Waaiwijkse en Langslraatse
KING
I
Wijde Wereld
Waalwijk huldigde
Wethouder Smolders.
Europese verhoudingen.
UIT DE
Velen gaven uiting aan
hun erkentelijkheid en hun
waardering voor het werk
van deze Wethouder, voor
wie het algemeen belang
25 jaar de hoogste
wet was.
OOK DE GEMEENTEBEDRIJVEN
BLEVEN NIET ACHTER.
elke dag KING g
elke dag fit
PEPERMUNT
- ps
VRIJDAG 16 FEBRUARI 1668.
Uitgever
Waaiwijkse Stoomdrukkerij
ANTOON TIELEN
Hoofdredacteur
JAN TIELEN
Dit blad
verschijnt 2 x per week
DE ECHO
H HEI ZUIDEN
75e JAARGANG No. 14
Abonnement
2.60 franco p. p.
18 cent per week
speciaal tarief.
2.35 per kwartaal
Advertentie-prijs
10 cent per m.M.
Contract-advertenties
speciaal tarief.
Bureaux
GROTESTRAAT 205, WAALWIJK TEL. 2621
OPGERICHT 1878
SCHOOLSTRAAT 11, KAATSHEUVEL. TEL. 2121
TEL.-ADRES „ECHO"
Dinsdae heeft de Waaiwijkse gemeenschap wethouder Fl_- Smol-
ders een huldiging bereid, waaruit duidelijk bleek hoe hoog de
verdiensten van deze magistraat gewaardeerd worden. De Ge
meentebedrijven huldigden hem in de morgenuren; s avonds
was er een buitengewone vergadering van de voltallige gemeen-
£rLd en de hoofden van dienst, tijdens welke vergadering de
nublieke tribune geheel bezet was; hierop volgde een receptie en
puDneae iwu»"»6 io-de.n het gehele
Uw toespraak, Uw felicitaties, de
mooie lamp en de bloemen treffen
me zeer. Ik ben U hier zeer erken
telijk voor.
Het doet mijn hart goed uit de
woorden van mijnheer van Vliet te
vernemen, welk 'n geweldige vlucht
onze bedrijven hebben genomen. Ik
dank U nogmaals hartelijk en het is
me een genoegen te kunnen mede
delen, dat het gemeentebestuur
besloten heeft het gehele gemeente-
personeel vanmiddag vrijaf te ge
ven".
Nog enige tijd bleef men, onder
het genieten van de aangeboden
verversingen, genoeglijk bijeen.
BUITENGEWONE
RAADSVERGADERING.
Om half acht 's avonds vulden
zich de raadszaal en de publieke
tribune met de vertegenwoordigers
van de Waaiwijkse gemeenschap die
de wethouder zouden huldigen door
hun woorden of door hun aanwezig
heid. In de raadszaal hadden naast
de voltallige raad onder voorzitter
schap van wethouder v. Heeswijk
ook plaats genomen de oud-wethou
der en collega de edelachtb. heer
W. Eibers, de hoofden van dienst
de heren Dr. Bos, v. Vliet, Thijssen,
Bakkers, de Inspecteur van Politie,
de schoolarts en de gemeentearts
Dr. Hordijk en Dr. Kolster, 't hoofd
van de Openbare School de heer
M. v. d. Heyden e.m.a.
DANK VOOR ONSCHATBARE
DIENSTEN.
de hoofden van dienst, tijdens welke vergadering de
nuDiieKe tribune geheel bezet was; hierop volgde een receptie en
de velen die aanwezig waren vertegenwoordigden het gehele
Waaiwijkse volk in al zijn geledingen, dat met anders dan waar
dering kan hebben voor de onschatbare verdiensten van dez
wetïouS voor wie, we mogen het citaat van de secretaris
enigszins variëren: salus publica suprema lex erat: voor wie het
algemeen belang de hoogste wet was.
De eerst officiële huldiging viel
de jubilerende wethouder ten deel
Zondagmiddag, toen de Harmonie
St. Crispijn naar de Antoniuspa
rochie toog om haar voorzitter ge
lukwensen in muzikale en gespro
ken vorm te gaan aanbieden, De
harmonie speelde te zijner eer enige
nummers en de voorzdter van
K.A.B., de heer A. v. Well, sprak
de zilveren wethouder toe. Deze
toonde zich aangenaam verrast en
bedankte bestuur en leden van de
harmonie zeer hartelijk en hij
wenste hen alle succes toe.
Het personeel van de Lentraie
Administratie en van de Gemeente
bedrijven bereidde de jubilaris de
tweede huldiging.
Dinsdagmorgen waren zij bijeen
gekomen in het-kantoor van de be
drijven, waar ook wethouder Smol
ders met zijn echtgenote en enkele
familieleden aanwezig was.
De directeur, de heer P. v. Vliet,
sprak hem toe
Hoewel sinds enige maanden Uw
werkterrein in verband met Uw
functie als loco-burgemeester is ge
wijzigd, wil ik U toch vandaag aan
spreken met de titel waaronder U
thans 25 jaar in Waalwijk heeft ge-
arWijdwillen niet gaarne achterblij
ven juist wij, n.l. degenen namens
wie ik thans spreek, het gehele per
soneel van de Centrale Administra
tie en van de Gem. Licht- en Water
bedrijven, wij hebben speciale re
denen om U bij deze gelegenheid
van onze gevoelens te doen blijken.
Want op dezelfde dag dat U tot
wethouder van Waalwijk werd be
noemd, werd U de zorg opgedragen
van de gemeentelijke Licht- en Wa
terbedrijven, en daarom is er voor
ons een speciale reden om deze dag
te gedenken.
En de heer van Vliet vervolgde
Wij willen U deze morgen huldigen
om uiting te geven aan onze gevoe
lens van hoogachting en vriend
schap, maar vooral ook van dank
baarheid, die ons bezielen, voor al
datgene wat U in de loop der jaren
voor de bloei en de groei van deze
bedrijven en voor het welzijn van
hun personeel hebt gedaan.
GROTE GROEI DER
BEDRIJVEN.
Om aan te tonen hoe onder het
beheer van wethouder Smolders de
bedrijven zijn gegroeid, geeft de
heer van Vliet de volgende cijfers
De gasproductie bedroeg in 1926
nog slechts 867.289 m3, in 1951 is
dit getal gestegen tot 2.209.959 m3
gasinkoop.
Terwijl in 1926 bijna 160.000 m3
water Werd opgepompt, was dit
kwantum in 1951 gestegen tot
362.686 m3.
Voor electriciteit in 1926 inge
kocht 333.723 kWh, in 1951 veracht
voudigd tot 2.666.510 kWh.
Ook het aantal verbruikers groei
de opmerkelijk
Voor gas een stijging van 1660 op
2826 voor water van 1626 tot 2949,
voor electriciteit .van 521 tot 2999.
Terwijl ook het buizen- en kabel
net een belangrijke uitbreiding on
derging
Het gashoofdleidingnet werd ver
lengd van 10.960 M. tot 21.459 M.,
de waterleiding van 11.511 M. tot
24.475 M. Het hoofdkabelnet van
8656 M. tot 42.485 M. Het aantal
straatlantaarns werd uitgebreid van
154 tot 391.
Intussen kwamen ontelbare
vraagstukken ter tafel, die mede de
beslissing van de wethouder be
hoefden. Directeur van Vliet kon ze
niet allemaal opsommen hij noem
de er twee de bouw van een nieu
we gasfabriek in 1927 en de omzet
ting van het gasproductiebedrijf in
een bedrijf met uitsluitend distribu
tie in 1947. Geen enkele beslissing
werd door de wethouder genomen
dan na grondige studie.
„Ieder die het voorrecht heeft
gehad", vervolgde de heer van Vliet,
„om in de gepasseerde jaren nau
wer met U te mogen samenwerken
dwong U hoogachting af en die
hoogachting steeg weldra tot bewon
dering. En menigeen vroeg zich af
welke van Uw karaktereigenschap
pen dat het meeste gold.
Hetzij Uw grote werkkracht, Uw
bijna spreekwoordelijk geheugen,
hetzij Uw liefde voor Uw geboorte
plaats, of Uw eenvoud en beschei
denheid.
Uw beste krachten gaf U zonder
op Uw gezondheid te letten, als
het slechts gold U in te zetten voor
het belang van Waalwijk in het al
gemeen, voor dat der bedrijven in
het bijzonder of voor het personeel
daarvan. Want ook hun belangen
waren bij U veilig".
Voor dit alles wilde men hulde
brengen en daaraan de wens ver
binden waarvan men wist dat hij
ook de jubilaris het liefst was, dat
hij nog een aantal jaren mocht
werkzaam zijn in het belang van
zijn geliefd Waalwijk.
Zich tot Mevrouw Smolders rich
tend wees de directeur van de ge
meentebedrijven op de vele keren
dat zij haar echtgenoot moest mis
sen en dat zij met de maaltijden
moest wachten. Maar het enige ge
moedelijke commentaar, dat haar
daarop ontlokt werd, was „Ik zou
maar op de gasfabriek gaan wonen".
„Wij zijn er van overtuigd", zei
de heer van Vliet, „dat Uw echtge
noot, ondanks zijn grote gaven,
nooit zoveel zou hebben gepresteerd
als hij U niet aan zijn zijde zou
hebben gehad".
Namens het gehele personeel bood
hij daarop tenslotte de jubilerende
wethouder en diens echtgenote een
fraaie lamp en een schitterend
bloemstuk aan.
„IK HEB NIET MEER GEDAAN
DAN MIJN PLICHT..."
„Als ik een blik in het verleden
werp", aldus begon wethouder
Smolders zijn antwoord, „dan lijkt
het nog maar zo kort geleden dat
ik woorden van hulde, gelukwen
sen en cadeaux mocht ontvangen
bij mijn 12%-jarig jubileum als wet
houder. Waar blijft de tijd.
Bijna de gehele periode heb ik
met de heer van Vliet mogen sa
menwerken en ik heb graag steeds
mijn krachten voor de belangen
van de bedrijven gegeven.
Wat gij thans doet is te veelik
heb niet meer gedaan dan wat mijn
plicht mij oplegde.
Wethouder J. v. Heeswijk, die de
vergadering opende zodra de jubi
lerende wethouder met zijn familie
was binnengekomen, sprak als eer
ste hem toe.
„Door bijzondere omstandigheden,
aldus de wethouder, valt mij de eer
te beurt U namens de gemeente toe
te spreken in verband met Uw zil
veren jubileum als wethouder. Fei
telijk behoorde hier de burgemees
ter te staan, of bij ontstentenis van
die, de loco-burgemeester, maar
thans restte er niets anders dan dat
ik een vergadering bijeen riep.
Ik heb er over gedacht om een
rede op papier te zetten en in vloei
ende en welluidende taal een lof
lied te zingen over al wat gij hebt
gedaan, maar ik wil in eenvoudige,
recht uit het hart gegrepen taal,
spontaan U toespreken.
Op de eerste plaats, hooggeachte
jubilaris, wens ik U dan van harte
geluk met Uw jubileum en dank ik
U voor Uw onschatbare diensten
namens het gemeentebestuur.
Gij hebt U echter niet beperkt tot
de werkzaamheden die het besturen
van de gemeente met zich bracht,
maar op schier elk terrein van het
gemeenschapsleven zijt gij werk
zaam geweest".
En dan wijst de wethouder op zijn
werken voor de Arbeidersbeweging
en op het behartigen van de belan
gen van alle mogelijke verenigin
gen op cultureel, sociaal en gods
dienstig terrein.
En wethouder v. Heeswijk ver
volgde: „Ondanks het gemis van
voortgezet onderwijs, maar dank zij
Uw gezond verstand, Uw wilskracht
en Uw zelfstudie, hebt gij U weten
op te werken tot een goed bestuur
der. Uw ervaring en mensenkennis
maken het tot een eer met U samen
te werken.
Uw pad is echter niet steeds over
rozen gegaan; gij hebt zeer moeilij
ke omstandigheden moeten doorma
ken. In de laatste phase van de be
zetting en vlak na de bevrijding
hebt gij vaak in een dwangpositie
verkeerd, waarin U van twee slech
ten het minst slechte moest kiezen.
Gij hebt ook critiek ondervonden,
maar later, toen die critiek werd ge
toetst en critisch werd beschouwd,
bleek uiteindelijk dat de wind uit
een andere hoek waaide en de er
kenning van Uw juiste houding
culmineerde in Uw benoeming tot
Ridder in de Orde van Oranje Nas
sau", tot zover de wethouder en de
aanwezigen betoonden door hun ap
plaus hun instemming met deze
woorden.
Verder sprekend zei wethouder v
Heeswijk: „De burgemeester is de
centrale figuur in het gemeentelijk
beleid, maar het werk van een wet
houder die zich mengt in de beraad
slagingen over de voorstudie van de
besluiten, die zijn eigen ervaring en
principes kenbaar maakt, die belast
is met het toezicht op de uitvoering
van die besluiten, dit werk van zo'n
wethouder is een conditio sine qua
non voor een goed bestuursbeleid,
en zo'n wethouder, hooggeachte ju
bilaris, zijt gij.
Het is een geluk voor Waalwijk
dat het de beschikking heeft over
een loco-burgemeester als wethou
der Smolders".
Dan gaf de spreker een kort re
sumé van de werken die mede on
der het bewind van de jubilerende
wethouder waren tot stand geko
men: zoals het raadhuis, scholen, de
restauratie van de Ned. Herv. Kerk,
vele pleinen, straten, plantsoenen
en 't' park; een bijzondere taak had
de wethouder bij de vernieuwing
van het gasbedrijf en later bij de
omschakeling van dit bedrijf in een
distributiebedrijf. De spreker sprak
ook over de plannen die nog op sta
pel stonden: zoals het zwembad, het
havenplan, industrieterreinen, in
dustriebouw, woningbouw, zuive
ring van rioolwater en nog zoveel
andere dingen.
Namens het college, de raad, het
gemeentepersoneel met inbegrip van
de politie, bood hij de jubilaris een
cadeau aan in de vorm van een
Parker-vulpen en vulpotlood, „uit
erkentelijkheid en vriendschap". En
hij sprak de wens uit: „Moge het U
gegeven zijn dit kleine bescheiden
geschenk nog menig jaar te gebrui
ken voor het welzijn van ons ge
liefd Waalwijk". Zich richtend tot
Mevrouw Smolders wenste hij ook
haar van harte geluk met dit mooie
jubileum. „De morele steun die U
reeds gegeven hebt, heeft er toe bij
gedragen dat mijnheer Smolders nu
dit. jubileum kan vieren. Uw offer
bereidheid geeft U het recht Uw
aandeel op te eisen bij deze huldi
gingsbetuigingen".
De heer Meys:
GIJ BESCHOUWT UW TAAK
ALS EEN PLICHT, NIET ALS
EEN EER.
De heer Meys, die het woord
voerde namens de gemeenteraad,
citeerde de woorden die burgemees
ter Moonen had gesproken bij de
benoeming van wethouder Smol
ders, en hij vervolgde: „De waar
borg was er en de daad hebt U ge
steld. U hebt aan alle verwachtin
gen voldaan; de raad kan hiervan
getuigen. Wij raadsleden waarderen
U, en dit blijkt uit de goede ver
standhouding die er steeds tussen
U en ons heeft bestaan en uit het
feit dat U telkens met algemene
stemmen werd herkozen. Door Uw
onvermoeid en belangeloos arbeiden
voor het welzijn van de gemeente,
werd gij waardig gekeurd tot het
dragen van het Ridderkruis.
Gij zijt een beminnelijk wethou
der, die Uw taak beschouwt als een
plicht en niet als een eer. Och, deze
woorden zijn eigenlijk allemaal
overbodig, het feit van dit jubileum
spreekt voor zich zelf.
Het is een bijzonder feit dat U nu
de functie van burgemeester ver
vult; het duurt zo lang voor er een
nieuwe wordt benoemd, zodat het
schijnt dat het niet nodig is dat men
haast maakt".
Met een gelukwens voor echtge
note en familieleden en de hoop op
een lange, goede samenwerking, be
sloot de heer Meys.
en meer dan ik verdiende; ook alles
wat er gezegd is, is te veel".
En hij herinnerde aan wat hij
sprak toen hij gehuldigd werd bij
zijn 12%-jarig jubileum als wethou
der: „Bij het aanvaarden van deze
functie wist ik welke verantwoor
delijkheid hieraan verbonden was;
ik deed niet meer dan mijn plicht".
Niettemin ben ik diep getroffen
door de spontane huldiging en de
waarderende woorden en bijzonder
door het prachtige en practische ge
schenk".
Naar aanleiding van het gespro
kene door de heer Meys, zei hij:
„Bijzonder waardeer ik de keurige
eenheid van opvatting; in het ver
leden is bewezen wat hiermee kan
worden bereikt, en het is een be
lofte voor de toekomst".
Tot de secretaris zei hij: „Bijna
mijn gehele loopbaan heb ik met U
samengewerkt. Mijn dank voor de
ïSiïliiiW-1
gis.-
vriendschap en voor de adviezen. Ik
stel het zeer op prijs dat gij ook
mijn vrouw in de hulde hebt willen
betrekken".
En wethouder Smolders besloot:
„De manier waarop gij mij hebt wil
len huldigen, heeft mij diep getrof
fen. Nogmaals mijn hartelijke
dank".
DRUKKE RECEPTIE.
Het is niet doenlijk op te sommen
wie er ter receptie kwamen, welke
verenigingen er vertegenwoordigd
werden; laten wij volstaan met te
vermelden dat zeer velen van de
gelegenheid tot gelukwensen, die na
de vergadering geboden werd, ge
bruik hebben gemaakt, en dat er
vele vertegenwoordigers waren uit
het rijk geschakeerde Waaiwijkse
verenigingsleven
Tenslotte trad ook nog de brand
weer aan, wier gelukwensen ver
tolkt werden door de commandant
de heer Kobben, die wethouder
Smolders van harte feliciteerde en
opmerkte dat men in hem een pret
tige chef had, die de brandweer een
warm hart toedroeg. Hij liet zijn
woorden vergezeld gaan van bloe
men.
Zo heeft de Waaiwijkse gemeen
schap op bescheiden maar niettemin
spontane wijze een van haar meest
verdienstelijke leden geëerd en ge
huldigd. En bij al de woorden van
waardering voor het onschatbare en
nooit genoeg te waarderen werk,
door de jubilerende wethouder ver
richt, en bij al de woorden van ge
lukwens bij dit zeldzame jubileum,
voegen wij nogmaals gaarne de
onze.
1
De heer v. Mierlo:
HET ALGEMEEN BELANG,
UW GROOTSTE ZORG.
Namens het gehele personeel der
gemeente bood de secretaris hierop
de jubilerende wethouder zijn ge
lukwensen aan.
De heer v. Mierlo wees op de
spreuk boven de ingang van de
raadszaal: Salus publica suprema lex
esto: het algemeen welzijn zij de
hoogste wet; welke spreuk diende
om de raadsleden te wijzen op hun
verantwoordelij kheid.
„Toen U tot wethouder werd be
noemd", zei de secretaris, „stonden
die woorden daar nog niet; gij be-
hoefdet echter niet aan die stelregel
herinnerd te worden. Gij toch droeg
die reeds in U en hebt hem steeds
van toepassing weten te brengen.
In de tijd, dat ik de eer en tevens
het genoegen had met U te mogen
samenwerken, heb ik kunnen con
stateren dat het behartigen van het
algemene belang ook als dit, zoals
in de jaren der bezetting soms het
geval was, gepaard ging met gevaar
voor het kostbaarste wat men bezit,
n.l. het leven steeds Uw grootste
zorg was. Angst of eigenbelang was
U vreemd.
Spreker wilde niet weer uitwei
den over alles wat de wethouder tot
stand had gebracht, dat was vol
doende bekend, de Koninklijke on
derscheiding was hiervan wel het
beste bewijs.
„Ook als mens, vervolgde de se
cretaris, hebt gij ons aller sympa
thie en hoogachting, want wij allen
hebben U leren kennen als een een
voudig, onbaatzuchtig, consciëntieus
wethouder, als iemand van onkreuk
bare eerlijkheid en rechtgeaardheid,
als een humane persoonlijkheid.
Door Uw goed doordachte en over
tuigingsvolle, eerlijke en oprechte
arbeid, hebt gij aller respect weten
af te dwingen. Door Uw tact en Uw
werklust weet gij onze activiteit te
prikkelen en op te voeren en onze
arbeid dienstbaar te maken voor 't
welzijn van de gemeente. Daarvoor
en voor Uw diepgevoeld meeleven
in onze persoonlijke aangelegenhe
den, Mijnheer de Wethouder, onze
beste dank".
Ook mevrouw Smolders bracht hij
dank; „Gij hebt Uw man niet afge
remd", zei hij, „in de taak die hij
zich had gesteld. Gij zijt hem in zijn
werk een steun geweest en de ge
meenschap, weest daarvan over
tuigd, is U daarvoor dankbaar". En
hij liet deze woorden vergezeld gaan
van een fraai boeket bloemen.
WETHOUDER SMOLDERS:
NIET MEER DAN MIJN
PLICHT.
In zijn antwoord zei de jubilaris
onder meer: „Als U een speciale
raadsvergadering hebt willen be
leggen, dan is dat een te grote eer
Volgende week Woensdag begint uitgesteld wegens de begra
fenis van de Engelse koning in Lissabon de conferentie van
de landen van het Atlantisch Pact. Voorbereidende besprekin
gen zijn er al gehouden door de gezamenlijke stafchefs en de
ministers van buitenlandse zaken, die dit weekend in Londen
ziin voor de begrafenis van koning George, maken van de gele
genheid gebruik om ook vooroverleg te plegen. Aan de conferen
tie in Lissabon wordt nu al groot belang gehecht.
Waarmee zal Europa daar komen
aandragen? In ieder geval nog niet
met een Europees leger, een overi
gens wel weidse naam voor een pro
ject dat voorlopig beperkt blijft tot
zes landen en zelfs die zijn het er
nog niet helemaal (of helemaal niet)
over eens. Wel komt b.v. de Neder
landse minister van buitenlandse
zaken in Lissabon met als rugge
steun de principiële instemming
van het parlement met de plannen
voor een Europese defensiegemeen
schap.
Dit en het debat daarover dat
vorige week is gehouden, zouden
de indruk kunnen wekken dat het
in deze regionen allemaal koek en
ei is en alles Europa wat de
klok slaat. Zo rooskleurig ziet
het er evenwel niet uit. „De
Tijd" merkte dezer dagen b.v.
op dat het oorspronkelijke plan
Pléven uitging van een permanente
beperking van de nationale souve-
reiniteit voor alle landen in gelijke
mate. Het blad vervolgt dan „Het
is o.m. aan de houding van de Be-
nelux-landen, die niet tot een zo
grote stap bereid waren, te danken
geweest, dat men het oorspronke
lijke plan Pléven heeft moeten la
ten rusten. In de plaats daarvan is
een project gekomen, dat uiteinde
lijk wel hetzelfde beoogt, maar dat
een vrij lange ontwikkelingsperiode
veronderstelt, waarin bij gebrek aan
een supra-nationaal, federatief ge
zagsorgaan, de nationale zeggen
schap voorlopig nog tot op grote
hoogte gehandhaafd zal blijven."
„De Tijd" constateert dan dat de
ze oplossing juist de moeilijkheden
waarvoor men op het ogenblik zit,
hebben geschapen. Duitsland name
lijk, dat oorspronkelijk bereid was
in gelijke mate als de overige Eu
ropese landen afstand te doen van
zijn souvereiniteit, eist nu in ge
lijke mate behoud, in dit geval her
stel van souvereiniteit op.
Hoewel de houding van de Be-
nelux-landen niet voortspruit uit
gebrek aan Europese gezindheid,
maar uit vrees voor Duitse hege
monie, heeft ze toch een averechtse
uitwerking. Ze geeft immers de
Duitsers een wapen in handen,
waarmee die maar al te graag ma
noeuvreren. Frankrijk van zijn kant
werkt de tegenovergestelde kant
uit. Het is juist zeer beducht voor
een nationaal Duits leger en de oor
spronkelijke opzet van het plan-
Pléven was dan ook daartegen ge
richt, maar die opzet is wel zeer
verwaterd. In het begin van deze
week is de Nationale Vergadering
begonnen met het debat over het
Europese leger. Hierin kwam duide
lijk tot uiting de stemming die er
te dien aanzien heerst. Er waren
praktisch geen sterke voorstanders,
wel tegenstanders. Degenen die zon
der meer tegen een Europees leger
zijn gekant, zijn de Gaullisten en
de communisten. Maar ook onder
de andere partijen is er oppositie
de vrees voor het nationale karak
ter van een Duits leger. Is het won
der dat de radicale afgevaardigde
Heuillard, die twee jaar in een Duits
concentratiekamp heeft gezeten, al
gemene instemming vond van ui
terst links tot uiterst rechts, toen hij
vanuit zijn standpunt waarschuwde
tegen de herbewapening van Duits
land. De Duitsers vergeten maar al
te graag en ze achten zelfs de tijd
al rijp om de vrijlating te eisen van
oorlogsmisdadigers die in het bui
tenland veroordeeld zijn er zijn
echter millioenen mensen die niet
zo gauw kunnen vergeten, omdat ze
weten wat er na een Duits leger is
gekomen en omdat ze meer dan lou
ter een herinnering meedragen. Nie
mand zal een herinnering voor toe
komstbeeld willen laten doorgaan,
maar speciaal de Fransen hebben in
de afgelopen oorlog niet de eerste
keer kennis gemaakt met de Duit
sers.
Nu is het zo dat men met onder
ling wantrouwen onmogelijk een
hechte gemeenschap kan vormen.
Toch bestaat dit wantrouwen nog
op vele plaatsen en in velerlei vorm
in het Europa dat één moest zijn.
Het zal nog wel enige tijd duren eer
Duitsland volkomen vertrouwen ge
niet in Westeuropa en het zal daar
toe sterkere bewijzen moeten leve
ren dan 't tot nog toe gedaan heeft.
Geroep om vrijlating van oorlogs
misdadigers versterkt niet de over
tuiging dat er 'n streep is gehaald
door 't verleden, evenmin ais 't uit
de sloot halen van een oude koe als
de Saarkwestie op een zeer ongele
gen moment een aanwijzing is dat
de algemene belangen boven alles
worden gesteld. Er is een zekere
hiërarchie van waarden en Westeu-
ropa stelt het weinig op prijs als
het nu al weer „Deutschland über
alles" lijkt te zijn. Het „Alle Men-
schen werden Brüder" uit Schiller's
Ode an die Freude klinkt in ieder
geval aangenamer in onze oren. Het
zou misschien goed zijn als de poli
tiek in deze iets overnam van de
Olympische Spelen.
Een ander land dat nog altijd met
wantrouwende blikken wordt beke
ken, is Spanje. Dat ligt overigens
meer aan Franco en zijn regiem dan
aan Spanje zelf. Men heeft het uit
gemaakt voor „fascistisch" naar het
voorbeeld van de bolsjewistische
anti-fascisten. De laatste jaren is de
hetze die tegen Franco werd ge
voerd, wat geluwd, maar nog on
langs voelde president Truman zich
verplicht uiting te geven aan zijn
afkeer van het regime Franco, ge
baseerd op de ontoelaatbare wijze
waarop de Spaanse regering haar
beloften ten aanzien van de gods-