I J.c^aenea en u&etdaééen,. Brabant s riante ontspanningsoord dLcn stukje, geschiedenis „DE SCHOEN" 1949 TENTOONSTELLING=DE SCHOEN 49 2 DE ECHO VAN HET ZUIDEN VAN DONDERDAG 21 JULI 1949. 2 R K. THUISFRONT „DE SCHOEN" in 't Centrum van natuurschoon. Nu onze gemeente zich gaat opmaken om in een groots opge zette tentoonstelling de bezoekers te tonen wat in Kaatsheuvel en Loon op Zand wordt geprodu ceerd en in de handel gebracht, zou men zich kunnen afvragen hoe in deze beide plaatsen de in dustrie is gegroeid tot haar hui dige omvang. i n 23-27 JULI LOON OP ZAND-KAATSHEUVEL toonaangevend zijn in natio nale zin. Ook onze middenstand toont zich van de beste zijde. Ook hier dezelfde frisse tijdbegrij- pende demonstratie van be hoeftevoorziening in onover trefbare vorm. Een rondgang door de vele stands bevestigt de waarheid in de slogan „zoekt niet elders, dat gij plaatselijk vindt" D.e midden stand bewijst hier weer eens te meer, dat zijn plaats aan de sociale dis er een is van een dominerend, dienend ka rakter, de onmisbare schakel tussen producent en consu ment. De organisators van „De Schoen" 1949 hebben eer van hun werk. Aan letterlijk alles is gedacht. Ruime, sfeer- scheppende gelegenheden tot recreatie en vermaak brengen de bezoeker der expositie een welkome afwisseling na af sluiting vanxzijn zakelijk be zoek, terwijl de dagelijkse schoenenshow als een pikant „novum" mag worden begroet. Dit alles, omlijst als 't ware door het unieke Sport- en Wandelpark, maakt de ten toonstelling „De Schoen" 1949 tot een evenement van natio nale betekenis. Moge het zó zijn, dat deze tentoonstelling voor onze plaats een nieuwe periode van opbloei inluidt, dan zal het Kaatsheuvels belang dat hier gaat bevorderd worden tevens zijn een nationaal belang, waarin de plaatselijke handel en industrie als voedend cen trum zijn te zien. De Voorzitter dei- Vereniging „Kaatsheuvels Belang" J. M. G. v. Kcmenadc. Steunt onze Jongens in Indiè STAND No. 11 't Was een gewichtig gebeu ren in de geschiedenic van 't Sport- en Wandelpark te Kaatsheuvel, toen 7 Juli j.L onder hoge belangstelling de eerste steen voor de nieuwe toegangspoort van het Sport park door Burgemeester Mr. R. J. Th. v. d. Heijden gelegd werd. Deze eerste steen betekent in de poort zelf de verbinding tussen fundament en verdere opbouw van het sierlijk ont werp, door Architect Edmond Nijsten. Die steen betekent nog meer! Die steen is de hoeksteen tussen de eerste aanleg en de verdere ontwik keling van het Sportpark. Die steen biedt waarborg voor de uitgroei! In 1933 is het eerste gedeel te van het grote ontwerp dooi de Heide Maatschappij in uit voering ter hand genomen. In een complex van 22 ha. bos en heide zijn sportvelden ont worpen, wandelpaden aange legd, aangeplant met goede densoorten en loofhout. Wat de natuur daar biedt, is door mensenhanden verfraaid. De nieuwe toegangspoort, die een waardige afsluiting vormt van de dubbele Sportlaan, gepas seerd, vindt men een verras send ontspanningsoord. In de lommer van oude dennen ligt een goed ingerichte speeltuin. Jaarlijks wordt de speeltuin bezocht door duizenden kin deren van in en buiten de ge meente. De schoolvrije jeugd uit dit centrum van schoen industrie vindt daar haar ont spanning. In dit natuurreser vaat kan men jong en oud in de vrije tijd aantreffen. In de naaste toekomst zal dit riante sportpark worden uitgebreid. Uitbreiding van sportvelden en aanleg van waterpartijen staan op het urgentie-pro- gram. Met vereende krachten en daadwerkelijke overheids steun wordt hier een ontspan ningsoord uitgebouwd, dat in geheel de provincie zijn weer ga niet vindt. In dit park gaat „De Schoen" 1949 van KaatsheuvelLoon op Zand exposeren. Ook de Middenstand heeft daar haar tenten opgeslagen. Een scho ner plaats is voor deze groot opgezette tentoonstelling niet te vinden. Door deze keuze is het welslagen van de expositie voor een flink gedeelte ge waarborgd. E. R. In het hartje van het gulle, gastvrije en natuurschone Brabant, ligt onze omvangrij ke gemeente Kaatsheuvel Loon op Zand, die de komen de dagen de vriendelijke gast- vrouwe zal zijn voor de dui zenden belangstellenden die een kennismaking met „DE SCHOEN" 1949 weten te ap preciëren. Ook wij schatten het van grote waarde, de talloze be zoekers zo aangenaam moge lijk op onze Tentoonstelling te verwelkomen. Met deze ge dachte, tot grondslag, besloten wij „De Schoen" 1949 op te trekken in het wondermooie Sportpark, als representante van het monumentale natuur- ïeservaat, waarin onze ge meente gelegen is. Tot stand gebracht tussen een natuur lijke begroeiing die voor velen een openbaring zal zijn, kan deze tentoonstelling qua en tourage, een unicum genoemd worden in de ruimste zin van het woord. Maar wat onze gemeente aan natuurrijkdom te presen teren heeft, blijft niet beperkt tot de naaste omgeving van de tentoonstelling. Uren en uren kan men met volle teu gen genieten van de „eeuwig zingende bossen", rijk bevolkt door de hierbij passendq fau na, die de rustzoekende wan delaar kalmeert en zijn dage lijkse beslommeringen doet vergeten. Mogen we U even uitnodi gen voor een tripje door onze natuurrijke gemeente met een respectabele oppervlakte van 5214 h.a. Vanaf de tentoonstelling zet- ien we koers naar de molen; begeven ons dan Oostwaarts naar het Loons Hoekje en ko nen linea recta uit in Plant oon, waar een keur-selectie van bossen en laantjes U een sfeervolle ontvangst bereiden. Oe rijkdom van het berken- neuken- en dennenlaantje is liet te beschrijven. De natuur oor kundige handen gedin eerd, heeft hier een machts- ertoon, dat niet anders kan Jan imponeren. Met een weel derige onderbegroeiïng van Vmuikaanse eiken, vogelkers en een frisse lijsterbes, vormt iet gehele complex 'n schoon heid die nog door te weinigen 'ewaardeerd wordt. Midden n deze schoonheid is de Ach- erste Hoeve gelegen, rustig en bezadigd om de sfeer niet te storen. Met een kleine grensover schrijding nemen we even de Pessaert mee, om onze tocht .e vervolgen naar de Loonse duinen, waarvan de Roestel- berg een ontspanningsoord voor groot en klein de joyeuse entree vormt. We blij ven de duinrand even volgen tot de Juul, waar we links af slaan, om na een bezoek aan de prachtig gelegen ijsbaan een kijkje te nemer; in de Mast, het oord met nare her inneringen aan de voorbije oorlog. Naast vele particulie re bezittingen, treffen we hier ook domeinen aan van: de Vereniging tot behoud van Natuurschoon in Nederland. De Schuur wijst ons hier op. Voortdwalend door Westloon en het Land van Kleef, be geven we ons opnieuw even buiten de gemeente-grens om ons wat rust te verschaffen bij de ontspanning Bos en Duin. Na een weldoende ver frissing trekken we over de gemeentelijke drainagevelden, de Klampert en de Klokken- berg naar de Kom van Loon op Zand, om even de restau- ïatie-werkzaamheden van het Kasteel te bekijken en ons te overtuigen van het verlies van de prachtige beukenbomen en de historie-rijke Ruïne. Via de Loonseberg een uit loper van de landduinen, gaan we zigzag verder over het Kraanven naar Huis ter Hei de, waar we weer heerlijk kunnen rondwandelen in de bossen van de Unitas. Natuurlijk worden de Plak- ke en het Leike niet vergeten en zonder dat we het weten belanden we op het Galgen- eind en stappen door het oude veengebied De Moer en de Paalstraat naar de Baan, een oppervlakte woeste grond, die reeds voor een groot gedeelte ontgonnen is. Met een kwart- draai naar rechts duiken we op de Duikse hoef en steeds maar smullend van schijnbaar eindeloze natuurpracht nade ren we via Efteling en de na bij gelegen plantage het einde van onze tocht, want op de Heikant aangekomen staan we plots weer voor onze Tentoon stelling, waar U een welver diende rust wacht in de schit terende restauratie-tent. Kan ons iemand beschuldi gen van hoogmoedswaanzin, indien wij zeggen trots te zijn op een natuurreservaat, door zijn uitgestrektheid en geva rieerdheid, enig in de omtrek. Zij, die bij gelegenheid van een bezoek aan „De Schoen" 1949 een vacantie-uitstapje willen verbinden, kunnen aan de hand van deze gegevens lustig rondzwerven in Gods vrije natuur, waarvan de ge meente Kaatsheuvel-Loon op Zand het beschermheerschap heeft. Piet Borsten. Opvallend is daarbij dat deze groei zich heeft ontwikkeld on danks de minder gunstige geogra fische ligging en de afwezigheid van goede verbindingen langs spoor- en waterwegen, welke om standigheden in vroegere tijden, méér dan bij het tegenwoordige snelverkeer en vervoer, een beletsel zouden moeten vormen voor een behoorlijke industriële ontwikkeling. Dat deze tóch heeft plaats gehad wijst wel op een gezonde ondernemings geest onder de bevolking. De hoge schrale zandgrond noodzaakte de bewoners van de oude heerlijkheid Loon op Zand uit te zien naar een an dere bestaansmogelijkheid dan de landbouw. In de middel eeuwen was dan ook het afgraven van turf. die in het weste lijk gedeelte van de heerlijkheid werd aangetroffen, een der voornaamste middelen van bestaan. Deze turfwinning deed een nieuwe nederzetting ontstaan, die met de benaming „vaartkwartier" van het moederdorp („straatkwartier werd onderscheiden, en die al spoedig Ketsheuvel, later Kaatsheuvel, werd genoemd. Een grote veenbrand maakte omtreeks 1600 een einde aan deze tak van nijverheid, en thans herinneren nog slechts en- cele plaatselijke benamingen, zoals Vaartkant, Oude Vaart, Rode Veer, aan het vroegere bestaan van turfvaarten, waar langs de turf werd vervoerd naar Holland en Gelderland. Een nieuw bestaansmiddel werd gevonden in het thuis- weven voor Tilburgse patroons, dat in de 16e en 17e eeuw druk werd beoefend. In die tijd schijnt men ook te zijn be gonnen met het vervaardigen van schoeisel, welke tak van nijverheid in de Franse tijd reeds een der voornaamste mid delen van bestaan was, hetgeen blijkt uit de bevolkings-re- gistratie, op bevel van Napoleon in 1810 gehouden: 14 der beroepsbevolking onzer gemeente was werkzaam in wat later .de schoenindustrie zou worden. Het leerlooien is van latere datum en werd in de 19e eeuw beoefend, hoewel de schoen nijverheid toch het karakter van de gemeente in die eeuw bepaalde. Nadat aanvankelijk de schoen- en muilenmakers voor eigen rekening werkten en hun waar langs de huizen uitventten, kwamen de patroons naar voren, die de grondstoffen aan kochten en door thuiswerkers de schoenen en muilen voor hun rekening lieten maken en deze aan de tussenhandel af leverden. In die tijd ontstonden geleidelijk de werkplaatsen waar onder het oog van de patroons de knechten hun werk verrichtten. De oudere inwoners kunnen zich deze „goede oude tijd nog herinneren, toen men niet gebonden was aan werktijden, toen men er niet aan dacht om op Maandag te werken en men bij mooi weer de werkstoel in de steek liet en elders vertier ging zoeken. Niet te verwonderen is het, wanneer bij de overgang van de 19e naar de 20e eeuw, toen de machine haar intrede deed in het productie-proces, de verandering voor velen te groot was. De machine bracht arbeidsverdeling en deed de fabrie ken ontstaan, waarin op regelmatige tijden gewerkt moest worden. De rust en de romantiek van de werkstoel verdwe nen, het„Maandagvieren" moest, zij het waarschijnlijk onder protest, worden opgegeven. Een machine immers kost geld wanneer zij niet wordt gebruikt. Het gemoedelijke handwerk moest plaats ruimen voor de zakelijke machinale productie in de fabrieken. Bovendien werd de verhouding tussen patroon en werk nemer anders van aard. Zij werden als het ware meer van elkander verwijderd. Intussen moest met de machines aanvankelijk nog worden geëxperimenteerd. Niet alleen waren deze nog gebrekkig, men kende ook het productie-apparaat nog niet voldoende, men moest het arbeids-tempo en de arbeidsprestaties nog be palen. Deze wordingsperiode der moderne schoenindustrie was tegelijkertijd een schiftingsproces, waarbij alleen de onder nemer die met zijn tijd mee kon zich heeft gehandhaafd. Een nieuwe generatie die van jongs af aan met de fabriek opgroeide, was nodig om de schoenindustrie in haar nieuwe banen snel te doen uitgroeien, waarmede gelukkig een sociale verzorging van de arbeiders gepaard ging. De snelle groei der schoenindustrie dwong de leerlooie rijen tot een soortgelijke ontwikkeling. Een nieuwe looi-ine- thode bracht het looiproces terug van jaar tot 3 maan den. Ook hier een kristallisatie die alleen de goed-geoutil- leerde bedrijven deed overblijven. Daarnaast ontwikkelde zich in de laatste jaren een hand schoenen- en lederwarenindustrie van betekenis. Aan de uit bouw van deze industrietak wordt met kracht gewerkt door een aantal veelbelovende bedrijven. Zo werd in een halve eeuw de schoennijverheid onzer ge meente omgevormd tot een industrie van nationale betekenis, met een productie van 2,5 millioen paren lederen schoenen per jaar, hetgeen neerkomt op 1 /5 deel van de gehele Neder landse schoenenproductie. De opbloei na de oorlog werd evenwel niet uitsluitend dienstbaar gemaakt aan verhoging van de kwantiteit, ook aan de kwaliteit van, het product werd de nodige aandacht besteed. Toen eenmaal een bepaalde graad van verzadiging op de schoenenmarkt bereikt was, ging het publiek immers eisen stellen. Dat aan die eisen wordt voldaan, daarvan gaat „De Schoen" 1949 de bewijzen leveren. Kaatsheuvel, Juli 1949. M. H. J. VAN NIEUWSTAD, Gemeentesecretaris. BESCHERMHEER Prof. Dr. J. E. DE QUAY, Commissaris der Koningin in de Provincie Noord-Brabant. ERE-COMITÉ Ere-Voorzitter J. W. VAN HEESBEEN, Voorzitter Kamer v. Kooph. en Fabr. voor de Langstraat. Voorzitter Mr. R. J. TH. VAN DER HEIJDEN, Burgemeester Gem. Loonopzand. Leden G. GROOTSWAGERS, Wethouder, Kaatsheuvel. P. J. BROEDERS, Wethouder, De Moer. M. H. J. VAN NIEUWSTAD. Gem. Secretaris. Mr. E. M. J. A. SASSEN, Oud-Minister Overzeese Gebiedsdelen, Vught. H. MANNAERTS, Buitengewoon Lid Ged. Staten Nrd.-Brabant, Tilburg. Mgr. J. GROEN, M.S.F., titulair Bisschop van Shiba. Apost. Vic., Bandjermassin. A. J. VAN DEN BREKEL, Deken-Pastoor, Kaatsheuvel. F. J. KLIJN, Pastoor, Kaatsheuvel. H. SCHOENMAKERS, Pastoor Loonopzand. AUG. MANNAERTS, Voorz. Federatie Ned. Schoen- fabr. en voorz. Vakgroep Schoenindustrie, Tilburg. Mr. B. J. M. VAN SPAENDONCK, Alg. Seer. Ned. Kath. Werkgeversver., Tilburg. Mr. Dr. N. H. L. VAN DEN HEUVEL, Dir. Dioc. Middenstands Ver., 's-Bosch. F. BRUSSEL, Voorz. Ned. R.K. Fabr. Arb. Bnd. St. Willibrordus, 's-Hage. J. VAN HAM, Notaris, Kaatsheuvel. J. VAN KEMENADE, Voorz. Ver. Kaatsheuvels Belang, Kaatsheuvel. R. E. H. RAAYMAKERS, Med. Drs. Arts, Kaatsheuvel. H. W. A. SMALS, Med. Drs. Arts, Loonopzand. P. J. M. WIJTENBURG, Med. Drs. Arts, Kaatsheuvel. Lii iu H. oCHICKEKQANTZ VERKLARING DER TEKENS: 1. Tentoonstellingshallen 6. Tennisbanen 2. Lunapark 7. Watersport 3. Sportvelden 4. Tribune 5. Paardensport 8. Wielerbaan 9. Speeltuin 10. Paviljoens 11Paardenstal 12. Bos 13. Visvijver P. Parkeerplaats. Wanneer straks duizenden bezoekers „DE SCHOEN" 1949 in het Sportpark zullen be zoeken, is dit niet de eerste maal dat duizenden dit unieke park bezoeken. De laatste 15 jaren immers heeft vooral het Sportpark de ontwikkeling van diverse sporten mogelijk gemaakt en de Kaatsheuvelse sportclubs hebben het in die afgelopen jaren zover gebracht dat hun prestaties van meer dan loca le betekenis werden en daar door een massa publieke be langstelling trokken. Momenteel is er iedereen van overtuigd dat een indu strieplaats de nodige recrea tie-ruimte en sportvelden no dig heeft. In het begin der dertiger jaren was dit inzicht niet aanwezig en de ontwik keling van de sport hier ter plaatse heeft bewezen dat op de allereerste plaats aan en kele voorwaarden moet zijn voldaan wil er van een be hoorlijk georganiseerd en op voedend sportleven sprake zijn. Wil een dorp op sportgebied iets betekenen, dan moet o.i. aan de volgende voorwaarden worden voldaan: 1. Men moet beschikken over de nodige bekwa me leiders. 2. Men moet beschikken over de nodige goede speelvelden en goede lokalen. 3. Een gezonde financiële opzet. 4. Eenheid en geen ver snippering in een be paalde tak van sport die in groot verband naar buiten moet optreden. Punt 1 is altijd het moeilijk ste. Een sportclub waarin jon gens van 13 jaar en ouder zijn georganiseerd, moeten steeds onder leiding staan, dit be tekent dus dat niet alleen op Zaterdag en Zondag de leiding in de weer moet zijn, maar practisch elke dag. Het meren deel der leiders moet dus zijn gehele vrije tijd in dienst van de sport stellen en vanzelf sprekend over de nodige be kwaamheid beschikken. Op de duur aan zal dit probleem ge makkelijker worden wanneer de actieve leden, die altijd in groot clubverband hebben ge speeld, een leidende functie aanvaarden. Punt 2 is ook een zeer nood zakelijke voorwaarde. Wij leg gen speciaal de nadruk op goede velden en goede loka len. Alleen van goed onder houden velden en lokalen gaat een opvoedende werking uit. Punt 3. De financiële opzet moet gezond zijn en gezond blijven. In een sportclub wor den begrotingen opgezet en zuinig geleefd, maar elke gro te sportclub heeft een aantal kostenfactoren die precies 't zelfde blijven, of de club nu boven of onder aan de com petitie-ladder eindigt. Wij noemen reiskosten, velden, kleed- en waslokalen, training en materiaal. Wij zijn er niet mee klaar de jeugd een bal en een veld te geven. Jeugd wil strijd en jeugd wil prestaties leveren. De strijd moeten zij gaan strij den in andere dorpen en ste den; dus reiskosten. Om op de sportieve ladder te stijgen moet er gestudeerd worden, dus training en training onder deskundige leiding, dus lei ding die geld kost. Ómdat een sportclub aan iedereen die de sport volgens een opgesteld reglement wil beoefenen speelgelegenheid moet geven, moet de club over méér vel den, lokalen en materiaal be schikken, dus meer investe ring. De uitgaven stijgen meer dan de inkomsten in een dorpsclub naar gelang er in een hogere klas in landelijk verband wordt gespeeld, om dat een dorp uit eigen midde len maar een beperkt aantal bezoekers kan opleveren. In het kort komt 't bij een finan ciële opzet van een voetbal club in de 2e klas K.N.V.B. met 10 elftallen hier op neer, dat de club uit contributies en entree's alles kan betalen, behalve de training. Deze kosten moeten worden opgebracht door de echte sportliefhebbers, de clubaan hangers, die onder alle om standigheden hun club trouw blijven en zij die er prijs op stellen dat de naam van de ploeg op sportgebied naar buiten wordt uitgedragen. Punt 4 sluit zeer nauw aan bij punt 1, 2 en 3. Bij ver snippering in een zelfde tak van sport komt punt 1 in de knel (bekwame leiders) punt 2 (goede velden en lokalen) en zeker punt 3 (de financiële basis). Wordt er versnipperd, dan klopt de begroting niet meer en het allereerste waarop be zuinigd wordt is de training, dat weer tot gevolg heeft dat de prestaties gaan dalen. Het is daarom op een dorp een ge biedende eis dat de éénheid gehandhaafd wordt, wil men niet zeer veel moois kapot maken. Is aan deze voorwaarden voldaan, dan bestaat er een zekere garantie dat 't sport leven zich ontwikkelt tot ple zier en lering van de jongens en tot ontspanning van de kij kers. Is het reeds van grote betekenis dat de kijkers naast hun werk er een gezonde en goedkope liefhebberij op na houden waarover zij de ge hele week kunnen spreken en lezen, de sportman leert in zijn club spelenderwijs dingen die hem ook in het dagelijkse leven van pas komen. Hij leert dat hij met 10 andere moet samenwerken om iets te be reiken, hij leert dat er van de elf een grote baas is op het veld, zijn aanvoerder. Hij wordt op het veld gestraft als hij het reglement overtreedt door de scheidsrechter. Hij leert dat er, wil hij als sport man iets bereiken, getraind en aangepakt moet worden. Hij weet na enkele jaren oefenen door onderlinge samenwer king en besprekingen een be paalde, beredeneerde tactiek toe te passen. De clubleiding moet steeds in de weer zijn deze sport- deugd aan te wakkeren en van de andere kant zorg dragen dat de sport niet overdreven wordt. Daarom heeft elk sport- lid maar één, af en toe twee, oefenavonden in de week, met op tijd beginnen en op tijd eindigen. Zodoende controle voor de ouders en nog tijd voor studie of andere zaken. Tot slot nog dit: Wij heb ben dit artikeltje geschreven op verzoek en de gedachten hierin neergelegd zijn zuiver persoonlijk. De tijd ontbreekt ons leiders nu eenmaal van alles kennis te nemen wat er de laatste jaren over sport wordt geschreven. Is sport, en dan de voetbalsport in het bij zonder, een noodzakelijk kwaad, een eis van de tijd? Zijn er geen belangrijker, mooiere dingen voor de jeugd, b.v. muziek? Wij geloven het wel, maar daarnaast vraagt de werkende jeugd om de sport die nu eenmaal ook geleerd moet worden. Het is echter in genedele onze bedoeling om alleen het voetballen als al leen zaligmakend te beschou wen. Onze leiders, die ook in tal van andere verenigingen een functie bekleden,staan daar borg voor. Als voetballers doet het ons veel plezier dat nu op het Sportpark de grote tentoon stelling „DE SCHOEN" 1949 wordt gehouden. Het Sport park dat voor ons 15 jaar ge leden werd aangelegd, dat door de voetbalprestaties reeds bekend is geworden, ver bui ten ons gewest. Graag heeft D.E.S. één van zijn broodno dige velden opgeofferd, met de vaste overtuiging dat zij ook straks niet vergeten zal worden. Sj. Smit Voorz. R.K.V.V. D.E.S.K.

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1949 | | pagina 2