1191 nu HEROPENEN HUUB MUSTERS STRAATSBURG St (V IIJU WEGENS VACANTIE Zaterdag 20 Augustus &p£2,diV.üi£, oom verwarming. GESLOTEN BERGMANS SMITS, Markf 1, Waalwijk FEUILLETON HET RIJDEND MYSTERIE VOETBAL Fa. FRANS VERSCHUREN ZN. (VMum k KAATSHEUVEL EUROPA'S NIEUWE HOOFDSTAD Veel bewogen dagen rond groie figuren en een nieu we Nederlandse Brugmans DE ECHO \AN HET ZUIDEN VAN DONDERDAG 18 AUGUSTUS 1949 een steeds populairder sport WASPIK. Electrische kracht-en lichtinstallaties Kabelwerken. SPtCIAAL ADRES VOOR DE INDUSTRIE. reparaties en vernieuwing van meubelen, bedden en tapijten, autokappen, -carosserieën en autobekleding, blijft: J. A. KUYPER Hoogeinde 27 W AA LVV IJ K AMSTERDAM (C.) zijn wij volgende week van 22 tot 27 Augustus Hiermede berichten wij U, dat wij op des voormiddags 10 uur zullen onze Brood- en Banketzaak en tevens zullen openen een naar de eisen des tijds ingerichte LUNCHROOM Beleefd tot een bezoek uitnodigend, Hoogachtend, Tel. 161 Markt 1 (Van een P.B.-verslaggever) Wel hebben de Straatsburgers in de eerste week, dat de Euro pese Raad bijeen is, wat te bele ven gehad. Eerst kwamen de mi nisters van buitenlandse zaken van twaalf landen bijeen, van wie natuurlijk Bevin, Schuman, Spaak en Sforza de meest be kende waren. Voor 't grote hotel „Maison Rouge" op de place Kléber verdrongen zich voortdu rend nieuwsgierigen, en tevens voor het stadhuis, waar de mi nisters Maandag en Dinsdag ver gaderden in een grijze, met goud vergulde zaal, waarin een kost baar gobelin (symbolisch) de lente voorstelde. Dinsdag kwam de grote man, op wie heel de stad wachtte: Churchill. Hij werd door inge wijden, die op de hoogte waren van zijn komst, bij het station toegejuicht, en vertrok naar een villa in de omgeving. Maar toen Woensdag de assemblée bijeen kwam, dromden de massa's sa men voor de universiteit, om er de ministers, de voorlopige voor zitter Herriot, en Churchill met zijn sigaar en zijn V-teken toe te juichen. Natuurlijk ontbra ken niet de Elzasser schonen, met rode kappen en gekleurd costuum om de grootsten de welkomstkus te geven. In de aula, waar de assemblée bijeenkwam, waren de galerijen afgeschermd: beneden met grijze gordijnen, boven met gobelins. De schijnwerpers van de film richtten zich op Herriot, toen die zijn openingsrede uitsprak, maar vooral ook op Churchill, die bij zijn binnenkomst al was bestormd door fotografen, en nu bij elke beweging en wandeling in de op vlammende lichtbundels kwam te CHURCHILL IN ACTIE. Hij stelde niet teleur, want de volgende dag begon hij al te op poneren en méér macht voor de assemblée te eisen, die door de ministers is bedoeld als een raad gevend lichaam. Hij wist te voor komen, dat Whiteley, een man van de Labour-regering, tot vice- voorzitter werd gekozen, en in diens plaats werd een Brits libe raal voor deze functie aangewe zen met drie anderen uit Frank rijk, Italië en Scandinavië. Herri ot en daarna Spaak, hadden de handen vol aan de opponerende voorstanders van een Europese Assemblée, die zich slechts node schikten in de hun toebedeelde rol van adviseurs. Maar Zaterdag was Churchill niet in de zaal, zij het wel in de coulissen. Hij had aangekondigd, dat hij toelating van West-Duitsland zou eisen, maar dat was op zoveel verzet gestuit, dat hij verkoos, dit punt thans maar niet op de agenda te doen plaatsen. Maar des te groter triomfen had hij de Vrijdagavond daar voor gevierd. Op de grote place Kléber spraken Reynaud, Spaak, Churchill, onze landgenoot Brug mans, een Italiaan en een Scnn- dinaviër, allen behalve de laatste in het Frans. Brugmans maakte een uitstekende indruk, en sprak een deel van zijn rede uit in het Elzasser dialect. Reijnaud riep herinneringen op uit de oorlog en hij betoogde dat de Europese eenheid aan verder oorlogsgevaar een einde moest maken. Toen Churchill op het balcon ver scheen, werd hij weer uitbundig toegejuicht. Hij sprak Frans, voor een Brit zelfs zeer duidelijk. Toen hij de totalitaire regiems aanviel, zei hij, dat ,.wij" het systeem der nazi's hadden weggevaagd. „Nous l'avons balayé". Deze simpele toespeling op zijn rol in de oorlog wekte weer stormen van geestdrift. Over de ovatie na afloop behoef ik niet uit te wij den. DE WEEK VAN CHURCHILL Verleden Maandag was hij we derom de grote man. Hij werd tot ereburger van de stad benoemd, verscheen op het balcon, sprak met tranen in de ogen van zijn liefde voor Frankrijk. Bij zulke demonstraties is hij op zijn best, veel beter dan in de vergader zaal, waar hij wel eens de indruk maakt van een vitter, die het de Laboür-afgevaardigden wil lastig maken. Ja. dit was de week van Chur chill. De tweede grote man was de vriendelijke. 77-jarige Herriot. die zo sympathiek de Assemblée opende, de derde is wel Spaak, die nu na het vertrek der mi nisters als voorzitter der as semblée de meeste aandacht trekt. Van de anderen kent het grote publiek er niet zoveel: de Ier De Valera, de Fransen Rey naud en Bidault, de Brit Morri- sonmaar de overgrote meer derheid van de leden der assem blée bestaat uit minder vermaar de figuren. Over de wijze waarop Straats burg de ministers, de leden der assemblée en de vierhonderd journalisten heeft ontvangen en bezig gehouden in de eerste en tweede week, een volgende brief. De beminnelijke stad met haar prachtige kathedraal, typische eethuisjes en Elzasser woningen met de gebeeldhouwde balken tussen het steen, heeft aan allen een aangenaam verblijf geschon ken, en de omliggende plaatsen hebben daartoe liet hunne bijge dragen. Drs. A. C. Uit Engeland is naar Nederland de belangstelling voor de z.g. speedway- of dirt-track-races komen overwaaien. Thans zijn er zes sintelbanen in Ne derland, waarop deze wedstrijden gehouden wor den: te Amsterdam en Rotterdam, Hilversum en Rijswijk, Lisse en Geleen. En de belangstelling voor deze spannende, spectaculaire sport neemt hand over hand toe. Boven de baan welft zich de strak-blauwe hemel. Vro lijk wapperen de vlaggen in de wind. Luidsprekermuziek knalt en daar doorhéén klinkt het doffe ronken van motoren die ginds, in de cockpit, proef draaien. Officials in hun lich te zomercostumes mengen zich tussen van top tot teen in leer gehulde renners, hel pers in witte overalls slente ren rond, brandweermannen spuiten de baan nat. Daar knapt de muziek af; een reuzestem galmt over de hoofden van de duizenden toe schouwers: de eerste ronde wordt aangekondigd, de ren ners worden aan de start ge roepen. Daar komen ze op hun blin kende, kleine motoren, ras- paardjes allemaal. Ronkend en knallend rijden ze zich voor de startstreep, een hete walm van olie omhult renners en toeschouwers. Onder de grote stofbrillen hebben de racers een doek voor de mond ge bonden. De witte vlag gaat omhoog, suist neer.... brullend schiet het peleton weg. Slingerend en slippend gaat het door de bocht, de van 'n ijzeren spoor voorziene linkervoet slierend door het sintelgruis en een fontein van vuil als een pluim achter de motor opspuitend. Boven het gieren der motoren uit klinkt als een geweldige branding het geroep en ge schreeuw van de tribunes. De speedway-races zijn be gonnen! Te veel gemengd. Vanuit Engeland is de speedway-sport in Nederland geïmporteerd. Daar heeft men plaatselijke teams, die ieder duizenden supporters hebben, zoals alleen onze voetbalclubs die kennen. In Nederland reed men eerst individueel. Later kwamen de „teams", de „Windmolens" en de „Vlie gende Hollanders", tenslotte ook het Hollandse „Leeuwen"- team. Maar het is nog het echte niet. Die teams zijn nog veel te gemengd samengesteld. Als 't goed zou zijn, zou er een Am sterdamse ploeg met alléén Amsterdammers, een Rotter damse met alléén Rotterdam mers moeten zijn. Dan gaat 't plaatselijk chauvinisme een woordje meespreken en komt er de echte competitie-geest. Wanneer nu bij voorbeeld de „Hollandse Leeuwen", die de Lisser-baan berijden, niet een enkele rijder uit de Bollen streek tellen, kan men bij het publiek daar nog niet het en thousiasme verwachten, dat onze voetbalmatches soms tot zulk 'n „oorverdovende" sen satie maakt. Van sensatie gesproken. die bieden de speedway-races genoeg. Daar is het manoeu vreren om elkaar in de boch ten voorbij te komen, waar men al zwaaiend en stof op spuitend doorheen slingert, daar zijn de valpartijen die ook nog al eens voorkomen, maar waarbij het maar zelden tot kwetsuren komt, daar is de spanning die toeneemt naarmate de strijd vordert en tenslotte de race tussen de „sterren", de snelheidsduivels, die dan ook zo langzamerhand favorieten zijn geworden en VAN DE ECHO VAN HET ZUIDEN EEN OORSPRONKELIJKE AVONTURENROMAN door d'ARGENTY. 38) „Wat wil je met 'm doen vroeg Ossewaarde. Hij wierp het peukje van zijn sigaar in de as bak en stond eveneens op. „Over leveren aan de politie van Ay- waille „Ik neem 'm mee. Terug naar Holland, natuurlijk. Jullie kunnen doorrijden met een andere chauf feur". De mannen bleven enkele ogen blikken verdiept in hun gedachten tot de kamerdeur opnieuw open zwaaide en Ravebek de verdachte binnen leidde. „Ga zitten" beval de inspecteur nors, terwijl hij trachtte zij eerst zo prettig aandoend stemgeluid nu wat barser te doen klinken. „Je papieren, asjeblieft." Hij keek paspoort, rijbewijs en andere legitimaties vluchtig door, schoot dan opeens uit: „Chauf feur? Sinds wanneer? Wat was je vorige betrekking?" Wielewaal zat ineengedoken op de wankele stoel, het hoofd ge- hogen, de ogen gevestigd op de schoenen van zijn ondervrager. „Ik werk pas bij deze maat schappij. Reed eerst voor m'n pleegvader." „Pleegvader? Wie? Wat is z'n adres? Hoe heet hij?" „Dat... dat kan ik niet zeg gen." 'J" „Kun jij dat niet zeggen? Weet jij niet wie je pleegvader is en waar hij woont? Je hebt voor hem gereden, wat waren dat voor rit ten? Wat vervoerde je tóen?" De chauffeur deed er het zwij gen toe. „Ha! Je kunt niet antwoorden. Daar zit je nu met je mond vol tanden, huichelaar. Zal ik je eens vertellen wat je reed? Jij smok kelde cocaïne, vadertje. Cocaïne! Is het waar of niet?!" De korte zinnetjes striemden als zweepslagen het schuldige lichaam I dat machteloos inéénkromp. „Jij bent bij deze maatschappij gekomen om een nieuwe smokkel op touw te zetten. Samen met je lafhartige handlangster. Jullie zou den samen een nieuwe lading co caïne over de grens brengen, hé? Je hebt bankbiljetten verborgen in de geldtas van de conductrice om haar aan de grens te laten vast houden. Toen die list niet opging, heb je geprobeerd haar vertrou wen te winnen. Je hebt een af spraakje met haar gemaakt mid den in de nacht. Jij hebt haar la ten verdwijnen! Jij hebt haar la ten verdwijnen, schurk!" Het bovenlichaam van de chauf feur veerde omhoog, een kram- achtig vertrokken gelaat schreeuw de plotseling: „Néé! Ik heb haar niet vermoord! Ik heb haar niet vermoord! Ik heb haar niet eens gezien, vannacht. O, geloof me dan toch, ik had een afspraakje maar ik heb haar niet gezien. Ik heb alleen haar voetstappen ge hoord op de trap en toen kon ik niet naar haar toe, want Liang- sjin stond te loeren. Zij mocht niet weten, dat Lola en ik... dat Lola en ik „Zo, zo, Liang-sjin mocht niet weten dat jij een afspraakje had met een ander meisje", teemde Kareltje soetsappig, en dan plot seling weer fel uitschietend: „Dus jij had ook wel eens een af spraak met Liang-sjin! Jij kende Liang-sjin! Jij speelde onder één hoedje met die zogenaamde se cretaresse! Zij noemde jou zelfs bij een Chinese naam, is 't niet? Het Chinese woord voor Wiele waal is immers In-Yin..." De inspecteur kwam pal voor zijn slachtoffer staan, trok hem met de rechterhand ruw aan zijn schouder naar voren. „Jij speelde comedie voor haar. Jij speelde co- medie voor iedereen. Je hebt de kimono van je liefje aangetrok ken en een gouden masker voor je gezicht gebonden. Je hebt je uit gegeven voor bendeleider! Waar om deed je dat, kerel? Waarom deed je dat?" „Dat deed ik niet", kermde de beschuldigde. ..Ik heb me niet uit gegeven voor Gouden Masker. Maar ik zal u alles vertellen wat ik weet." „Goed zo", bromde Kareltje. „Nu komen we op de goede weg. Hij gaat bekennen. Noteer, Osse waarde. En denk er om, manne tje, dat je de waarheid opbiecht en niets dan de waarheid, anders zal het je lelijk opbreken". De jonge kerel op de stoel slikte, steunde het hoofd in beide handen en begon zijn verhaal. Een geschiedenis vol dramatiek uit het leven. De wording van een ouderloze knaap tot misleide man. De ontdekking, door een ge wetenloze pleegvader misbruikt te warden voor het gevaarlijkste werk. De ritten met gepantserde smokkelauto's over de grens. Het bestaan van de bende. De vreem- onder daverende kreten van aanmoediging en toejuiching over de baan snellen. En dan is daar ook nog die ondefini eerbare sfeer, die hangt over alles wat met de motorsport te maken heeft, van kame raadschap en felle concurren tie, van leder- en oliestank en motorengeknetter. Een duur grapje! De speedway-sport is een sport voor amateurs. Welis waar ontvangen de renners 'n vergoeding, wanneer ze „uit komen", maar dié hebben ze ook wel terdege nodig om ten minste een beetje 't walletje bij 't schuurtje te houden! Voor de speedway-sport toch zijn speciale motoren benodigd die in Engeland door de Jap- iabriek worden vervaardigd. Het zijn 500 cc kopkleppers, zonder versnelling, zodat er niet geschakeld behoeft te worden en mep slechts de snelheid bepaalt door de ma te- waarin gas gegeven wordt. Er is alleen 'n koppeling om de motor „vrij" te trekken. Deze kleine, pittige motoren rijden op Discol een brandstof die SO alcohol en 10 laat ons zeggen ,,'t geheim van de smid"bevat, en die een rijksdaalder de liter kost. Meermalen „verdraait" zo'n motor op één racemiddag tien liter Een Jap-motor kost gemid deld vijfduizend gulden. En bijna na iedere race is er wel iets aan te repareren of te ver nieuwen. Wanneer de renners regelmatig emplooi hebben, krijgen ze hun kosten er wel uit. Maar zoals de zaken thans staan, behoeft een speedway renner er nooit van te dromen zoals zijn collega's uit het wielrennerskamp, er zóveel van over te houden dat hij straks b.v. een eigen zaak kan gaan opzetten. Enkelen van hen, zoals dé bekende renner Steman, weten toch wel het nuttige met het aangename te verenigen. Hij, zowel als de Amsterdammer Van Aartsen bouwen zelf de frames voor de race-motoren, frames die anders uit Engeland zouden moeten komen en nu hier worden vervaardigd, groten deels uit licht metaal. SPORT OF SENSATIE? Men kan al constateren, dat er liefhebberij komt voor de speed way-sport, al heeft ze nog niet zulk een omvang aangenomen als in Engeland. Helaas zijn de hoge kosten voor menig motorrijder 'n beletsel om zich zo"n raspaardje aan te schaffen. Men moet 't im mers 't grootste deel van de tijd op stal laten staan..voor de weg zijn die kleine versnellingloze machines met hun drie-liter-tankje niet geschikt Ook in andere opzichten staat de speedway-sport nog in de kin derschoenen, en is men het expe rimenteren nog niet te boven. Zo zijn geleerden het nog altijd niet eens over het baanverhardings- matcriaal. Meestal gebruikt men sintelgruis, in Rijswijk probeert men het thans met gravel. Een nieuw spanningselement zou ongetwijfeld ook ontstaan, wan neer meerdere fabrieken zich op de vervaardiging van speedway motoren gingen toeleggen. Thans heeft de Jap-fabriek nog vrijwel het monopolie. Maar dat zal wel veranderen, wanneer de belang stelling voor de speedway-sport toeneemt. Daar zijn ze alweer! Met ra zende snelheid gaat het door de bocht. Bochtcommissarissen zien scherp toe, of niet een der ren ners „buiten z'n boekje" gaat door een stukje bocht af te snij- ^enrechtopstaande, fel ge kleurde latjes helpen hen in die taak. Daar probeert nummer twee binnen door langs z'n voorganger te schuiven. Een wolk van sin telgruis, opgejaagd door de ge spoorde laars van z'n voorman, bedelft zijn motor onder 't vuil, spuit hem in 't gezicht. Hij rukt zijn motor door de bocht, het ach terwiel glijdt wegdaar gaat het over de kop. Eerste-hulp- menseu en helpers in hun over alls, het embleem van hun team op de rug, snellen toe. Maar de rijder is al weer opgestaan, trekt snel z n motor uit de baan, om geen obstakel te vormen voor de collega's. Voor deze rit heeft hij z'n kansen verspeeld. En daar ginds valt als een zwaardslag de zwart en wit geblokte vlag voor z'n concurrent, die onder dave rend gejuich van de tribune als een baarlijke duivel over de eind streep schiet A.s. Zaterdag 20 dezer speelt een elftal van de Binnendienst der N.V. „Noord-Brabant" al hier een voetbalwedstrijd te gen een elftal van de Binnen dienst der Brandverzekering- Maatschappij „Holland" van 1859 te Dordrecht. De wedstrijd wordt gespeeld op het sportterrein der R.K. H.B.S. aan de Floris V-laan en begint om 4 uur. VADER EN DOCHTER SLACHTOFFER VAN VERGIFTIGD VLEES. In Helden-Panningen heeft zich een Jreurig geval van vergiftiging voorgedaan in 't gezin Wijnen. De 16-jarige dochter is ziek geworden en dezelfde dag overleden. De dag daarna zijn de vader en de 17-jarige zoon eveneens ziek geworden. De vader is reeds overleden. De zoon is nog ernstig ziek.De vermoe delijke oorzaak is het eten van zelf geconserveerd vlees. DAALDEROP WARM WATER RESERVOIRS 50 80 I. uit voorraad. Het vertrouwdst en billijkst adres voor: (vojrheen |an van de Kofa) Zwanenburgwal 82-84. Tel 49133 (K 2900) de verschijning van de onbekende aanvoerder, die de lakens uitdeel de in de geregelde vergaderingen. De opkomende weerzin tegen het werk. Zijn sollicitatie op bevel bij de West-Europa Bus. „En toen moest die conductrice verdwijnen?" viel de politieman hem opeens in de rede. „Zij moest weggewerkt worden, nietwaar?" „Ja..." stamelde de chauffeur, „het Gouden Masker gaf die op dracht, maar ik heb me er niets van aangetrokken..." „Je hebt je er wél van aange trokken! Je hebt die bankbiljetten in haar geldtas gemoffeld. Je wil de haar laten betrappen op devie- zensmokkel. Toen dat niet lukte heb je een nachtelijk afspraakje met haar gemaakt. Nu heb je dal meisje vannacht laten verdwijnen. Waar heb je haar gelaten?!" „Ik heb haar niet laten verdwij nen!" jammerde de ander. „Ik wil de haar juist helpen. We zouden de koffers nakijken. We wilden uitpuzzelen wie het Gouden Mas ker eigenlijk was..." De gelaatsuitdrukking van de inspecteur onderging een vreem de verandering. Hij deed een stap terug en liet zijn toornig oplich tende ogen met een verontwaar digd hoofdbewegen over de mach teloze gestalte voor hem dwalen. Zijn beide handen balden zich tot vuisten. „Je liegt het, kerel!" „Ik lieg niet", protesteerde Wie lewaal zwakjes, ..Juffrouw Lijn- ders zal het getuigen. Wi) sloten vriendschap in Den Bosch. In de Raadskelder. Ik zou het niet in m'n kop gekregen hebben, om iets tegen haar te beginnen. Ik heb geen geld in haar "tas gedaan. Ik heb alleen met haar gepraat over m'n leven. Over het Gouden Masker en over die rare geschie- denuis van de bankbiljetten en de cocaïne in de koffers van Hsieh Fu. Gisteravond was ik bij haar op de kamer en toen spraken we af, dat we samen eens de bagage van alle reizigers zouden onder zoeken. Niet alleen die van Hsieh Fu, maar ook van Liang-sjin, van meneer Ravebek en van... van meneer Ossewaarde." De maatschappijman vloekte zacht voor zich heen over de bru taliteit van een chauffeur. De in genieur zweeg alleen maar, doch de blikken waarmee hij de beide hoofdfiguren opnam, waren veel betekenend. Schijnbaar gedach- tenloos maakte hij zijn notities. „Zó-zó" spotte Kareltje, „zij zouden samen de koffers inspec teren. Wel jammer, dat juffrouw Lijnders er niet meer is om die onzin te bevestigen. Héél jammer. Er klonk een diepe zucht van de stoel. „En je hebt die tolk zeker zo maar voor de grap een paar tik ken op z'n hoofd gegeven van morgen?" „Nee... Hij stond zo verdacht voor het sleutelgat van m'n kamer te kijken. Mijn kamer. Ik begreep niet goed wat hij in z'n schild voerde. Ik was bang. Bang, dat het Gouden Masker mijn verraad ontdekt had. Dat Liana-sjin m'n escapade van middernacht al over gebriefd had. Ik zag die student aan voor het Gouden Masker, die nu wraak kwam nemen. Ik schrok zo, dat ik de knuppel uit m'n zak greep en al sloeg vóór ik besefte wat ik deed. En toen ging die deur open..." „Ja, ja. ja, de rest weten we", viel Kareltje ongeduldig in de rede, „alleen vertel je het ver-* keerd. Jij deed die deur open, om dat je buiten in de gang gerucht hoorde. Je had de knuppel in je hand en sloeg de jongeman ach ter het sleutelgat ermee op z'n hoofd. Je gooide als een razende die kimono uit, stak het masker in je zak en stond als de onschul dige chauffeur bij je slachtoffer toen ik en de anderen arriveerden. Jij bent het Gouden Masker, Wie lewaal! Draai er niet om heeri!" „Ik... ik ben het niet..." stotter de de beklaagde. „Ik was niet in die kamer. Vraag het Liang-sjin, zij sprak met het Gouden Masker. Toen die deur openging vloog hij rakelings langs' me heen, de gang door en de hoek om en Liang-sjin wilde er achter aan .n^aar toen kwam u en even later de anderen, toen was het te laat.. Ze kon niet meer ontsnappen, hield zich toen van de domme en deed net of er geen Gouden Masker geweest was..." „Dus jij hebt geen goudkleurig masker?" De vraag werd op dreigende toon uitgesproken. De ogen van de inspecteur bliksemden van toorn. „Nee!" Een hand verdween in de bin nenzak van de chauffeur, die roer loos toeliet dat de politieman tast te in zijn jasje. Wroette zelfs. Dan verscheen die hand weer, terwijl een triomfantelijke spot lach zichtbaar werd op het ge zicht van de grijzende ondervra ger. Het goudkelurig papier, dat tevoorschijn kwam uit de binnen zak, zat vol kreukels en vouwen. Het leek wel alsof het in alle haast samengepropt en wegge duwd was. Maar het was ontegenzeggelijk een masker. Een gouden masker. XX. EN LOLA LOST HET OP I „Vertel verder, Flipje!" De dunne, koortsachtige lippen vertrokken krampachtig, vormden dan weer langzaam nieuwe woor den, nieuwe zinnen. Spraken over die rode gestalte met het goud kleurig masker. Over Linag-sjin. Over het geheimzinnige gesprek in kamer 9, het gerucht in de gang. Dan die onverwachte slagen op 't hoofd. Een deur, die open ging. De vlucht van het Gouden Masker, de spot van die verraad ster, de duisternis en tenslotte het ontwaken hier in bed, met die pijn. „Dus je weet zeker, Flipje, dat je éérst een slag kreeg en dat toen pas de deur openging? Denk eens even héél goed na, Ko-ko, het is belangrijk! ontzettend be langrijk!" „Ja..." fluisterde de patiënt zwakjes, „eerst een slag en toen ging die deur open. Het was rood voor m'n ogen. Rood... Maar ik zag toch het goud van z'n mas ker. Toen kwam die tweede slag". Het meisje boog zich opeens over hem heen, kuste de mond die haar deze boodschap bracht. Een gelukkige glimlach gleed over het witte gezicht, dat daar stil ach terover lag in het kussen. .,En nu ga je weer slapen, Ko- ko. Straks kom ik weer bij je. Als ik het Gouden Masker te pakken heb. Zo lang!" (Wordt vervolgd)

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1949 | | pagina 3