l Wijde Wereld J Waalwijkse en Langstraatse Courant 0IP IP IE II BIJ DE DESTRUCTOR Kloosters en Kastelen UIT DE in Noord-Brabant. De Russische atoombom. SMOKKELPANTSER- WAGEN STOND TE BRANDEN. GAAT WEINIG VERLOREN DONDERDAG 29 SEPT. 1949 Uitgever YVaalwijkse Stoomdrukkerij ANTOON TIELEN Hoofdredacteur JAN TIELEN Redacteur-Verslaggever W. v. d. MEE Jr. DE ECHO \M HET ZUIDEN 72e JAARGANG No. 79 Abonnement 15 cent per week 1.95 per kwartaal 2.25 franco p.p. Advertentie-prijs 9 cent per m.M. Contract-advertenties speciaal tarief. OPGERICHT 1878. Bureaux GROTESTRAAT 205 WAALWIJK TEL. 38. SCHOOLSTRAAT 11 KAATSHEUVEL TEL. 66. TEL.-ADRES „ECHO". President Truman heeft de hele wereldpers van streek gebracht met zijn verklaring over de atoombom-explosie in Rusland. Van de verhalen die de afgelopen dagen in diverse kranten hebben ge staan, is het één dan ook al sensationeler dan het andere. Maar wat zal er op den duur allemaal waar van blijken? JV Op de verklaringen van het officiële persbureau Van de Sovjet-Unie, Tass, hoeft men ook niet af te gaan. Dat Rus land al sinds 1947 een atoom bom zou hebben kan men rus tig aannemen als men wil, het zijn daar tenslotte ook geen kinderen. Maar op de raad om zich niet ongerust te maken hoeft men niet zo gerust te zijn. Lees het communiqué waartoe Tass gemachtigd is: „Zoals bekend, worden in de Sovjet-Unie op grote schaal constructie-werkzaamheden uitgevoerd. Er worden hydro- eleetrische stations, mijnen, kanalen en wegen gemaakt, waarbij het veelvuldig voor komt dat men iets moet laten springen. Dit geschiedt met de laatste technische middelen. Het is mogelijk dat dit de aan dacht getrokken heeft buiten de grenzen van de Sovjet- Unie". Kijk, het ligt er naar onze smaak te dik boven op dat hier een smoesje wordt gemaakt. Het is een feit dat het gebruik van die techni sche middelen de aandacht heeft getrokken buiten de Sovjet-Unie, maar de wereld gelooft toch niet dat ze voor dergelijke vredelievende doel einden worden gebezigd. En aangezien de wereld niet weet waar ze precies aan toe is, beginnen de wildste verhalen de ronde te doen: er zou al weer een tweede explosie hebben plaatsgevonden, er zou een Russische atoomstad zijn geëxplodeerd en nu men weet dat er een atoombom ontploft is, zou West-Europa ineens aan de genade van de Sovjet-Unie zijn overgeleverd. In deze geest lieten zich voor aanstaande Amerikaanse ge leerden uit. Maar dan hangen wij van die genade (of onge nade) toch niet sinds vandaag of gisteren af! IN DE ASSEMBLEé. L De redevoeringen van di verse delegaties in de algem. UNO-vergadering gaan door. Rusland itéeft er in deze are na een tegenstander bij ge kregen: De Zuid-Slavische minister van Buitenlandse Zaken heeft Moskou er van beschuldigd meer dan 200 in cidenten aan de grens van Joego-Slavië te hebben uitge lokt. Natuurlijk moest hij ook van leer trekken tegen 't pro ces Rajk. De minister zei ver baasd te staan over de moraal van hen, die dergelijke grim mige en wrede kluchten op voeren. Daar is toch niet zo veel reden toe, want maar schalk Tito is gevormd in de school van de Kominform en we herinneren ons nog zo iets als de „klucht" (om hetzelfde woord maar eens te gebrui ken) tegen mgr. Stepinac. Dat is toch nog niet zo heel lang geleden! Be vin heeft het Visjinski zelf eens verteld hoe die mooie volksdemocratieën in in Oost-Europa zijn ontstaan: hoe de heer Visjinski naar Boekarest ging, daar de rege ring ten val bracht en de nieuwe orde installeerde, ter wijl Bulgarije, Hongarije en Tsjecho-Slowakije volgens een zelfde recept werden over weldigd. En Polen is sinds de oorlog nooit vrij geweest. Bevin verzekerde dat de Sov jet-Unie zich misleidt, als zij meent de Westerse mogend heden met dergelijke praktij ken van haar goede trouw te overtuigen. De heren in Mos kou weten wel beter. De Griekse minister Tsal- daris verklaarde dat Grieken land zich zal verdedigen bij een aanval, maar dat het niet zal aanvallen. Clementis van Tsjecho-Slo wakije kwam op voor het recht van de zijnen om priesters te vervolgen. Na tuurlijk kwamen er de termen „hoogverraad" en „andere misdaden tegen de staat" weer aan te pas. Zo iets kan men tegenwoordig doen voor een vergadering van verte genwoordigers uit de hele wereld. j q fli, i 1 INDONESIë EN DE R.T.C.. Het is altijd wat. Nu heeft de secretaris-generaal van de Partai Nasional Indonesia de houding van Hatta op de R.T.C. weer veroordeeld. Hij zag in de te Namen bereikte overeenkomst een bewijs voor het zwakke standpunt van de republikeinse delegatie. Het schijnt voor die delegatie dan maar zaak te zijn om te zor gen zo weinig mogelijk over eenstemming te bereiken. De republikeinse minister van Buitenlandse Zaken betitelt de R.T.C. zelfs als 'n „strijd". En de secretaris-generaal van de „Masjumi" deelde mee dat de Masjumi de te Namen be reikte overeenkomst betref fende het uniestatuut niet kan goedkeuren, omdat dit niets anders inhoudt dan een an dere vorm van kolonisatie. Niets meer en niets minder. Overigens schijnt men zich bij de republikeinen in Den Haag niet overmatig druk te maken over de critiek uit Djokja. Men wijt het gedeel telijk aan het feit dat men daar niet over voldoende in lichtingen zou beschikken. Misschien vertrekt vandaag of morgen wel één of meer van de heren naar Indonesië om de diverse partijen volledig op de hoogte te stellen. Presi dent Sukarno had een prach tige term voor de informele overeenkomst te Namen; hij noemde die een „samentreffen des geestes". Dan is er nog de kwestie van het aflossen van de troe pen. In republikeinse kringen is men natuurlijk ontstemd over het voornemen van de Nederlandse regering om vol gend jaar nog aflossingstroe pen naar Indonesië te zenden. Men acht het daar niet in overeenstemming met 't doel van de R.T.C., die de souve- reiniteitsovérdracht voor eind 1949 beoogt. Sommigen me nen nu dat de afgevaardigden in Den Haag er in zouden hebben toegestemd dat de Ne derlandse troepen in Indone sië blijven voor de verdedi ging (in dat geval zullen ze wel weer ruzie krijgen met Djokja) en anderen menen dat de Nederlanders hun troe pen niet willen terugtrekken dan twee jaar na de vorming van de R.I.S. Ondertussen moet de militaire kwestie op de R.T.C. nog aan de orde ko men. INDUSTRIALISATIE. Aan de Memorie van Toe lichting op de begroting van Economische Zaken heeft Mi nister Van den Brink een no ta toegevoegd, betreffende de industrialisatie. Een verbete ring van het betalingsverkeer met het buitenland en vol doende werkgelegenheid voor de steeds toenemende bevol king, kan volgens de minister alleen verkregen worden door een krachtige, verdere ont wikkeling van de Nederland se industrie. Er is berekend dat er in de loop van 1952 1953 ongeveer 215000 nieuwe arbeidsplaatsen beschikbaar moeten komen en dat de net to-waarde van de industriële jaarlijkse productie moet wor den opgevoerd met omstreeks 1,5 milliard. Verder zal de in dustrialisatie in sterke mate worden gericht op de voort brenging van hooggekwalifi ceerde producten. In verband hiermee heeft Nederland een achterstand in de scholing van arbeiders in te halen, terwijl ook het wetenschappelijk on derzoek moet worden uitge breid. De minister heeft aan zijn nota een industrialisatie-sche ma toegevoegd voor het tijd vak van 1 Januari 1948 tot 1 Juli 1952, waarin voor de di verse industrieën globaal is aangegeven hoe het plan zou kunnen worden verwezen lijkt. EEN OUDE EN EEN JONGE GEMEENTERAAD IN ZALTBOMMEL. Binnenkort zal de burge meester van Zaltbommel niet alleen de zittingen van de normale, maar ook van de nieuwe jeugdgemeenteraad al daar presideren. Naar het voorbeeld van de jeugdparle- menten in het buitenland is in Zaltbommel op initiatief van een tweetal leden der P. v. d. A. en V.V.D. deze nieuwe gemeenteraad opge richt, waarin zitting hebben genomen 5 leden uit de jeugd- groeperingen der P. v. d. A., 2 uit die van de K.V.P., 2 uit die van de V.V.D., 1 uit die van de anti-revolutionnairen en 1 uit die van de C.H.U. Deze staatkundige groepe ring is dezelfde als die van de officiële gemeenteraad. De 11 leden, onder wie twee wet houders, zijn allen tussen de leeftijd van 16 en 25 jaar en zullen als regel 2 a 3 weken na de vergadering van de of ficiële raad bijeenkomen, de eerste maal op 7 October a.s. Dat het te Zaltbommel me nens is met deze jeugdge meenteraad moge blijken uit het feit, dat aan deze raad wordt toegestaan de reeds door de gemeenteraad behan delde agenda te bespreken, waartoe elk der jeugdleden de stukken van een officiëel gemeenteraadslid ter beschik king zal krijgen. Dit natuur lijk slechts voor zover 't geen stagnatie voor door de ge meenteraad genomen beslui ten inhoudt en toelaatbaar is op grond van door de wet aan de gemeenteraad verleende bevoegdheden. Bovendien zal ieder jaar de officiële ge meenteraad in overweging nemen de door de jeugdige collega's aangevraagde sub sidie op de gemeentebegro ting te zetten. De bedoeling is, dat deze jeugdraad voorstellen indient bij de gemeenteraad, opdat deze eventueel kan profiteren van de „frissere" ideeën der jongeren. Een ander doel is het aanbrengen en bevorderen van belangstelling voor de sociale en staatkundige pro blemen van deze tijd en het opvoeden tot goede gemeen schapsmensen en staatsbur gers. TWEE PATERS-ONTDEKKERS ONDERSCHEIDEN. De paters-missionarissen C. Meuwese uit Tilburg en J. Verschueren uit Bavel bij Breda, die werkzaam zijn op Nieuw-Guinea en op de kro ningsdag van H.M. Koningin Juliana in hun missiegebied een nieuwe rivier en een nog onbekende volksstam ontdek ten, zijn thans benoemd tot ridder in de Orde van Oranje Nassau. OUDERDOMSVERZEKERING VERPLICHT VOOR ALLEN. Op het departement van Sociale Zaken is, naar minis ter Joekes mededeelt, een wetsontwerp in vporbereiding dat ten doel heeft een ver plichte onderdomsverzekering voor zoveel mogelijk de ge hele bevolking in het leven te roepen. Verder wordt een wetsont werp voorbereid om de uit voering van de verzekerings wetten, welke daarvoor in aanmerking komen, geleide lijk in handen te leggen van zgn. verplichte vakbedrijfs verenigingen in de geest van de uitvoeringsorganen der werkloosheidsverzekering. Achtergelaten met liefst 35 kalveren. Donderdagmorgen vroeg be merkten omwonenden, dat op het rijwielpad Bergeijk- Riethoven een vrachtauto in brand stond. Er was niemand bij de auto te zien. De brand werd geblust en men riep de rijkspolitie te hulp. De lading bleek te bestaan uit 35 kal veren, die vermoedelijk be stemd waren voor frauduleu ze uitvoer naar België. De vrachtauto was gepant serd en droeg verstelbare nummerborden. De rijkspoli tie stelt in samenwerking met de douane een onderzoek in naar de herkomst van de smokkelauto. De auto heeft vermoedelijk wegens banden- of motorpec'n moeten stoppen. Het wordt waarschijnlijk geacht, dat de inzittenden de auto in brand hebben gestoken en daarna de vlucht hebben genomen. Lading en wagen zijn in beslag genomen. Voor ik het U vergeet te vertellen 't elastiek is reeds per zeepost gearriveerd. Welk een geluk Hebt U, lezer(es), wel eens zonder elastiek gezeten! Da's een bezoeking, dat beloof ik U. Eigenlijk moest ik meer tijd (en soms ook meer zin) hebben om voor De Echo te schrijven. Van verschillende dames en heren kreeg ik op m'n duvel. „Je moet aan je „klaanten" denken", schreef men mij. Ach, de gehele dag denk ik aan U, beminde „klaanten" en ik beloof U dat ik eerlijk zal proberen meer brieven naar De Echo te sturen. Maar of dat lukken zal is een vraag die niet alleen van mij af hangt. Naar Semarang. De droge moeson heeft vele voordelen, zeker voor infan teristen. Maar ook nadelen. Eén ervan heetstof. 'k Ben met een convooi naar Magelang gegaan. Blijk baar heeft de republiek wei nig verstand gehad van weg onderhoud. De Magelangse weg lijkt een woestijn met hier en daar een microsco pisch stukje asphalt. Voor je zie je een stofwolk, achter een zandstorm en om je eigen jeep hangt eveneens een gordijn. Is het wonder dat bij aan komst in Magelang je schrikt van je eigen spiegelbeeld. Er zat een sergeant in een 15 cwt. zonder voorruit. Vuil was-ie, zwart om van te schrikken. „Ik voel me een verstopte stofzuiger", beweerde hij en sloeg een paar keer langs zijn uniform. Gevolgeen stof wolk midden in Magelang. Dan verder naar Semarang. De weg is nu een beetje beter. Hier en daar zitten er wel gaten in, van vroegere versperringen en alle brug gen zijn er uit geknald, nu door het onvolprezen Bailey- materiaal vervangen, maar we kunnen beter opschieten. In een 40 mijls vaartje rijden we over de brug, die vorig jaar S-Q lijn was en waar ik nog met een witte vlag heb staan zwaaien voor een ont moeting met de T.N.I. Links schiet de koffiepot voorbij. De 7 maanden, die ik daar doorbracht, komen in herinnering. 't Was toch een goeie tijd, we hebben er veel plezier ge had. „Toean Simon". Een hoge stem doet me uit mijn gepeins opschrikken. Ik kijk om en zie een vrouw he vig staan te wuiven. „Toean Simon" snerpt ze nog eens. Ik zwaai terug en ik geloof dat ze toen tegen me lachte, maar dat kan verbeel ding zijn geweest. De vrouw werkte destijds bij ons als *baboe en was blijkbaar zeer verheugd me weer te zien. We jakkeren voort. „We moeten opschieten", zegt de chauffeur, „dan zijn we voor twaalven in Sema rang en kunnen we nog mee- eten". AmbaTawa scheuren we door en dan zitten we op de prachtige weg naar Sema rang. Een drie kwartier later rij den we over de Gombel Se marang binnen en kronkelen we door Nieuw-Tjandi, de Europese wijk. In de benedenstand slaat de warme lucht met diverse Indonesische geurtjes de ca bine binnen. Over de Bodjong naar het Christelijk Militair Tehuis 0m nachtlogies (met ontbijt) te bespreken. Dan eten in de Tijgerclub. 's Middags welfare-rantsoe nen uitreiken aan de zieke en gewonde jongens. In het Bodjong-hospitaal bots ik te gen Piet van der Lee (Sta tionsstraat) op. Hij is instru mentmaker bij de Luchtstrijd krachten en zal over een paar maandjes weer door Waal wij ks dreven wandelen. Hij was juist bij de tand arts, hetgeen niet zo leuk is. Even later stapt er Jef Ma- hieu (eveneens Stations straat) uit een jeep. Weer een hartelijke begroeting. Jef is artillerie-officier en ligt mo menteel in Oengaran. Hij was pas terug uit Klaten bij Solo, waar zijn onderdeel steeds in actie is geweest. Nog een handje geven en dan snorren we naar het vol gend hospitaal. Wat gezellig kletsen met je kennissen, die er liggen. Zuster Emerentiana uit Veghel nog gaan begroeten. Die zuster is al 12 jaar hier en die wordt nooit gedemobi liseerd. Dat zegt ze zelf. In het Militair Tehuis zit Pietje Donders' uit Kaatsheuvel. Hij is bij^ de Divisie Sportafde- ling. In Semarang kom je steeds weer kennissen tegen je hebt er een stel in Indonesië en steeds ontmoet je er weer, hetgeen eigenlijk niet goed voor beider portemonnaie is. 's Avonds gaan we de stad in. Wat prettig dat je zo maar zonder wapen kunt wande len. Dat is er voor ons nooit bij geweest. In Ambarawa, Djocja en Poerworedjo ging je met 3 man plus een wapen. Een portie bami oppeuzelen bij Toko Oen en dan naar de bioscoop. Na afloop even naar Tsing Han Tau en een potje bier drinken in het Katholiek Mi litair Tehuis. Tenslotte kom je maar een' hoogst enkele keer in Sema rang. Gelukkig overigens, want met je vijf en vijftig gulden moet je de hele lange maand doen. De volgende morgen bood schappen doen en dan is het weer tijd om te vertrekken. Langzaam kruipt de 3-ton- ner de Gombel weer op. „Scheuren", zegt de driver en we scheuren. Een paar kilometer voor Magelang rijden we een pa trouille T.N.I. achterop. Goed bewapend en voorzien van Rood-witte vlaggetjes. Zij zwaaien en wij zwaaien te rug. Zo hoort dat tegenwoor- die. In Magelang sluiten we weer aan bij het convooi en dan gaat het al stof etende naar Poerworedjo. Je voelt je pas weer senang als het frisse water in de mandi-kamer over je body plenst en je daarna een flinke strot nassi-goreng erin ge- tremd hebt, hetgeen zoveel wil zeggen als dat je lekker gegeten hebt. SIMON Poerworedjo, 12 Sept. 1949. WIE HEEFT NOG PENSIOENAANSPRAKEN tegoed van het Bedrijfs pensioenfonds voor de Landbouw? Er zijn verschillende arbei ders in de land- en tuinbouw die wel recht hebben op een pensioen vanwege 't Bedrijfs pensioenfonds voor de Land bouw, maar die van het ver krijgen er van nog geen werk hebben gemaakt. Vermoedelijk moet dit toe geschreven worden aan 't feit dat ze niet van het bestaan van hun aanspraken op de hoogte zijn; want het is niet erg waarschijnlijk dat zij er niet voor zouden voelen, geld, waar zij recht op hebben, te incasseren. In het algemeen zullen deze arbeiders niet op 't plat teland moeten worden ge zocht, waar iedereen iedereen kent. Immers daar worden zij, dank zij de persoonlijke be kendheid van de leden der sociale verzekeringscommissie met hun streekgenoten, spoe dig opgespoord. In de omgeving van de gro te steden gaat het echter an ders toe. Er zijn daar arbei ders in de land- en tuinbouw werkzaam, die bijvoorbeeld in het randgebied van de stad hun werk hebben, maar in de stad zelf wonen. Deze men sen weten misschien weinig van het Bedrijfspensioenfonds voor de Landbouw af. We verhalen daarom in deze oproep nog even wie rechten op een pensioen kunnen doen gelden: a. de arbeiders in land- en tuinbouw, die na 1 Mei 1947 65 jaar of invalide zijn geworden; b. de weduwen en wezen van arbeiders in land- en tuinbouw, die na 1 Mei 1947 zijn overleden. Er moet nog aan enkele voorwaarden zijn voldaan om in het bezit van het pensioen te komen, maar dat neemt te veel ruimte om hier uiteen te zetten. Ieder, die meent tot één der genoemde groepen te behoren, kan het beste even schrijven naar het hoofdkan toor van 't Bedrijfspensioen fonds voor de Landbouw, Zee kant 35, Scheveningen. Hij wordt dan volledig in gelicht. Son redde 5.500.000 kg. vetten. De heer S. L. Mansholt, minister van Landbouw, Vis serij en Voedselvoorziening heeft de nieuwe fabrieksin- stallatie van de U.V. Destruc tor te Son in gebruik gesteld. In verband daarmee heeft 't Brab. Nbld. een onderhoud gehad met de heer A. A. W. Holland, directeur van dit be drijf, aangezien het werk dat de destructor doet, aan grote groepen der bevolking niet of nauwelijks bekend is. De naam „Destructor" is eigenlijk onjuist. Er wordt in de destructoren van ons land, (de grootste drie liggen in Bergum, Son en Overschie en verwerken 90% van de aan voer) vrijwel niets vernietigd: integendeel, het aangevoerde materiaal wordt tot voor dier lijke consumptie onschadelij ke, nuttige en waardevolle producten omgezet. Het enige wat in een destructor vernie tigd wordt zijn de ziektekie men der cadavers en der noodslachtingen. Het voornaamste product van de destructor is diermeel, met een eiwitgehalte van 65 procent dat gebruikt wordt in mengvoeders voor groot en klein vee. Bovendien heeft de destruc tor te Son in de 15 jaar van zijn bestaan 5.500.000 kg. vet ten geproduceerd, die naar de kaarsen- en zeepfabrieken gaan. Sinds kort worden ook vis- af vallen verwerkt: Brabant en Limburg (het district van de Sonse destructor) levert thans maandelijks 200.000 kg. vismeel en traan. (Deze laat ste wordt geëxporteerd naar Tsjecho-Slowakije). Dat het belang van de des- structor steeds meèr wordt in gezien, blijkt wel uit het feit dat, vergeleken met 1939, in 1948 onze veestapel 24% min der bedroeg, doch dat er 25% meer cadavers zyn binnenge bracht. De vergrote bedrijvigheid blijkt wel uit deze cijfers: in 1934 (eerst in Juni werd de destructor in Son geopend) 3.256 cadavers, in 1939 28.422 en in 1948 35.417. De vlees- afvallen beliepen in 1939: 2.513.907 kg. en in 1948 3.639.804 kg. In de 15 jaar van zijn be staan heeft de destructor 530.000 cadavers te verwer ken gekregen. Toch legt de heer Holland niet het accent op de economi sche zijde van zijn bedrijf, hoe belangrijk deze ook, gezien onze precaire veevoedervoor ziening, is. De nadruk legt hij op de volksgezondheid en de veeziektebestrijding. Het be hoeft geen uitleg om de grote besmettingsgevaren in te kun nen zien van een „zomaar er gens in de grond gestopt" ca daver. Het transport brengt voor de boer waar het cadaver ge haald moet worden, geen kos ten mee en de huid .levert hem nog geld op. Met een staf van 60 mensen en een park van 14 wagens werkt de destructor van de N.C.B. voor de provincies Noord-Brabant en Limburg voor volksge zondheid en economie. Een weinig gunstige economische toestand De oorspronkelijke bevol king van het gehele huidige Noord-Brabant was agrarisch, doch deze gemeenschap wordt langzamerhand, in - der eeu wen loop, door een geleide lijk toenemende handels- en industriële inslag doorflitst. Het Christendom, dat wordt ingevoerd, brengt in deze streken beschaving en schenkt het aanzijn ajan vele kloosters, naast de wereldlijke burchten van de vele heren, die over hun omgeving gezag uitoefe nen. Vooral de Norbertijner kloosterlingen waren goede ontginners van de bodem, die in eindeloze arealen nog braak lag. Voor de arbeid op het land hadden ze vaak de groot ste achting, daar deze werd beschouwd te zijn als veror dend door God. „Met fijn so ciaal gevoel daalden (ze) tot het landvolk af, om met hen de zware arbeid te delen en vooral tot geestelijke zelf op bouw aan te wenden. Langs de rivieren was het hoofdza kelijk polderwerk. Er moes ten dijken worden aangelegd en onderhouden. Door gedul dige arbeid werden de lande rijen mettertijd geschikt ge maakt voor veldgewas en veeteelt. Op de zand- en hei degronden was de taak niet minder zwaar. Een uitge strekt terrein wachtte er op ontginning. Hier had men vooral tegen de zandverstui ving te kampen". Later schonken de gelovi gen aan de kloosters talrijke goederen, terwijl hun invloed door het opgedragen patro naat zeer vermeerderde. Dit begevingsrecht hield in, een geestelijke ter benoeming tot pastoor voor te mogen stellen of te benoemen. Dit recht had de Abdij van Tongerloo, te Waalwijk (1233), Loon op Zand (1233), Drunen (1233). Uit de paro chie van Drunen ontstond de parochie van Nieuwkuijk. Naast de invloedrijke Abdij van Tongerloo, moet die van Berne genoemd worden, die in 1134 te Herpt ontstond. Vol gens Dr. v. Velthoven ontving deze Abdij in 1285 het patro naat over Engelen, Vlijmen, Hedikhuizen, Oudheusden en zovoort en stichtte ze in 1363 te Bokhoven, vóór 1316 te Elshout en vóór 1583 te Haar steeg kapellen. Daverde oorlogsgeweld over het Brabante platteland, dan zochten de kloosterbroeders bescherming in refugiehuizen te 's-Bosch. De economische toestand in later eeuw. Het landvolk in Spaans- Brabant had vóór 1648 een be trekkelijke rust genoten, maar nu de oorlog beëindigd was, stichtte het rondzwer vend vreemde soldatenvolk veel kwaad. De toenemende handel en industrie streefden er thans vooral na, goede verbindin gen te krijgen, zowel te land als te water, met het Zuiden. Via Breda en Den Bosch had een drukke transito-han del plaats. De uitvoerproduc- ten zijn nog steeds overwe gend agrarisch en men vindt vermeld: granen, melk, boter, eieren en spek. Antwerpen ontving van het Brabantse platteland in 1655 niet minder dan 3000 pond boter per maand, terwijl op de lijst der industriële uit- voerproducten staan: schoe nen, Tilburgs laken, klompen, houtwerk, kramerijen, hop, schapenvellen enz. Voor deze vrij levendige handel waren kantoren ge sticht te Waalwijk, 's-Bosch, Tilburg, Eindhoven enz. Wel onderhield Brabant ook handelsbetrekkingen met het Noorden van ons land, doch dit contact was veel minder levendig. Als oorzaak daar voor noemen de bewoners der Meierij het feit „dat één koe boven de Meidijk evenveel melk opbrengt als „zes koy- kens" in de Meierij en de producten op zichzelf be schouwd, zijn niet half zo goed als in de Zeven Provin ciën. Wel was nu de vredes-perio- de ingeluid, maar alle krach ten werden niet samengebun deld tot hernieuwde cultive ring van de voedingsbodem, al moedigde de regering ook het ontginnen aan. Ze bepaal de, dat wie zich op cultive ring toelegde, in geen tien jaar belasting behoefde te be talen. In de Meierij bleef evenwel het grootste gedeelte nog braak liggen. De belasting druk was zwaar, de economi sche toestand verre van gun stig en meerdere factoren werkten samen dat verschil lende personen emigreerden tot naar Zuid-Afrika toe. En toch ondanks alle drukkende omstandigheden, heeft de provincie Noord- Brabant het streven naar nieuwe welvaart nimmer prijs gegeven!

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1949 | | pagina 1