1191
nu
HEROPENEN
HUUB MUSTERS
STRAATSBURG
St
(V IIJU
WEGENS VACANTIE
Zaterdag 20 Augustus
&p£2,diV.üi£,
oom verwarming.
GESLOTEN
BERGMANS SMITS, Markf 1, Waalwijk
FEUILLETON
HET RIJDEND MYSTERIE
VOETBAL
Fa. FRANS VERSCHUREN ZN.
(VMum k
KAATSHEUVEL
EUROPA'S NIEUWE HOOFDSTAD
Veel bewogen dagen rond groie figuren en een nieu
we Nederlandse Brugmans
DE ECHO \AN HET ZUIDEN VAN DONDERDAG 18 AUGUSTUS 1949
een steeds populairder sport
WASPIK.
Electrische kracht-en lichtinstallaties
Kabelwerken.
SPtCIAAL ADRES VOOR DE INDUSTRIE.
reparaties en vernieuwing van
meubelen, bedden en tapijten,
autokappen, -carosserieën en
autobekleding, blijft:
J. A. KUYPER
Hoogeinde 27
W AA LVV IJ K
AMSTERDAM (C.)
zijn wij volgende week
van 22 tot 27 Augustus
Hiermede berichten wij U, dat wij op
des voormiddags 10 uur zullen
onze Brood- en Banketzaak en tevens zullen openen
een naar de eisen des tijds ingerichte LUNCHROOM
Beleefd tot een bezoek uitnodigend,
Hoogachtend,
Tel. 161 Markt 1
(Van een P.B.-verslaggever)
Wel hebben de Straatsburgers
in de eerste week, dat de Euro
pese Raad bijeen is, wat te bele
ven gehad. Eerst kwamen de mi
nisters van buitenlandse zaken
van twaalf landen bijeen, van
wie natuurlijk Bevin, Schuman,
Spaak en Sforza de meest be
kende waren. Voor 't grote hotel
„Maison Rouge" op de place
Kléber verdrongen zich voortdu
rend nieuwsgierigen, en tevens
voor het stadhuis, waar de mi
nisters Maandag en Dinsdag ver
gaderden in een grijze, met goud
vergulde zaal, waarin een kost
baar gobelin (symbolisch) de
lente voorstelde.
Dinsdag kwam de grote man,
op wie heel de stad wachtte:
Churchill. Hij werd door inge
wijden, die op de hoogte waren
van zijn komst, bij het station
toegejuicht, en vertrok naar een
villa in de omgeving. Maar toen
Woensdag de assemblée bijeen
kwam, dromden de massa's sa
men voor de universiteit, om er
de ministers, de voorlopige voor
zitter Herriot, en Churchill
met zijn sigaar en zijn V-teken
toe te juichen. Natuurlijk ontbra
ken niet de Elzasser schonen, met
rode kappen en gekleurd costuum
om de grootsten de welkomstkus
te geven.
In de aula, waar de assemblée
bijeenkwam, waren de galerijen
afgeschermd: beneden met grijze
gordijnen, boven met gobelins.
De schijnwerpers van de film
richtten zich op Herriot, toen die
zijn openingsrede uitsprak, maar
vooral ook op Churchill, die bij
zijn binnenkomst al was bestormd
door fotografen, en nu bij elke
beweging en wandeling in de op
vlammende lichtbundels kwam te
CHURCHILL IN ACTIE.
Hij stelde niet teleur, want de
volgende dag begon hij al te op
poneren en méér macht voor de
assemblée te eisen, die door de
ministers is bedoeld als een raad
gevend lichaam. Hij wist te voor
komen, dat Whiteley, een man
van de Labour-regering, tot vice-
voorzitter werd gekozen, en in
diens plaats werd een Brits libe
raal voor deze functie aangewe
zen met drie anderen uit Frank
rijk, Italië en Scandinavië. Herri
ot en daarna Spaak, hadden de
handen vol aan de opponerende
voorstanders van een Europese
Assemblée, die zich slechts node
schikten in de hun toebedeelde rol
van adviseurs. Maar Zaterdag
was Churchill niet in de zaal, zij
het wel in de coulissen. Hij had
aangekondigd, dat hij toelating
van West-Duitsland zou eisen,
maar dat was op zoveel verzet
gestuit, dat hij verkoos, dit punt
thans maar niet op de agenda te
doen plaatsen.
Maar des te groter triomfen
had hij de Vrijdagavond daar
voor gevierd. Op de grote place
Kléber spraken Reynaud, Spaak,
Churchill, onze landgenoot Brug
mans, een Italiaan en een Scnn-
dinaviër, allen behalve de laatste
in het Frans. Brugmans maakte
een uitstekende indruk, en sprak
een deel van zijn rede uit in het
Elzasser dialect. Reijnaud riep
herinneringen op uit de oorlog en
hij betoogde dat de Europese
eenheid aan verder oorlogsgevaar
een einde moest maken. Toen
Churchill op het balcon ver
scheen, werd hij weer uitbundig
toegejuicht. Hij sprak Frans, voor
een Brit zelfs zeer duidelijk. Toen
hij de totalitaire regiems aanviel,
zei hij, dat ,.wij" het systeem der
nazi's hadden weggevaagd.
„Nous l'avons balayé". Deze
simpele toespeling op zijn rol in
de oorlog wekte weer stormen
van geestdrift. Over de ovatie na
afloop behoef ik niet uit te wij
den.
DE WEEK VAN CHURCHILL
Verleden Maandag was hij we
derom de grote man. Hij werd tot
ereburger van de stad benoemd,
verscheen op het balcon, sprak
met tranen in de ogen van zijn
liefde voor Frankrijk. Bij zulke
demonstraties is hij op zijn best,
veel beter dan in de vergader
zaal, waar hij wel eens de indruk
maakt van een vitter, die het de
Laboür-afgevaardigden wil lastig
maken.
Ja. dit was de week van Chur
chill. De tweede grote man was
de vriendelijke. 77-jarige Herriot.
die zo sympathiek de Assemblée
opende, de derde is wel Spaak,
die nu na het vertrek der mi
nisters als voorzitter der as
semblée de meeste aandacht
trekt. Van de anderen kent het
grote publiek er niet zoveel: de
Ier De Valera, de Fransen Rey
naud en Bidault, de Brit Morri-
sonmaar de overgrote meer
derheid van de leden der assem
blée bestaat uit minder vermaar
de figuren.
Over de wijze waarop Straats
burg de ministers, de leden der
assemblée en de vierhonderd
journalisten heeft ontvangen en
bezig gehouden in de eerste en
tweede week, een volgende brief.
De beminnelijke stad met haar
prachtige kathedraal, typische
eethuisjes en Elzasser woningen
met de gebeeldhouwde balken
tussen het steen, heeft aan allen
een aangenaam verblijf geschon
ken, en de omliggende plaatsen
hebben daartoe liet hunne bijge
dragen.
Drs. A. C.
Uit Engeland is naar Nederland de belangstelling
voor de z.g. speedway- of dirt-track-races komen
overwaaien. Thans zijn er zes sintelbanen in Ne
derland, waarop deze wedstrijden gehouden wor
den: te Amsterdam en Rotterdam, Hilversum en
Rijswijk, Lisse en Geleen. En de belangstelling
voor deze spannende, spectaculaire sport neemt
hand over hand toe.
Boven de baan welft zich
de strak-blauwe hemel. Vro
lijk wapperen de vlaggen in
de wind. Luidsprekermuziek
knalt en daar doorhéén klinkt
het doffe ronken van motoren
die ginds, in de cockpit, proef
draaien. Officials in hun lich
te zomercostumes mengen
zich tussen van top tot teen
in leer gehulde renners, hel
pers in witte overalls slente
ren rond, brandweermannen
spuiten de baan nat.
Daar knapt de muziek af;
een reuzestem galmt over de
hoofden van de duizenden toe
schouwers: de eerste ronde
wordt aangekondigd, de ren
ners worden aan de start ge
roepen.
Daar komen ze op hun blin
kende, kleine motoren, ras-
paardjes allemaal. Ronkend
en knallend rijden ze zich voor
de startstreep, een hete walm
van olie omhult renners en
toeschouwers. Onder de grote
stofbrillen hebben de racers
een doek voor de mond ge
bonden.
De witte vlag gaat omhoog,
suist neer.... brullend schiet
het peleton weg. Slingerend
en slippend gaat het door de
bocht, de van 'n ijzeren spoor
voorziene linkervoet slierend
door het sintelgruis en een
fontein van vuil als een pluim
achter de motor opspuitend.
Boven het gieren der motoren
uit klinkt als een geweldige
branding het geroep en ge
schreeuw van de tribunes.
De speedway-races zijn be
gonnen!
Te veel gemengd.
Vanuit Engeland is de
speedway-sport in Nederland
geïmporteerd. Daar heeft men
plaatselijke teams, die ieder
duizenden supporters hebben,
zoals alleen onze voetbalclubs
die kennen. In Nederland reed
men eerst individueel. Later
kwamen de „teams", de
„Windmolens" en de „Vlie
gende Hollanders", tenslotte
ook het Hollandse „Leeuwen"-
team. Maar het is nog het
echte niet.
Die teams zijn nog veel te
gemengd samengesteld. Als 't
goed zou zijn, zou er een Am
sterdamse ploeg met alléén
Amsterdammers, een Rotter
damse met alléén Rotterdam
mers moeten zijn. Dan gaat 't
plaatselijk chauvinisme een
woordje meespreken en komt
er de echte competitie-geest.
Wanneer nu bij voorbeeld de
„Hollandse Leeuwen", die de
Lisser-baan berijden, niet een
enkele rijder uit de Bollen
streek tellen, kan men bij het
publiek daar nog niet het en
thousiasme verwachten, dat
onze voetbalmatches soms tot
zulk 'n „oorverdovende" sen
satie maakt.
Van sensatie gesproken.
die bieden de speedway-races
genoeg. Daar is het manoeu
vreren om elkaar in de boch
ten voorbij te komen, waar
men al zwaaiend en stof op
spuitend doorheen slingert,
daar zijn de valpartijen die
ook nog al eens voorkomen,
maar waarbij het maar zelden
tot kwetsuren komt, daar is
de spanning die toeneemt
naarmate de strijd vordert en
tenslotte de race tussen de
„sterren", de snelheidsduivels,
die dan ook zo langzamerhand
favorieten zijn geworden en
VAN
DE ECHO VAN HET ZUIDEN
EEN OORSPRONKELIJKE
AVONTURENROMAN
door
d'ARGENTY.
38)
„Wat wil je met 'm doen
vroeg Ossewaarde. Hij wierp het
peukje van zijn sigaar in de as
bak en stond eveneens op. „Over
leveren aan de politie van Ay-
waille
„Ik neem 'm mee. Terug naar
Holland, natuurlijk. Jullie kunnen
doorrijden met een andere chauf
feur".
De mannen bleven enkele ogen
blikken verdiept in hun gedachten
tot de kamerdeur opnieuw open
zwaaide en Ravebek de verdachte
binnen leidde.
„Ga zitten" beval de inspecteur
nors, terwijl hij trachtte zij eerst
zo prettig aandoend stemgeluid nu
wat barser te doen klinken. „Je
papieren, asjeblieft."
Hij keek paspoort, rijbewijs en
andere legitimaties vluchtig door,
schoot dan opeens uit: „Chauf
feur? Sinds wanneer? Wat was je
vorige betrekking?"
Wielewaal zat ineengedoken op
de wankele stoel, het hoofd ge-
hogen, de ogen gevestigd op de
schoenen van zijn ondervrager.
„Ik werk pas bij deze maat
schappij. Reed eerst voor m'n
pleegvader."
„Pleegvader? Wie? Wat is z'n
adres? Hoe heet hij?"
„Dat... dat kan ik niet zeg
gen." 'J"
„Kun jij dat niet zeggen? Weet
jij niet wie je pleegvader is en
waar hij woont? Je hebt voor hem
gereden, wat waren dat voor rit
ten? Wat vervoerde je tóen?"
De chauffeur deed er het zwij
gen toe.
„Ha! Je kunt niet antwoorden.
Daar zit je nu met je mond vol
tanden, huichelaar. Zal ik je eens
vertellen wat je reed? Jij smok
kelde cocaïne, vadertje. Cocaïne!
Is het waar of niet?!"
De korte zinnetjes striemden als
zweepslagen het schuldige lichaam
I dat machteloos inéénkromp.
„Jij bent bij deze maatschappij
gekomen om een nieuwe smokkel
op touw te zetten. Samen met je
lafhartige handlangster. Jullie zou
den samen een nieuwe lading co
caïne over de grens brengen, hé?
Je hebt bankbiljetten verborgen in
de geldtas van de conductrice om
haar aan de grens te laten vast
houden. Toen die list niet opging,
heb je geprobeerd haar vertrou
wen te winnen. Je hebt een af
spraakje met haar gemaakt mid
den in de nacht. Jij hebt haar la
ten verdwijnen! Jij hebt haar la
ten verdwijnen, schurk!"
Het bovenlichaam van de chauf
feur veerde omhoog, een kram-
achtig vertrokken gelaat schreeuw
de plotseling: „Néé! Ik heb haar
niet vermoord! Ik heb haar niet
vermoord! Ik heb haar niet eens
gezien, vannacht. O, geloof me
dan toch, ik had een afspraakje
maar ik heb haar niet gezien. Ik
heb alleen haar voetstappen ge
hoord op de trap en toen kon ik
niet naar haar toe, want Liang-
sjin stond te loeren. Zij mocht
niet weten, dat Lola en ik... dat
Lola en ik
„Zo, zo, Liang-sjin mocht niet
weten dat jij een afspraakje had
met een ander meisje", teemde
Kareltje soetsappig, en dan plot
seling weer fel uitschietend: „Dus
jij had ook wel eens een af
spraak met Liang-sjin! Jij kende
Liang-sjin! Jij speelde onder één
hoedje met die zogenaamde se
cretaresse! Zij noemde jou zelfs
bij een Chinese naam, is 't niet?
Het Chinese woord voor Wiele
waal is immers In-Yin..."
De inspecteur kwam pal voor
zijn slachtoffer staan, trok hem
met de rechterhand ruw aan zijn
schouder naar voren. „Jij speelde
comedie voor haar. Jij speelde co-
medie voor iedereen. Je hebt de
kimono van je liefje aangetrok
ken en een gouden masker voor je
gezicht gebonden. Je hebt je uit
gegeven voor bendeleider! Waar
om deed je dat, kerel? Waarom
deed je dat?"
„Dat deed ik niet", kermde de
beschuldigde. ..Ik heb me niet uit
gegeven voor Gouden Masker.
Maar ik zal u alles vertellen wat
ik weet."
„Goed zo", bromde Kareltje.
„Nu komen we op de goede weg.
Hij gaat bekennen. Noteer, Osse
waarde. En denk er om, manne
tje, dat je de waarheid opbiecht
en niets dan de waarheid, anders
zal het je lelijk opbreken".
De jonge kerel op de stoel
slikte, steunde het hoofd in beide
handen en begon zijn verhaal.
Een geschiedenis vol dramatiek
uit het leven. De wording van
een ouderloze knaap tot misleide
man. De ontdekking, door een ge
wetenloze pleegvader misbruikt te
warden voor het gevaarlijkste
werk. De ritten met gepantserde
smokkelauto's over de grens. Het
bestaan van de bende. De vreem-
onder daverende kreten van
aanmoediging en toejuiching
over de baan snellen. En dan
is daar ook nog die ondefini
eerbare sfeer, die hangt over
alles wat met de motorsport
te maken heeft, van kame
raadschap en felle concurren
tie, van leder- en oliestank en
motorengeknetter.
Een duur grapje!
De speedway-sport is een
sport voor amateurs. Welis
waar ontvangen de renners 'n
vergoeding, wanneer ze „uit
komen", maar dié hebben ze
ook wel terdege nodig om ten
minste een beetje 't walletje
bij 't schuurtje te houden!
Voor de speedway-sport toch
zijn speciale motoren benodigd
die in Engeland door de Jap-
iabriek worden vervaardigd.
Het zijn 500 cc kopkleppers,
zonder versnelling, zodat er
niet geschakeld behoeft te
worden en mep slechts de
snelheid bepaalt door de ma
te- waarin gas gegeven wordt.
Er is alleen 'n koppeling om
de motor „vrij" te trekken.
Deze kleine, pittige motoren
rijden op Discol een brandstof
die SO alcohol en 10
laat ons zeggen ,,'t geheim van
de smid"bevat, en die een
rijksdaalder de liter kost.
Meermalen „verdraait" zo'n
motor op één racemiddag tien
liter
Een Jap-motor kost gemid
deld vijfduizend gulden. En
bijna na iedere race is er wel
iets aan te repareren of te ver
nieuwen. Wanneer de renners
regelmatig emplooi hebben,
krijgen ze hun kosten er wel
uit. Maar zoals de zaken thans
staan, behoeft een speedway
renner er nooit van te dromen
zoals zijn collega's uit het
wielrennerskamp, er zóveel
van over te houden dat hij
straks b.v. een eigen zaak kan
gaan opzetten. Enkelen van
hen, zoals dé bekende renner
Steman, weten toch wel het
nuttige met het aangename te
verenigen. Hij, zowel als de
Amsterdammer Van Aartsen
bouwen zelf de frames voor
de race-motoren, frames die
anders uit Engeland zouden
moeten komen en nu hier
worden vervaardigd, groten
deels uit licht metaal.
SPORT OF SENSATIE?
Men kan al constateren, dat er
liefhebberij komt voor de speed
way-sport, al heeft ze nog niet
zulk een omvang aangenomen als
in Engeland. Helaas zijn de hoge
kosten voor menig motorrijder 'n
beletsel om zich zo"n raspaardje
aan te schaffen. Men moet 't im
mers 't grootste deel van de tijd
op stal laten staan..voor de
weg zijn die kleine versnellingloze
machines met hun drie-liter-tankje
niet geschikt
Ook in andere opzichten staat
de speedway-sport nog in de kin
derschoenen, en is men het expe
rimenteren nog niet te boven. Zo
zijn geleerden het nog altijd niet
eens over het baanverhardings-
matcriaal. Meestal gebruikt men
sintelgruis, in Rijswijk probeert
men het thans met gravel.
Een nieuw spanningselement zou
ongetwijfeld ook ontstaan, wan
neer meerdere fabrieken zich op
de vervaardiging van speedway
motoren gingen toeleggen. Thans
heeft de Jap-fabriek nog vrijwel
het monopolie. Maar dat zal wel
veranderen, wanneer de belang
stelling voor de speedway-sport
toeneemt.
Daar zijn ze alweer! Met ra
zende snelheid gaat het door de
bocht. Bochtcommissarissen zien
scherp toe, of niet een der ren
ners „buiten z'n boekje" gaat
door een stukje bocht af te snij-
^enrechtopstaande, fel ge
kleurde latjes helpen hen in die
taak. Daar probeert nummer twee
binnen door langs z'n voorganger
te schuiven. Een wolk van sin
telgruis, opgejaagd door de ge
spoorde laars van z'n voorman,
bedelft zijn motor onder 't vuil,
spuit hem in 't gezicht. Hij rukt
zijn motor door de bocht, het ach
terwiel glijdt wegdaar gaat
het over de kop. Eerste-hulp-
menseu en helpers in hun over
alls, het embleem van hun team
op de rug, snellen toe. Maar de
rijder is al weer opgestaan, trekt
snel z n motor uit de baan, om
geen obstakel te vormen voor de
collega's. Voor deze rit heeft hij
z'n kansen verspeeld. En daar
ginds valt als een zwaardslag de
zwart en wit geblokte vlag voor
z'n concurrent, die onder dave
rend gejuich van de tribune als
een baarlijke duivel over de eind
streep schiet
A.s. Zaterdag 20 dezer speelt
een elftal van de Binnendienst
der N.V. „Noord-Brabant" al
hier een voetbalwedstrijd te
gen een elftal van de Binnen
dienst der Brandverzekering-
Maatschappij „Holland" van
1859 te Dordrecht.
De wedstrijd wordt gespeeld
op het sportterrein der R.K.
H.B.S. aan de Floris V-laan
en begint om 4 uur.
VADER EN DOCHTER
SLACHTOFFER VAN
VERGIFTIGD VLEES.
In Helden-Panningen heeft
zich een Jreurig geval van
vergiftiging voorgedaan in 't
gezin Wijnen. De 16-jarige
dochter is ziek geworden en
dezelfde dag overleden. De
dag daarna zijn de vader en
de 17-jarige zoon eveneens
ziek geworden. De vader is
reeds overleden. De zoon is
nog ernstig ziek.De vermoe
delijke oorzaak is het eten
van zelf geconserveerd vlees.
DAALDEROP WARM WATER RESERVOIRS
50 80 I. uit voorraad.
Het vertrouwdst en
billijkst adres voor:
(vojrheen |an van de Kofa)
Zwanenburgwal 82-84. Tel 49133 (K 2900)
de verschijning van de onbekende
aanvoerder, die de lakens uitdeel
de in de geregelde vergaderingen.
De opkomende weerzin tegen het
werk. Zijn sollicitatie op bevel bij
de West-Europa Bus.
„En toen moest die conductrice
verdwijnen?" viel de politieman
hem opeens in de rede. „Zij moest
weggewerkt worden, nietwaar?"
„Ja..." stamelde de chauffeur,
„het Gouden Masker gaf die op
dracht, maar ik heb me er niets
van aangetrokken..."
„Je hebt je er wél van aange
trokken! Je hebt die bankbiljetten
in haar geldtas gemoffeld. Je wil
de haar laten betrappen op devie-
zensmokkel. Toen dat niet lukte
heb je een nachtelijk afspraakje
met haar gemaakt. Nu heb je dal
meisje vannacht laten verdwijnen.
Waar heb je haar gelaten?!"
„Ik heb haar niet laten verdwij
nen!" jammerde de ander. „Ik wil
de haar juist helpen. We zouden
de koffers nakijken. We wilden
uitpuzzelen wie het Gouden Mas
ker eigenlijk was..."
De gelaatsuitdrukking van de
inspecteur onderging een vreem
de verandering. Hij deed een stap
terug en liet zijn toornig oplich
tende ogen met een verontwaar
digd hoofdbewegen over de mach
teloze gestalte voor hem dwalen.
Zijn beide handen balden zich tot
vuisten.
„Je liegt het, kerel!"
„Ik lieg niet", protesteerde Wie
lewaal zwakjes, ..Juffrouw Lijn-
ders zal het getuigen. Wi) sloten
vriendschap in Den Bosch. In de
Raadskelder. Ik zou het niet in
m'n kop gekregen hebben, om iets
tegen haar te beginnen. Ik heb
geen geld in haar "tas gedaan. Ik
heb alleen met haar gepraat over
m'n leven. Over het Gouden
Masker en over die rare geschie-
denuis van de bankbiljetten en de
cocaïne in de koffers van Hsieh
Fu. Gisteravond was ik bij haar
op de kamer en toen spraken we
af, dat we samen eens de bagage
van alle reizigers zouden onder
zoeken. Niet alleen die van Hsieh
Fu, maar ook van Liang-sjin, van
meneer Ravebek en van... van
meneer Ossewaarde."
De maatschappijman vloekte
zacht voor zich heen over de bru
taliteit van een chauffeur. De in
genieur zweeg alleen maar, doch
de blikken waarmee hij de beide
hoofdfiguren opnam, waren veel
betekenend. Schijnbaar gedach-
tenloos maakte hij zijn notities.
„Zó-zó" spotte Kareltje, „zij
zouden samen de koffers inspec
teren. Wel jammer, dat juffrouw
Lijnders er niet meer is om die
onzin te bevestigen. Héél jammer.
Er klonk een diepe zucht van
de stoel.
„En je hebt die tolk zeker zo
maar voor de grap een paar tik
ken op z'n hoofd gegeven van
morgen?"
„Nee... Hij stond zo verdacht
voor het sleutelgat van m'n kamer
te kijken. Mijn kamer. Ik begreep
niet goed wat hij in z'n schild
voerde. Ik was bang. Bang, dat
het Gouden Masker mijn verraad
ontdekt had. Dat Liana-sjin m'n
escapade van middernacht al over
gebriefd had. Ik zag die student
aan voor het Gouden Masker, die
nu wraak kwam nemen. Ik schrok
zo, dat ik de knuppel uit m'n zak
greep en al sloeg vóór ik besefte
wat ik deed. En toen ging die
deur open..."
„Ja, ja. ja, de rest weten we",
viel Kareltje ongeduldig in de
rede, „alleen vertel je het ver-*
keerd. Jij deed die deur open, om
dat je buiten in de gang gerucht
hoorde. Je had de knuppel in je
hand en sloeg de jongeman ach
ter het sleutelgat ermee op z'n
hoofd. Je gooide als een razende
die kimono uit, stak het masker
in je zak en stond als de onschul
dige chauffeur bij je slachtoffer
toen ik en de anderen arriveerden.
Jij bent het Gouden Masker, Wie
lewaal! Draai er niet om heeri!"
„Ik... ik ben het niet..." stotter
de de beklaagde. „Ik was niet in
die kamer. Vraag het Liang-sjin,
zij sprak met het Gouden Masker.
Toen die deur openging vloog hij
rakelings langs' me heen, de gang
door en de hoek om en Liang-sjin
wilde er achter aan .n^aar toen
kwam u en even later de anderen,
toen was het te laat.. Ze kon niet
meer ontsnappen, hield zich toen
van de domme en deed net of er
geen Gouden Masker geweest
was..."
„Dus jij hebt geen goudkleurig
masker?"
De vraag werd op dreigende
toon uitgesproken. De ogen van
de inspecteur bliksemden van
toorn.
„Nee!"
Een hand verdween in de bin
nenzak van de chauffeur, die roer
loos toeliet dat de politieman tast
te in zijn jasje. Wroette zelfs.
Dan verscheen die hand weer,
terwijl een triomfantelijke spot
lach zichtbaar werd op het ge
zicht van de grijzende ondervra
ger. Het goudkelurig papier, dat
tevoorschijn kwam uit de binnen
zak, zat vol kreukels en vouwen.
Het leek wel alsof het in alle
haast samengepropt en wegge
duwd was.
Maar het was ontegenzeggelijk
een masker.
Een gouden masker.
XX.
EN LOLA LOST HET OP I
„Vertel verder, Flipje!"
De dunne, koortsachtige lippen
vertrokken krampachtig, vormden
dan weer langzaam nieuwe woor
den, nieuwe zinnen. Spraken over
die rode gestalte met het goud
kleurig masker. Over Linag-sjin.
Over het geheimzinnige gesprek
in kamer 9, het gerucht in de
gang. Dan die onverwachte slagen
op 't hoofd. Een deur, die open
ging. De vlucht van het Gouden
Masker, de spot van die verraad
ster, de duisternis en tenslotte het
ontwaken hier in bed, met die
pijn.
„Dus je weet zeker, Flipje, dat
je éérst een slag kreeg en dat
toen pas de deur openging? Denk
eens even héél goed na, Ko-ko,
het is belangrijk! ontzettend be
langrijk!"
„Ja..." fluisterde de patiënt
zwakjes, „eerst een slag en toen
ging die deur open. Het was rood
voor m'n ogen. Rood... Maar ik
zag toch het goud van z'n mas
ker. Toen kwam die tweede slag".
Het meisje boog zich opeens
over hem heen, kuste de mond die
haar deze boodschap bracht. Een
gelukkige glimlach gleed over het
witte gezicht, dat daar stil ach
terover lag in het kussen.
.,En nu ga je weer slapen, Ko-
ko. Straks kom ik weer bij je. Als
ik het Gouden Masker te pakken
heb. Zo lang!"
(Wordt vervolgd)