Waalwijkse en Langstraatse Courant
2).a Hattig-e- antmo^tCng,.
Uit Loon-op-Zand' s
verleden
MicoiaaS, Bi sschop van Myra.
Grandioos festijn bij de Kon.
Harmonie Sophia's Vereniging
te Loonopzand.
SLIPJACHT IN
HOEST
UDENHOUTSE (LOONSE DUINEN
Geen goede Sint
VRIJDAG 1 DECEMBER '50.
Uitgever
Waalwijkse Stoomdrukkerij
ANTOON TIELEN
Hoofdredacteur
JAN TIELEN
Dit blad
verschijnt 2 x per week.
DE ECHO m HET ZUIDEN
73e JAARGANG No. 97.
Abonnement
15 cent per week
1.95 per kwartaal
2.25 franco p.p
Advertentie-prijs
9 cent per m.M.
Contract-advertenties
speciaal tarief.
OPGERICHT 1873.
BureauxGROTESTRAAT 205 WAALWIJK TEL. 38. SCHOOLSTRAAT 11 KAATSHEUVEL TEL. 06.
TEL.-ADRES „ECHO".
We weten eigenlijk maar heel weinig van de
grootste vriend van onze kinderjaren, die ons
jaarlijks verblijdde met geschenken, maar die ook
diende als de rechtvaa rdige wreker als we erg stout
waren geweest.
St. Nicolaas werd geboren
op het einde der 3e eeuw van
onze jaartelling, zeer waar
schijnlijk in Patara, een klei
ne stad in Licië (Klein Azië).
De geschiedenis vermeldt dat
hij reeds als kind zeer vroom
was. Op jeugdige leeftijd ver
loor hij zijn ouders, die hem
een grote erfenis nalieten.
Alle schatten schonk hij weg
en de jonge Nicolaas trad in
het klooster.
Wanneer Nicolaas priester
is gewijd of wanneer hij bis
schop werd, we weten 't niet.
Wel weten we dat hij latei-
aartsbisschop van Myra werd
en onder de regering van de
Romeinse keizer Licinius die
een christen-hater was, in de
kerker geworpen werd. Hij
verbleef daar lange jaren in
erbarmelij ke omstand igheden
Eerst toen Constatijn de kei
zerstroon van Rome besteeg,
werd de aartsbisschop van
Myra vrijgelaten
Nicolaas nam deel aan het
Concilie van Nicea in 325 en
toonde zich hier een fel te
genstander van de Ariaanse
ieer, die de Godheid van
Christus loochende.
Het jaar van zijn dood is
niet bekend, evenmin de juis
te datum. Algemeen echter
wordt de 6e December als zo
danig aangenomen en de Kerk
stelde zijn feestdag op die dag
vast.
In 1087 werden de stoffelij
ke resten van de heilige bis
schop naar Bari overgebracht.
Zijn wonderen.
Talrijke vrome verhalen
zijn er geweven rond de per
soon van St. Nicolaas. Zo ver
telt er een verhaal, waar
schijnlijk uit Azië, dat men
omstreeks het jaar 320 een
nieuwe bisschop var. Myra
moest kiezen. De bisschops
zetel moet wel een erg moei
lijke post zijn geweest, want
men kon maar geen geschikte
kerkvorst vinden. Ten einde
raad besloot men O. L. Heer
zelf te laten beslissen en de
eerste priester, die de drem
pel van de kerk zou over
schrijden, zou de uitverkore
ne zijn. Vol spanning wachtte
het kerkbestuur, toen er in
de verte een priester aan
kwam en even later de kerk
binnentrad. Het was Nicolaas.
Nicolaas toonde zich hele
maal niet enthousiast om bis
schop van Myra te worden.
Hij maakte veel tegenwerpin
gen en betoogde dat zijn
jeugd en onervarenheid be
letten hem voor deze functie
te kiezen. Toen men hem
evenwel mededeelde dat men
de beslissing aan God had
overgelaten, stemde hij toe.
Een ander vroom verhaal
stamt uit Griekenland. Het
gaat over een Graaf die zeer
verarmd was, en wiens drie
schone dochters daarom geen
man naar hun stand konden
huwen. Het komt zelfs zover
dat de jonkvrouwen voor hun
eigen levensonderhoud moe
ten gaan zorgen, hetgeen voor
hen een verschrikkelijke
schande was. Maar dan ver
schijnt Nicolaas van Myra.
Drie nachten achtereen werpt
hij een derde deel van zijn
erfenis in het kasteel en de
jonkvrouwen kunnen volgens
hun stand leven en trouwen
alle drie gelukkig. Geen won-
der dat, vooral in België en
Frankrijk, St. Nicolaas pa
troon van verloofden werd.
Een prachtige legende
is die van de graan-zegening.
Enige tientallen jaren na de
dood van hun bisschop was
er een grote hongersnood in
de stad. Toen de nood het
hoogst was verscheen er een
schip dat graan bracht. Waar
kwam dat schip vandaan?
Natuurlijk had St. Nicolaas
vanuit de hemel gezien dat
er hongersnood heerste in zijn
stad en toen had hij aan O.L.
Heer toestemming gevraagd
om naar de aarde te mogen
gaan om voor graan te zor
gen. Hij mocht en verscheen
toen aan een rijke graanhan
delaar. St. Nicolaas beval de
rijke man een schip met
graan te laden en dat naar
Myra te brengen. Voordat de
koopman naar Myra zeilde,
zegende de heilige van Myra
het graan zodanig, dat 't niet
verminderde.
En nu is St. Nicolaas ook
patroon der bakkers.
Nog bekender is het ver
haal van de kinderen die door
een slager vermoord en inge
zouten waren en door St. Ni
colaas ten leven werden ge
wekt.
De goedheilig man heeft
heel wat patronaten, van ver
loofden, wijnhandelaars, ad
vocaten, bankiers en ook
van.... Amsterdam en Rus
land.
Zijn attributen.
Hoe komt Sinterklaas aan
zijn zwarte knecht? Heel een
voudig wordt gezegd: die
heeft hij meegebracht van een
reis naar Spanje. Maar zo ge
makkelijk is dat niet. Vol
gens een andere lezing is
zwarte Piet een antipode van
de duivel, die vroeger ook
graag door een zwarte werd
voorgesteld.
Hoe het zij: Piet is er en
zal er voorlopig nog wel blij
ven.
De roe en de zak zijn Piets
werktuigen om stoute kinder
tjes mee te straffen, casu quo
bang te maken. Uiteraard was
vroeger op de school de roe
één van de geliefdste paeda-
gogische middelen om de
jeugd op te voeden.
En de schimmel van de hei
lige man?
Velen zijn er die Sinter
klaas' witte ros in verband
brengen met Sleipnir, 't paard
waarmee Wodan door de
lucht reed. Het lijkt ons even
wel logischer dat de volks
fantasie St. Nicolaas op een
paard heeft gezet, immers 'n
voornaam heer, zoals 'n edel
man, een veldheer en ook een
bisschop hoorde nu eenmaal
op een paard thuis, en bij 'n
heilige als Nicolaas paste het
best een wit paard.
In de 16e en 17e eeuw heeft
Sinterklaas in ons land moei
lijke tijden gekend. Sommige
prot. predikanten voerden
heftige acties tegen de viering
van het St. Nicolaasfeest,
maar de weldoener liet zich
niet zomaar verdrijven en
ondanks zelfs verbods-veror-
deningen bleef Sinterklaas in
Holland. Gelukkig overigens.
En nu wordt dit prachtige
feest in elke kring, zij 't met
verschillende intenties, ge
vierd tot grote vreugde van
kinderen, maar ook van gro
te mensen, die zo graag nog
eens echt kind willen zijn.
Moge de goede Sint veel
voor U brengen.
S. v. A.
Het is 6 December 1947.
Rustig, met een vaart van
13 knopen, doorploegt de Vo.
lendam de lange golfslag van
de Indische Oceaan. Het is
bijna windstil. Alleen door de
snelheid van het schip waait
er een fris briesje over 't dek.
De zee is bijna rimpeloos. Hier
en daar flitsen vliegende vis
sen over het water, een rech
te streep trekkend. Wat ver
derop springen en tuimelen 'n
paar dolfijnen.
Op het middaguur is het stil
op het dek. Velen zitten loom
tegen de wand van de hutten,
voor de lounge spelen er een
paar klaverjas.
Dan kraakt de scheepsradio:
„Zojuist ontving de gezag
voerder een bericht van Nep-
tunus, gebracht door een
blonde meermin, dat hij om
ca. 5 uur aan bakboordzijde
zal arriveren. De Godheid zal
vergezeld worden door Hare
Majesteit zijn Echtgenote en
een groot gevolg".
De mannen op het dek ho
ren er van op. Dat zal ten
minste eens wat afleiding be
zorgen in het eentonig dag-
rooster van de reis, die nu al
bijna een maand duurt. Een
maand van beperking en lus
teloosheid op een schip waar
elke dag te lang duurt.
Het is 5 uur.
De nieuwsberichten zijn zo
juist over de radio omgeroe
pen en er is gezegd dat Zijne
Majesteit Neptunus de Volen-
dam binnen enkele ogenblik
ken zal bereiken, want het
schip passeert de evenaar. Zij
ne Majesteit zal aan bakboord
aankomen is er gezegd en er
lopen tientallen soldaten naar
die kant om even later har
telijk uitgelachten te worden.
Op luik 4 stijgt plotseling
een gejuich op en prompt hol
len een 2000 soldaten naar 't
achterdek, waar Neptunus
vergezeld van zijn Ega, par
ticulier secretaris en luister
rijk gevolg, reeds op de troon
heeft plaats genomen.
De secretaris leest de namen
van de dopelingen voor. De
ceremoniën van de doop
plechtigheid nemen een aan
vang: een glaasje zeewater
drinken; de dopeling wordt
geschoren, zwart gemaakt en
vervolgens met een boog in
een grote kuip gesmeten.
Het is natuurlijk een koste,
lijk gezicht en de plechtigheid
heeft dan ook enorm succes,
vooral als de aalmoezenier er
ook aan moet geloven.
„Gij zijt een heidens vorst"
klinkt plotseling boven alle
rumoer uit „gij hebt mijn
feestdag gestolen voor uw
heidense festiviteiten. Een
borrel en een scheermes zijn
uw atributen. Gij geeft niets.
Mijn dag is niet voor u ge
maakt. Ik eis dat gij onmid
dellijk dit schip verlaat".
Alle ogen richten zich naar
St. Nicolaas, die met vlam
mende ogen op Neptunus toe
komt.
„Dit is mijn rijk, eminen
tie", antwoordt Neptunus, „en
in mijn rijk gelden mijn wet
ten. Ieder die de evenaar pas
seert moet gedoopt worden
om de gevaren van het ande
re halfrond te kunnen trot
seren".
„Neen", zegt St. Nicolaas,
„ik ontzeg u het recht om op
mijn feestdag te dopen. Gij
moet u onmiddellijk van deze
troon verwijderen, opdat ik
met allen hier mijn verjaar
dag kan vieren. Ik wens niet
gestoord te worden door een
man die zich in het dagelijkse
leven bezig houdt met zee
meerminnen en andere onder-
waterse zaken.
voor een vrouw of meisje, w*nneef
ïe als geschenk niet een tub#
Hamea Gelei heeft ontvangen.
Neptunus wordt zichtbaar
kwaad. Zijn aderen op zijn
voorhoofd worden dikker, de
schubben op zijn hoofd ritse
len en hij wrijft het zeewier
uit zijn ogen.
De aanwezigen gnuiven.
Het kan leuk worden.
Mevrouw Neptunus richt
zich tot haar Heer gemaal.
,.'t Is toch verschrikkelijk",
zegt ze met haar zware stem.
„Stil vrouw", zegt de Heer
ser der Zeeën, „dit is een
zaak tussen mannen".
Hij richt zich tot St. Nico
laas: „Klaas, gij lastert mijn
meest geliefde onderdanen.
Een man van mijn stand kan
zulks niet gedogen. Ik zal
mijn beulsknechten opdracht
geven u een gerechte straf te
geven
Met een handbeweging be
veelt hij aan de zwarte knech
ten St. Nicolaas ook in de
badkuip te werpen.
Vier gespierde kerels tre
den op de Heilige man toe.
St. Nicolaas verroert zich niet
en laat zich de marteling wel
gevallen, zoals het een heili
ge betaamt. Met een zwaai
verdwijnt Sinterklaas kopje
onder in het zoute water. Al
leen een puntje van zijn witte
baard is nog te zien.
Langzaam staat de Heilige
man op. Zjjn mijter is scheef
gezakt en er onder uit komt
een puntje rood haar. Zijn
mantel glijdt hem bijna van
de doorluchtige schouders en
zijn superplie durf ik geen
naam te geven. Het is erg.
„Toch zal de geest de macht
overwinnen", roept de natte
Sinterklaas uit en verdwijnt
dan gezwind naar zijn hut.
De menigte giert en ergens
begint er een te zingen: „Hij
is met zijn puntje puntje
puntje in het water gevallen,
falderalderiere".
Toch hebben ze 's avonds
Prachtig schouwspel.
In ons vorig nummer
schreven we over de „Slip-
jacht" in de omgeving van
Roestelberg. Een levendige
beschrijving vinden we in „De
Tijd" van haar Brabantse re
dactrice.
Een opmerking: We zouden
in plaats van „Udenhoutse",
van „Loonse" duinen willen
spreken.
We laten deze hier in z'n
geheel volgen:
Het was druk, Zaterdag
middag, op de Roestelberg,
zomers druk. Alleen de aard
der bezoekers verschilde van
die, welke op warme zomer
dagen daar hun verpozing
komen zoeken. Zijn het dan
de vaders en moeders met 't
kleine grut, dat nog in het
gelukkige stadium verkeert,
dat een grote hoop zand als
de Roestelberg een hele mid.
dag ongestoord genot kan be
zorgen, Zaterdag was deze
heuvel het onbetwiste bezit
van de liefhebbers van de rui
tersport.
In Udenhout was het feest
begonnen. Daar had burge
meester mr. W. Verhoeven
de buitenlandse gasten op de
jaarlijkse slipjacht, de Son-
neurs de la Trompe van de
Rallye Louvières, op het ge
meentehuis verwelkomd. Met
een feestelijk nummertje van
de jachthoorns hadden de
Sonneurs hierop geantwoord.
Inmiddels was het in het dorp
een onrustig, maar vrolijk be
weeg van rode, zwarte en
bruine rijcostuums tussen
sierlijke paarden, die zich in
karakter al evenzeer onder
scheidden als hun meesters
en meesteressen. Terwijl de
een onverstoorbaar rustig wat
grassprietjes stond af te trek
ken, trappelde reeds de an
der, nat van nervositeit.
Even over half twee ver
scheen jagermeester H. Hen-
sen met de meute van de Ve-
luwehunt voor de kerk, waar
een deel van de ruiters zich
reeds had opgetseld. Hier ver
richtte kapelaan C. Simons,
wegens ziekte van pastoor C.
Prinsen, de plechtige zegening
der meute en wenste het ge
zelschap een goede tocht en
een prettige middag.
Dan klonk opnieuw de vol
le, warme klank der jacht
hoorns, een onwezenlijk ge
luid in ons vlakke land. Even
kregen wij het gevoel, dat wij
aanstonds tussen de ruiters
Münchhausen zouden zien op
duiken. In plaats van hem za
gen we slechts Leo van Loon,
vast te paard als altijd, be
zorgd rondspiedend naar de
jeugdige deelneemsters, die de
hulp van een ervaren ruiter
wel eens te pas kan komen op
zo'n rit. „Op een jacht rijdt
paatje Van Loon voor vier
man", hebben we ons laten
vertellen.
Met de Udentoutse fanfare
voorop vertrok de jachtstoet,
een feest van kleur en leven,
naar hotel Bos en Duin. Vijf
en zestig ruiters volgden de
meute. Ras boorde de zon zich
door de nevelige lucht, zoet-
kruidig geurden de dennen
na de regen der laatste dagen,
wit-blinkend slingerde een
pad zich het duin in. Ideaal
weer voor een jachtrit in een
ideale omgeving. Opnieuw
juichte de zang der jacht
hoorns en nog eer het lied
Rode Hoestpoeders van Mijnhard!
verklonken was, had de meu
te het spoor gevonden en
stormde zij voort naar de
Roestelberg, waar tientallen
kijkers zich hadden verza
meld om dit feestelijk
schouwspel te zien: de driftig
jagende meute, gevolgd dooi
de roodgejaste jagermeester
en -meesteres en dan die hele
bonte stoet van ruiters te
paard.
Hier is het einde van de
eerste run. Na een kort op
onthoud stapten de paarden
weer weg, om gedreven door
het jachtinstinct van de per
fect afgerichte meute en van
hun berijders na een klein
half uur langs een ander
spoor opnieuw de voet van de
Roestelberg te bereiken. Weer
schalt in de verte de melo
dieuze roep van de jacht
hoorns en voor de derde maal
stuift de jachtstoet weg, het
Udenhoutse duin in, te snel
om de schoonheid te zien van
dit bekoorlijkste stukje Bra
bant. Weg, weg, achter de
meute aan, die haar ditmaal
terugvoert naar Bos en Duin,
waar de honden hun loon en
de ruiters en Brabants jacht-
maal wacht. Een waardig be
sluit voor deze uiterst ge
slaagde jachtrit.
ciaal een hoogte op het akker
land. De baan was de gewone
weg. Veel moeilijker is de ety
mologie van de namen Hoge en
Lage Zandschel.
Volgens Dr. A. Weynen, die
ik hierover raadpleegde, zou dit
woord^ betekenen een komvormig
zanderige kuil. Maar ook komt de
betekenis voor van korstige zand
grond. Men noemt deze grond
ook wel schilgrond.
De tegenwoordige Tramlaan
droeg vroeger de naam van het
Henuwfc straatje. Maar waar die
naam vandaan gekomen kan zijn
heb ik nog niet kunnen achter
halen.
Dan hebben we nog de namen
van Achterste hoeve en Roestel
berg. Dit waren alle twee ge
huchten van enige betekenis. F.r
woonden tot in de 18e eeuw nog
een stuk of tien gezinnen. Mep
schijnt de N.O. kant var. de heer
lijkheid Venloon als de achter
kant beschouwd te hebben, an
daar de naam voor die hoeve.
In Kaatsheuvel hebben we nog
de Vossenbeeg n de Katten-
sticht, terwijl in de Moer nog een
Wolfshoek op te merken valt. De
Molensteeg aan de Regtvaart zal
waarschijnlijk zijn naam te dan
ken hebben aan de Moicn van oe
Heer van Loon, die hier stond op
Mariëndaal, zoals deze streek
vroeger heette. Verder ligt hier
nog de witte dijk en de Hanze-
steeg.
Vooral onze aandacht vraagt
de naam Dricstapelenstocl. Het is
niet zo gemakkelijk achter de be
tekenis van deze naam te komen.
Stapel kan betekenen: poot van
een stoel. Ook wel stabel. Dan
zou deze naam kunnen betekenen
stoel met drie poten. Maar wat
heeft dat te betekenen? Ook kan
stapel gebruikt .worden voor
schrede, stap: en stofel vindt men
ook wel in de betekenis van
plaats van vestiging, plaats waar
men huist. Indien men hier van
uit gaat, zal dus Driestapelen-
stoel zoiets van woonplaats van
drie stappen groot moeten zijn.
Wat er van zij, het is nog een
vraag, wat de juiste betekenis is?
De Bisarsteeg in de Moer, heeft
misschien haar naam aan het
woord bizar ontleent. Bizar be
tekent: zonderling, niet gewoon.
Tot slot enkele akkernamen op
de Vaart. We treffen in de oude
Cijnsboeken namen aan als: Col-
stervenacker; Colenhoeven: Doe-
tensackerken; Den vogelsanck: de
Meier In de twaalf geerden: De
Nagtegaal; Achter den boge: Het
betelbosch: en Lievencorff. Nu
schijnen nog in gebruik te zijn de
namen als Brakkepadje: Liefkens-
hoek: Kinkepolder en Halfrad.
En hiermee hebben we dus de
meesten ons bekende namen en
toponymen bekeken. We hopen,
dat ons materiaal nog aangevuld
zal worden door enkele opgaven
van onze lezers. Bij voorbaat
reeds onze hartelijke dank.
JOH. RIJKERS, M.S.F.,
Kaatsheuvel.
VII.
Wanneer we de namen in
Kaatsheuvel nagaan, laten we
natuurlijk de namen van de nieu
were gedeelten buiten beschou
wing, daar deze namen geen en
kele oorspronkelijkheid bezitten.
Het zou aanbeveling verdienen
als het gemeentebestuur bij het
toekennen van nieuwe namen de
plaatselijke heemkundige kring om
advies vroeg. Dit gebeurt trou
wens reeds in verschillende plaat
sen en heeft de vruchtbaarste re
sultaten.
Wanneer we beginnen met de
namen, die het dichtst in contact
staan met de oude turfvaart, dan
komen allereerst: De Vaart, Dc
Vaartkant, de Regtvaart, de Heul-
straat en de Vaartse Heikant. De
Sprangse Vaart sluit aan op deze
vaart. Verder ligt er nog de eer
ste en twfeede vaart en aan het
Hoekske de oude Vaartheide en
de Hoge Vaart. Tenslotte is ook
de z.g. Verlengde Hoofdstraat in
z'n oudste benaming een herin
nering aan de oude vaart. Im
mers dat is het „Verkensend".
- i i Nu zullen ongetwijfeld de mees-
t I mensen denken, da. deze bena-
ming iets met onze knorrende
goed, zó vergevingsgezind is
nu Sinterklaas.
S. v. A.
RADIO-REDE VAN
ACHESON.
De Amerikaanse minister
van buitenlandse zaken, Dean
Acheson, heeft een radio-rede
gehouden waarin hij de inter
ventie van de Chinezen in
Korea een „groot gevaar voor
de vrede in de wereld" noem
de. Hij heeft de Sovjet-Unie
er van beschuldigd er op uit
te zijn de spanningen in de
internationale verhoudingen
aan te moedigen en hulp te
verlenen aan hen, die met
agressieve bedoelingen zijn
bezield en het werk van de
U.N.O. trachten te vernieti
gen. Hij riep de Amerikanen
op in de moeilijke uren, die
het land en de wereld thans
doormaken, eensgezind achter
zijn leiders te staan.
krulstaarten heeft uit te staan of
misschien dat het als scheldnaam
in gebruik kwam. Toch is dit he
lemaal niet het geval. De tegen
woordige Verlengde Hoofdstraat
kwam uit op het z.g. Rode Veer-
ke. Hifer kon men over de vaart
gezet worden. Het was dus een
veer over de turfvaart. Omdat
men maar met een klein veer te
doen had, werd dit genoemd: „het
vèrke". De naam Verkensend zal
nu verder wel duidelijk zijn. En
het was zfeker een veel spreken
der naam dan Verlengde Hoofd
straat.
Het stuk land tussen het Ver
kensend en de tegenwoordige
Mgr. Völkerstraat heette de oude
Omdraayer en ook de weg ten
Zuiden ervan droeg deze naam.
Langs de naam van Telefoon
straat is dit nu geworden Mgr.
Völkerstraat.
Een zeer belangrijk gehucht van
het Vaarskwartier was te Efte-
ling. Deze naam is als zovele
j andere namen in onze gemeente
lelijk verbasterd. Wat is hier het
1 geval geweest? De oude naam
van dit gehucht, waar nog in de
18e eeuw 30 gezinnen woonden,
is Erfsteling (1577), waar naast
de schrijfwijze Ersteling (1626)
opduikt. In 1730 is de naam al
zover verandert, dat men schrijft:
Essteling. De twee lange gotische
ss gaven tenslotte de aanleiding
om er de letters ff in te zien en
zo zitten we nu met de naam
Efteling te kijken.
Wat betekende deze naam? Zo
als ik reeds eerder opmerkte liep
de grens tussen Holland en Bra
bant, op de plaats waar de Loon
se dijk loopt en waar tevens de
noordelijke grens van onze ge
meente is. Wanneer men dus uit
Holland kwam en over de Vaart
gezet was, dan was deze hoeve,
hier op dit gehucht staande, in
derdaad de eerste op Loons
grondgebied en tevens de eerste
op Brabantse grond. De Eerste-
linge van Loon! Nu is deze plaats
zeer oud en van ouds heeft de
grondheer van Loon zijn tienden
van deze hoeve en landerijen ge
heven.
Iets ten Noorden van de Efte
ling ligt den Horst. Dit is een oud
germaanse naam, waarmede men
'n stuk, 'n streek van hoge, ho
gere grond (gewoonlijk zand
grond) al of niet met (laag) hout
begroeid of door (laag) hout om
geven aanduidde. Men vindt
daarom ook de betekenissen van
Kreupelbos en dicht struikgewas
en struik en stronk, voor dit
woord opgegeven. Den Horst ligt
inderdaad 8 12 meter boven
A.P., dus tamelijk hoog van het
noorden uit gerekend, terwijl ook
de begroeiing zelfs nu nog niets
te wensen overlaat.
De namen als Leemtest en
Leemsteeg iets ten N.O. van den
Horst wijzen op de grondsoort,
die hier voeral benut werd. Waar
zou de naam Bifersteeg vandaan
gekomen zijn in deze omgeving?
Misschien kan een van de lezers
me hierop een antwoord geven?
Hil en Baan zijn weer gemak
kelijker te verklaren. Hil betekent
heuvel, hoogte, en wel meer spe-
Maandagavond had in de har
moniezaal der Kon. Harmonie
Sophia's Vereniging een feestelij
ke gebeurtenis plaats, zoals nog
nooit is voorgekomen, n.l. de
plechtige uitreiking van het Inter
nationaal Federatievaandel en dc
installatie van de pas benoemde
erevoorzitter Jhr. A. Verheyen.
Toen wij om 7.30 uur de zaal
betraden, was deze reeds geheel
gevuld, terwijl de feestvierende
harmonie reeds een plaats op het
podium had ingenomen, in af
wachting van de gasten.
Toen de nieuwe erevoorzitter,
Jhr. A. Verheyen, met zijn echt
genote 4? zaal betrad, waarbij te
vens de edelachtbare heer C. G.
M. v. Riel, burgemeester van An-
gerlo en de algemeen voorzitter
der Nederlandse Federatie van
Harmonie- en Fanfaregezelschap
pen aanwezig waren, werd door
de harmonie de openingsmars ge
speeld. Onder de genodigden
merkten we o.a. op beide wet
houders en de secretaris der ge
meente, de besturen der zuster
verenigingen, n.l. van Harmonie
Capelle St. Jan te Tilburg, St.
Cecilia uit Gilze, St. Cecilia uit
Schijndel en St. Jozef uit Tilburg,
de Eerw. Fraters en vele notabe
len van in en buiten de gemeente.
De vice-voorzitter, de heer
Beaten, hield een inleidend wel-
komstwoort tot de talrijke aanwe
zigen en genodigden en besprak
in het kort het doel dezer feeste
lijke bijeenkomst.
Hierna werden de beide con
coursnummers, waarmee op 9 Juli
op het Int. Nat. Federatief Mu
ziekconcours te Oosterbeek de
hoogste lauweren werden behaald,
op sublieme wijze ten gehore ge
bracht. De uit te voeren nummers
waren ,,Le roi d'ys" van Lalo en
A Glorious Day van Alb. van
Roesel.
Hierna nam de voorzitter, de
heer Joh. v. d. Heuvel, 't woord,
die dit ogenblik een gewichtig
ogenblik noemde; er waren twee
belangrijke gebeurtenissen, de in
stallatie van de erevoorzitter en
de plechtige uitreiking van het
intern, vaandel. Alvorens hij
overging tot de installatie van
Jhr. A. Verheyen, wijdde de
voorzitter een korte herdenkings
rede aan de nagedachtenis van
wijlen Jhr. Mr. F. X. Verheyden,
in leven erevoorzitter van het
corps, die steeds met het lief en
leed van zijn korps had meege
leefd en op 85-jarige leeftijd aan
het korps was ontvallen. Spreker
herdacht hierin tevens de oprich
ters der Sophia's Vereniging
destijds fanfare, die door alle tij
den heen samenging met de wel
beminde familie Verheyen. Hier
na speelde de harmonie ,.Ase's
Tod" uit de le Peer Gynt-suite
van Grieg, als omlijsting van de
ze herdenking. De voorzitter
noemde het een eer, dat wijlen
Jhr. Mr. F. X. Verheyan op zijn
sterfbed er zijn goedkeuring aan
hechtte, zijn zoon Arnold na zijn
dood als erevoorzitter van So
phia's vereniging voor te dragen,
wat deze dan ook direct heeft
willen aanvaarden.
Hierna installeerde hij Jhr. A.
Verheyen als erevoorzitter, wij
zend op het innige verband dat
steeds heeft bestaan tussen So
phia's Vereniging en de familie
Verheyen. Hij hoopte dat 't hem
gegeven zou zijn vele jaren in hun
midden te mogen zijn, waarna
door de harmonie het Wilhelmus
werd gespeeld.
Hierna kreeg de erevoorzitter
het woord, die in eenvoudige en
oprecht gemeende, woorden dank
te voor het voorrecht dat hem bij
deze gelegenheid was te beurt ge
vallen en stelde het op hoge prijs
dat de vereniging steeds de naam
van zijn familie heeft weten hoog
te houden en zelts de naam kreeg
van zijn grootmoeder Sophia Ver
heyen. Hij zeide in kernachtige
woorden dan ook toe, de voet
sporen van zijn vader te zullen
volgen en gaf de raad aan de le
den en aan de instruiteur de heer
Kotter, steeds trouw aan het be
stuur te blijven. Spr. roemde de
grote successen op het concours
te Oosterbeek, waar de victorie
werd uitgebazuind en wat niet al
leen voor Nederland, doch ook
voor buiten de grenzen een grote
prestatie betekent.
Aan Mevrouw Verheyen wer
den bloemen aangeboden.
Toen was het ogen'bhk aange
broken voor de plechtige uitrei
king van het Internat, vaandel
door de E.A. Heer v. Riel, alg.
voorzitter der Ned. Federatie.
Het deed hem een genoegen,
naar Loonopzand te zijn geko
men, om de hoogste trofee die
door een harmonie te behalen is,
thans te kunnen uitreiken aan de
Kon. Harm. Sophia's Vereniging,
welke dit jaar als derde korps
van de wereld, n.l. Engeland,
Enschede en Sophia's Vereniging
kon worden uitgereikt.
Hij noemde deze muziek geen
amateurmuziek, doch vakmuziek,
hetgeen zij heeft bewezen te Oos
terbeek, door als hoogste van de
46 korpsen uit het strijdperk te
kunnen treden, wat zowel voor
leden als dirigent Kotter een der
grootste prestaties kan worden
genoemd. Hij noemde Sophia s
Vereniging een sieraad van de
Ned. Federatie en bracht hulde
aan het adres van de heer Kotter,
die naar hij hoopte nog vele lau
weren in de Ned. Federatie zal
weten te behalen.
Voor de tweede maal werd
door allen het Wilhelmus aange
heven, waarna een luid applaus
volgde.
De heer v. d. Heuvel dankte de
alg. voorzitter voor het grote
voorrecht dat zijn korps ten deel
was gevallen en zei, dat de naam
van Loonopzand niet alleen be
kend was door zijn goede indus
trie van schoenen en leder, doch
ook door de culturele prestaties
van zijn inwoners. Hij voegde
hieraan toe dat het moeilijk is n
standing te bereiken, doch moei
lijker deze te behouden.
Vervolgens stelde hij een inge
zetene van Oosterbeek voor, Mej.
Nieuwenhuis, die op het con
cours te Oosterbeek het voorne
men had gemaakt aan het korps
dat de hoogste punten behaalde,
haar donatriceschap aan te bie
den. Mej. Nieuwenhuis kwam nu
persoonlijk de Sophia's Vereni
ging complimenteren en haar fe-