150 opcenten op de personele belasting te hef fen evenals vorig jaar. Met het voorstel tot aankoop van een feestverlichting voor het gemeentehuis was het een beetje vreemd gesteld, zoals we reeds zeiden; terwijl men het besluit nog moest nemen, was de verlichting toch reeds aangebracht. Dit was echter geen speculeren op de goedwillendheid van de raadsle den, want wanneer het voorstel afgewezen zou worden, dan zou men gewoon een huur van plm. 150 betalen van de post voor feestelijkheden e.d. Het was ech ter voordeliger deze verlichting ineens aan te kopen voor de som van plm. 850.dan bij iedere gelegenheid deze huur te betalen. En bovendien was er reeds van verschillende zijde gevraagd waar om de gemeente ook nooit eens iets deed aan de verlichting. De heeren Braspenning en Kraak zei den het er roerend mee eens te zijn en ook de andere leden gin gen er volkomen mee accoord, want niet een bezwaar werd er gehoord. Woningbouw. Eindelijk zijn we dan weer zo ver, zei opgelucht de voorzitter, toen het voorstel tot voteren van een crediet van 75000.voor de bouw van 5 woningwet- en twee duplexwoningen aan de or de kwam. Deze woningen zullen geplaatst worden als volgt: 2 aan de Hogevaart, twee aan de Hei straat en 3 aan de Molensteeg. De, raad ging er mee accoord. Het bedrag per leerling voor het gewoon lager onderwijs werd van 16.30 gebracht op 20. De vermakelijkheidsbelasting verordening werd in dier voege gewijzigd dat voortaan beroep op de raad mogelijk is. (Wie zei daar: Gelukkig nou hebben wij ook nog eens iets te vertellen!) De vergoeding voor de bijzon dere lagere scholen werd vast gesteld en een voorstel tot mede werking ex-artikel 101 der L.O.- Wet ontmoette evenmin enige te genstand. Een vernieuwde vaststelling van de verordening op de heffing van de straatbelasting omvatte de volgende wijziging: Tot nu toe was de heffing geschied aan de hand van een opgestelde schaal, nu ging de heffing in verband met de bijdrage van het Rijk procents- gewijze en wel 6voor gebouw de en 3% voor ongebouwde ei gendommen. Voor de gemeente bracht dit een mindere opbrengst van pl.m. 50, terwijl het voor de inwoners hoogstens een gulden kon schelen, of in het voordeel, of in hun nadeel. Niemand had hiertegen enig bezwaar en hiermede kwam te vens het einde van deze vergade ring. In uw veel gelezen blad las ik onlangs een bericht onder het hoofd: „Vreemde toestand aan het Drongelense en Capelse Veer" Het heeft er veel van dat de heren, die deze toestand gescha pen hebben, met de situatie al daar slecht op de hoogte zijn. Niet alleen met de situatie ter plaatse, maar ook met de omstandigheden van het gehele Land van Heus den en Altena en de Langstraat. Beide streken zijn voor een groot deel van hun opgang op elkander aangewezen. De Lang straat staat, wat dit betreft, er veel beter voor dan het Land van Heusden en Altena, vanwege zijn grote industrie. De boeren, groenten en fruitte lers en de zuivelbereiding, hebben grote behoefte aan een vlug en ongehinderd verkeer over de Bergse Maas. Vóór de Bergse Maas gegraven was en het veer, toen in eigen dom behorende aan de familie Uythoven, werden kosten noch moeite ontzien om de verbinding zo goed mogelijk te laten functio neren, ook onder de moeilijkste omstandigheden, ten gerieve en ten voordele van de bewoners aan de Noord- en Zuidzijde van het Oude Maasje. Dit geschiedde ook aan het Ca pelse Veer. Het schijnt dat na het gereed komen der Bergse Maas veel ver andering is gekomen in het over zetten, echter niet ten goede. Tel kens hokt er wat. Enkele jaren geleden heeft men het meegemaakt dat de overtocht op bepaalde tijdstippen gebeurde. Als de pont net weg was, kon men een half uur staan wachten. Dit scheen in strijd geweest te zijn met de algemene voorschrif ten. Met veel moeite heeft men gedaan gekregen, dat de oude toestand weer werd hersteld. De pont moest varen wanneer er lieden zich melden. En nu weer dit. De Minister van Verkeer, Inge nieurs en Ambtenaren moesten zich eens wat beter oriënteren, alvorens tot een zo rigoreuze han deling over te gaan.. Is de weg te smal, met weinig kosten en zonder inmenging van welke ge meente ook, kan dit gebeuren, want het is Rijksgrond of zouden de bruggen het struikelblok kun nen zijn? Dan hebben de vroe gere ingenieurs geen vooruitzien de blik gehad, maar dan diende onverwijld „Waterstaat" de fout te herstellen. Geen belanghebben den de toegang ontzeggen met welk vervoermiddel ook, tenzij deze te zwaar zijn voor de pont of men er niet mede kan manoeu vreren. In geen geval een verbaal of boete opleggen. Opbouwen, niet afbreken, moet het parool zijn. Het Land van Heusden en Altena is reeds veel te lang geisoleerd geweest. Zijn de heren zich wel bewust wat het betekend kilometers te moeten omrijden om de plaats van bestemming te bereiken. Tijd is geld, gezwegen nog van de te grote kosten aan benzineverbruik voor autobussen en vrachtauto's. Dan vraag ik me af hoe het moet gaan, wanneer het hooi van de uiterwaarden en dijken moet worden binnengehaald en het graan rijp is op de uiterwaarden. Moeten die vrachten ook over de brug bij Heusden of Geertruiden- berg rijden. Wie zal dan de kos ten betalen, in een tijd waarin weer op elk dubbeltje gelet moet worden alvorens men het uit geeft. Hoe moet het gaan met het vervoer van en naar de loswal bij het Drongelense veer in de bie ten tijd? Voor gedeputeerde, gemeente besturen en belanghebbenden, en dat zijn alle inwoners der gemeen ten in beide streken, is er werk Vanaf Vrijdag zijn nieuwe diesseltreinen ingelegd tussen 't Westen en midden des land met Groningen en Leeuwar den en met Maastricht. De reis van Amsterdam naar Maastricht duurt slechts 3 uur en 28 minuten, meer dan een uur minder dan vroeger en dat 4 x per dag. Aldus wordt ook de reis AmsterdamVlis- singen 4 x per dag gereden. Bij een treinramp op 12 km. afstand van Johannesburg (Zuid-Afrika), waarbij drie treinen op elkaar botsten, zijn 70 personen gedood. 48 passa giers zijn in ziekenhuizen op genomen en 45 andere gewon den worden elders verpleegd. 's-Hage, 11.15 uur v.m. Onmiddelijk na zijn aan komst in Meppel wordt door een correspondent die de Ral- lye heeft meegereden, 't vol gende verslag telefonisch door gegeven: De tocht is tot nu toe voor treffelijk verlopen. Wij heb ben nog geen strafpunten en zijn overal binnen de gestelde tijd aangekomen. De Hillman doet het uitstekend en heeft tot nu toe geen enkele storing gehad, ook geen bandenpech. Van slapen is niet veel ge komen. Wij zijn nu 53 uren onafgebroken onderweg en hebben zo nu en dan om de beurt achterin een uurtje ge slapen, maar de tocht was daar haast te interessant en ook te opwindend voor. Het weer was over het al gemeen gunstig, alleen in het Bergland van Auvergne in Zuid-Frankrijk regende het zo nu en dan en mistte het ook. De Rallye was uitstekend geregeld. Ook aan de grenzen, die buitengewoon snel werk ten. Maar in Holland was de regeling en ontvangst over weldigend. Door het gehele land was de route op kruis punten afgezet door buitenge woon ccorrecte verkeerspoli tie. En overal stonden vrolijk lachende en wuivende men sen. Bij iedere controle in Holland kregen wij cadeaux. Over het algemeen houden alle deelnemers zich zeer goed en zijn er weinig uitvallers. Het enige ernstige ongeluk, waarvan wij getuige waren, gebeurde tussen Antwerpen en de Nederlandse grens. Een Ford en een Volkswagen, bei de Rallye-rijders, kwamen in volle vaart met elkander in botsing. Het waren de num mers 102 en 112. Beide wa gens werden zwaar bescha digd; geen dodelijke afloop ge lukkig! De tocht in haar geheel was schitterend. Wij hebben voor namelijk geleefd van sinaas appelen en bananen, die in Frankrijk overvloedig te ver krijgen waren. OLYMPISCHE SPELEN 1956 IN MELBOURNE. Tijdens het congres van het Internationaal Olympisch Co mité te Rome werd vanavond een geheime stemming gehou den betreffende de stad, waar de Olympische Spelen in 1956 zullen worden gehouden. Melbourne kreeg 21 stem men en Buenos Aires 20, zo dat aan Melbourne zal wor den opgedragen de 16e Olym pische Spelen in 1956 te orga niseren. Het Italiaanse wintersport centrum Cortina Dampezzo werd met 31 stemmen aange wezen als plaats waar de 7e Olympische winterspelen in 1956 zullen worden gehouden. aan de winkel om deze maatregel ongedaan te zien krijgen. Wanneer men met steekhouden de argumenten bij de bevoegde instanties komt, zullen deze de ge- maakte fout wel willen inzien en herstellen. Maar dan iet afwachten en zo spoedig mogelijk aan de slag. Het is niet alleen een streek-, maar een algemeen belang. NEVOH.

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1949 | | pagina 5