MENKES
Waalwijkse en Langsiraaise Courant
EEN WASSEN NEUS
PUROL
KIS8&
Binnen en buiten onze grenzen
Binnenland
Hlllv
I
De EDELE
huidgenezer
geneest en veredelt de huid
Luitenant-Generaal VAN OIJEN
Het Roode Kruis heeft het
platteland nodig
PEPERMUNT
Bereid uit
het edele
natuurproduct.
DAGEN VAN UITBUNDIGE
VREUGDE IN LIMBURG.
MANUEL v. LOGGEM SCHREEF
VRIJDAG 16 MEI 1953.
Uitgever
Waalwijkse Stoomdrukkerij
ANTOON TIELEN
Hoofdredacteur
JAN TIELEN
Dit blad
verschijnt 2 x per week
DE ECHO HET ZUIDEN
75e JAARGANG No. 40
Abonnement
2.60 franco p. p.
18 cent per week
speciaal tarief.
2.35 per kwartaal
Advertentie-prijs
10 cent per m.M.
Contract-advertenties
speciaal tarief.
Bureaux GROTESTRAAT 205, WAALWIJK TEL. 2621
OPGERICHT 1878
SCHOOLSTRAAT 11, KAATSHEUVEL. TEL. 2121
TEL.-ADRES „ECHO"
Toen indertijd een staatscommis
sie tot herziening van de grondwet
werd ingesteld, kon men besluiten
dat het hier over een belangrijke
aangelegenheid ging. Men vormt
immers geen aparte commissie om
iets te herzien als het over een
wissewasje gaat. De commissie vat
te haar taak blijkbaar breed op,
want het uiteindelijke resultaat van
haar werkzaamheden zou waar
schijnlijk nog wel enige tijd op zich
hebben laten wachten. Het is be
grijpelijk dat zij, nu het werk haar
eenmaal was opgedragen, streefde
naar een volledige aanpassing van
de grondwet aan de ontwikkeling
die het nationale en het internatio
nale recht de laatste honderd jaar
hebben doorgemaakt. Van die eeuw
zijn het de na-oorlogse jaren die
misschien wel 't meest gepresseerd
hebben tot een herziening van het
fundament van onze wetgeving.
Helaas heeft de degelijkheid der
staatscommissie een ernstige scha
duwzijde gekregen. Zij is niet tijdig
met haar groots opgezette taak klaar
gekomen. Niet tijdig, dat wil zeggen
niet voor de verkiezingen. Uit prac-
tische overwegingen werd toen be
sloten een aantal van de meest ur
gente onderwerpen voor de volks
vertegenwoordiging te brengen, zo
dat die nog voor de verkiezingen
behandeld zouden kunnen worden.
Daar grondwetsherziening met ka
mer-ontbinding gepaard gaat, wilde
men door een combinatie van de
periodieke verkiezingen met de
grondwetsherziening aparte kamer
ontbinding daarna voorkomen. Is
dit de oorzaak geweest dat de be
handeling der herziening allerminst
vlot is verlopen en dat de resulta
ten geenszins hebben beantwoord
aan de bedoelingen?
Minister Beel had zich bereid ver
klaard in plaats van wijlen minis
ter Van Maarseveen de herziening
door het parlement te loodsen. Het
is jammer voor hem dat het succes
niet evenredig was aan zijn bereid
willigheid. Al bij de behandeling in
de Tweede Kamer heeft de minis
ter op verschillende punten bakzeil
moeten halen. In de Eerste Kamer
was hem bepaald niet meer geluk
beschoren. Niet minder dan drie van
de zes overgebleven ontwerpen ver
wierpen de senatoren, zonder dat de
garantie er is dat de drie die aan
genomen zijn, ook de eindstreep
zullen halen: goedkeuring van de
verenigde vergadering der Staten-
Generaal na de verkiezingen. Men
kan zich met recht afvragen wat er
nu nog overblijft van heel die
grondwetsherziening.
Dat zijn dan voorlopig drie voor
stellen: de uitbreiding van de 2e
Kamer, het handhaven van de leef
tijdsgrens voor de Eerste Kamer op
30 jaar en de aanpassing aan de
nieuwe internationale verhoudingen.
Kijkt men even verder, overwegend
dat de uitbreiding van de Tweede
Kamer noch in die Kamer zelf, noch
in de Senaat een meerderheid van
twee-derden heeft gekregen en dat
er met het handhaven van de leef
tijdsgrens helemaal niets nieuws on
der de zon is, dan blijkt er een voor
stel over te blijven dat tenminste
een redelijke Trans maakt in de
grondwet te worden opgenomen: de
aanpassing aan de nieuwe interna
tionale verhoudingen, waarbij de
Tweede Kamer grotere invloed zou
krijgen op het buitenlands beleid.
Geen grondwetskamer dus, geen
verlaging van de minimumleeftijd
voor het lidmaatschap van de volks
vertegenwoordiging, geen uitbrei
ding van de Eerste Kamer, geen
nieuwe rechtsorde.
Het is dus alles bijeen geen won
der als men geneigd is over deze
grondwetsherziening als over een
wassen neus te praten ,of ze te
beschouwen als de berg die de muis
baarde. Ze wordt eigenlijk gered
door de regeling van de buitenland
se betrekkingen. Deze immers maakt
ook in de opzet een belangrijk
hoofdstuk van de hele herziening
uit als een noodzakelijke aanpassing
aan de gewijzigde verhoudingen in
de internationale politiek. Dat
neemt evenwel niet weg dat ze ook
het minst tot de verbeelding van 't
volk spreekt, omdat het daar als
zodanig buiten staat. Internationale
vraagstukken zijn gewoonlijk aan
gelegenheden die tussen regering
en volksvertegenwoordiging worden
uitgemaakt en waarvan het volk
met min of meer belangstelling
gewoonlijk het eerste kennis van
neemt.
In de uitbreiding van de Tweede
Kamer was bij amendement opge
nomen de mogelijkheid tot stem-
oyerdracht, zodat de Kamerleden
niet persoonlijk zouden hoeven te
stemmen, en de verlaging van het
quorum, het aantal leden dat aan
wezig moet zijn om besluiten te
kunnen nemen. Deze twee toevoe
gingen waren oorzaak dat de Eerste
Kamer nog al huiverig stond tegen
over het voorstel. En aangezien het
er voor haar slechts over gaat ofwel
het hele ontwerp te verwerpen of
aan te nemen, zullen die twee amen
dementen wel voor verschillende
leden een reden geweest zijn om
hun stem niet te geven. Men zag bij
de mogelijkheid tot stemo ver dracht
de persooonlijke verantwoordelijk
heid van de volksvertegenwoordiger
in het gedrang komen en bij de ver
laging van het quorum speelde de
vrees voor een nog groter absen
teïsme een rol. Voor beide overwe
gingen valt iets te zeggen. Dat er
daarnaast ernstige argumenten ble
ven voor uitbreiding van het aan
tal leden, heeft het ontwerp waar
schijnlijk gered, in zoverre we nu ai
van redding mogen spreken. Nu wil
de stemmenverhouding van vandaag
noch zeggen dat ze na de verkiezin
gen ook zo zal zijn, noch dat ze an
ders zal zijn. Wel stemden nu ver
schillende K.V.P.-ers tegen 't ont
werp, terwijl de K.V.P. op haar ver
kiezingsprogram de uitbreiding van
de volksvertegenwoordiging heeft
staan; maar ook met alle K.V.P.-
stemmen is er geen meerderheid
van twee-derden als ook anderen
hun standpunt niet herzien.
Haar eigen uitbreiding verwierp
de Eerste Kamer op het argument
dat ze dan helemaal een doublure
van de Tweede Kamer zou zijn,
maar het karakter van de Senaat
zit toch niet in een procentueel ge
lijke uitbreiding van het aantal le
den. In de redenering die werd aan
gevoerd tegen de verlaging van de
leeftijd van de Eerste Kamer, dat
voor het lidmaatschap van dit cor
rigerend lichaam een bezonken oor
deel noodzakelijk is, kan men wel
inkomen. Kan men echter dan niet
redeneren dat, als er in de Eerste
Kamer allemaal mensen zitten met
een bezonken oordeel, in de Tweede
Kamer ook wel eens jongeren aan
bod mogen komen, zoals blijkbaar
de bedoeling van het voorstel tot
verlaging van de leeftijdsgrens tot
23 jaar? Maar hier konden de heren
senatoren kennelijk weer niet in
komen. Men schijnt in Nederland
altijd nog een beetje bang te zijn
van de jeugd. Men vindt het prach
tig als ze enthousiast is waartoe
ze tegenwoordig helaas te weinig
kans krijgt maar ze moet om zo
te zeggen in de kinderkamer blij
ven spelen, terwijl de grote mensen
in de huiskamer aan het praten zijn.
Dit nu lijkt ons allerminst juist. Het
is juist dat er altijd een mogelijk
heid blijft wat de jeugd met haar
mindere ervaring niet helemaal goed
doet te corrigeren, doch men dient
haar de kans te geven iets te doen.
Is het niet de jongste minister die
allerwege het meeste lof oogst om
zijn bekwaam beleid? En deze heeft
eens gezegd: „Mijn eigen jeugd is
nog zo dichtbij, dat ik weet dat de
dingen waarvoor de jeugd strijdt,
de moeite van het strijden waard
zijn".
Alles bijeen is er niet zo machtig
veel reden tot juichen over wat on
ze volksvertegenwoordiging heeft
klaargemaakt met de grondwetsher
ziening. Prof. Romme heeft ze ver
geleken met de tien kleine nikker
tjes. Nu zijn er nog drie over; wie
weet blijft er tenslotte inderdaad
maar één meer over.
Een speciale verslaggever heeft
een onderhoud gehad met Luite
nant-Generaal van Oyen, com
mandant van het Rode Kruis-
Korps, over het aandeel van „het
platteland" in het Rode Kruis
werk, speciaal in het kader van
de actie Bescherming Burgerbe
volking.
Generaal v. Oyen heeft zijn werk
kamer in één van de reeks gebou
wen aan de Prinsessegracht te Den
Haag, die tezamen vormen 't hoofd
kwartier van het Nederlandse Rode
Kruis. De organisatie van het Rode
Kruis moge dan uiterlijk, voor wat
betreft namen van onderdelen, ran
gen, uniformen en commando-voe
ring, wel enigszins overeenkomst
vertonen met een militaire organi
satie, de sfeer op de Prinsessegracht
is noch militairistisch, nóch ambte
lijk. Loopt U maar door, de naam
staat op de deur zegt de portier
in de hal en even weinig ceremo-
niëel is de ontvangst door de Com
mandant van het Rode Kruis Korps,
die desgevraagd gaarne zijn mening
geeft over wat hij ziet als de taak
van het Rode Kruis, speciaal wat
betreft „de provincie": Nederland
buiten de grote bevolkingscentra.
Juist in deze tijd meent Generaal
v. Oyen is dat een actueel onder
werp. De kranten staan vol over
burgerbescherming. Ten behoeve
van de Bescherming Burgerbevol
king zullen binnenkort overal vrij
willigers opgeroepen worden. De be
volking wordt voorgelicht op aller
lei wijze.
Het Rode Kruis heeft bij de be
scherming der burgerbevolking in
oorlogstijd een heel belangrijke
taak. Natuurlijk niet alleen dan.
Ook zónder dat hadden en hebben
onze afdelingen (de colonnes, bloed
transfusie- en plasma-diensten, wel
fare-werk, om er maar enkele te
noemen) genoeg te doen. Maar in de
bescherming der burgerbevolking is
het Rode Kruis Korps belast met de
vorming en de opleiding van mobie
le medische formaties, welke buiten
de grote steden geneeskundige
teams worden genoemd. Deze teams
hebben te zorgen voor de eerste-
hulpverlening en het transport van
zieken en gewonden naar zieken
huizen en noodziekenhuizen. Deze
laatste zullen z.n. ten plattelande
vooral worden ingericht. In deze
zieken-inrichtingen vervullen de
helpsters van het Rode Kruis-Korps
een zeer belangrijke rol als ver
pleeghulp. Het Rode Kruis heeft al
tientallen jaren met dat bijltje ge
hakt en in de laatste wereldoorlog
kostbare ervaring opgedaan. Wat is
méér vanzelfsprekend, dan dat men
bij het BB-werk een instantie in
schakelt met een compleet en be
proefd apparaat en een perfecte or
ganisatie?
In de grote steden merken wij
op zal de noodzaak van een be
schermingsorganisatie de bevolking
wellicht duidelijker toespreken; die
vormen, de kwetsbare punten. Maar
hoe staat het met de mensen daar
buiten, in de kleinere gemeenten,
op het platteland?
Het gaat niet alleen om het direct
dreigend gevaar voor de mensen
zelf antwoordt onze gastheer. Is
het noodsignaal gegeven, dan wordt
z.n. direct een beroep gedaan op de
hulp-organisatie buiten de getrof
fen sector. Heel het land is in krin
gen verdeeld en er zal een regeling
worden getroffen zodanig, dat be
paalde aangewezen kringen een na
burige stad, die getroffen is, te hulp
snellen. Wanneer men zelf buiten
schot is gebleven, is men daarom
niet minder, juist méér geneigd de
slachtoffers in de getroffen sectoren
te hulp te komen. Dat heeft de er
varing bewezen; Nederlanders heb
ben, spontaan of georganiseerd, al
tijd en terstond klaar gestaan om
hulp te bieden waar die nodig was,
niet alleen landelijk, maar interna
tionaal ik noem slechts enkele
gevallen waarbij het Rode Kruis
direct betrokken was. Abessynië,
Finland en (zeer recent) Italië bij
de grote watersnood! We maken ons
dus niet zo benauwd over gebrek
aan medewerking. Maar wanneer
die eerst geboden wordt als de nood
aan de man is, dan zouden we moe
ten werken met ongeschoold en on
ervaren mensenmateriaal. Het is
beter wanneer men nu reeds zich de
nodige kennis en (door oefening)
ervaring eigen maakt.
Waarom legt U daarbij juist de
nadruk op het Rode Kruis-werk?
vragen wij.
Behalve omdat ik toevallig com
mandant van het Rode Kruis-Korps
ben glimlacht de generaal is
dat, omdat het Rode Kruis-werk bij
de mensen bekend isbekend
als vredeswerk. Het Rode Kruis ge
niet gelukkig vertrouwen, dat mer
ken we steeds wéér.
Daarbij komt, dat veel mensen
zeggen: als ik me dan toch opgeef
om, in geval van nood, m'n steentje
bij te dragen tot bescherming van
onze burgerbevolking, van weerlo
zen, vrouwen, kinderen, zieken, ou
den van dagen, dan doe ik dat graag
in de vorm waarin het Rode Kruis
deze taak verricht. In oorlogstijd
verrichten juist velen gaarne vre
deswerk. Het symbool van 't Rode
Kruis waarborgt hun de taak, die
ze graag willen vervullen!
U denkt dus dat het Rode Kruis
werk van alle takken van „bescher-
mingswerk" wel zeer bijzonder aan
de mensen appelleert?
Ja, en inzonderheid ook aan de
vrouwen en meisjes. Ook daaronder
zijn er wier voorliefde uitgaat naar
een taak buiten het Rode Kruis
werk, bij de luchtbescherming of
andere diensten. Maar de grote
meerderheid van onze vrouwen en
meisjes zal zich toch het meest aan
getrokken voelen tot deze specifiek-
vrouwelijke taak: de zorg voor men
sen, door oorlogsgeweld getroffen.
De verpleging van gewonden en zie
ken, de verzorging van mensen die
van huis en haard zijn verdreven.
Men kan zich op deze taak als het
ware thuis, in de eigen woonplaats
of streek voorbereiden. En wat men
zodoende leert is, als men het
hopelijk! nimmer in praktijk be
hoeft te brengen, toch nooit weg.
Generaal v. Oyen verwacht bui
ten de grote steden belangstelling,
meeleven en meewerken met het
Rode Kruis, want al zou men ver
wachten dat in de grote stad meer
interesse (uit welbegrepen eigenbe
lang) zou- bestaan voor alles wat
met de bescherming samenhangt,
„de provincie" biedt wellicht prac-
tisch meer mogelijkheden. En ze
heeft zeer beslist een taak!
Op de Prinsessegracht in Den
Haag beschouwt men „het platte
land" niet als een grootheid van de
tweede rang. Integendeel. Bij het
afscheid herhaalt Generaal v. Oyen
blij te zijn met deze gelegenheid,
óók de Nederlanders buiten de gro
te steden, via hun krant, te kunnen
opwekken, hun taak in het kader
der burgerbescherming te vervul
len, door zich te melden bij de plaat
selijke afdelingsbesturen van het
Rode Kruis.
Ik.
De mijnstreek heeft het afgelopen
weekeind uitbundig feest gevierd.
Drie dagen lang was het Limburgse
land bezaaid met kermissen, dans
tenten en tentoonstellingen, waar
duizenden Limburgers en honder
den mensen uit andere delen van
Nederland en ook Duisland en Bel
gië met volle teugen hebben geno
ten „dat het klapte", zoals de Lim
burger het uitdrukt.
De mijnzetels zelve waren met
hun straling in het avondlijke duis
ter amper terug te kennen. De
„Maurits" was in 't licht van schijn
werpers en gasfakkels omgevormd
tot een droomfabriek, die anders
slechts in toekomst fantasieën van
technicolor-films voorkomt.
De „Emma" en de „Hendrik" wa
ren uit de strakheid van alle dag
gehaald in reeksen van speelse fan
tasieën met electrische en gasver
lichtingen. Het feest straalde op in
een land, waar vijftig jaar geleden
begonnen werd met de aanleg van
de „Wilhelmina", de enige staats
mijn die in rouw gehuld was door
een steenstorting, die dezer dagen
een jonge mijnwerker het leven
kostte. Zo was het in mijnland en
kele dagen vreugdebrand.
De feestviering bereikte Zondag
j.l. zijn hoogtepunt. Tegen de mid
dag trokken duizenden naar 't vlieg
veld van Maastricht, waar de beste
stunters uit de vliegwereld hun kun
nen toonden.
Tiger-Moth-vliegtuigen wierpen
ter inleiding van de demonstraties
parachutes uit, waaraan letters wa
ren bevestigd, die samen het woord
„Staatsmijnen" vormden.
Nadat Gerben Sonderman en Wil
lem van Graft hadden laten zien dat
er met vliegtuigen heel wat valt te
halen, maakten tien leden van de
eerste parachutistenclub een sprong
uit een K.L.M.-Dakota.
De duivenmelkers kregen ook hun
deel bij de feestelijkheden. In de
morgenuren werden in Orleans
30.000 Limburgse duiven gelost voor
de grote Jubileum-duivenprijs.
De schitterende symbolische op
tochten die door verschillende plaat
sen in de mijnstreek trokken, had
den enorme belangstelling van tien
duizenden uit het gehele land en
muntten uit door smaakvolle wa
gens en groepen, die de geschiedenis
van Zuid-Limburg of van de mijnen
tot uitdrukking brachten.
De feestviering werd Zondag
avond besloten met een indrukwek
kend vuurwerk, dat in alle dorpen
en steden van de mijnstreek gelijk
werd afgestoken.
OMZET VAN PHILIPS STEEG
IN 1951 BOVEN HET MILLIARD.
Als eerste van de internationale
concerns heeft de N.V. Philips zijn
jaarverslag over 1951 gepubliceerd.
Uit het verslag blijkt dat het con
cern voor de eerste keer in zijn ge
schiedenis een omzetcijfer van meer
dan een milliard heeft bereikt. De
verkoop bedroeg meer dan 1,25 j
milliard tegen 980 millioen in '50. I
De export van Philips nam krachtig j
toe en bedraagt thans 9% van de
totale Nederlandse export.
In het verslag van de onderne
ming wordt een pleidooi gehouden
voor de verlaging van de op het be
drijfsleven drukkende belastingen:
om het ondernemers-initiatief te sti
muleren en de mogelijkheid van ri
sico's te kunnen dragen. Op grond
van de aanzienlijke verbeterde eco
nomische positie van ons land in 't
afgelopen jaar, acht men deze ver
laging redelijk.
Dé vermogenspositie toont een
gunstiger beeld dan vorig jaar en
vooralsnog bestaan er dan ook geen
plannen om binnen afzienbare tijd
tot een emissie over te gaan.
Ondanks de vooruitgang, die de
laatste jaren heeft plaats gevonden
in de ontwikkeling van de televisie,
is de vraag naar televisie teleurstel
lend te noemen.
Aan het einde van het verslagjaar
had de onderneming met zijn doch
termaatschappijen in Nederland ge
zamenlijk ruim 43.500 personen in
dienst tegen 39.000 in 1950.
In Eindhoven waren circa 28.000
personen werkzaam en in andere
plaatsen in Nederland 15.500. De to
tale personeelsbezetting van de Phi-
lipsbedrijven in binnen -en buiten
land bedraagt 99.000 man.
Verkorte werkweek.
Als gevolg van de verminderde
afzetmogelijkheden voor sommige
producten in het buitenland, is men
in het begin van dit jaar over moe
ten gaan tot het invoeren van een
verkorte werkweek van 40 uur voor
3000 arbeiders.
Het zier er echter naar uit, dat
deze verkorte werkweek niet langer
dan de aangevraagde zes maanden
zal behoeven te duren.
Over de hete-luchtmotor, waar
van de ontwikkeling in vergevor
derde staat is, zijn geen nadere in
lichtingen gegeven. Wel werd er op
gewezen dat er voor het bij een uit
vinding vooral op de laatste vijf
procent aankomt en deze kunnen
soms nog wel eens enkele jaren en
veel geld vergen.
De winst was 91 millioen, aan be
lasting werd 41 millioen betaald.
Jhr. MICHIELS v. VERDUYNEN
OVERLEDEN.
De Nederlandse ambassadeur in
Londen, Jhr. Edgar Michiels van
Verduynen, is na een lange ziekte
Dinsdagavond in Londen overleden.
Hij is 66 jaar oud geworden.
Jhr. Michiels v. Verduynen stond
bekend als één van de bekwaamste
Nederlandse diplomaten en stond in
binnen- en buitenland in hoog aan
zien. Hij werd in Den Haag geboren
en studeerde rechten in Leiden. Na
o.m. chef van de afdeling economi
sche zaken van het ministerie van
buitenlandse zaken te zijn geweest,
werd hij in 1921 benoemd tot gezant
in Praag. Tussen 1929 en 1939 hield
hij zich buiten de diplomatie; daar
na werd hij gezant in Londen en in
1942 ambassadeur aldaar, welke
functie hij tot zijn dood heeft be
kleed. Onder de oorlog is hij minis
ter zonder portefeuille geweest in
de Nederlandse regering te Londen
en in 1949 werd hij als onderhande
laar naar Indonesië gezonden.
Jhr. Michiels van Verduynen was
ridder met het Grootkruis in de
Royal Victorian Order, Grootkruis
in de Orde van Oranje Nassau en
commandeur in de Orde van de Ne
derlandse Leeuw.
Het stoffelijk overschot van de
overleden ambassadeur zal in Ne
derland ter aarde worden besteld.
GIRODIENST GAAT
DECENTRALISEREN.
De directeur-generaal van de P.T.T.,
de heer L. Neher, heeft tijdens een
causerie voor de commerciële club
te Groningen meegedeeld, dat het in
de bedoeling ligt de postchèque- en
girodienst te decentraliseren. Het
land zal daartoe worden gesplitst in
drie sectoren, te weten: de provin
cies Groningen, Friesland, Drente,
Overijsel en een deel van Gelder
land; voorts de provincies Limburg,
Noord-Brabant, Zeeland en 't overi
ge deel van Gelderland, terwijl de
provincies Noord- en Zuid-Holland
met Utrecht de derde sector zullen
vormen. In elk van deze sectoren
zal een giro-kantoor komen.
Een statistisch onderzoek heeft
reeds uitgewezen dat een dergelijke
decentralisatie volkomen verant
woord is, gezien de grote hoeveel
heid opdrachten van en voor reke
ninghouders in dezelfde sector.
TIJDELIJK GEEN BOUWPREMIES
Met ingang van 12 Mei 1952 wor
den voorlopig geen aanvragen om
toekenning van premie op basis van
de premieregeling woningbouw '50
meer in behandeling genomen. De
aanvragen, die voor 12 Mei reeds
waren ontvangen, zullen nog wor
den afgehandeld. Na verloop van
enkele maanden zal de toekenning
van premie weer voortgaan.
Deze maatregel vindt zijn oor
zaak in de omstandigheid, dat in de
eerste vier maanden van dit jaar
reeds voor de bouw van 12.000 wo
ningen premieën zijn toegezegd, een
verhoudingsgewijze zeer groot deel
van het voor 1952 beschikbare be
drag. Men had dit gedaan om gedu
rende de eerste maanden het aantal
in uitvoering zijnde woningen, dat
een inzinking had ondergaan, weer
op te voeren. Dit doel is thans be
reikt.
TOEZICHT CREDIETWEZEN
IN WERKING.
Er is een Koninklijk Besluit ver
schenen waarbij wordt bepaald dat
de Wet Toezicht Credietwezen op
16 Mei (vandaag) in werking treedt.
Terzelfder tijd wordt de wet van
toepassing op drie van de vier soor
ten van credietinstellingen: de han
delsbanken, de landbouwcrediet-
banken en de algemene spaarban
ken.
VORDERING OP E.B.U.
BOVEN 500 MILLIOEN.
De Nederlandsche Bank heeft
meegedeeld dat blijkens de defini
tieve cijfers het overschot van Ne
derland in het betalingsverkeer met
aan de Europese Betalings Unie
deelnemende landen in April
110.717.000 gulden heeft bedragen.
Van dit bedrag heeft Nederland
overeenkomstig de geldende bepa
lingen 55.358.000 gulden ontvangen
in de vorm van goud en Amerikaan
se dollars, terwijl voor 55.358.000
gulden door Nederland crediet is
verleend aan de Europese Betalings
Unie. De vordering van Nederland
op de Europese Betalings Unie be
draagt thans 526.691.000 gulden.
WE STERLINGS VRIJLATING
OPNIEUW VOOR DE
RECHTBANK.
Uitlevering gevraagd.
De Hoge Raad heeft beslist over
het cassatieberoep van het O.M. in
zake Wester lings vrijlating. De
strekking van de uitspraak is, dat
de rechtbank te Amsterdam op
nieuw zal moeten oordelen over het
beroep van het O.M. tegen de be
schikking van de rechter-commis-
saris, waarbij de vordering tot in
bewaringstelling van Westerling
was afgewezen.
De waarnemend Hoge Commissa
ris van Indonesië in Nederland, mr.
Susanto Tirtoprodjo, heeft Maan
dagmiddag een bezoek gebracht aan
de staatssecretaris van buitenlandse
zaken, mr. N. S. Blom, waarbij de
heer Susanto het officiële Indonesi
sche verzoek aan de Nederlandse
regering tot uitlevering van Wes
terling aan Indonesië heeft over
handigd.
K.L.M. MOET DIENSTEN
BEPERKEN.
Met het oog op het tekort aan
vliegtuigbenzine, ontstaan door sta
kingen in de petroleumindustrie in
Amerika, heeft een aantal regerin
gen voorzorgsmaatregelen getroffen.
Als gevolg daarvan zullen de lucht
vaartmaatschappijen hun diensten
in gelijke mate moeten inkrimpen,
hetgeen in vele gevallen zal neer
komen op een beperking van vijftig
procent.
Ook de K.L.M. zal in de periode
van 15 tot 24 Mei verschillende
diensten laten vervallen.
BOEKENWEEK-NOVELLE.
De novelle „Insecten in plastic",
het geschenk van de Boekenweek
1952, is geschreven door de Amster
damse auteur Manuel v. Loggem.
Dit werd Dinsdagmiddag in tegen
woordigheid van de meesten der 33
auteurs, die in deze letterkundige
prijsvraag hebben meegedongen, in
het Vondelpark-paviljoen van het
I.C.C. te Amsterdam door de voor
zitter van de commissie, de heer
Chr. Leeflang, officiëel bekend ge
maakt.
EEN TON VERDIEND MET
j „HEITJE-KARWEITJE".
De verkenners van de beide Ne
derlandse padvinders-organisaties
hebben met hun actie ,,'n Heitje
voor 'n karweitje" van 14 tot en met
19 April de som van honderdduizend
I gulden verdiend.
Het bedrag, dat voor de helf1 aan
de beide hoofdkwartieren wordt af-
1 gestaan, stelt de Nederlandse Pad-
vinders in staat alle gebrekkige jon-
I gens van de N.P.V. uit te zenden
naar een internationale bijeenkomst
die het volgend jaar in België voor
hen wordt gehouden. De verkenners
van de Katholieke Jeugdbeweging
zijn thans in de gelegenheid hun
kapel in Persingen te restaureren
en in gebruik te nemen.
VIJFJARIG JONGETJE GEDOOD.
Door klap van een paard.
Het 5-jarig zoontje van de familie
Heeren uit de Edisonstraat te Roo
sendaal, is Dinsdagmiddag op tra
gische wijze om het leven gekomen.
Het jongetje speelde in een weide
tegenover de Röntgenstraat en joeg
achter een paard. Het dier trapte op
een gegeven ogenblik het jongetje
tegen de borst. Nog even liep net
manneke, maar direct daarop viel
het neer. Hulp mocht niet meer ba
ten.