KAATSHEUVEL Wijde Wereld] Waalwijkse en Langstraatse Courant De Economische Toestand der gemeente Vlijmen UIT DE (Slot) ..DE SCHOEN" 1949 in slotvergadering MAANDAG 2 JANUARI 1950 Uitgever Waal wijkse Stoomdrukkerij ANTOON 'HELEN Hoofdredacteur JAN TIELEN DE ECHO m HET ZUIDEN 73e JAARGANG No. 2 Abonnement 15 cent per week 1.95 per kwartaal 2.25 franco p.p. Advertentie-prijs 9 cent per m.M Contract-advertenties speciaal tarief. OPGERICHT 1878. Bureaux GROTESTRAAT 205 WAALWIJK TEL. 38. SCHOOLSTRAAT 11 KAATSHEUVEL TEL. 66. TEL.-ADRES „ECHO". Rapport van het Economisch Technologisch Instituut Handel en verkeer. In 1930 waren 243 personen, d.i. pl.m. 12 van de Vlijmense beroepsbevolking betrokken bij handel en verkeer e.d. en maar 112 personen, of 5 bij de vrije en overige beroepen. Dit percen tage voor handel en verkeer is hoger dan b.v. in Drunen, waar het maar 9,9 was, echter lager dan in provincie en rijk, met resp. 13,9 en 23,3 Verder was het verkeer kwantitatief van groter belang dan de handel, en bood werkgelegenheid aan 142 perso nen in 47 verkeersvestigingen. Het aantal van deze vestigin gen was zeer hoog tegenover het inwonersaantal, n.l. op iedere 84 één, tegen Drunen op iedere 169 één. Hieruit valt op te maken dat de Vlijmenaren in die tijd in het verkeer een goede bron van in komsten zagen. Dat hier wel iets in is veranderd blijkt hieruit, dat er in 1949 op iedere 154 inwo ners een vestiging was. Juist de helft van het aantal verkeersves tigingen bestaat momenteel uit ca- fé's, n.l. 26! Het merendeel is echter bijverdienste. De personeelssterkte over het algemeen is afgenomen van 142 in 1930 tot 62 in Juli 1949. Ten slotte constateert het rapport dat met uitzondering van het overma tig aantal café s het aantal ver keersvestigingen wel is aangepast aan de behoeften van Vlijmen. De groot- en tussenhandel is van 1930 tot 1949 met niet min der dan 17 bedrijven toegenomen en kwam van 31 op 48. Er had een sterke toename plaats van groenten- en fruithandelaren, ter wijl er in andere branches' afbrok kelingen voorkwamen. De perso neelsbezetting is ongeveer gelijk gebleven. In 1930 omvatte het winkelbe drijf in Groot-Vlijmen 40 winkels met in totaal 77 man personeel. Deze winkels zijn te onderschei den in 3 groepen: I. die voorzien in de eerste levensbehoeften; 11. die plaatselijk verzorgend zijn en eenvoudige luxe artikelen en noodzakelijke duurzame gebruiks voorwerpen verkopen, en III. de speciaalzaken, voornamelijk in streekcentra voorkomend. Groep I is het belangrijkste in Vlijmen; in 1930 en 1949 vielen er resp. 89,9 en 80,6 van de winkels onder. Voor groep II gelden de percentages 10,1 en 15,1 en voor groep III 0 en 4,3 Uit de toename van van groepen II en III zou af te leiden zijn, dat de materiële levensomstandighe den van de bevolking verbeterd zijn en uit de geringe bezetting van groep 111 dat Vlijmen geen verzorgingscentrum is. Uit het aantal winkels per 10.000 inwoners in 1946 besluit het rapport dat van een te grote winkelbezetting in groep I mag gesproken worden, n.l. 212,6, te gen Den Bosch 97,89 en Noord- Brabant 118,45. De bezetting van elke winkelsoort (uitgezonderd zuivelproducten) is in Vlijmen in vergelijking met elders te hoog. De achterstand van groep II in 1930 is omgezet in een voor sprong, wat met name bij de win kels in alcohol ijzerwaren en schoenen ook op overbezetting zou wijzen. De situatie in groep III acht het rapport gezond. Over het algemeen herhaalt het met na druk zijn oordeel dat de winkel situatie als geheel zeer ongunstig is. Het is dan ook van mening dat de rentabiliteitskansen van het winkelbedrijf minimaal zijn, al hebben de detaillisten in aardap pelen, groenten en fruit een meer dan plaatselijk verzorgende taak, in verband met de voorziening van Den Bosch. Voorts komt nog te veel voor dat diverse branches in één winkel geconcentreerd zijn en tenslotte is het winkelapparaat bij de meer moderne ontwikkeling ver achter gebleven. Deze gebrekkige ontwikkeling meent, het rapport enigermate te mogen verklaren uit de inkomens situatie, zoals wij die in een vo- rig artikel hebben uiteengezet. Tenslotte wijdt het rapport nog een beschouwing aan de veiling. 60 van de Vlijmense tuinbou wers levert aan deze veiling, de anderen aan Drunen. De veiling van Vlijmen met zijn 2,6 van de totale Branbantse omzet hoort dan ook tot de minst belangrijke van Noordbrabant. Gezien de situatie van deze vei ling tussen Drunen en Den Bosch twijfelt het rapport aan het eco nomisch bestaanrecht ervan en acht ze voor de handel van wei nig" betekenis. Het Forensen verschijnsel. In de gemeente Vlijmen is een tekort aan werkgelegenheid voor beroepspersonen, met het gevolg dat velen buiten de gemeente een bestaansbron moeten zoeken. Het dagelijks heen en weer reizen van beroepsbevolking tussen haar woon- en werkgemeente duidt men aan als het forensen- of pen delverschijnsel. In Vlijmen overheerst sterk een uitgaande pendelstroom, onder scheiden in pseudo- (naar plaat sen binnen een straal van 6 km en de pendel in de bouwvakken) en eigenlijke pendelbeweging. In April 48 was de pendelbe weging uit Vlijmen 477 beroeps personen groter dan die naar Vlij men. 44,6 reisde over een af stand van meer dan 6 km, de rest over een kleinere afstand. Tegen over Rosmalen, gelijk gelegen te genover Den Bosch, heeft deze gemeente een uitgebreide pendel beweging, n.l. Vlijmen 106,1 per duizend beroepspersonen, Rosma len 67 per duizend. Uit een onderzoek blijkt dat de uitgaande pseudo-pendel zich in hoofdzaak richt op Den Bosch en Drunen, waar resp. 134 en 114 beroepspersonen hun werk vin den. Naar Heusden gaan er 31. Naar Vlijmen komen er maar 22. De uitgaande eigenlijke pendelbe weging gaat in hoofdzaak naar Waalwijk, 87 of 196 personen. De inkomende pendel omvat maar 10 personen. Op welke bedrijfstakken richt zich nu de pendelbeweging. Van de 466 uitgaande beroepspersonen werkt 61 voornamelijk in de schoen- en lederindustrie in Waal wijk en Drunen, resp. 181 en 92. De andere industrieën zijn van veel minder belang: voedinqs- en genotmiddelenindustrie 15,5%, me taalnijverheid 8.2 enz. De in komende pendel die 15 beroeps personen omvat heeft voor 66 betrekking op de leerindustrie in Vlijmen, bijna allen uit Den Bosch. DE TE NEMEN MAATREGELEN. In het laatste hoofdstuk van zijn rapport gaat het Economisch Technologisch Instituut na, welke maatregelen er moeten genomen worden om aan de Vlijmense be roepsbevolking in de naaste toe komst een behoorlijke bestaans mogelijkheid te garanderen. In 1947 bedroeg de bevolking (met uitzondering van de ge stichtsbevolking) 7675 zielen. In 1957 zal dat ongeveer 9244 zijn en in 1967 11.315. Hoe zal zich nu de beroepsbe volking in die tijd ontwikkelen? In 1947 waren er 2411 mannen en 730 vrouwen in diverse beroepen werkzaam, in 1957 zullen het er waarschijnlijk resp. 2770 en 860 zijn en in 1967 3400 en 1100. Waar moeten deze mensen hun werk "vinden. In de agrarische be drijven zal het niveau van 1947 waarschijnlijk gehandhaafd blij ven, terwijl in handel en verkeer, vrije en overige beroepen een kleine uitbreiding van werkgele genheid zal plaats hebben in de loop der jaren. Waaruit volgt, dat de industrie het grootste deel van de aanwas zal moeten opvangen. Vonden in 1947 1118 mannen en 153 vrouwen werk in de indus trie, in 1957 zullen het er resp. 1450 en 200 moeten zijn en in 1967 2000 en 350. Welke maatregelen moeten er nu genomen worden om dit mo gelijk te maken? De industriële werkgelegenheid staat in Vlijmen sterk onder invloed van de nabij gelegen industriekernen, Den Bosch, Waalwijk en Drunen, wat blijkt uit het pendelverschijnsel. Nu zijn er twee mogelijkheden. Blijft het in Vlijmen zelf werk zame aantal beroepspersonen ab soluut gelijk, dan zal de aanwas van de industriële beroepsbevol king een bestaansbron elders moe ten zoeken en zou de overheid geen andere taak hebben dan de werkgelegenheid op het niveau van 1948 te houden. Meer aanne melijk en sociaal-economisch wen selijker acht het rapport echter, dat het aantal beroepspersonen in Vlijmen zelf werkzaam relatief gelijk blijft, misschien iets afneemt in verband met de industrialisatie van Den Bosch. In dat geval zal de gemeente zelf ook de groei van haar be roepsbevolking moeten opvangen. Het percentage pendelende arbei ders zal waarschijnlijk minstens constant blijven, omdat de indus trialisatie van Brabant zich be hoort te voltrekken in gemeenten die er zich het best voor lenen en geen versnippering mag plaats hebben. Veronderstellend dat Den Bosch en Waalwijk hun taak als industriegemeenten zullen verstaan en dus zorgen voor voldoende werkgelegenheid acht het rapport het dus waarschijnlijk dat in de toekomst de uitgaande pendel minstens gelijk zal blijven. Waaruit volgt dat van 1947 tot 1957 voor 200225 mannen en voor 2025 vrouwen werkgele genheid moet verschaft worden in Vlijmen zelf. Voor 19571967 gelden de getallen 300350 en 5075. In dezelfde perioden moe ten dan 100—125 en 200—25C mannen en 2025 en 5075 vrouwen een bestaansbron elders zoeken. Trekt men er hen die in de am bachtelijke beroepen werkzaam zijn af, dan blijkt dat, hetzij door uitbreiding, hetzij door vestiging van nieuwe industrieëën, van '47 '57 per jaar gemiddeld 1619 mannen en voor 1 of 2 vrouwen werkgelegenheid moet geschapen worden en in de periode 1957 1967 per jaar voor 2429 man nen en voor 46 vrouwen. Het rapport geeft drie maatre gelen die genomen moeten wor den. 1. Het gemeentebestuur meet zorgen dat er een zo groot en zo gedifferentiëerd mogelijk aantal voorgeschoolde arbeidskrachten beschikbaar is. Of men daarin zal slagen hangt voor een groot ge deelte er van af, meent het rap port, of men de Vlijmense jonge mannen er toe kan brengen tech nisch georiënteerd voortgezet on derwijs te volgen. Het legt hierop zeer sterk de nadruk (zie ook ons eerste artikel). Op het ogenblik acht het het percentage dat am- bachtsonderwijs volgt veel te laag. In 1957 en 1967 zouden resp. 180 200 en 200250 dit onderwijs moeten volgen. Om dit te berei ken is een hechte samenwerking tussen gemeentebestuur en hoof den van scholen en jeugdorgani saties een voornaam middel. 2. Tot 1967 heeft de gemeente te zorgen voor 22]/i ha bouw rijp industrieterrein dat gunstig gelegen is en aansluiting heeft op electriciteitsnet en waterleiding. 3. De gemeente moet zorgen voor voldoende woningvoorraad. In 1957 zullen er 1887 wonin gen nodig zijn, in 1967 2309. Op 1 Januari 1949 waren 182 wonin gen tekort. In verband met de be volkingsgroei zullen er tot 1957 gemiddeld 47 woningen per jaar moeten gebouwd worden en van 19571967 42. Dit is een globale schatting. Resumerend stelt het rapport nog eens uitdrukkelijk vast dat deze maatregelen moeten geno men worden, wil de gemeente Vlijmen haar dubbele taak, die zij in sociaal-economisch opzicht heelt te vervullen, met succes be kroond zien. Het Economisch Technologisch Instituut heeft door dit rapport aangetoond dat het de toestand der gemeente Vlijmen niet roos kleurig inziet. Maar het legt dui delijk de fouten bloot en geeft enkele positive richtlijnen voor de opbloei van Vlijmen. Wij meen den goed te doen dit belangrijke rapport ook onder de aandacht te brengen van onze lezers, opdat allen er hun voordeel mee kun nen doen. AAA 't Was voor allen die bij „Dc Schoen'' 1949 betrokken zijn ge weest. Dinsdagavond in Eupho- nia een feestavond. Dat nagenoeg allen aan de oproep deze avond mede te maken, gevolg hebben ge geven, is vanzelfsprekend, waar „De Schoen 1949 een groot suc ces is geworden en men gaarne op een succes terugkomt. De organisatoren wensten voor 1950 „De Schoen" 1949 afge werkt te zien en dat daarbij ook de dames der standhouders en comité- en commissieleden waren genodigd, gaf geheel de avond de zekerheid van gezelligheid en sfeer. De Euphonia-zaal was feestelijk versierd in Kersttooi, terwijl op 't podium een stem mingsvol orkest voor muziek zorgde. De heer J. Frederiks, voorzitter van de R.K.M.V. en vice-voor- zitter van de tentoonstelling, sprak een openingswoord. Op de eerste plaats verwel komde hij de aanwezigen, vooral de voorzitter, de heer Wenne- kes, die in zoverre van zijn ziekte hersteld was, dat hij althans een gedeelte van de vergadering kon bijwonen. Verder wees de heer Frederiks op de goodwill die de Kaatsheu- velse industrieën door de tentoon stelling overal in het land hadden gekweekt. Wat echter niet wilde zeggen dat de zakenlieden nu op hun lauweren zouden kunnen gaan rusten, temeer niet omdat de toekomst eer in het teken van de verzadiging dan van de schaarste zou staan, zodat de concurrentie weer een danig woordje zou gaan meespreken. Met de tentoonstel ling was de grondslag gelegd die uitgebouwd en verstevigd zou moeten worden. Dit zou kunnen als men bleef beschikken over de werkkracht en stuwkracht, in zo ruime mate aangetroffen bij de organisatie van „De Schoen". Hoewel de voorzitter zich uit drukkelijk had voorbehouden om de werkers te huldigen en te dan ken, wilde de heer Frederiks een uitzondering maken, n.l. voor de voorzitter zelf. Hij huldigde hem als de spil en de stuwkracht van de tentoonstelling, die zijn veel omvattend werk consciëntieus verrichtte onder lichamelijke sto ringen, die hij met geweld onder drukte. De vergadering bracht hierop de voorzitter een ovatie. De andere werkers moest de heer Frederiks voorbijgaan, maar hij deelde nog mee dat het bezoek van de tentoonstelling de 40.000 naderde en dat de exploitatiere kening sloot met een bedrag van bijna een ton. Tenslotte constateerde hij dat „De Schoen" 1949 buiten de toon van het alledaagse was gevallen en dat de gemeente tot grote din gen in staat is, waarvan het ge heim gelegen is in de harmonieuse samenwerking van de diverse groeperingen. De heer Alb. Wennekes ver kreeg hierna het woord. Het verheugde hem zeer deze slotvergadering te kunnen bijwo nen, waarin het bestuur verslag uitbracht over „De Schoen" 1949. De heer Wennekes constateer de dat men zich op de sluitings dag, 27 Juli 1949, terecht dank baar en voldaan kon voelen, vooral omdat buiten het algeme ne succes de directe resultaten voor de deelnemers evenmin uit gebleven waren. „De Schoen" 1949 had getoond wat samenwerking vermag. Dc heer Wennekes herinnerde er nog eens aan welke opzet er bij de organisatoren had voorgezeten in het middelpunt van de publieke belangstelling te plaatsen wat de gemeente op industriëel en han delsgebied vermag; bovendien om in het belang van de welvaart het zakelijk leven en het zakelijk inzicht te activeren. Als de industrie nog lang de vruchten wilde plukken van de tentoonstelling, aldus de heer Wennekes, dan diende zij zich te herinneren dat slechts met veel moeite en vakmanschap iets be reikt zou worden dat slechts het uitbuiten van vakkennis voerde naar het veroveren van een naam waarop geteerd kon worden; dat zij de arbeiders moest animeren tot scholing en tot het gebruiken van hun vakkennis en dat zij in haar eigen belang zou moeten streven naar steeds betere kwali teit. Dat de Middenstand tot grotere activiteit was gekomen, vond de voorzitter prettig, en dat niet al leen gezamenlijk maar ook indi vi dueel. Hij sprak de hoop uit dat de blijvende resultaten zouden be antwoorden aan het directe suc ces van „De Schoen" 1949. Voor het slagen van de ten toonstelling zwaaide de heer Wennekes op de eerste plaats lof toe aan de exposanten, die er zo veel moeiten en kosten voor over hadden gehad om hun eigen ex positie voor te bereiden en daar door meewerkten aan een impo nerend geheel. Voorts dankte hij de gemeen teraad, die het belang van de ge meente in het oog hield, en in 't bijzonder burgemeester van der Heijden, op wie nooit tevergeefs een beroep werd gedaan. Ook dankte hij de Commissaris van de Koningin, prof. dr. J. E. de Quay, die het beschermheerschap op zich had willen nemen en de opening had willen verrichten. Daarnaast bracht hij dank aan de heren van het Ere-comité. Van degenen die een werkzaam aandeel hadden gehad in de voor bereiding van de tentoonstelling, bracht de voorzitter gaarne open lijk dank aan de heren die noch tot industrie, noch tot midden stand behoorden, maar toch een groot deel van de lasten op hun schouders hadden genomen. Op de eerste plaats aan de Commis sie Terreinen en Gebouwen, waarvan de voorzitter, de heer J. Hopman, letterlijk dag en nacht in touw was geweest. Vervolgens aan de Commissie Pers en Pro paganda, waarvan de voorzitter, de heer J. Tuerlings, waardevolle persverbindingen tot stand had gebracht. Maar vooral memoreer de de heer Wennekes met dank baarheid het werk dat dhr. J. Tuerlings had verricht aan de ka- taloog, die niet alleen een repre sentatief werkje was geworden, maar die ook beter aan zijn doel had beantwoord dan katalogen in de regel doen. Ook de pers kreeg haar aandeel in de dank van het bestuur, met name de vakpers. De voorzitter noemde het be stuur van het Sportpark dat de tentoonstelling liefdevol had ge huisvest, terwijl kapelaan Rietra zijn niet genoeg te waarderen steun verleende. Vervolgens noemde hij de Com missie Vermakelijkheden met aan het hoofd de heer Jan v. Woen- sel en de Kascommissie met aan het hoofd de heer Roelofs. Daarna was het secretariaat aan de beurt, waar drs. Groot- swagers met assistentie van Mej. Tuerlings een machtig stuk werk had verzet. De wijze waarop Mej. Tuerlings zich vooral tijdens de tentoonstelling met enthousi asme had geweerd, verdiende bij zondere waardering. Tenslotte memoreerde de heer Wennekes het verdienstelijke werk van de tuinarchitect de heer de Ruijter, aan wie het totaalplan was te danken, de fa. De Jager voor de standbouw en de fa. Hortensius, die de feestelijke sfeer aanbracht, waarbij hij insloot die door de schuld van zijn memorie ten on rechte niet genoemd zouden zijn. Als uitzondering op de regel om van hen die medewerkten, maar tot de sector van de belang hebbenden behoorden, geen na men te noemen, noemde de voor zitter de heer Jan Kemmeren, tot wie hij namens allen een bijzon der woord van dank sprak. Hij was maandenlang de stuwende kracht geweest en voor hem was het nooit te vroeg of te laat als het om „De Schoen" 1949 ging. Van hem kon gezegd worden dat hij niet vervangbaar was. De voorzitter bracht hem daarom hulde. Ook op de show greep hij nog even terug. Hier was de hëer v. Mierlo de grote doorzetter ge weest, ook toen idereen huiverig stond tegenover het plan. Ock hem bracht hij daarvoor hulde. De voorzitter besloot met dc woorden Moge de herinnering aan „De Schoen" 1949 levendig blijven niet alleen, maar moge de geest van samenwerking en een dracht. die „De Schoen" 1949 tot een Succes maakten, ook in de toekomst vaardig over ons blijven en nog dikwijls leiden tot veel goeds in het belang van Kaats heuvel en Loonopzand." Na de woorden van de voor zitter heeft de heer W. v. Nieuw- stadt de gelegenheid namens zijn vader de beide grote stuwers van de tentoonstelling te huldigen. Hij zegt o.m. dat de standhou ders nu hun belofte inlossen, ge daan bij de sluiting der tentoon stelling, n.l. het aanbieden van een blijvend souvenir aan de he ren Wennekes en Kemmeren, die hier iets 'groots hebben verricht. Hij brengt dank aan allen die hebben meegewerkt, maar de be zielende leiding is uitgegaan van de twee pioniers, de heren Wen nekes en Kemmeren, die al hun organisatietalent in dienst hebben gesteld van 't grote doel: de ten toonstelling te doen slagen. Met deze geslaagde tentoonstel ling is het belang van onze in dustrie en handel in hoge mate gediend. Geen wonder dan ook dat alle deelnemers de initiatief nemers en uitvoerders van de grootse plannen wilden belonen voor hun werk. Zij hebben dan ook het gelukkig idee gehad deze beloning te geven in de vorm van een blijvend aandenken aan dit gebeuren, het aanbieden van een gedenkboek, verlucht met een se rie prachtige foto's die betrekking hebben op de tentoonstelling. De heer Roelofs, die het finan cieel beheer van „De Schoen" 1949 had, gaf daarna een finan cieel overzicht, waaruit wij over nemen, dat de totaal omzet in ont vangsten en uitgaven bedroegen ca. 100.000.-—, met een uitein delijk batig slof van 600.—. De collectieve standbouw van de industrie vorderde een bedrag van 31.000.—. De kosten van de schitterend geslaagde show be droegen 6.200.— Aan reclame werd besteed een bedrag van 7.800.—, terwijl de prachtige verlichting en de schit terende aanleg van de terreinen respectievelijk 5.400 en 8.000 vorderden. Tenslotte werd aan huur van de verschillende tenten uitgege ven 16.000.—. De heer J. Kemmeren gaat daarna op zijn enthousiaste wijze een dankwoord wijden aan 't toe gewijde werk van de voorzitter, de heer Wennekes, aan de spon tane medewerking van het gehele bestuur met de diverse comité's, aan de vlotte samenwerking, van de standhouders ondervonden. Hij dankt voor de schitterend uitge voerde souvenirs hem en de voor zitter aangeboden. Namens de standhouders van Loonopzand spreekt de heer Ver schuren woorden van dank en waardering, de verzekering ge vend, dat bij een volgende gele genheid dezelfde bereidwilligheid tot samenwerken van Loonopzand verzekerd is. De heer v. Mierlo brengt de medewerkers aan de show en niet het minst de Pasbank met als lei der de heer Kruiderink, dank voor de vlotte wijze, waarop deze de mogelijkheid tot het houden van een show hebben helpen bevor deren. Namens de vakpers en de al gemene pers sprak de heer Mees. Wij kwamen namens de Gelderse Pers, aldus de heer Mees, gaame naar Kaatsheuvel omdat wij reeds van tevoren overtuigd waren met onze vakbladen „Schoen en Le der" en „de Pasbank" aan het welslagen van de tentoonstelling te kunnen medewerken. De lei ding was in bekwame handen. De standhouders hadden zich voor genomen het allerbeste naar vo ren te brengen. Met deze tentoon stelling heeft Kaatsheuvel zich in het front der belangstelling we ten te plaatsen. Het Nederlandse economische leven wacht zware tijden. Doch Kaatsheuvel moet weten dat met arbeid en kwaliteit Kaasheuvel is hoog te houden. Wordt dat niet uit het oog ver loren, dan zal Kaatsheuvel nog jarenlang de vruchten van „De Schoen" 1949 plukken. *„Er is iets groots verricht in Kaatsheuvel' was dc uitgesproken mening van de gehele Nederlandse en buiten landse pers. Aan het slot van het officiële gedeelte bracht de heer J. Kem meren nog 'n welverdiend woord van dank aan het adres van de heer J. Frederiks, die én als-voor zitter van de R.K.M.V. naast de K.J.M.V. een woord van hulde verdient voor het nemen van het initiatief voor de tentoonstelling én het grote werk door hem voor de groep middenstand tot stard gebracht in de uitgesproken ge dachte gaat het de industrie goed, dan ook de middenstand. De vicevoorzitter van de R.K. M.V. zegde daarna namens zijn vereniging toe, dat ook de heer Frederiks een blijk van waarde ring voor het vele werk voor de tentoonstelling verricht, van de zijde der middenstanders wacht op de eerstvolgende ledenverga dering. De heer Wennekes kreeg na dien nog gelegenheid uit een Bel gisch vakblad de indruk weer te geven, die „De Schoen" 1949 in vakkringen in België gemaakt heeft. Hij sloot hierbij aan een warm woord van dank aan het adres van de heer P. Borsten, die op zo originele en kunstige wijze de aangeboden albums verzorgd heeft, die hem een aangename herinnering aan het geslaagde werk zullen blijven. Het officiële gedeelte mag mo gelijk lang geweest zijn, doch de belangstelling hiervoor verflauw de niet. Toen echter eenmaal de dank en gelukwensen gepasseerd wa ren. kwam dc juiste stemming met verschillende heildronken op het succes en de verzekering van me de- en samenwerking bij een vol gende gelegenheid in spontane vrolijkheid los. 't Was een succesvolle avond na een succesvolle tentoonstelling. HONGAARSE BEDRIJVEN STAATSEIGENDOM. Alle Hongaarse ondernemin gen, die meer dan 10 perso nen in dienst hebben, zijn bij regeringsbesluit genationali seerd. Alle buitenlandse be drijven van enig belang val len onder het besluit. De voornaamste buitenlandse fir ma's, die door de maatregel worden getroffen, zijn: Phi lips Radio, de Standard Elec tric Company, de Shell, Va cuum Oil, Brown Bovery en de Brits-Hongaarse jute-in- dustrie. Het besluit is 't meest ver regaande, dat een communis tische regering op dit terrein ooit heeft genomen en 't werd bekend gemaakt zonder waar schuwing. Zweden heeft reeds 'n krach tig diplomatiek protest inge diend tegen de nationalise ring van Zweedse firma's in Hongarije. De Zweedse rege ring heeft verder het van kracht worden van 't onlangs gesloten Zweeds-Hongaarse handels- en betalingsverdrag uitgesteld. GEHALVEERD en DUURDER RANTSOEN ECHTE KOFFIE. Het koffie-rantsoen wordt verminderd. De eerstvolgende koffie-bon, welke op 26 Jan. wordt aangewezen, zal recht geven op slechts 125 gram koffie. Deze bon zal dienen voor 'n periode van 6 weken. Op deze wijze kan de rant soenering van koffie nog ge ruime tijd worden voortgezet. Een geringe prijsstijging zal op den duur onvermijdelijk zijn. Er komt koffie-surrogaat van goede kwaliteit in de han del, welke vrij te verkrijgen zal zijn. „Het is te betreuren dat de vermindering van het rantsoen het karakter heeft van een onaangename surpri se bij de jaarwisseling", zegt de regering, „maar het is be langrijker, dat een tijdige aankondiging van de komen de vermindering de consu ment reeds thans in staat kan stellen een begin te maken met een zuinig verbruik van de op de lopende bon verkre gen koffie". KANS OP EMIGRATIE- ACCOORD MET BRAZILIë. Betaling van 50 pCt. reiskosten. Al ongeveer twee jaren lang is nog geen overeen stemming bereikt over de on dertekening van een emigra- tie-accoord met Brazilië. Wan neer het wordt ondertekend, en dat zal waarschijnlijk niet te lang meer duren, verplicht de Braziliaanse regering zich Nederlandse emigranten in de eerste tijd voornamelijk landbouwers toe te laten en vijftig procent van de overtochts-kosten te be talen. De heer P. C. van Scherpenberg, die vier jaar als emigratie-attaché in Bra zilië heeft gewerkt, acht op den duur emigratie op grote schaal naar Brazilië mogelijk. KARDINAAL MINDSZENTY NAAR RUSLAND VERVOERD? Josef Kardinaal Mindszen- ty is volgens het Romeinse nieuwsagentschap A.R.I. uit de gevangenis in Boedapest naar elders, waarschijnlijk naar Rusland overgebracht. A.R.I. deelde mede, dat de kardinaal onder zware bewa king was weggevoerd. Het agentschap verklaarde zijn in lichtingen te hebben ontvan gen van het personeel van de gevangenis, waar de kardinaal regelmatig werd onderzocht. Het agentschap betoogde, dat het niet waarschijnlijk was dat de kardinaal naar een andere Hongaarse gevangenis was overgebracht en dat het derhalve mogelijk was dat hij naar Rusland was vervoerd. De moeder van de kardinaal heeft de afgelopen 2 maanden geen verlof gekregen om haar zoon te bezoeken, voegde het agentschap er aan toe. VOGT BLIJFT BIJ A.V.R.O. De heer W. Vogt. directeur van de A.V.R.O. had zijn ont slag als zodanig aangeboden. De samenwerking tussen dhr. Vogt en het dagelijks bestuur, in het bijzonder die met de voorzitter dhr. G. de Clercq. was reeds lang niet goed meer. Het bestuur van de AVRO is bijeengekomen om de ont slagaanvrage van de heer W. Vogt te bespreken. „Het bestuur der A.V.R.O. heeft in een vergadering de ontslagaanvrage van de direc teur niet aanvaard. De ge rezen geschillen ziin bijgelegd en in aansluiting daarop werd de directeur verzocht aan te blijven. De heer Vogt heeft aan dit verzoek voldaan". AMATEURSFILMS UIT INDONESIë. Aan de burgemeesters der gemeenten in Noord-Brabant is een lijst gezonden, die een korte omschrijving geeft van een aantal bij de Film-com missie te Batavia in beheer

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1950 | | pagina 5