L Wijde Wereld Waalwijkse en Langstraatse Courant T<e>9>enaP(lcn6ief.. UIT DE Gemeente Waalwijk bouwt 40 woningen DE KAMPIOENSCHAPPEN 47/2 IN BUENOS AIRES De onsterfelijke Bisschop. BEHULP VAN DE INDUSTRIE MET KEES DE RUIJTER vertelt ons zijn indrukken MAANDAG 12 NOVEMBER 1951 Uitgever Waalwijkse Stoomdrukkerij ANTOON TIELEN Hoofdredacteur JAN TIELEN Dit blad verschijnt 2 x per week. DE' ECHO HET ZUIDEN 74e JAARGANG No. 91 Abonnement 17 cent per week 2.15 per kwartaal 2.40 franco p. p. Advertentie-prys 9 cent per m.M. Contract-advertenties speciaal tarief. Bureaux GROTE STRAAT 205, WAALWIJK TEL. 2621 OPGERICHT 1878 SCHOOLSTRAAT 11, KAATSHEUVEL. TEL. 2121 TEL.-ADRES „ECHO" J De Russen hebben het er niet bij laten zitten. De Westerse Grote Drie hadden nauwelijks hun ontwapeningsvoorstellen gepubli ceerd, of ze hadden hun antwoord klaar: afwijzend. Van zijn kant kwam de Russische minister van buitenlandse zaken met een plan dat vier punten omvat en waarvan hij blijkbaar ver wacht dat het meer kans van slagen heeft. Het is tenslotte maar net hoe men het bekijkt. Hoe men het echter ook bekijkt, het ziet er niet naar uit dat de vredes-actie, waarmee de zesde Al gemene Vergadering der Verenigde Naties is ingezet, veel zoden aan den dijk heeft gezet. Wanneer er van de ene kant voorstellen wor den gedaan tot controle en vermin dering van de bewapening, serieuze voorstellen wel te verstaan, dan zou verwacht mogen worden dat ook hij die het er niet mee eens is, ze niet onmiddellijk in het belachelijke trekt, als hij tenminste van zijn kant met de vaste wil bezield is om te trachten deze hoogst ernstige zaak mee op te lossen. Edoch, wat doet dhr. Vishinsky? Hij verklaart doodgemoedereerd in een wereld vergadering dat hij 's nachts niet heeft kunnen slapen van 't lachen! Omdat die voorstellen blijkbaar toch zo geweldig grappig, of kinder lijk warenHoe men het ook kere of draait, een dergelijke hou ding getuigt niet van goede wil om serieus mee te werken aan een op lossing. De Engelse, noch de Fran se, noch de Amerikaanse politici zijn leken in het vak. Van hun valt dus geen voorstel te verwachten dat a priori belachelijk is. Blijkt 't onuitvoerbaar, dan is dat aller waarschijnlijkst enkel een gevolg van een vergissing die ze ten op zichte van de tegenpartij hebben gemaakt door die au sérieux te ne men. Kenmerkend voor deze vergis sing is dan wel, dat degene die goedbedoelde pogingen saboteert de schuld afwentelt op de anderen, die irreëel zouden zijn.De Russen ken nen zeer goed de waarheid van de stelregel: de aanval is de beste ver dediging. Ondertussen wordt hier door groot kwaad aangericht. Met de uitroep: Hoe kan men nu de wa pens over de hele wereld gaan tel len! krijgt men gemakkelijk de massa, die niet doordenkt, op zijn hand. Inderdaad is het plan moei lijk uitvoerbaar, niet evenwel om dat het irreëel zou zijn, maar omdat er een grenzenloos wantrouwen heerst in de wereld. Om het plan onder deze omstandigheden te doen slagen, zou er dus een haast onfeil baar controle-systeem ingesteld moeten worden (waaraan dan alle landen zich zouden moeten onder werpen) ofhet wantrouwen zou opgeheven moeten worden. Men kan dus de zaak bekijken zo als men wil, de goede wil blijft een conditio sine qua non voor welk plan dan ook, en die schijnt voor alsnog bij één van de partijen af wezig. Ondertussen is het Russische propaganda-apparaat wel zo per fect, dat het zich niet beperkt tot het afbreken (op een zeer handige manier) van de plannen der tegen partij. Nee, de Sovjets weten zich een schijn van welwillendheid te geven door daartegenover zelf met een plan voor den dag te komen, dat van oprechte vredeswil lijkt te getuigen. Van de andere kant sla gen ze er nooit in te verhelen dat al wat zij te berde brengen, bedoeld is om de kracht van het Westen te verzwakken. Het beeld van de wolf in schaapskleren dringt zich hier onwillekeurig op, maar de wolf verraadt zich desondanks onvermij delijk door zijn begerige ogen en grote mond, die niet des schaaps zijn. Volgens Vishinsky's voorstellen zou deelname aan het Atlantisch Pact onverenigbaar moeten worden ge steld met het lidmaatschap van de Verenigde Naties; de strijdende partijen op Korea zouden onmid dellijk een wapenstilstand moeten sluiten en hun troepen tot op een bepaalde afstand van de 38ste breedtegraad terugtrekken, terwijl alle vreemde troepen zich binnen drie maanden uit Korea zouden moeten verwijderen; de Grote Vijf zouden een vredesverdrag moeten sluiten en tenslotte zou de U.N.O. op zijn laatst op 1 Juni 1952 een in ternationale ontwapeningsconferen tie bijeen moeten roepen. Men ziet, het is voor het grootste deel wat men in het gewone spraakgebruik „ouwe koek" pleegt te noemen. De laatste drie punten zouden de indruk kunnen wekken dat Rusland inderdaad van goede wil is. Als het echter over het eer ste punt gaat, kan de wolf zich moeilijk goed houden in zijn schaapsrol. Het Atlantisch Pact moet de Sovjets toch wel geweldig dwars zitten en we mogen met ze kere voldoening volmondig toege ven dat dit dan ook juist de kracht van het Westen uitmaakt. Waar mee meteen verklaard is waarom de Sovjets het zo moeilijk kunnen verkroppen dat het bestaat. En wat kunnen ze er anders tegen doen dan fulmineren en trachten de ver klaring uit te lokken dat het lid maatschap onverenigbaar is met dat van de U.N.O. Dit zal hun niet lukken, omdat er geen enkele reële grond is waarop die veroordeling gebaseerd zou kunnen worden. Voor het Westen kan deze constel latie slechts een aansporing zijn om de defensieve kracht van het At lantisch Pact te versterken. De voorstellen over Korea zijn evenmin nieuw. De ironie van het lot wil, dat degene die van het be gin af aan tot deze oorlog heeft aangezet, er achter de schermen een groot aandeel in heeft gehad en de wapenstilstandsonderhande lingen in feite (alweer achter de schermen) heeft gesaboteerd, nu met aanbevelingen komt om de strijd zo spoedig mogelijk te be ëindigen en de vreemde troepen te rug te trekken. Och nee, het is niet de ironie van het lot, het is het valse politieke spel dat de Sovjets nu al jarenlang in naam van de vrede bedrijven. Het is er tenslotte om begonnen de agenten van Mos kou na het mislukte militaire avontuur vrijer spel te geven. Het klinkt allemaal te mooi om op recht te zijn. Zo is het ook met het voorstel tot een ontwapeningsconferentie. Waartoe dit nieuwe plan? Waarom eerst de goede bedoelingen van de tegenpartij belachelijk gemaakt om daarna met een eigen plan te ko men dat geen uitzicht geeft op een beter resultaat? Duidelijk spreekt hieruit weer dat het niet het stre ven is van de Sovjets om een op lossing te bereiken, tenzij 't er een in Sovjet-Russische geest zou zijn. Het requisitoir van de Amerikaan se minister van buitenlandse zaken in de Algemene Vergadering liet niets aan duidelijkheid of waarheid te wensen over, toen hij de Russen er van beschuldigde de mond vol te hebben over vrede, terwijl ze iede re vredesdaad van de U.N.O. sabo teren. Het is een beetje ontmoedigend de hoop als uitgangspunt nemend, telkens steeds verder van dit uit gangspunt verwijderd te raken en tot de slotsom te moeten komen dat er per slot van rekening niet zo veel reden tot hoop is. Tegen wil en dank bereikt men dat punt, om dat de ontwikkeling geheel in die richting wijst. Nu weer wekten de vredesvoorstellen van de gealliëer- den hoop, maar Vishinsky zette een tegenoffensief in: hij kwam met ei gen voorstellen, die niet op vrede gericht zijn, tenzij een zeer bepaald soort vrede. Toch, werd in Washing ton verklaard, zal het Westen door zetten. Gesteld echter dat het plan door de meerderheid van de Ver enigde Naties wordt aanvaard, ter wijl het Oostelijk blok er zich tegen verklaard. Wat zal het dan uitha len? Hierop kan maar één ant woord volgen: niets. En dit behoeft wel geen nadere toelichting. Zo zal er in Parijs de komende weken weer veel gepraat worden een uitgebreide agenda wacht de vergadering de Verenigde Naties zullen hun best doen rege lingen te ontwerpen om een gewa pend conflict te voorkomen of op te lossen. De koude oorlog blijft echter voortduren, zolang er geen ommekeer komt in de geesten van hen die de verantwoordelijkheid dragen voor deze toestand. Daarop is geen uitzicht en daarom zal de mensheid de zware last van zijn veiligheid als prijs voor de vrede „voorlopig" moeten blijven dragen. COÖRDINATIE VAN INDUSTRIËLE CAPACITEIT. De ene producent springt de andere bij. 9 Plan van een Eindhovens ingenieur. Een plan om tot coördinatie van industriële capaciteit te komen, is ontwikkeld door een ingenieur uit Eindhoven. Diverse industrieën hebben reeds toegezegd aan de uit voering van dit plan mee te zullen werken. Het ligt in zijn bedoeling op coö peratieve basis een organisatie in het leven te roepen. Deelnemers hieraan zullen op vertrouwelijke basis kunnen opgeven, indien zij door te veel werk overbelast drei gen te worden of door een tijde- lijke teruggang bijvoorbeeld enige' machines zullen moeten gaan stil zetten. Het coöperatieve technisch-eco- nomisch bureau in oprichting, zoekt dan uit welke producent een ander kan bijspringen. Contact wordt ge legd, waarna partijen dienen uit te maken of zij met elkaar in zee gaan of niet. De waarde van een derge lijke bemiddeling is volgens de ini tiatiefnemer gelegen in het feit, dat thans met zoeken naar hulp bij productie, veel arbeid, tijd en geld verloren gaan. Bovendien stelt de ingenieur zich voor, dat bemiddeling zou kunnen worden verleend bij de spreiding van surplussen aan grondstoffen en van afvallen, waardoor regelmati ger productie en besparing zouden kunnen worden bewerkstelligd. Re gelmatiger productie zou ook regel matiger werkgelegenheid scheppen. 12 AUTO'S OP ELKAAR. Op de weg tussen Best en Oir- schot heeft het vorige week Woens dag wel iets van een kermis weg- gehad, waar druk gebruik gemaakt wordt van bots-auto's. Immers, in enkele uren tijds reden hier op een weggedeelte van nog geen kilome ter niet minder dan twaalf auto's op elkaar. Eén persoon werd licht gewond. 40 MILLIOEN AUTO'S. In Amerika zijn 40.000.000 parti culiere auto's, waarvan 22.000.000 gebruikt worden om van en naar het werk te gaan of om boodschap pen te doen. In geval van oorlog zouden 14.000.000 auto's, die niet van essentiëel belang worden ge acht, van de wegen verdwijnen. De oproep die de gemeente Waalwijk enige tijd geleden tot de industrie richtte om behulp zaam te zijn bij de bouw van woningen, heeft tot resultaat ge had dat men 28 huizen kan bou wen, waarvan er 12 gedupliceerd worden, zodat er in totaal 40 woonruimten toegevoegd worden aan het aantal dat Waalwijk tot nog toe bouwde; dit deelde loco burgemeester Smolders mee in de spoedeisende openbare raads vergadering, die Donderdagavond gehouden werd. De agenda vermeldde maar twee punten en de vergadering was dan ook in een kwartier afgelopen. Het eerste punt was een voorstel tot het aangaan van een kasgeld lening van 350.000.— in rekening courant tegen een rente van 3%%, waartegen natuurlijk geen van de leden bezwaar had. Het tweede punt behelsde een wijziging van de begroting 1951 in verband met uitvoering van enkele openbare werken. Door Ged. Staten waren in het kader van de algemene bezuiniging aanmerkingen gemaakt op de be groting. Zo was de verhardingsbreedte van enkele aan te leggen straten ten Oosten van de Putstraat inge krompen. De heer Meys vroeg hier over of men naderhand geen spijt zou krijgen, wanneer een verbre ding eventueel niet meer mogelijk zou zijn. De voorz. antwoordde hierop dat de rooilijn hetzelfde bleef, zodat de mogelijkheid van verbreding steeds bleef bestaan. De heer Brouwer informeerde nog of er enige soepelheid was toe te passen bij de uitvoering van de opmerkingen van Ged. Staten; waarop de voorz. antwoordde dat men zich te houden had aan deze bezuinigingsmaatregelen. De weg- en trottoirbreedte in de Dr. Mollerlaan die was bepaald op resp. 7 en 3 meter, moest terugge bracht worden tot 5 en 1.80 meter. Ter bezuiniging moest deze straat bestraat worden met klinkers op hun platte zijde. De heer Mombers wees er op dat dit een bezwaar zou kunnen wor den in verband met de zware vrachten die er vervoerd zouden moeten worden voor de industrie- en; de voorz. echter was van me ning dat het een kleine moeite zou zijn om van de andere in de buurt liggende straten gebruik te maken. Het derde punt van deze begro tingswijziging was het intrekken van het stratenplan in v.m. Be- soyen, dat B. en W. echter weer op de begroting van 1952 zouden zet ten. De heren v. d. Hoven en Brouwer drongen er op aan hier in 1952 ze ker de nodige aandacht aan te be steden, wat de voorzitter graag toe zegde. De heer v. d. Hoven merkte ook nog op dat er reeds besprekingen waren gevoerd over de aankoop van grond in v.m. Besoyen, maar dat men toen moest wachten op de goedkeuring van het prijzenbureau. 'Nu las hij in de stukken dat er nog geen grond was aangekocht; waar aan had dit gelegen? Door burgemeester Lambooy wa ren deze besprekingen indertijd aangebonden, antwoordde de voor zitter, maar van het verdere ver loop van de besprekingen was hem niets bekend. In elk geval bestond er de nodige interesse van gemeen tewege voor deze aankoop en de zaak zou de aandacht van het ge meentebestuur blijven houden. Hierna ging men met deze be grotingswijziging accoord en nadat de voorzitter bovengenoemde me dedeling omtrent de bouw van de woningen had gedaan, werd de ver gadering gesloten. Het is duidelijk gebleken tijdens de wedstrijden om het wereld kampioenschap Biljarten 47/2, die medio October te Buenos Aires in Argentinië zijn gehouden, dat de omstandigheden daar niet gunstig zijn voor een Europeaan, en met name voor een Neder lander. Het materiaal, de arbiters, het publiek, kortom de ge hele sfeer, is verre van ideaal voor het spelen van een normale partij. Wij hebben dat kunnen constateren uit de uitslagen van de wedstrijden, wij zijn in deze mening versterkt door hetgeen Kees de Ruyter in een onderhoud ons zo vriendelijk was te ver tellen over zijn verblijf in Argentinië. Enthousiaste ontvangst. De reis is goed verlopen, vertelde Kees de Ruyter ons, die voor het eerst zo'n grote reis per vliegtuig maakte. Men reisde met een vlieg tuig van de F.A.M.A. (de Argen tijnse Luchtvaartmaatschappij) en men arriveerde op 14 October. Het vliegveld van Buenos Aires stond vol met duizenden enthousiaste Ar gentijnen en ontelbare film-, radio- en persmensen; ook de Nederland se gezant in Argentinië, Klein Mo lenkamp, was ter begroeting aan wezig. Men logeerde in een hotel dat behoorlijk geaccomodeerd was; maar over het eten klaagde Kees nog al. Zeer vreemd en zeer fnuikend voor het spelpeil van de Europese spelers was het, dat eerst 6 dagen later, op Zaterdag 20 October, de wedstrijden begonnen, terwijl de spelers niet in de gelegenheid wa ren zich in te spelen. Dit lange wachten vond zijn oorzaak in de grote feesten die waren georgani seerd door de Partij Peronista. „Ja, daar waren biljarts genoeg", zegt Kees, „maar daar konden wij niet behoorlijk op spelen". Het tournooi werd ook geheel ge financierd door de Staat; „je kon wel merken dat het daar een dic tatuur was", zei onze Waalwijkse biljarter; „Minister President Drees krijgt hier geen kans om enkele honderdduizenden guldens beschik baar te stellen voor de winnaar. Maar in Argentinië kreeg Carera 800.000 peso, dat is 200.000. plus een nieuwe Chevrolet van Fangio de grote Dealer van de Ge neral Motors, die een zwager is van Peron." Men speelde in de zaal van de American Club, een combinatie van alle mogelijke sportverenigin gen met 35.000 leden; over de zaal was Kees de Ruyter vol lof. Na de wedstrijden zijn de deel nemers door president Peron ont vangen in zijn paleis, waar zij een plaquette ontvingen van generaal Peron en zijn echtgenote Eva Pe ron. Aangaande het verblijf in Buenos Aires kan nog worden meegedeeld dat de vergoeding voor de spelers niet erg ruim was, althans niet zo ruim als was beloofd, zodat zij zich niet onbelemmerd konden bewegen in de Argentijnse hoofdstad. „Heel veel medewerking, zegt Kees, heb ik ondervonden van Jan v. Tilburg, die mij gedurende mijn verblijf met raad en daad ter zijde stond". Het publiek was wel eens te enthousiast. Wij zeiden het al, de omstandig heden waren voor de Europese spelers niet erg gunstig en vooral het publiek droeg hiertoe bij. De biljartsport is in Argentinië zeer populair en gemiddeld waren er dan ook 2000 belangstellenden per seance, die fanatiek waren en zeer partijdig. „Wij zijn dat in Nederland anders gewend, zegt De Ruyter; wanneer wij hier spelen en ze gooien bij wijze van spreken een speld van de tribune in de zaal, dan hoor je die vallen; maar wanneer ze daar een oud fornuis van het balcon zouden gooien, dan hoor je dat niet. Wan neer een Europeaan tegen Navarra, Carera of del Vechio speelde, dan was er van een normale partij geen sprake. Toen ik in mijn partij te gen Navarra nog vijftien caram boles moest maken om de partij te winnen, kwam er één de tribune af de zaal in; gelukkig hielden ze hem nog tegen, voor hij bij het biljart was; maar speel dan maar rustig en geconcentreerd verder". Bovendien, vertelde Kees, was de arbitrage van die aard dat, wan neer het twijfelachtig was of een bal geraakt had, de arbiter een af wachtende houding aannam, tot de reactie van het publiek hem duide lijk maakte hoe hij moest beslissen. Daarenboven waren de arbiters, die allen Argentijnen waren, zeer par tijdig. Voor de barrage-partij tus sen Gabriëls en Carera haalde Kees zeer veelzeggend zijn neus op. Carera een speler van heel groot formaat. Kees de Ruyter zegt het onom wonden: „Van de Pol en ik hebben slecht gespeeld. Dit is ook wel te wijten aan het slechte materiaal natuurlijk, slechte lakens en on verwarmde biljarts die niet liepen. Bovendien was het er erg warm en wij moesten tot overmaat van ramp in jacket spelen". En dan waren er natuurlijk nog de andere factoren, boven genoemd, die een rol speel- aen. iNiettemin hebben de Belgen beter gespeeld, aldus De Ruyter. Wij vroegen zijn mening over Ca rera; „Carera is een speler van heel groot formaat, hij kan zich met de beste Europese spelers meten. Maar u.ijn spel is heel anders; hij is heel sterk in bandspel, masseren doet hij practisch niet, iedere bal speelt hij op los band; hier heeft hij een grote zekerheid in. Het kleine spel van Carera is niet te vergelijken met dat van de Europese cracks, vervolgt De Ruyter; deze kunnen series van 100 en 200 op de lijn halen, zonder hun positie te ver liezen. Bij Carera is dit niet het geval; als hij de ballen in positie heeft, dan is hij deze positie bin nen 10 a 15 caramboles weer kwijt. Men ziet ook geen hoge series van hem, wel benut hij iedere beurt en is van een bandstoot niet bang. Hij neemt er echter wel zijn tijd voor; voor iedere stoot legt hij een keer of vijftien aan. Hij speelt dus in een verschrikkelijk langzaam tem po; Van de Pol moest een keer lVz uur op zijn stoel genageld blijven zitten, terwijl een Carera een serie maakte van 136, iets waar we hier hoogstens 20 minuten voor nodig hebben. Dit tergend langzame tem po, zegt Kees, is voor ons een ge- weldige handicap. Nogmaals, Ca rera is een zeer sterk speler; ik wil niet zeggen dat hij hier kampioen i geworden zou zijn, maar hij hoeft toch zeker geen genoegen te nemen met een vijfde plaats". (Dit is een j heel andere mening dan het inter view dat in de dagbladen verscheen, als de mening van de Europese bil jarters werd kenbaar gemaakt). Het blijft niettemin jammer dat het onze biljarters in Buenos Aires niet zo goed mee heeft gezeten. La ten we hopen dat we onze Waal wijkse crack Kees de Ruyter bin nen twee weken in de strijd om 't Nederlands Kampioenschap Libre, in de vorm zien die we zo graag van hem gewend zijn. We leven allen in de ban van een dure tijd. Dat is dubbel on gunstig bedoeld. In de eerste plaats is het gevolg dat we prac tisch geen geld kunnen overhouden en zelfs tekort komen, maar bovendien wordt ons gehele leven doortrokken met een duurte- complex. We worden als kopers angstig om een winkel binnen te stappen om onszelf of anderen eens een plezier te doen. Dit leidt tot de bekende uitspraak: „Waar werken we eigenlijk voor?" De overheid heeft dit onaangename gevoel versterkt. Geen staats stuk, of er staat iets in over bezuiniging of versobering. Elke vorm van weelde of luxe wordt tot een vloek. Er is een weelde belasting gekomen, die in meer dan één opzicht een bedreiging wordt. Niet alleen de industrie lijdt er onder, maar ook de con sument. Er zijn goederen onder die weelde-artikelen, die in het levenspeil dat de moderne mens heeft bereikt, beslist onmisbaar zijn geworden. Men moet dus deze artikelen kopen, terwijl het gehele huishoudbudget er door wordt ontwricht. Het gevolg is, dat de heer Lieftinck een opbrengst krijgt die ver boven zijn raming ligt en de consument raakt in een moeilijke toestand met betrekking tot noodzakelijke goederen. Kan er dan niets extra's meer gebeuren? len, willen we in vredestijd de goe de Sint in hoger sferen alle ruimte gunnen die hem toekomt. Geen weeldebelasting, geen schaarsge- vulde beurs of bewapeningskoorts zal ons tegenhouden. Wij vieren 't Sinterklaasfeest ook dit jaar! Vanzelfsprekend kunnen wij min der uitgeven dan andere jaren voor het heerlijk avondje. De cadeaux zullen meer practisch en degelijk zijn dan ooit, en menigeen zal een „verrassing" uit de zak of wasmand zien rollen die hij anders toch had Nu zal het weldra Sinterklaas zijn. We willen dat feest vieren, op zijn minst voor onze kinderen en ondanks alle bewapening. Wanneer na al deze voorbereidingen onver hoopt een oorlog uitbreekt, dan kan Sinterklaas, die met de nok van ons huis toch al zo vertrouwd is in ver band met die geschiedenis van de schoorstenen, wel voorgoed op het dak gaan zitten. Wij willen dat feest dus behou den en aangezien in tijd van oorlog op daken alleen maar bommen val- moeten kopen. Dat alles is minder belangrijk. Het doorslaggevende ligt in de Sin terklaasviering zelf. Wij moeten ons niet laten afleiden door prach tige verhalen over een „begrijpen van de tijd, en daarom laten we die onzin nu maar achterwege". Wie zijn tijd begrijpt, viert juist 't Sin terklaasfeest, al zal zijn baard ook van krantenpapier zijn inplaats van witte watten. Wij hebben de goede Sint nodig als een kleurrijk feest temidden van dagen die geladen zijn met ko- lenbesparing, opgevoerde produc tiviteit en afgenomen koopkracht. Wij kunnen steeds minder doen voor onze kinderen en kennissen, omdat ons alles wordt ontnomen, behalve de eerste levensbehoeften. Eenmaal per jaar doorbreken wij de barrière van zuinigheid, verso bering. besparing en begrip voor de ernst van de toestand. Het is goed dat wij oog hebben voor de internationale gevaren die ons bedreigen. Onze economische toestand is slecht, onze defensie moet worden verbeterd en de pro ductie moet omhoog. Wij zullen er evenzeer voor moeten zorgen dat wij niet ondergaan in een sleur van arbeid, huisvestingsvraagstukken en belasting betalen. Ons leven mag

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1951 | | pagina 5