dag- VROOM DREESMAM uoens prijzen m Hei Brabanis Orkesi LANDBOUW )E OPDRACHT ROBERT MERSHAM speelt Bach en Beethoven 2' DE ECHO VAN HET ZUIDEN VAN MAANDAG 9 NOVEMBER 1953 2 ALLEEN GELDIG WOENSDAG 11 NOVEMBER 's-HERTOGENBOSCH TILBURG - HELMOND Doodop? PLEEGZUSTER BLOED WIJN Met Herman Krebbers als solist BEETHOVEN'S VIOOLCONCERT. Heren sportbroeken en singlets, prima kwaliteit interlock, In de maten 4 45 A er, 7 Machinegaren, pr. katoen, nrs. 36-40-50, zwart en wit, 500 yds. klos 45c SCHRIFTELIJKE EN TELEFONISCHE BESTELLINGEN WORDEN HIEROP NIET AANGENOMEN i Theedoeken, katoen, frisse ruiten, gezoomd en gelust, i%Oc 63x63 cm. 07 Warme kameelharen pantoffels, in mooi ruit- dessin, met prima rubber- zolen, maten 41-47 2.45 4 95 36-40 1 Ruitstof, wollen kamgaren, Garage en auto, opvouw- 1 30 cm. br., groot kleuren- baar, met friction drive, een assortiment, (benodigde stof leuk St.-Nicolaas ^10 voor een rok 85 cm.) ^90 per meter cadeau Theebeurs, prima vulling en leuke plastic bekleding, handige knipsluiting ^25 Kolenzeef, met prima ge galvaniseerde 4 15 draadbodem, Leverworst speciaal, uit export partij, per 200 gram Gevulde carmels, naar oud Engels recept, AAc per 250 gram Kolenkit, prima zwart emaille, flinde maat 2^® Leuke kinderhandschoe nen, zuiver wol, m. dubbele boord, in bruin, groen, wit, korenblauw, rood en marine, maat 5-7 2.60 2^0 maat 2-3 Garnituur, best uit bretel les en sokkenhouders van prima elastiek in 3 kleuren, een practisch en voordelig St. Nicolaas-cadeau, O 50 in luxe verpakking Karl May boeken, 194 pagina's, gebonden uitvoe ring, o.a. Winnetcu's Dood en De Schat aan £1K c het Zilvermeer kon de gemeente aanspraak maken op de helft van de tijd en de ar beidskrachten. We kunnen, besloot hij, Sprang- Capelle niet voor gaan schrijven, dat doen we zo dan gaat die ge meente deze regeling natuurlijk niet met ons aan en zijn we aange wezen op de twee andere mogelijk heden. De heer van Dongen verzekerde nogmaals dat Waspik nu maar een aanhangsel was alles was georiën teerd op Sprang-Capelle de rechts zekerheid van de ambtenaren was erg gering. Op het moment kon hij zijn stem aan dit voorstel niet ge ven. De voorzitter betoogde dat de be langen van beide gemeenten gelijk waren en op gelijke wijze werden behartigd. Bovendien moest men steeds de practijk van dergelijke regelingen afwachten. De heer van Dongen was van me ning, dat men eigenlijk beter zich aan kon sluiten bij de dienst Noord- Brabant West, waarop de voorzitter repliceerde dan heeft U dezelfde regeling, U betaalt hetzelfde en U kunt maar enkele uren per week aanspraak maken op de deskundige. Bovendien is dit wel een zeer groot ambtelijk apparaat. De heer van Dongen stelde hier tegenover, dat Waspik heel weinig perspectief bood op het gebied van de woning- en industriebouw, in tegenstelling tot Sprang-Capelle, dat heel andere vooruitzichten bood en waar heel wat meer werk voor die dienst zou zijn, zodat het toch er op neer zou komen, dat de amb tenaren voor die gemeente het meeste werk verrichtten. Maar de voorzitter wees op de bepaling, dat de technicus in iedere gemeente twee dagen zitting zou houden, terwijl hij de overige 1% dag nodig zou hebben voor het bij werken van de administratie. De heer van Dongen echter was van mening, dat deze twee dagen heel gauw minder zouden worden, wanneer bleek, dat hier lang niet zoveel werk was. B. en W., antwoordde de voor zitter, zullen streng de hand hou den aan deze bepaling en als blijkt dat men met minder uren kan vol staan, dan zal dat eerst in de raad gebracht worden. De heer de Glas was ook van mening, dat er geen voldoende em plooi voor hem zou zijn, waarop de voorzitter repliceerde dan had de raad deze regeling niet aan moeten snijden. Ik zie bovendien niet in, dat hij hier geen werk voor 2 da gen zou hebben, wanneer we straks beginnen met het saneren van de woningen. De heer van Iersel diende hierna een amendement in, zoals hij zei, waarbij de raad besloot een com missie te benoemen ter bestudering van het ontwerp. Maar de voorzit ter achtte het niet nodig hierover te stemmen hij zou het voorstel van B. en W. in stemming brengen en als de raad hier tegen was, dan zou blijken dat hij een commissie wenste. STEMMINGEN. Ergo, het voorstel werd in stem ming gebracht en de heren Kamp, de Glas, Zijlmans, van Dongen, van Spaandonk en van Iersel verklaar den er zich tegen, zodat het voor- Stel met 6 tegen 5 stemmen werd verworpen. Impliciet had de raad zich dus uitgesproken voor een commissie, waarna men tot benoeming van 5 leden overging. De uitslag van de eerste stem ming was: van Iersel 11 stemmen, van Dongen 9, van den Broek 9, van Spaandonk 6, Zijlmans 6 en Verduyn 6, Kamp 4, de Glas 3, Timmer s 1. Zodat de heren van Iersel, van Dongen en van den Broek gekozen waren en er een tweede stemming nodig was over de resterende twee zetels. De tweede stemming had tot uit slag van Spaandonk 8 stemmen, Zijlmans 5, Verduyn 4, Kamp 2, Timmers, de Glas en van den Broek 1 stem. Nu was de heer van Spaandonk in de commissie gekozen en was er een herstemming nodig tussen de heren Zijlmans en Verduyn, bij welke stemming de heer Zijlmans 8 stemmen behaalde en de heer Verduyn 3. versterkt De voorzitter wees er ten slotte nog op, dat wanneer de commissie wijzigingen voorstelt en deze dooi de raad worden geaccepteerd, dat dan de raad van Sprang-Capelle hier ook in gekend moet worden. Gaat die raad hiermee niet accoord, dan zal de gemeente Waspik ge noodzaakt zijn te kiezen tussen een aansluiting bij de dienst Noord- Brabant West of een ambtenaar in eigen beheer te benoemen. RONDVRAAG. Na de uitvoerige behandeling van dit agendapunt stelde de voorzitter de rond vraag aan de orde, van welke gelegen heid de heer van den Broek gebruik maakte, door te vragen of B. en |W. reeds besloten hadden wat er zou gebeu ren met de grond tussen de Carmelieten- straat en de A. Verschurenstraat. Dit perceel bleef een steen des aanstoots zo wel voor de huurder als voor de om wonenden. Waspik-Boven was toch al zo schaars bedeeld met schoon, zou het niet mogelijk zijn dit gedeelte te beplan ten. B. en W. «antwoordde de voorzitter, zouden dit eens bekijken. De heer Zijlmans vroeg voorts of er iets besloten was ten opzichte van het Spoorpaadje. Daar liggen veel percelen aan, ant woordde de voorzitter, en het is de vraag of al die mensen een stukje grond er bij willen hebben. Niettemin waren er reeds meerdere aanvragen binnen en in een van de volgende vergaderingen zouden B. en W. met een voorstel dienaangaande ko men. De heer van Dongen wilde dn dit ver band B. en W. in overweging geven zelf een strook te houden voor het schoon maken van de sloot, waarop de voorzit ter antwoordde, dat hier al rekening mee was gehouden. De grond zou niet ver der verkocht worden, dan het pad liep. Vervolgens vroeg de heer van Don gen of de voorzitter al iets mee kon de len over de uitslag van de enquete met betrekking tot de gasvoorziening. De uitslag van deze enquete was nog niet bekend, nog steeds kwamen de for mulieren binnen, maar in de volgende vergadering zou de voorzitter dienaan gaande wel het een en ander kunnen meedelen. DE LOTERIJWET EN HAAR TOEPASSING. Enkele gemeentenaren hadden de heer van Iersel verzocht te vragen hoe het kwam dat het vorige jaar de kanariever eniging een loterij mocht houden, nadat deze echter eerst afgewimpeld was, en waarom die loterij nu helemaal afgewim peld was. De voorzitter wilde voorop stellen dat B. en W. geen verantwoording schuldig waren aan de raad, over hun uitvoering van de loterijwet. Niettemin wilde de voorzitter het standpunt van B. en W. te dezen op zichte wel uiteen zetten. In het verleden was met de loterijwet nogal de hand gelicht en daartegen wa ren zowel van administratieve als van justitionele zijde bezwaren gemaakt. En de minister had herhaaldelijk gewezen op het ongeoorloofde hiervan. Het gemeentebestuur heeft te overwe gen, aldus de voorzitter, of de loterij wordt gehouden voor een vorm liefda digheid, voor een doel de wetenschap of de kunst betreffende, of het algemeen belang. B. en W. weigeren tegen beter wetén nog toestemming te geven voor een loterij die een van deze doelen niet beoogt. Met betrekking tot de loterij van „Vo- gellust" is er naar de mening Van B. en W. geen sprake van een van de ge noemde doelstellingen, daar de loterij uit sluitend gehouden wordt tot dekking Van de kosten van een te houden tentoon stelling. Hier is geen sprake van kunst maar van handel, terwijl het algemeen belang er niet mee wordt gediend. Met betrekking tot de winkeliersver eniging die ook een loterij had aange vraagd, ligt de zaak anders; 50 van de nominale waarde van de loterij wordt afgedragen voor Santos; maar eigenlijk eiste de wet een percentage van 70 Na deze uiteenzetting verlangde geen der leden meer het woord, zodat de voor zitter gevoeglijk de openbare vergadering kon sluiten. Wanneer Het Brabants Orkest aanstaande Dinsdag naar Waal wijk komt om daar te concerteren in Musis Sacrum, dan is het Orkest niet voor het eerst de gast in onze stad. Integendeel, reeds herhaalde malen hebben wij het als een zeer welkome gast mogen begroeten en toonde de Waalwijkse bevolking in de meeste gevallen ook zeer dit bezoek te appreciëren. En wij ho pen dat dit morgen ook weer het geval zal zijn, wanneer het Orkest onder auspiciën van de Kunstkring optreedt. Der ge woonte getrouw geven we voor onze belangstellende lezers concertbezoekers een korte i nleiding op het programma. SINFONIA JOH. CHR. BACH Als eerste werk speelt een orkest in de meeste gevallen de ouverture tot een of andere opera en wanneer dan Het Brabants Orkest zijn con cert opent met de Sinfonia in Bes gr. t. van Johann Christian Bach, dan maakt het op deze gewoonte geen uitzondering, want het werk werd oorspronkelijk geschreven als de ouverture voor de opera Lucio Silla. In weinig opzichten gelijkt de zoon Johann Christian op zijn beroemde vader Johann Sebastian en ook zijn werk ademt een geheel nieuwe geest. Zijn Sinfonia is een bewijs, hoe snel en afdoende hij zich aan de grote invloed van zijn vader heeft onttrokken, al willen we hier natuurlijk allerminst mee zeggen dat die invloed verkeerd was, integendeel. Nu echter is Jo hann Christian instede van een epigoon te worden, gegroeid tot een zelfstandig kunstenaar, wiens wer ken nog steeds graag worden ge speeld. En bovenal zijn Sinfonia in bes gr. t., die zelfs de weg vond naar de muziekkiosken. De indeling van dit werk in drie delen (vlug langzaam vlug) was de geijkte vorm voor de Napo- litaanse ouverture en zou ook be palend worden voor de Symphonie- vorm. Het eerste gedeelte, allegro assai, is geschreven in de klassieke sonate-vorm, behoudens een klein verschil, en kent twee duidelijk aan elkaar tegengestelde thema's, waaraan door de strijkers nog een derde thema wordt toegevoegd. Zeer mooi is ook het tweede deel, het andante, geschreven in de ron do-vorm de befaamde hobo-soli kunnen hier gelden als coupletten, waarvan het refrein een zeer be kend zangerig thema vormt. Het derde deel is eveneens een rondo. De strijkers spelen de voor zin, het gehele orkest de nazin en opmerkelijk is bij dit deel in het tweede couplet een prachtige wis selwerking tussen strijkers en bla zers. BEETHOVEN'S TWEEDE SYMPHONIE. Op de meeste concerten die Het Brabants Orkest hier gegeven heeft hoorden we een werk van de grote componist Ludwig van Beethoven, een reuze-verschijning onder al de genen die ooit muziek schreven en zullen schrijven. Meerdere van zijn 9 Symphonieën hebben we hier reeds gehoord en thans zal het Waalwijkse publiek kennis kunnen maken met zijn 2e Symphonie in D gr. t. op. 36, die hij in 1803 vol tooide. Het werk draagt, evenals de eerste symphonie, een vrolijk en zonnig karakter, en dat verbaast ons wanneer wij weten, hoe Beetho ven juist in die tijd vreselijk ge plaagd werd door de gedachte aan zijn steeds erger wordende doof heid. Maar hij was een krachtige persoonlijkheid, die zijn werk aan greep om er zich aan staande te houden, die zich niet liet deprime ren, al gaf hij vaak uiting aan zijn verscheurende inwendige strijd. Maar hiervan merken we niets in dit vriendelijk werk, dat wordt ge opend met een langzame inleiding (Adagio molto). Een elegante gol vende melodie vormt het hoofdthe ma van het eerste deel (Allegro con brio), dat wordt ingezet door de alten en violoncellen. Het tweede thema heeft veel weg van een marsmuziek (dit in tegenstelling tot de normale vorm van de klas sieke symphonie). Het motief wordt gespeeld door de klarinetten en fa gotten, terwijl de strijkers lange tijd een klein begeleidingsfiguurtje herhalen. Het tweede thema wordt besloten met een episode waarin forse accoorden optreden en een plotselinge dynamische tegenstel ling wordt gemaakt, die even een draVnatisch accent aan deze muziek dreigt te geven. Het tweede gedeelte (Larghetto) is geschreven in de trant van de pastorale, het is poëtisch en vre dig, romantisch, van een typisch Oostenrijkse mentaliteit (Beetho ven woonde vanaf 1792 in Weenen). Het derde deel is volkomen een scherzo, flitsend en grillig, maar altijd beheerst door een meester hand na het eerste deel, het eigen lijke scherzo, volgt het Trio, dat begint met een simpele melodie in de hobo's, met hetzelfde motief als dat van het scherzo, maar dan in dalende lijn het derde deel vindt zijn bekroning in de Finale, een schuimend stuk muziek, waarin speciaal in de lange coda een groot elan wordt ontplooid. Na de pauze van het concert zal Herman Krebbers, concertmeester van het Residentie-Orkest, over wie we reeds enkele bijzonderhe den vermeldden, met Het Brabants Orkest het vioolconcert in D gr. t. op. 61 van van Beethoven spelen. Het is het enige vioolconcert dat Beethoven schreef, maar hiermee heeft hij zich dan ook geplaatst in de allereerste rijen van degenen die dit genre beoefenen. Het is een edel werk, van een zeldzame ver fijning, die echter de kracht niet uitsluit. Het eerste deel begint met vier paukenslagen op de grondtoon, die heel het eerste deel blijven beheer sen. Er zijn twee duidelijk te on derscheiden hoofdthema's. De ca dens gaat over in het tweede the ma, dat in een diepe ligging ge speeld wordt. In het tweede deel omspeelt de solist meestal de mooie melodieën van het orkest. Het slot deel is een zeer karakteristiek Rondo. We hopen tenslotte, dat velen van dit mooie concert zullen genieten. HERFSTBEMEST1NGS- ADVIEZEN. Nu de meeste gewassen het veld weer hebben geruimd en de herfst inmiddels weer zijn intrede heeft gedaan, lijkt het ons goed even stil te staan bij die mest stoffen welke thans met succes kunnen worden uitgestrooid. Afgezien van de herfstbemesting van stikstof of wintergranen, koolzaad e.d., bepalen wij ons nu meer bij de fosfaat-, kali- en kalkbemesting. Wat betreft de fosfaatbemesting is de tijd nu rijp om, in de eerste plaats op de kalkbehoeftige gronden (te lage pH) Thomasmeel te strooien. Van de verschillende kalimeststoffen kunnen wij de chloorhoudende soorten (Kalizout 20 40 of 60 het beste in dë herfst toedienen. Dit met het oog op chloorbeschadiging bij gewassen wel ke hiervoor gevoelig zijn (aardappelen, tabak, stambonen, wortelen, vruchtbo men e.a.). De kalkmeststoffen dienen waar nodig ten spoedigste te worden gestrooid en zo mogelijk door de bouwvoor gemengd. Pas dan zal men voor een volgend oogst jaar een volledig rendement kunnen ver wachten. FEUILLETON van „De Echo van het Zuiden". VAN door Martin Verduyn. 7) Hoe wanhopig hun situatie ook was, er was maar één ding te doen: verder gaan. Achter z'n ogen brandden tranen, toen hij naar de Crownby keek, maar zijn gelaat was als uit steen gehouwen, toen bij begon te spreken: „Binnen een half uur moeten wij deze plaats verlaten hebben. Onze kansen zijn natuurlijk gering. Alleen zij die in staat zjjn te lopen gaan mee. Onze eerste taak is prof. Nichols te vin den en hem naar Leopoldville te brengen. Wat er ook gebeurt, dit is onze opdracht, tot de laatste man. „Brent en Hartley", hier wend de hij zich tot de overlevende sol daten, „jullie zorgen voor de wa tervoorraad. Wees er zuiniger op dan op je leven. Neem zoveel mo gelijk mee. Verder de lichte muni tie. Voedsel zullen wij onderweg moeten vinden. Ieder kan slechts één rantsoen meenemen. Water en kogels zijn nu belangrijker. En vergeet ook de tabak niet. Eergeant Dunwell neemt het commando van luitenant Crownby over. Zorg er voor, dat voor luitenant Crownby voldoende water en voedsel in zijn onmiddellijke bereik wordt achter gelaten." Zijn stem had bij de laatste woor den een harde klank gekregen. Als priemen drongen de ogen van zijn mannen hem in het hart. In ieder van die vermoeide ogen las hij de ontstelde vraag: „Neem je hem niet mee Maar het waren soldaten en zij kenden hun commandant en zwe gen. De openlijke reactie kwam van de vrouw. Zij zag doodsbleek en ongelovig keek zij Mersham aan. Uit haar stem klonk onverholen afschuw toen zij zei: „Moet ik uit uw woorden opmaken, dat u die arme jongen achter wilt laten, ka pitein Mersham? U weet heel goed dat hij nooit van dat voedsel en water zal gebruiken. Als hij niet verzorgd wordt, is hij binen enkele uren gestorven." „Wat u zegt is volkomen juist, miss Andrews", antwoordde Mers ham, met een intonatie van ver weer in zijn stem. „Toch zullen wij luitenant Crownby moeten achter laten." „Maar dat is beestachtig...." riep het meisje verontwaardigd. Mersham werd een ogenblik heel bleek. Zijn stem was nu uiterst gereserveerd, toen hij antwoordde: „Met Crownby vloog ik meer dan twintig maal over Duitsland. Sa men bombardeerden wij Hamburg en Berlijn en wij vochten boven het Ruhrgebied. Wij zijn vrienden. Als Crownby nu bij bewustzijn was, zou hij niet anders willen. Ik heb een opdracht te vervullen en die luidt „Breng prof. Nichols en zijn assistente naar Leopoldsville". „Is het daarvoor nodig een ge wonde te laten sterven?" „In dit geval is het niet mogelijk mijn vriend mee te nemen. We kunnen niet wachten en zijn ver voer door de jungle is onmogelijk met de beschikbare krachten." „Denkt u dan alleen aan uw op dracht?" vroeg Marion wanhopig. „Ik vrees dat ik zo'n mentaliteit als „Befehl ist befehl" bezit", snauwde Mersham. „Als intellectu eel, met een verantwoordelijk on derzoek belast, moest u de nood zaak van mijn instructies kunnen inzien. „Verstandelijk hebt u gelijk, ka pitein Mersham, maar hebt u geen hart?" interrumpeerde Flanders ijskoud. „Ja, hebt u geen hart?" zo viel Marion Flanders bij. „Dat kunt u de jongens vragen", antwoordde Mersham kort en met een ruk keerde hij zich om naar Crownby. Achter zich hoorde hij het zachte snikken van het meisje en 't zwij gen van zijn mannen was als een oordeel over hem. Mersham dacht aan een dorpje in Californië niet ver van Los Angeles. Hij was eens met Kerstmis daar gelogeerd ge weest, bij Crownby's moeder. Een lieve, oude dame van Engelse af komst, die een buitengewoon lek kere plumpudding kon klaar ma ken en die aanbeden werd door haar zoon. Wat zou hij haar moeten zeggen als hij ooit levend hieruit kwam? „Ik heb uw zoon laten ver rekken. Hij is dood. Maar de op dracht...." Kon een vrouw dit ooit begrijpen? Zelfs een geleerde vrouw als die miss Andrews, die volkomen de konsekwenties van 'n mislukte zending als deze overzien kon, zelfs zij stond daar weerloos te huilen. Het maakte Mersham ziek dat stille snikken, het lijdende ge laat van zijn vriend en de hoog hartige critiek van zijn onderge schikte, Flanders. Was 't die hels- groene schemer, de klamme hitte die het lichaam verstijfde, het mo notone gegons van millioenen ve nijnige kleine diertjes en hun felle beten, en het verdriet over Crown by, die hem zijn zelfbeheersing de den verliezen „Waarom betrekt de regering in Godsnaam vrouwen in de oorlog. Jullie met je vervloekte emancipa tie-waanzin. Daar sta je nu met je nuchtere intellect te snotteren als een klein kind, terwijl je niets an ders doet dan moordwapens uit denken" schreeuwde hij woest. „Crownby sterft hier niet voor zijn genoegen, maar dank zij professor Nichols, de grote atoomgeleerde, dank zij jullie vervloekte weten schap." Nooit zou Mersham de wanhopi ge blik vergeten waarmee 't meisje hem aanzag. Zij kromp onder zijn woorden ineen. Zij had geen ver weer tegen deze grote brute man, met zijn harde gelaatstrekken en onredelijke woorden. Zijn type was haar volslagen on bekend. Wel voelde zij zich diep ge kwetst, maar zij was niet boos. In tuïtief voelde zij het diepe verdriet dat achter de woorden van Mers ham verscholen lag en werd zij zich bewust van de zedelijke kracht die in deze man triomfeerde over hu mane gevoelens. Met een plotselin ge vreemde zekerheid voelde zij, dat naastenliefde zonder een sterk ontwikkeld verantwoordelijkheids gevoel, zonder een aanvaarding van streng gezag, op zichzelf waarde loos is. Zij stond hier voor een type met een mentaliteit, dat schaars gewor den is in deze moderne wereld van zoetelijk humanisme en brute machtswellust. Deze kapitein wilde kennelijk van beide niets weten. Het opperste gezag was voor hem niet een subjectief gevoel, minder nog een bepaalde willekeurige macht, maar werd door hem be paald dooreen zedelijke opdracht in dienst van de gemeenschap. Deze vorm van humanisme was tenslotte de hoogste, die van het offer voor een doelstelling. Marion wist dit alles op dit vreselijke mo ment met grote zekerheid. Ook voelde zij zich mede schuldig aan het onverklaarbare gedrag van professor Nichols. Even keek zij schuw naar Mersham op en zij las pijn in zijn grijze ogen, de smart van een sterke man, die een plicht vervult tegen zijn diepste gevoe lens in. Impulsief greep zij zijn hand. Wordt vervolgd.

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1953 | | pagina 2