N NIEUW JAAR
De Spanningen in de Wereld
Waalwijkse en Langstraatse Courant
namen af noch toe.
Herinneringen aan blijde
en droeve dagen.
DONDERDAG 1 JANUARI 1953
Uitgever
Waalwijkse Stoomdrukkerij
ANTOON TIELEN
76e JAARGANG No. 1.
Abonnement
18 cent per week
2.35 per kwartaal
2.60 franco p. p.
Advertentieprijs
10 cent per m.m.
Contract-advertenties
speciaal tarief
Nu wij ons voor de taak zien
gesteld te schrijven over de jaar
wisseling, nu wij terug moeten
zien naar wat achter ons weg
glijdt en vooruit moeten zien naar
wat zich langzaam uit de nevel
van de toekomst scherper aan het
oog van onze geest voordoet, nu
is het moeilijk ons ter dege re
kenschap te geven van de talloze
indrukken die wij hebben opge
daan gedurende het bijna voor
bije jaar, ons rekenschap te geven
ook van wat onze verwachtingen
zijn van het nieuwe.
Straks zullen de klokken het
nieuwe jaar inluiden, donderbus
sen en sirenes verwelkomen het,
we haffen ons glas en zeggen
prosit het zij U gunstig, het
nieuwe jaar.
En we zullen in de feestelijk
heid van dat moment ons niet zo
veel meer gelegen laten liggen
aan wat definitief voorbij is: wat
voorbij is immers is voorbij en
niets kunnen wij hieraan nog ver
anderen; wij denken slechts voor
uit op het moment dat de drem
pel is van een nieuw vertrek in
de tijd, een vertrek dat wij bin
nengaan met de nieuwsgierigheid
van kinderen die naar de Sinter
klaastafel rennen, met de vraag
in ons wat zal ons te wachten
staan, met de hoop in ons, dat
het alles gunstig moge zijn.
Maar daar zullen rond dit mo
ment toch wel ogenblikken zijn,
dat wij ons even bezinnen op wat
dat jaar, 1952, ons bracht, ons
bracht aan vreugde en verdriet,
aan lijden en liefde, wat het
bracht voor ons gezin, ons werk,
onze studie: kortom voor ons hele
persoonlijke leven, dat met zoveel
draden vast verweven is met al
les wat rondom ons is, met men
sen, toestanden en instellingen
dat wij over vele levensgebieden
onze gedachten moeten laten
gaan, willen wij onze eind-con
clusie kunnen vormen over wat
het voorbije voor ons heeft be
tekend.
Er komen in deze tijd momen
ten, dat iedereen tegenover zich
zelf staat, alleen, enkel God staat
naast hem en is getuige van deze
confrontatie, is tevens het crite
rium, de maatstaf, die wij aan
leggen bij ons oordeel over ons
zelf, want dat is het enig noodza
kelijke dat verricht moet worden.
Het heeft geen zin na te gaan,
wat de tijd, wat de omstandighe
den ons hebben aangedaan, het
zij goed, hetzij slecht; wij moeten
ons leven gedurende dit afgelo
pen jaar, ons leven als christen,
ons leven als mens tussen men
sen, als burger, bezien, voor zo
ver dit gemaakt werd door ons
zelf, voor zo ver dit afhankelijk
was van ons eigen doen en laten.
En we weten wel, ook aan dit
leven valt niets meer te verande
ren en te verbeteren, het is voor
goed voorbij, maar er valt wel
uit te leren. We kunnen ons po
gen als het ware in onze handen
nemen, het eerlijk en objectief
bezien en ons de vraag stellen
was dit pogen schoon, was dit
pogen gericht op de veredeling
van ons eigen leven, van het le
ven van onze medemens, was dit
pogen uiteindelijk gericht op God,
en bewoog hij zich langs de we
gen van Zijn Heilige Wil.
En niemand van ons zal dan
ontkomen aan de machteloosheid
van het ogenblik, wanneer wij
zien, hoe dat pogen verre van
volmaakt resultaat bracht, en hoe
wij hieraan niets meer kunnen
veranderen, want het leven gaat
door. Niet echter onbarmhartig
in de ijzeren regelmaat van sei
zoen op seizoen, van jaar op jaar
en eeuw op eeuw, zo moeten wij
dat niet zien. Het leven gaat
voort, steeds nieuwe vergezichten
openend, steeds nieuwe mogelijk
heden biedend, steeds ons de
kans gevend, het beter te doen,
dan we het tot nog toe deden,
zodat we wanneer het leven een
maal onverbiddelijk zal zijn,
waar het ons de dood laat ont
moeten, toch de laatste streep on
der de lange cijferkolommen kun
nen zetten en kunnen constate
ren, dat het leven mild was, in
zoverre het ons de gelegenheid
gaf, telkens weer opnieuw, een
debet-post te nivelleren met een
credit-bedrag.
Zo moet het leven zijn van hem
die goed wil en zo, met deze be
doeling heeft God ons ook het
leven gegeven, als een telkens
weer nieuwe kans op geluk, op
vrede en liefde.
Zo moeten wij dan ook het
nieuwe jaar zien, als een kans,
een ruime prachtige kans, die
God ons geeft, winst te boeken
op de eindbalans van ons leven.
En in dit opzicht, maar daar
naast ook in ander opzicht, ook
waar het betreft Uw welstand,
Uw werk, al de dingen waaraan
ge Uw geluk beleeft, wensen wij
U van ganser harte een gezegend
nieuw jaar, een zalig en gelukkig
1953.
Een jaar in vogelvlucht.
Nederland versterkte internationale banden
Hoofdredacteur
JAN TIELEN
Dit blad
verschijnt 2 x per week
DE ECHO \OI HEI ZUIDEN
Bureaux: GROTESTRAAT 205, WAALWIJK TEL. 2621 OPGERICHT 1878.
SCHOOLSTRAAT 11, KAATSHEUVEL TEL. 2121
TELEGR.-ADRES „ECHO"
Het jaar, dat nu bijna afgelopen is,
heeft heel weinig oplossingen gebracht
in politieke problemen. De spanning tus
sen Oost en West is niet minder ge
worden, maar ook niet heviger en ner
gens is het tot nieuwe uitbarstingen van
vijandelijkheden gekomen. Minder dan
vorige jaren heeft in de Westelijke we
reld dit jaar de roep geklonken zich toch
zo snel mogelijk te wapenen, omdat het
gevoelen gegroeid is, dat de spanningen
in de wereld eerder een nieuwe, haast
als normaal te beschouwen, toestand zijn,
dan voorlopers van een gewapend con
flict tussen Amerika en Rusland met we
derzijdse bondgenoten. Dit jaar is er van
verscheidene kanten juist op gewezen,
dat de bewapening van het Westen het
economische en sociale leven van de
Westeuiropese landen niet te veel mocht
treffen. Uit deze houding vloeiden in de
meeste landen dan ook beperkingen in
het bewapeningsprogramma voort.
De doelen, die men zich voor dit jaar
gesteld had zijn grotendeels verwezen
lijkt. Vijftig divisies in West-Europa,
waarvan 25 gevechtsklaar en 25 binnen
enkele dagen mobilisabel, staan generaal
Ridgway nu ter beschikking. De voor
het komende jaar gedachte uitbreiding is
verminderd. Men schijnt het bovendien
meer in kwaliteitsverbetering dan in
kwantitatieve uitbreiding te zoeken.
Het bewijs, dat riten terecht het ge
voel had, dat het acute gevaar was ge
weken, meende men te kunnen vinden in
een artikel van Stalin in het tijdschrift
Bolsjewiek, even voor het begin van het
grote Russische partijcongres gepubli
ceerd. Stalin legde hierin o.a. zijn visie
op de buitenlandse politiek vast. Hij
kwam tot de conclusie, dat een oorlog
tussen Rusland en de Westelijke mo
gendheden niet waarschijnlijk was. Wel
voorzag hij moeilijkheden in het Wes
telijke kamp, daar de Europese landen
en Japan genoeg van de Amerikaanse
voogdij zouden krijgen. 'Derhalve was
een oorlog tussen de Westelijke landen,
o.a. over de verdeling van de afzetge
bieden, waarschijnlijker.
EISENHOWER PRESIDENT
Het gehele jaar ongeveer heeft Ame
rika in het teken van de presidentsver
kiezingen gestaan. Het ging bij de repu
blikeinen om senator Taft (van de con
servatieve vleugel) en generaal Eisenho
wer. Het werd een grote overwinning
voor Eisenhower, die daarop besloot zijn
candidatuur ook zelf te gaan propage
ren. Daartoe nam hij per 1 Juni ontslag
als opperbevelhebber van de Atlantische
strijdkrachten in Europa, in welke func
tie hij werd opgevolgd door generaal
Ridgway, die in Korea het bevel voerde.
Op de nationale conventie te Chicago
bleken de aanhangers van Eisenhower
in de meerderheid te zijn. Eisenhower
was geen felle partijman, hij nam gema
tigde standpunten in en kon door zijn
persoonlijke aantrekkingskracht de onaf
hankelijke kiezers voor zijn partij win
nen.
Eisenhowers democratische tegencan-
didaat, gouverneur Stevenson van Illi
nois, was een aantrekkelijke figuur, die
een goed compromis was tussen het
vooruitstrevende Noord-Oosten en het
conservatieve Zuiden. Gedurende de
daaropvolgende campagne ontpopte hij
zich meer en meer als een aanhanger van
Trumans vooruitstrevende politiek.
Door deze op Truman afgestemde po
litiek maakte hij velen achterdochtig,
wier enige wens was, dat er verande
ring zou komen, dat de Augiasstal in
Washington, waar corruptie inderdaad
vrij veel voorkomt, eens zou worden
gereinigd door een aantal nieuwe be
zems. Bovendien verwacht men van een
republikeins bewind verlaging van be
lastingen.
Op 4 November heeft het Amerikaan
se volk met grote meerderheid Eisenho
wer tot volgende president gekozen. Bij
na 34 millioen stemmen werden op hem
uitgebracht; Stevenson verwierf iets
meer dan 27 millioen stemmen. Het aan
tal uitgebrachte stemmen was ruim 11.7
millioen meer dan in het recordjaar 1940;
wel een bewijs van de grote belangstel
ling, welke voor de verkiezing bestond.
Van groot belang voor de uitslag is
ongetwijfeld geweest, dat Eisenhower
kort voor de verkiezingen met de mede
deling kwam, dat hij, indien gekozen,
i naar Korea zou gaan om te onderzoeken
of er geen oplossing was te vinden voor
de eindeloos durende oorlog. Ook wens
te hij de Amerikanen sneller te vervangen
door Zuid-Koreanen. Begin December is
Eisenhower in Korea geweest, maar op
lossingen heeft hij vermoedelijk niet ge
vonden. Wel was de rest van de wereld
gerust gesteld door de mededeling, dat
i hij geen uitbreiding van het conflict zal
riskeren. Het gehele jaar door zijn met
groter en kleiner tussenpozen de onder
handelaars in Korea bijeen gekomen. Op
het laatst was het verschil van mening
nog slechts beperkt tot de kwestie vdn
de krijgsgevangenen, die de communis
ten zonder onderscheid willen repatrië
ren, terwijl de Ver. Naties zich op het
standpunt stellen, dat gevangenen, die
niet naar communistisch gebied willen,
daartoe niet mogen worden gedwongen.
Overeenstemming lijkt wel uitgesloten en
ook de Ver. Naties hebben tijdens de
jongste zitting van de Assemblee geen
oplossing kunnen vinden.
Eisenhowers politiek zal in Europa,
evenmin als in Korea, veel afwijken van
die van Truman.
Tijdens de campagne is de schijn ge
wekt, dat Eisenhower geheel in de ban
van Taft was gekomen, doch bij de be
noeming van de nieuwe ministers is het
weer tot een breuk tussen Taft en Ei
senhower gekomen. Eisenhower heeft
niemand benoemd van degenen, die door
Taft zijn aanbevolen.
EUROPA.
De debatten over de Europese eenheid
worden nu gevoerd tussen de voor- en
tegenstanders van het z.g. klein Europa,
d.w.z. Frankrijk, Duitsland, Italië, België,
Nederland en Luxemburg, de zes landen,
die de Gemeenschap voor Kolen en Staal
(het plan-Schuman) hebben opgericht
en die de overeenkomst van het Euro
pese leger hebben getekend. De oplos
sing van het kleine Europa, de zes lan
den, die bereid zijn gedeeltelijk hun sou-
vereiniteit op een internationaal lichaam
over te dragen, is zeker niet ideaal, maar
een groot Europa, met medewerking van
Engeland in de eerste plaats, is niet te
verwezenlijken. Engeland wil wel samen
werking, maar wil zich, wegens zijn ver
bindingen met het Britse Gemenebest,
niet te zeer binden. Het streeft er zelfs
naar het Gemenebest een positie naast
Amerika te laten innemen in plaats van
de huidige afhankelijkheid.
ENGELAND.
Van de binnenlandse ontwikkeling in
Engeland valt te melden, dat de econo
mische situatie ongetwijfeld een verbe
tering heeft ondergaan, doch dat de
moeilijkheden nog groot zijn. De con
servatieve regering van Winston Chur
chill is geen moment in gevaar geweest.
In de Labourpartij is een ernstig verschil
van mening ontstaan tussen de linker
vleugel onder Bevan en de rechtervleu
gel onder Attlee. Attlee heeft de rebel
len tot een terugtocht weten te dwingen,
doch ook het komende jaar zullen de
Bevanieten wel weer van zich doen
spreken.
EUROPEES LEGER.
Het verdrag van het Europese leger,
in Mei door de zes regeringen onderte
kend, doch nog steeds zonder parlemen
taire goedkeuring, was bedoeld om de
bewapening van Duitse eenheden moge
lijk te maken zonder, vooral in Frankrijk,
de vrees voor een Duitse Wehrmacht op
te roepen. In Frankrijk is het verzet te
gen het Europese leger in alle partijen
verbreid. Sommigen, de Gaullisten voor
al, wensen het Franse nationale leger
niet op te offeren, anderen vrezen, dat
Duitsland, ondanks het Europese leger,
Frankrijk toch zal overvleugelen, daar
de Franse kracht wordt weggezogen in
de eindeloze en kostbare oorlog in In-
do-China. Er heerst ook achterdocht te
gen Amerika, dat er van wordt ver
dacht meer sympathie Voor Duitland dan
voor Frankrijk te koesteren. Het is niet
uitgesloten, dat Frankrijk nog zal trach
ten voor deze goedkeuring bijzondere
Amerikaanse concessies in de vorm van
dollarbestellingen voor zijn industrie te
verkrijgen.
FRANKRIJK.
In Frankrijk is het grootste deel van
het jaar (vanaf begin Maart) Antoine
Pinay aan het bewind geweest, die ge
holpen door de ontwikkeling op de in
ternationale markt, een politiek van
prijsstabilisatie wist door te voeren.
Vooral psychologisch is zijn optreden
een succes geworden. In de practijk heeft
ook hij een noodzakelijke belastingher
vorming echter niet kunnen doorvoeren.
In ieder geval heeft Pinay een belangrijke
bijdrage tot het herstel van het Franse
vertrouwen geleverd.
Hij is aan het bewind gebleven tot
de nacht van 22 op 23 December, toen
de M.R.P. hem deed vallen.
DUITSLAND.
Een struikelblok op de weg naar een
betere verstandhouding tussen Frankrijk
en Duitsland, vormt nog steeds Saar
land, dat vanaf 1945 politiek los van
Duitsland staat en economisch met
Frankrijk is verbonden.
De Duitsers hebben zich nooit bij de
ze ontwikkeling neergelegd, vooral daar
de productie van Saarland (kolen en
staal) Duitsland een overwicht zou ge
ven in de Gemeenschap voor Kolen en
Staal. Onderhandelingen over een oplos
sing, o.a. Europeanisatie, mislukten.
Toen in November verkiezingen wer
den gehouden, adviseerde de Duitse
Bondsdag degenen, die aansluiting bij
Duitsland wensten, zich uit protest te
onthouden of ongeldig 'te stemmen. De
meerderheid van de Saarlandse bevol
king gaf hieraan evenwel geen gehoor,
hetgeen een nederlaag voor Adenauer
betekende en een succes voor de Fran
sen, die grotere autonomie hadden toege
zegd.
Ook in Duitsland moet de strijd om
het Europese leger nog volstreden wor
den. De laatste lezing van het verdrag
is op vrij sensationele wijze tot begin
1953 uitgesteld. 1
DE N.A.V.O.
De Noord-Atlantische Verdragsorga
nisatie is druk bezig aan de voltooiing
van de verdediging van Europa. Zij is
in het begin van dit jaar uitgebreid met
Griekenland en Turkije, welke beide
landen over een behoorlijk leger beschik
ken -en een flankbedreiging vormen, inge
val Rusland tot een aanval op West-
Europa zou overgaan. Bovendien gren
zen beide landen aan het belangrijke
Midden-Oosten, dat door zijn petroleum-
bezit en zijn functie van schakel in de
verbindingen met Azië en Australië
voor Westelijke invloed behouden moet
ifjvea.
HET MIDDEN OOSTEN.
Een onplezierig verschijnsel is, dat in
de jonge landen van het Midden-Oosten
(tot 1918 maakten zij deel uit van het
Turkse rijk) het nationalisme zo sterk is.
Dit uit zich in wantrouwen jegens het
Westen (niet geheel onverdiend overi
gens) en vreemdelingenhaat in het alge
meen. De anti-Westelijke inslag doet de
nationalisten de ware aard van het com
munisme niet doorschouwen en al te vaak
weten de communistische propagandisten
deze afkeer van het Westen aan te
wakkeren.
In de zone van het Suezkanaal kwam
het tot botsingen met de Engelsen en
in Kairo sloeg in Januari een menigte aan
het plunderen en branden. De ontevre
denheid, tot dat ogenblik uitsluitend op
de Engelsen gericht, vond een nieuw ob
ject in koning Faroek, maar het leger
bleef trouw en onderdrukte hetgeen tot
een opstand had kunnen uitgroeien. Fa-
roek ontdeed zich van Nahas Pasja en
de regering van de Wafd, zijn oude te
genstander, en daarop volgde tot Juli
een aantal gematigde regeringen, die
aan de groeiende behoefte tot hervor
mingen niet wisten te voldoen. In het
leger was de ontevredenheid groot over
de hofkliek, die betrokken was geweest
bij het z.g. wapenschandaal toen het
leger bij de veldtocht tegen Israël vol
komen ondeugdelijke wapenen had gekre
gen. Toen de koning tenslotte een aan
tal jongere officieren tegen zich wist op
te zetten, deden dezen een greep naar
de macht. Faroek werd tot afstand ge
dwongen en generaal Naguib stelde zich
aan het hoofd van de regering. Hij scha
kelde snel de invloed van de hofkliek
en grootgrondbezitters uit en voerde een
drastische hervorming in. De strijd te
gen de corruptie werd aangebonden en
anders dan zijn voorgangers, trachtte
Naguib de ontevredenheid weg te nemen
door serieuze maatregelen en probeert hij
niet haar af te reageren door een op
zwepen van het nationalisme.
In de Perzische oliekwestie is geen
nadere ontwikkeling te vermelden, be
halve het verbreken van de betrekkingen
tussen Engeland en Perzië. In December
begon zich even een nieuw Amerikaans
plan af te tekenen voor een oplossing,
maar tot een oplossing heeft dat niet
geleid. Een korte poos is Mossadeq
geen minister-president geweest. Hij
heeft voortdurend moeilijkheden met het
parlement gehad en toen hij in de zomer
was afgetreden, om zijn positie te ver
sterken, achtte de sjah het ogenblik ge
komen zich tot een ander te wenden.
De oude staatsman Ghavam-es-Soelta-
neh vormde een kabinet, doch de aan
hangers van Mossadeq veroorzaakten
ongeregeldheden, waarbij enige doden
vielen. Ghavam vluchtte en de sjah leg
de zijn hoofd verder zonder enig verzet
in de schoot van Mossadeq.
TUNIS EN MAROKKO.
Niet alleen in het Midden-Oosten kan
men een groeiend nationalisme en onaf
hankelijkheidsstreven constateren. Het
gehele werelddeel Afrika begint in be-
roring te komen. In Tunesië en Marok
ko, de Franse Noordafrikaanse protec
toraten, Is de wens naar autonomie gro
ter dan de Franse bereidheid deze in te
willigen.
In Tunesië is de resident-generaal
Jean de Hauteclocque in Maart, toen de
onrust in het land toenam, krachtig op
getreden. Hij liet de regering arresteren
en kondigde een hervormingsplan aan,
dat de nationalisten lang niet ver genoeg
ging. De uitvoering van het plan stuitte
op lijdelijk verzet van de bey en de
nieuwe regering van Bakkoesj, die als
marionet van Frankrijk niet over het
minste gezag beschikt. Het hele jaar door
werden daden van sabotage gemeld. In
December werd een Tunesische vak
bondsleider, een van de hoofdfiguren
van het verzet tegen Frankrijk, ver
moord, maar van Tunesische zijde wordt
beweerd door een bende van Fransen.
Deze moord gaf in Marokko aanleiding
tot grote anti-Franse demonstraties, die
meer dan 50 doden gekost hebben.
Tezelfdertijd (minister Schuman heeft
verband gezocht) hielden de Ver. Na
ties zich bezig met deze kwestie, on
danks Frans protest dat het hier binnen
landse aangelegenheden betrof. Een Ara-
bisch-Aziatische resolutie voor een com
missie van goede diensten vond evenwel
geen meerderheid.
ZUID-AFRIKA.
De Ver. Naties hebben zich (ook zon
der resultaat) bezig gehouden met de
Zuidafrikaanse kwestie. De nationalisti
sche regering van premier Malan voert
de z.g. „apartheid", de scheiding tussen
blank en zwart, rigoureus door, zowel in
de politiek als in het dagelijks leven, zo
ver zelfs, dat Malan een ruzie met het
hoge gerechtshof heeft geriskeerd, waar
bij hij voorlopig echter aan het kortste
eind heeft getrokken. Protestacties tegen
deze politiek, zich uitend in een onge
hoorzaamheidscampagne, waarbij de
niet-Europeanen op plaatsen komen, die
voor Europeanen bestemd zijn. Deze
overtredingen hebben tot vele arrestaties
geleid en hier en daar tot relletjes die
mensenlevens hebben gekost.
Zoals men ziet, heeft de mensheid in
het afgelopen jaar weer te lijden gehad
van vele oude problemen en is slechts
hier en daar een poging gedaan om een
oplossing werkelijk iets nader te brengen.
Vele van deze problemen zullen wij ook
in het komende jaar wel weer tegenko-
Nadruk verboden).
Een jaargang van een krant bergt een verzameling blijde en droeve ge
beurtenissen in zich. Gebeurtenissen, waarover we ons een moment heb
ben verheugd of waarover we een moment hebben getreurd. Bij het af
sluiten van de jaargang is het belangrijkste van wat de krant ons bracht
nog slechts een vage herinnering; het meeste is vergeten. Daarom hebben
we, nu opnieuw een jaar is ver gleden, nog eens gebladerd in het nieuws
van '1952 om, voor we over de drempel van het nieuwe jaar stappen,
nog even terug te zien op het oude, dat straks na de middernachtelijke
klokslag voorgoed tot het verleden zal behoren.
Het was dit jaar weer een komen en
gaan van Nederlanders, die ons land in
het buitenland meer bekendheid gaven
en van buitenlandse bezoekers, die zich
van onze prestaties op de hoogte kwa
men stellen. Het hoogtepunt bracht de
maand April. Op de eerste van die
maand begaven Koningin Juliana en
Prins Bernhard zich naar de Verenigde
Staten, waar milhoenen op de been zijn
geweest om Nederlands vorstin en haar
echtgenoot te begroeten en waar op 4
April door de Koningin namens het Ne
derlandse volk een carillon werd aange
boden uit dankbaarheid voor de hulp
die wij sinds 1945 van het Amerikaanse
volk ontvingen. Groot was het enthou
siasme toen het Koninklijk Paar enkele
dagen voor de verjaardag van Koningin
Juliana in Nederland terugkeerde. Een
grootse bloemenhulde viel. de jarige vor
stin op 30 April ten deel. Aan deze ko
ninklijke reis was voorafgegaan het be
zoek, dat de minister-president, Dr W.
Drees, in Januari aan de Verenigde
Staten bracht. Grote belangstelling ge
noot ook de reis van Z.K.H. Prins
Bernhard naar Zuid-Amerika, waar de
Prins onze economische belangen behar
tigde.
Hooggeplaatsten uit tal van landen
zagen we dit jaar in ons land. Eisen
hower, Mossadeq, Kapitein Carlsen. Gp
30 September was zelfs Gromyko een
half uur op Schiphol; drie dagen later
vertoefde het Zweedse koningspaar daar
gedurende 28 minuten. Prinses Sybilla,
eveneens uit Zweden, had wat langer
de tijd. Maar D.r Figl, de Oostenrijkse
bondskanselier, moest ook al weer heel
gauw het vliegtuig naar huis nemen. Of
prof. Lieftinck heimwee had, hebben we
in de berichten niet kunnen vinden,
maar in elk geval was hij op 28 Octo
ber nog een paar uur op Schiphol, waar
hij zijn reis van de Verenigde Staten
naar Turkije even onderbrak.
Mensen, die komen en gaan. Dat wa
ren ook. de Europese jongeren, die in
October te Den Haag hun assemblee
hielden, dat waren de buschauffeurs Jan
van Gent en George Bronnan, die el-
kaars plaats innamen en dat waren ten
slotte ook de Urker vissers, die op 5
Januari vol goede moed in Argentinië
arriveerden, maar zoveel tegenslag kre
gen, dat er in het najaar niets anders
opzat dan naar het goede Urk terug te
keren.
De buitenlanders, die ons land met
een bezoek vereerden, hebben heel wat
vriendelijke dingen tot en over ons ge
zegd. De eerlijksten onder hen hadden
ook wel critiek. Dat waren b.v. de mi
litaire deskundigen, die ons kwamen ver
tellen hoe wij ons leger moeten organi
seren en de voedingsdeskundigen, die
ons kwamen vertellen wat wij moeten
eten. „De Nederlanders zijn over het al
gemeen veel te dik", zei de heer Gaye-
lord Hauser, een Amerikaan, die hier
eind September was (dat dat nou uitge
rekend een Amerikaan moet zeggen!).
Hij beval ons een dieet aan van biergist,
tarwekiemen en melassestroop. Een
moeilijk dieet voor een land, waar juist
op 14 Januari de koffie werd vrij
gegeven, waarmee een eind gemaakt
werd aan de distributie van levensmid
delen; waar, na twintig jaar experimen
teren, het rode spruitje werd gevonden
en waar, in dezelfde maand waarin de
heer Hauser ons zijn goede raad gaf, de
margarine een roombotersmaak kreeg.
Het kan vreemd lopen! Twee maanden
nadat deze voedingsdeskundige in ons
land was, was heel Mexico verrukt over
de erwtensoep, die hofmeester Helweg
bereidde op de Nederlandse tentoon
stelling in Mexico. Wij hebben in elk
geval met het dieet van de heer Hauser
geen reclame gemaakt in het buitenland.
Dat blijkt ook wel uit de enorme room-
smokkel naar België, die in November
bekend werd. Waarom zouden we het
ook doen? De weduwe Chrisse Karne-
beek-Baks te Eibergen, de oudste in
woonster van ons land, heeft haar hele
leven gegeten zoals zij dat gewend was
en zij werd op 2 October j.l. 103 jaar.
En opa Klijzing, ook niet jong meer,
werd op de avond van 17 April wereld
kampioen pijproker. Met de tijd van 92
minuten en 18 seconden won hij het
van een Amerikaan, die zich wellicht
volgens het systeem-Hauser voedt. Ten
slotte hebben wij van de hele wereld het
laagste sterftecijfer, zoals dit jaar bekend
werd.
LANGS DE KUST.
Opmerkingen, die buitenlanders over
ons maken, kunnen .wel eens een storm
pje ontketenen, maar meer dan een storm
in een glas water is het in de regel niet.
Ernstiger waren in het afgelopen jaar de
stormen, die onze kust hebben gebeukt
en die ons reddingswezen en onze sleep
diensten de trots van Nederland
in het geweer hebben geroepen. Storm,
mist en andere oorzaken hebben scheeps
rampen veroorzaakt, die niet licht ver
geten zullen worden. De „Insulinda"
moest op 2 Januari uitvaren om een
Duits schip voor de Eemsmonding te
hulp te komen. Het schip is vergaan en
22 opvarenden alsmede de loods lieten
het leven. Een dag later, 3 Januari, liep
de Noorse „Frameggen" bij Petten op
de kunst. De „Radmar", een Engels
vaartuig, strandde op 12 Januari voor
Hoek van Holland, de reddingsboot „Jan
Leis" bood hulp. Een week later vond
Arie Brinkman, de koene schipper van
de „Jan Leis", zijn graf in de koude gol
ven bij een poging om de bemanning
van twee sleepboten te redden. Een dag
eerder werd de „Alkmaar", een IJmui-
dense trawler met 15 man aan boord
vermist.
Tal van schepen, die op de Neder
landse kust en op de banken voor de kust
strandden, werden dit jaar door Neder
landse sleepboten vlotgetrokken. In het
najaar troffen de stormen onze scheep
vaart opnieuw. Drie doden waren te
betreuren, toen de Rotterdamse coaster
„Luctor" op 30 September bij de Fran
se kust in noodweer geraakte. De „Faus-
tus" liep op 6 November bij Hoek van
Holland vast, sloeg een groot gat in de
pier en zonk vervolgens in de vaargeul.
Amsterdam had daaraan een bezoek van
de „Nieuw-Amsterdam" te danken. Een
week later was het verkeer op de Nieuwe
Waterweg weer vrij, maar het herstel
van de pier kostte veel tijd en geld en
hetzelfde ^al het geval zijn met de op
ruiming van de „Faustus", waarover het
laatste woord nog niet is gesproken.
Gelukkig zijn er ook nog wel prettige
dingen van de scheepvaart, zowel bin
nen- als buitengaats, te melden. Reeds op
18 October meldde het 12.000ste schip
zich in de Rotterdamse haven en in de
week van 11 t.m. 17 October kwamen
er meer zeeschepen dan in enige week
sinds 1945. Op 11 Juli kwam de „Maas
dam", het nieuwe schip van de Hólland-
Amerikalijn in de vaart. Onvermeld mag
ook niet blijven het grootse gebaar van
een industriëel, die zo onder de indruk
was van het heldhaftig gedrag van ka
pitein Carlsen, dat hij een bedrag schonk
voor de inrichting van een compleet
reddingbootstation.
Feest was het voor de binnenscheep
vaart, toen Koningin Juliana op 21 Mei
het stuurwiel van de „Piet Hein" ter
hand nam. De neus van het jacht sneed
het lint door en daarmee was het Am-