Waalwijkse en Langstraaise Courant
I Wijde Wereld
vj
waa.h.dig,(Le.Cd
itafi dit JCaning4Scdap.
Het Zuiden, en de JC. V P
IS 'T
NODIG 7
UIT DE
Zuid-Afrika en Wij.
Jan van Riebeeck, stichter van Zuid-Afrika
n.
MAANDAG 18 FEBRUARI 1952
Uitgever
Waalwijkse Stoomdrukkerij
ANTOON TIELEN
Hoofdredacteur
JAN TIELEN
Dit blad
verschijnt 2 x per week
OPGERICHT 1878
ECHO HET ZUIDEN
75e JAARGANG No. 15
Abonnement
18 cent per week
2.35 per kwartaal
2.60 franco p. p.
Advertentie-prijs
10 cent per m.M.
Contract-advertenties
speciaal tarief.
Bureaux GROTESTRAAT 205, WAALWIJK TEL. 2621 SCHOOLSTRAAT 11, KAATSHEUVEL. TEL. 2121 TEL.-ADRES „ECHO"
Onder deze titel troffen wij in Het Brabants Nieuws-
blad een zeer lezenswaardig artikel aan, dat zeer goed
aansluit bij hetgeen wij naar aanleiding van de laatste
K.V.P. vergadering in Waalwijk schreven en dat wij
daarom onze lezers niet willen onthouden.
Het Britse wereldrijk rouwt om
de dood van zijn koning. Het heeft
zijn stoffelijk overschot uitgeleide
gedaan naar zijn laatste rustplaats,
met de sombere pracht die bij de
uitvaart van een vorst past. Konin
gen en Koninginnen, prinsen en
prinsessen, ministers en ambassa
deurs volgden de baar en bewezen
eer aan hem, die, de hoogste waar
digheid bekledend,, slechts had ge
leefd voor zijn land en zijn volk.
Maar nauwelijks was er rouw ge
komen over de natie door de droe
ve mededeling „The King is dead"
of het „Long live the Queen" weer
klonk, als bewijs niet alleen dat het
leven voortgaat, maar vooral als
symbool van de continuïteit van het
koningschap. Een volk treurt omdat
het in de persoon van de koning een
geliefd vorst heeft verloren, maar
het juicht de nieuwe koningin toe
omdat het koningschap behouden
bleef.
Er is aanleiding om even stil te
staan bij dit zinrijke symbool, dat
droefenis en vreugde zo dicht bij el
kaar brengt. Die aanleiding is er
vooral in deze tijd, nu het koning
schap zoveel van zijn waarde in ve
le landen schijnt te hebben inge
boet, nu men er niet voor terug
schrikt koningen te verjagen wan
neer zijn kwaliteit een bepaalde po
litiek in de weg staat. Het is nog
niet z0 lang geleden dat een presi
dent in Europa een uitzondering
was, vandaag aan de dag is de ver
houding haast omgekeerd. Het ko
ningschap is een traditie, die wortelt
in onze beschaving en eens het sym
bool was van de kracht van Europa.
Is er dan een parallel te trekken
tussen het teloor gaan van de eer
bied voor de koninklijke waardig
heid en de achteruitgang van Euro
pa, die onmiskenbaar valt waar te
nemen Of is het de onwrikbare
konsekwentie van oorzaak en ge
volg
Er is een tijd geweest dat een ko
ning of keizer de absolute heer
schappij voor zich meende te kun
nen opeisen, dat hij geen macht bo
ven zich erkende, noch een even
knie naast zich duldde. Zijn raad
gevers waren slechts dienaren en
marionetten, die vandaag in de
gunst konden staan, terwijl morgen
hun hoofd kon rollen en dat niet al
leen figuurlijk. Ze waren slechts
verantwoordelijk tegenover de vorst
en dat op een verschrikkelijke ma
nier. Bekend is bijvoorbeeld het
verhaal van de Romeinse wijsgeer
Seneca, leermeester van keizer Ne
ro, die op zekere dag, toen zijn
leermeester hem niet meer beviel,
beval dat Seneca zich de slagaderen
zou openen. Welk bevel de grote
wijsgeer volbracht. Maar dikwijls
bleef het niet bij één persoon die
slachtoffer werd van de gril van
een koning. Deze zelf meende te
genover niemand verantwoordelijk
te zijn en waar zijn gezag tekort
schoot, was de macht een dankbaar
hulpmiddel om zich te handhaven.
Het waandenkbeeld een goddelijke
macht te bezitten was evenwel geen
waarborg tegen sluipmoordenaars
en weerspannige generaals en heel
wat koningen zijn vroeger dan ook
niet aan een natuurlijk einde ge
komen.
Het christendom bracht een ste
viger grondslag voor het koning
schap. Het beschouwde de koning
als door God aangesteld en al was
het bewind van vele vorsten dan
niet altijd dienovereenkomstig, er
werd niettemin een humaan ele
ment ingebracht. Desalniettemin
bleven de vorsten eeuwenlang zon
der verantwoordelijkheid tegenover
het volk. Wat zij deden, hoefden zij
slechts met hun geweten overeen te
kunnen brengen en ook onder hen
is het ene geweten ruimer dan het
andere, zodat er naast heiligen ook
voorkwamen die niet zo bar veel
verschilden van bepaalde Romeinse
keizers.
De grote ommekeer bracht de
Franse revolutie, al was de veran
dering der ideeën uiteraard niet
precies van het jaar 1789. De volks-
souvereiniteit werd tot dogma ver
klaard en het koningschap verlaagd
tot een contract tussen volk en
vorst, dat het volk naar believen
kon opzeggen, zo het al een con
tract aanging. Vanaf deze tijd da
teert de grote verwarring. Konink
rijken ontstonden en vergingen, ko
ningen kwamen aan de macht en
werden afgezet. En met het voort
schrijden van de demokratie kromp
de macht van de koning. Zijn be
voegdheden werden vastgelegd in
een grondwet en allengs kromp het
koningschap ineen tot louter een
symbool.
Kromp ineen De tijden zijn ver
anderd, de verhoudingen zijn radi
caal gewijzigd. Verenigde vroeger
de koning gezag en macht in zijn
persoon, nu is hij het die de tegen
gestelde krachten bijeen houdt, juist
omdat hij boven de partijen staat.
Daarom is het koningschap niet
minder zinrijk dan vroeger. Het
heeft nog zin zolang zijn functie nog
betekenis heeft. Deze is niet minder
dan de vroegere, zij is slechts an
ders.
Is het toevallig dat juist de lan
den van Westeuropa met een rijke
traditie en een uitgesproken demo-
kratische instelling het koningschap
ook in deze woelige tijd handhaven?
Daar is Engeland, waar de koning
de enige formele band vormt tussen
dé delen van het gemenebestde
drie Noordelijke landen Zweden,
Noorwegen en Denemarken Bel
gië, waar helaas de koning de laat
ste jaren een voorwerp van discus
sie is geworden en ons land, waar
ook het koningschap het symbool is
van onze eenheid en onze kracht.
„The King is dead Long live the
Queen Het koningschap zal blij
ven voortleven „bij de gratie Gods",
zolang de ware demokratie de
waarde en de waardigheid van het
koningschap blijft erkennen zolang
de koning zich het hoofd weet van
zijn volk. Wanneer men dit voor
ogen houdt, zal niemand zich ver
wonderen over de aanhankelijkheid
aan een koningshuis. En als de per
soonlijkheid van de vorst nog in
overeenstemming is met het ideaal
dat men zich van een koning voor
stelt, dan is er behalve die symbo
lische band ook de persoonlijke ver
houding, die het volk doet delen
in de vreugde en in de droefheid
van zijn vorst.
DE VERKORTE WERKWEEK
BIJ PHILIPS.
Tijdens het vragenuurtje vorige
week in de Tweede Kamer heeft de
heer Vermeer (P. v. d. A.) de vraag
gesteld, of het waar is, dat de N.V.
Philips te Eindhoven binnenkort
voor ongeveer 3000 werknemers een
verkorte werkweek van circa 40 uur
zal invoeren en of deze maatregel
o.a. een gevolg zou zijn van het lan
ger uitblijven van opdrachten voor
de defensie dan aanvankelijk werd
verwacht.
Hierop heeft Staatssecretaris Kra
nenburg verklaard Het is niet juist
dat de maatregel een gevolg is van
het langer uitblijven van opdrach
ten voor de defensie. Er kunnen
geen verwachtingen zijn gewekt bij
de N.V. Het is nooit gebleken, dat
de civiele productie is ingekrompen
ten behoeve van de defensievoor
zieningen.
Defensie-orders, die bij het Phi
lips-concern uitstaan worden met
vertraging uitgevoerd.
Naar aanleiding van dit antwoord
verneemt het A.N.P. van de zijde
van de N.V. Philips, dat haar oor
spronkelijke mededeling betrekking
had op defensie-opdrachten in in
ternationaal. verband.
Met uitzondering van een appara
ten-type, waarvoor tengevolge van
stagnatie in de levering van onder
delen van een buitenlandse fabri
kant,. een verlenging van de over
eengekomen levertijd noodzakelijk
werd, is van vertraging in de uit
voering van defensie-orders bij Phi
lips niets bekend.
MOTIE-ROMME AANGENOMEN.
Bij de verdere behandeling van
de grondwetsherziening heeft de
Tweede Kamer de motie-Romme
aangenomen met 48 tegen 18 stem
men. Voor K.V.P., C.H., A.R., S.G.,
V.V.D. Tegen P. v. d. A. en C.P.N.
De heer Welter (K.N.P.) was bij de
stemming afwezig.
De motie luidde als volgt
„De Kamer, van oordeel, dat na
dere voorzieningen behoren te wor
den getroffen, om te kunnen tegen
gaan het tot uitdrukking brengen
door leden van vertegenwoordigen
de lichamen van een streven, ge
richt op verandering van de be
staande rechtsorde met behulp van
onwettige middelen,
nodigt de regering uit dit onder
werp in nadere overweging te ne
men en aan de Kamer mededeling
te doen".
NOG NEDERLANDERS IN
RUSSISCHE
KRIJGSGEVANGENSCHAP.
Volgens de voorlichtingsdienst
van de Verenigde Naties te Genève
heeft in de loop van de tweede zit
ting van de speciale commissie voor
krijgsgevangenen de Nederlandse
afgevaardigde meegedeeld, dat de
Nederlandse autoriteiten over in
lichtingen beschikken, waaruit
blijkt, dat enige tientallen personen
van Nederlandse afkomst zich nog
als krijgsgevangenen in de Sovjet-
Unie bevinden.
Tussen de regering van Neder
land en die van de Sovjet-Unie wa
ren besprekingen gaande over de
vrijlating van deze personen.
AMERIKA BEPERKT
KAAS-IMPORT.
Op vragen van de heer Vonde
ling (Arb.) heeft de minister van
economische zaken, Prof. v. d. Brink
-gisteren in de Tweede Kamer ge
antwoord, dat de Amerikaanse
maatregelen, inzake beperking van
de invoer van kaas de regering met
zorg vervult.
Deze maatregel, aldus de minis
ter, is in strijd met de overeen
komst. Bij de onderhandelingen
over deze overeenkomst was het
juist de Amerikaanse delegatie, die
er op aandrong om voor beperkin
gen als deze geen ruimte te laten.
Ook met België is een bespreking
gehouden over de liberalisatie van
de vis-invoer, hoewel daaromtrent
reeds een overeenkomst bestond.
Maar de Belgische vissers recla
meerden en prompt heeft onze re
gering in Anneville de Belgen weer
voor de helft toegegeven. Van over
eenkomst gesproken
BENELUX-NATUURRESERVAAT
GAAT VERLOREN.
Het ziet er naar uit, dat de plan
nen om in de nabijheid van Ossen-
drecht in West-Brabant een kazer
ne-complex met oefenterreinen
voor 3000 man in te richten, zullen
leiden tot een officieel protest van
de zijde der Belgische regering.
Hierom is althans gevraagd door de
Belgische vereniging van natuur- en
stedeschoon, die in een vergadering
te Antwerpen op felle wijze stelling
heeft genomen tegen de Nederland
se plannen, waardoor het prachtige
natuurreservaat „de Kalmthoutse
heide" ,(1700 H.A.) onmiddellijk zou
worden bedreigd.
De Belgen zijn vooral ontstemd,
ómdat er geen enkel overleg is ge
pleegd. Wij zijn voor een fait ac
compli gesteld, zo zeggen zij en Ne
derland heeft daarmee precies de
zelfde methode gevolgd als destijds
bij het nemen van het besluit tot
het afdammen van het Zwin, waar
door een ander Belgisch reservaat
waardeloos is geworden.
Dat vraagt ieder zich wel 'ns af,
vooral in onze dagen met zijn schok
kende gebeurtenissen.
Ook het bestuur van de Stichting
1940—'45 heeft zich afgevraagd, of
het wel noodzakelijk was weer 'ns
te hameren op de belangrijkheid,
ja, de noodzakelijkheid van een
ieders medewerking bij het streven
van de Stichting 1940-'45.
Is 't nodig weer eens te herhalen
dat de stichting 1940-'45 de zware
taak heeft de nagelaten betrekkin
gen van de slachtoffers van het ver
zet te verzorgen een taak waar
door Nederland gedeeltelijk zijn
ere-schuld tegenover de helden van
ons vaderland kon inlossen.
Is 't nodig te verhalen wat deze
Stichting vanaf haar oprichting tot
heden heeft gepresteerd.
Is 't nodig te vertellen van de
collecten, tentoonstellingen, film
en toneelvoorstellingen en vele an
dere vormen van opwekking er no
dig waren om de moeilijke weg
naar het doel af te leggen.
Is 't' nodig te vertellen van de
kleine teleurstellingen, de grote te
leurstellingen en van de grandioze
successen die de Stichting ten deel
vielen in haar streven om ons ge
hele volk te blijven herinneren aan
de offers die gebracht werden in de
bloedige dagen van onderdrukking.
Reeds enige weken geleden werd
in dit blad gewag gemaakt van de
grote attractieve tentoonstelling die
in Mei 1952 a.s. in het Casino zal
laten zien waartoe Nederlanders uit
alle rangen en standen in staat zijn.
Met de woorden Kunst, Techniek en
Ambacht wordt U binnen geleid in
een wereld uit de sprookjes van
1001 nacht.
Voor het slagen van deze tentoon
stelling is het nodig dat vele grote
en kleine kunstenaars, beroeps- en
Op 6 April 1952 zal deze gebeurtenis
van 300 jaar geleden, luisterrijk worden
herdacht. In de stad Kaapstad, die uit
de eerste nederzetting is gegroeid, zullen
grote feesten worden gehouden en zal
Jan van Riebeeck worden geëerd als de
grondlegger van de blanke volksplan-
Een onaangenaamheid van bij
komstige aard wordt nog gevormd
door het feit dat 80 van de door
de Nederlandse overheid te onteige
nen gronden Belgisch particulier
bezit zouden zijn. Te Antwerpen
leidt men hieruit af, dat op deze wij
ze men de oppositie van Nederland
se grondbezitters zou kunnen ont
gaan
Intussen zal er aan de plannen
wel niet veel meer veranderen.
Juist dezer dagen gaf de minister
van oorlog opdracht tot het bouwen
van het kazernecomplex bij Ossen-
drecht. Nog voor 1 Augustus moet
het bouwwerk gereed zijn.
En trouwens, 't kan wel jammer
-zijn, maar de Ned. regering zal toch
moeten beoordelen wat voor haar
defensie nodig is.
TRUMAN
VASTBERADEN VERZET.
President Truman heeft het con
gres medegedeeld, dat West-Europa
moreel en defensief door de Ameri
kaanse militaire en economische
hulp dermate verbeterd is, dat aan
een invasie vastberaden verzet ge
boden zal worden. In 1952, zo ver
klaarde hij, zal de wapenproductie
van de Noord-Atlantische pactlan-
den het viervoudige van 1949 be
dragen. In toenemende mate wordt
modern Amerikaans materiaal naar
het buitenland verzonden. Evenmin
als in Amerika bestaat er thans in
Europa een oorlogszuchtige geest of
'n wens om oorlog te voeren. Even
als het Amerikaanse volk zijn de
Europese volken vredelievend en in
Europa zou een buitengewoon ver
bitterde oppositie bestaan tegen een
politiek, welke tot een nutteloze
oorlog zou kunnen leiden. Welke
agressie dan ook zou „vastberaden
verzet" ontmoeten.
Ten aanzien van West-Duitsland
zei Truman
„De gevaarlijke geografische po
sitie van West-Duitsland, de blij
vende angst voor een herleving van
het Duitse militairisme bij vele Eu
ropeanen en de politieke en econo
mische ontwrichting in het „Duits
land van na de tweede wereldoor
log" hebben de taak om dit land
te helpen een volslagen lid van de
gemeenschap der vrije naties te
worden zeer bemoeilijkt".
amateurs hun uitingen van kunste
naarschap zulle inzenden.
Die medewerking is onontbeerlijk
en de Stichting rekent vast op iede
re kunstenaar van jong tot oud die
zijn edelste werkstuk op deze ten
toonstelling zal exposeren.
Aan u allen is de daad om te to
nen dat het schone werk van de
Stichting 1940-'45 niet is vergeten.
Hieronder volgt een opsomming
van de hoofd-groepen waarin de
tentoonstelling is verdeeld en de
aan die groepen gestelde voorwaar
den voor deelneming. Naast de
prachtige prijzen die beschikbaar
zijn gesteld voor de beste inzendin
gen, toont u daadwerkelijk begrip
te hebben voor het werken van de
Stichting 1940-'45.
Schilderen: Schilderstukken. Olie
verf en waterverf. Aquarellen
en zwart wit tekeningen. Maxi
mum buitenmaat 80 X 100 cm.
Houtbewerking: Houtsnijwerken,
beelden en andere voorwerpen.
Metalen: Kunst-producten in iedere
legering.
Diversen: Materiaal: Klei, gips en
plastiek.
Suiker en chocolade. Voorwer
pen in deze stof vervaardigd,
bijv. beelden, vazen en mozaiek.
Glasproducten.
Alle mogelijke kunst-produc
ten, waarvan ons het bestaan
niet bekend is en waarvan de
expositie een attractie zou be
tekenen.
U wordt dringend verzocht vóór
23 Febrauri 1952 a.s. Uw opgave
onder volledige omschrijving van
het kunstproduct in te zenden aan
het secretariaat der Stichting 1940-
'46, Brugstraat no. 3 te 's-Hertogen-
bosch.
't Is nodig.
ting, die is uitgegroeid tot een moderne
staat de huidige Unie van Zuid-
Afrika.
Ook in Nederland zal dit feit worden
herdacht. Het middelpunt van de feest
viering ligt in het stadje Culemborg,
waar Jan van Rlebeëck in April 1618
Wie probeert het stemmental, dat
de Kath. Volks Partij straks in Bra
bant zal verwerven, te meten naar
de belangstelling waarvan het gros
der kiezers blijk geeft, moet zijn
hart wel vasthouden.
Een goede maatstaf voor de poli
tieke interesse is nog altijd het ver
gadering-bezoek, en dat is bedroe
vend slecht. Het doet bijna komisch
aan, te zien hoe belangrijke afde
lingsvergaderingen zoals die voor
het stellen van candidaten, ook in
onze grootste gemeenten, door niet
meer dan een handvol mensen be
zocht worden.
Ook voorzichtige opinie-peilingen
stemmen niet bepaald bemoedigend.
Want de vergaderingen mogen dan
nog nimmer zó slecht bezocht zijn
geweest, het zou onjuist zijn daar
uit een dienovereenkomstig grote
onverschilligheid voor de landspoli-
tiek af te leiden. Integendeel schijnt
het ons toe, dat de opinies over het
doen en laten van de K.V.P. in de
afgelopen jaren zich onder de kie
zersmassa duidelijker aftekenen dan
ooit men moet alleen niet de ver
gaderingsgebouwen opzoeken om
dit waar te nemen.
Het zou niet verstandig zijn aan
deze tekenen, die enerzijds op ge
mis aan belangstelling, anderzijds
op een critische gezindheid wijzen,
geen enkele waarde toe te kennen.
De K.V.P. de oorzaken nu bui
ten beschouwing latend heeft de
stroom tegen en zij zal in de verkie
zingscampagne hard moeten vech
ten om haar zetelaantal althans te
handhaven.
Dat geldt óók Brabant, waar eer
der genoemde factoren wellicht ster
ker dan waar elders ook in Neder
land werkzaam zijn en zich onder
meer manifesteren in sterke terug
gang van het ledental.
Wil dit laatste nu zeggen, dat er
voor de K.V.P. juist in onze provin
cie periculum in mora is Het wordt
wel eens beweerd, het is ons zelfs
al eens verweten.
Die vrees bestrijden we, maar bo
vendien hebben we er nogal be
zwaar tegen, dat de trouw van Bra
bant aan de K.V.P. in twijfel wordt
getrokken door mensen, die gebie
den vertegenwoordigen waar het in
dit opzicht heel wat erger gesteld is.
Wij willen dit graag met enkele
cijfers toelichten. 1
Raadplegen we de cijfers der ver
kiezingen vdn 1948, San blijkt aller-
is geboren. Van Riebeeck's vader was
zoals vele Nederlanders 'toen en nu, een
zeeman. Zijn moeder verloor hij al vroeg
en hij werd opgevoed door zijn groot
vader, wiens woonhuis in Culemborg
nog is aan te wijzen. Vrij vroeg moest
Jan van Riebeeck al op eigen benen
staan. Hij ontving een z.g. chirurgijns
opleiding, waardoor hij een aanstelling
ais scheepsdokter kreeg bij de Oost-In
dische Compagnie.
In Oost-Indië aangekomen, viel hij
echter spoedig op als een ijverig man,
die meer voor de handel geschikt was.
Hij werd naar een van de buitenposten
van de compagnie gezonden en vertoef
de daardoor enige jaren in Tonkin, als
mede op het eiland Desima. Hier heeft
hij goede jaren doorgebracht en zich
doen kennen als een goed koopman, die
op handige wijze de belangen van de
compagnie wist te bevorderen. Hij ge
noot het vertrouwen van zijn superieu
ren; maakte voor zijn jaren snel promo
tie.
Als gevolg van bijzondere omstandig
heden werd hij echter naar Batavia te
ruggeroepen en op vermoeden wat wij
zouden noemen „zwarte" handel, uit de
compagniedienst ontslagen. Op zichzelf
werd dit ontslag niet oneervol geacht,
zodat hij in het vaderland teruggekeerd,
al spoedig in dienst kon treden bij een
Groenlandse maatschappij, die de wal
visvaart uitoefende. Op zijn reis naar
patria had van Riebeeck enige tijd aan
de Kaap vertoefd en was hij in de ge
legenheid geweest de Tafelbaai terdege
op te nemen. Van een nederzetting was
in die dagen nog geen sprake. Wel wa
ren er reeds Engelsen geweest die er de
Union Jack hadden geplant, doch deze
daad werd door de Engelse koning niet
erkend. Zowel Engelse als Hollandse
schepen deden echter vrijwel regelmatig
de Kaap aan, lieten er brieven achter
op afgesproken plaatsen, bijv. in rots
spleten. De Portugezen meden de Kaap.
Ze hadden er vroeger onaangename
ervaringen opgedaan.
In 1647 deed een schip van de Com
pagnie, de „Haerlem", de Kaap aan,
doch strandde er. De bemanning wist
zich in veiligheid te stellen en een groot
deel van de lading te bergen. Het schip
was echter verloren en zo moesten ze
zich geruime tijd in de Kaapvallei ophou
den. Met de retourvloot van Geleynsen
in het vaderland teruggekeerd stelde de
onderkoopman Leendert Jansz. en Proot
een verslag op en leverden dit in bij He
ren XVII.
Aangezien de politieke toestand ge
spannen was en er oorlog tussen de Ver
enigde Nederlanden en Engeland dreigde,
werd het vestigen van een sterkte aan
eerst, dat Katholiek Nederland aan
de stembus beduidend zwakker
staat dan als bevolkingsgroep.
Dat zit 'm in de grotere kinder
rijkdom der katholieke gezinnen. De
jeugd van Nederland t.rri. 20 jaar is
weliswaar voor niet minder dan
43% katholiek, maar het percentage
kaholieken op de totale bevolking
is slechts 38.5 En waar de jeugd
tot 23 jaar van stemmen is uitge
sloten, heeft dit tot gevolg, dat juist
de „kracht" van 't katholieke volks
deel aan de stembus niet tot zijn
recht kan komen. Het aantal katho
lieken b ov e n de 20 jaar maakt op
het totale aantal Nederlanders bo
ven die leeftijd nog slechts 35% uit,
en met het stemgerechtigde deel
(23 jaar) is dit cijfer opnieuw met
enige percenten gedaald.
Dit .ter verklaring van het be
trekkelijk gering aantal zetels, dat
de K.V.P., afgezien van de vraag
hoe de katholieken in 1948 stemden,
in de Kamer wist te veroveren.
Nu echter de vraag, waar het ons
eigenlijk om te doen is. Hoe werd
er door de katholieken «in Nederland
in dat jaar gestemd
Na zorgvuldige berekeningen
bleek ons, dat van het totale aantal
stemgerechtigde katholieken in Bra
bant ongeveer 4.9% niet op de
K.V.P. stemde. In een stad als Am
sterdam was dit percentage echter
16, in Rotterdam 22.1 en in Den
Haag niet minder dan 25.
DEZE cijfers kunnen voor de
K-V.P., wat Brabant betreft, ter
geruststelling dienen. Het katho
lieke Zuiden, en met name Brabant,
is voor de eigen staatkundige or
ganisatie een hechte burcht.
Dit feit moge de K.V.P.-leiding
aanleiding geven voor de verlan
gens van deze gewesten een open
oor te hebben, en o.m. de trouw
van de Zuidelijke kiezers niet op de
proef te stellen door hun candidaten
ter verkiezing aan te bieden, wier
namen en kwaliteiten volk en kie
zer niets zeggen.
Zeker gaat het hier om een'kwes
tie van groot belang. En het Zuiden
heeft ook wel enig recht van spre
ken. De K.V.P. mag niet vergeten,
dat van haar totaal stemmental in
1948 niet minder dan 53% afkom
stig was uit Brabant, Limburg, be
nevens het land van Maas en Waal,
Nijmegen inbegrepen.
de Kaap daardoor van actueel belang
j geacht. Allereerst werd Proot aangewe
zen, doch deze wees de opdracht van
de hand. Van Riebeeck, die immers met
Geleynsen thuisgevoren was, greep deze
gelegenheid graag aan om zich opnieuw
voor de compagnie s dienst te melden en
uiteindelijk werd hem het commando van
de expeditie opgedragen. Inmiddels was
van Riebeeck getrouwd en had zich in
Amsterdam gevestigd. Zijn vrouw was
Maria de la Queillerie, in 1629 in Rot
terdam geboren. Zij kwam uit een oud
Hugenoten geslacht, dat zich in Neder
land had gevestigd, werd in Leiden op
gevoed en maakte in Schiedam kennis
met de jonkman van Riebeeck. Hun
woonhuis in Amsterdam bestaat niet
meer. Het was gelegen aan de Egelan
tiersgracht met een gevelsteen (daer de
Samaritaen in staat), die ook verloren
is gegaan. Het vertrek van de drie sche
pen; „Drommedaris", de „Reijger" en
„Hope", had plaats op Donderdag 14
December 1651, des namiddags 2 uur,
onder „ongestadigh buiigh regenachtigh
weder en de wint westelijk sijnde
Op Kerstavond vertrok de vloot van
de rede van Texel. De Hollandse kust
verdween spoedig in de duisternis. Van
Riebeeck en Maria zouden hem niet te
rugzien. De vloot kwam zonder veel
moeilijkheden op 6 April 1652 in de Ta
felbaai aan. Van de wederwaardighe
den van deze expeditie zijn wij nauw
keurig op de hoogte door het dagregis
ter, dat eerst aan boord van de „Drom
medaris" en later aan land werd bijge
houden. Wij kunnen daardoor als bet
ware van dag tot dag de belevenissen
van de kolonie nagaan en er uit zien hoe
van Riebeeck, onmiddellijk na aankomst,
orde op zaken stelde, de grondslagen
legde voor een aarden fort dat de neder
zetting moest beschermen, niet alleen te
gen mogelijke wilde stammen, maar ook
en vooral tegen een mogelijke aanval
vanuit zee, want, enkele weken na de
aankomst van van Riebeeck brak de
reeds lang verwachte oorlog met Enge
land uit en de Portugezen waren altijd
te vrezen. Van Riebeeck en de zijnen
hebben echter hiervan nooit iets be
merkt. Pas eeuwen later kon Engeland
de Kaap in zijn bezit nemen. Niet ver
van het oude fort is later het z.g. „Kas
teel" gebouwd met gemetselde wallen in
de vorm van een vijfhoek, dat nog steeds
bestaat en het begin is geweest van de
stad Kaapstad.
Ten tijde van van Riebeeck was de
omgeving^ van de tegenwoordige Kaap
stad een vrij verlaten streek. Wel ver
toonden zich enige rondzwervende zwar
ten die Hottentotten genoemd werden.
Deze Hottentotten bezaten vee en van
Jan van Riebeeck was een commandeur van de Verenigde Geoc
trooieerde Oost-Indische Compagnie, Als zodanig ontving hij in No
vember 1651 opdracht van de bewindvoerders van de compagnie, be
kend als „Heren XVII", om zich gereed te maken voor vertrek naar
Cabo de Boa Esperanöe, zoals destijds onze vaderen de Kaap de
Goejde Hoop noemden, vooirj het aanleggen van een versterkings- en
verversingspost. Jan van Riebeeck voerde de opdracht uit. Hij kwam
6 April 1652 aan die Kaap, de plaats van zijn bestemming aan.