Geen vriendschap. Waalwijkse en LangstraatCourant K&h£ang. ms ZONNIGE LEVENSLOOP VAN HET K.N.M.I. DE RAMP. ALGEMENE BERICHTEN dTêcho jan tielen en noodzakelijkheden in Noord-Brabant. Honderd jaar dienst aan de mensheid Het leven begint bij veertig - ook met Uw Rbeumatiek! Rheumati&che Pijnen liggen op de loer. ook UW blad MAANDAG 1 FEBRUARI 1854 Uitgever Waalwykse Stoomdrukkerij Antoon Tielen Hoofdredacteur Dit blad verschijnt 2 x per week ECHO P HEI ZUIDEN 77e JAARGANG No. 10 Abonnement 19 cent per week 2.45 per kwartaal 2.70 franco p. p. Advertentieprijs 10 cent per m.m. Contract-advertenties speciaal tarief. Bureaux: GROTESTRAAT 205, WAALWIJK TEL. 2621 Dr van BEURDENSTRAAT 8, KAATSHEUVEL TEL. 2002. OPGERICHT 1878 TELEGR.-ADRES: „ECHO" Men kan niet zeggen dat de ve - houding tussen Nederland en Ind - nesië, sinds dit land ruim drie jaar geleden zijn onafhankelijkheid kreeg, bepaald hartelijK is. Onge twijfeld bestaat er officieel vriend schap, meer zelfs, een unie, deze bepaalt dan toch alleen de of ficiële betrekkingen en zelfs die nog niet altijd op de meest vriendschap pelijke wijze. Talrijk zijn de be wijzen van een zekere lichtgeraakt heid, overblijfsel van een rancune die niet in een, twee, drie onder drukt kan worden. Waarschijnlijk zelfs is ze meer dan een overblijf sel een doorwerking van de hele na-oorlogse ontwikkeling die van de weg der Indonesiërs naar de onaf hankelijkheid geen pad over rozen heeft gemaakt. Dat ze zichzelf daar van een verwijt maken is niet te verwachten, maar evenmin kan men diegenen ongelijk geven die beweren dat het hun eigen schuld is. Ook in landen waar men de hui dige Indonesische machthebbers te paard heeft geholpen, is het enthou siasme over de gang van zaken aan merkelijk bekoeld. Daar evenwei gedane zaken geen keer nemen, heeft het weinig zin daarover nu nog na te kaarten. Men moet de situatie nu eenmaal nemen zoals ze daar ligt. Met dat al is die voor de in In- donesië wonende Nederlanders niet buitengewoon aangenaam. Gebrek aan zekerheid of ook maar redelijke verwachtingen voor de toekomst maakte het niet animerend om daar te werken. Daarbij komt dat ze door veel Indonesiërs mat schele ogen bekeken zullen worden, wat even min een sfeer van vertrouwen schept. Men vergeet zo maar niet een recent verleden dat men als vij anden tegenover elkaar stond, voor al niet wanneer van hogerhand niet bijster veel moeite wordt gedaan om de officiële overeenkomsten ook een dienere inhoud te geven onder het hoffelijke vernisje van het di plomatiek Verkeer. Men ontkom,t niet aan de indruk dat de overheid soms juist in de tegenovergestelde richting werkt door aanvallen op Nederland en Nederlanders die wei nig meer uitwerken dan dat ze de goede verhouding schaden, om over vriendschap maar niet. te spreken. Het is natuurlijk niet juist om naar aanleiding van de recente ar restatie van Nederlanders in Indo nesië halsoverkop te oordelen dat deze onrechtvaardig zijn en te sug gereren dat de Indonesische autori teiten „de pik hebben" op de Ne derlanders. Wel is er aanleiding om zich enigszins bezorgd te maken, wanneer men denkt aan de arresta ties van enkele jaren geleden, waar van de gedupeerden pas na gerui me tiid zonder veroordeling werden losgelaten Hgt is te hopen dat de Nederlandse regering er in slaagt de Indonesische autoriteiten tot zo'n grote sooed aan te rrmrmn dat ook maar de schijn van willekeur wordt vermeden. En als er werkelijk spra ke is van een complot of een ver boden vereniging die dan de Da- rul Islam zou zijn waaraan de gearresteerde Nederlanders hebben deelgenomen, dan moge hun schuld wel zo vast komen te staan dat iedere verdenking van par tijdigheid der Indonesische jus titie naar het rijk der fabelen wordt verwezen. Blijft het dan voor het ogenblik onaangenaam dat de In donesische autoriteiten uiterst spaarzaam zijn met inlichtingen, dan kan dat ruimschoots vergoed worden door de degelijkheid van 't onderzoek dat een verregaande ge heimhouding noodzakelijk kan ma ken. Mocht blijken dat de Neder landers terecht zijn gearresteerd, dan is dat te betreurenswaardiger omdat een toch al niet overmatig heldere sfeer er nog meer door ver troebeld wordt, er nog van afgezien dat men geen reclame maakt voor zijn vaderland door in den vreem de aan subversieve acties mee te doen. Een ander geval is dat van de correspondent Evenhuis, die werd gearresteerd omdat hij aan zijn blad een telegram stuurde over een on aangenaam incident tussen een In donesisch minister en de directie van een hotel in Surabaja. Dit te legram werd onderschept omdat de Indonesische autoriteiten van oor deel waren dat het onrust in de maatschappij zou verwekken. Alsof de hele affaire dat niet doet! Op de eerste plaats om de rigoureuze wij ze waarop hier is opgetreden. Ver volgens om de gevaren voor de persvrijheid, wanneer dergelijke ta melijk weinig opwindende berich ten onrust in de maatschappij heten te verwekken en derhalve worden onderschept. Tenslotte om de be dreiging van de gemoedsrust van de Nederlanders in Indonesië, die niet meer weten wat ze wel en niet mogen zeggen. En wanneer men dan de Hoge Commissaris nog geen ant woord belieft te geven als hij om inlichtingen vraagt, dan is 't geen wonder wanneer de Nederlander een lichte kriebeling bekruipt. Het zijn helaas geen losstaande gevallen. Geregeld komen er be richten die bewijzen dat men de Nederlanders wantrouwt en min of meer als ongewenste vreemdelingen beschouwt, waarbij dan nog komen politieke wrijvingspunten als Nieuw Guinea, dat alsmaar Indonesisch moet worden, terwijl de regering in Djakarta haar handen vol heeft om van Indonesië zelf een goed inge richte en geordende staat te maken. Dat zij dit liefst met zo min moge lijk Nederlandse hulp doet, is niet onbegrijpelijk, maar zij moet het leven van de Nederlanders die zij nodig heeft of die daar hun taak te vervullen hebben, hetzij voor het algemeen belang, hetzij voor zich zelf, zo draaglijk mogelijk maken. Dit zal de verhoudingen ten goede komen, zowel van de Nederlanders in Indonesië tegenover hun gasthe ren als tussen Nederland en Indo nesië in wijder verband. Ook Ne derland stelt meer prijs op vriend- c—v,Pppelijke banden dan op deze Unie. hief: de golf van bereidheid tot hel pen, van naastenliefde en kame raadschap. Uit alle landen, tot ver over zee, zijn ze gekomen om te helpen: De Amerikanen in hun helicopters en vliegende goederenwagens, Franse pontonniers, brandweermannen uit Italië, Duitsers, ditmaal niet met ge weren, maar met spaden, en onze eigen mensen, mannen en vrouwen, jongens en meisjes, Rode Kruist soldaten en schippers, mariniers en grondwerkers, studenten en matro zen. Lange colonnes vrachtauto's rolden ons land binnen en een ge weldige vloot trok op langs de wa terwegen. In de steden, in de dorpen ram melden de collectebussen, reden de vrachtwagens hoog opgeladen met goederen. En daar stroomden ze ook binnen, de vluchtelingen, de ogen nog starend in een gruwelijk ver leden; de zielige, vermagerde die ren, bevuild en geschaafd. Maar ge red! Het offensief van de zee was te ruggelopen. Bijna vredig kabbelde het water, dat zo wreed had ge heerst. Op de golfslag deinden de kadavers, dobberde het wrakhout, het meubilair. En gestaag kwamen de meldingen van méér doden, méér vermisten. Nog was 't einde niet EEN JAAR LATER. f ,rj vu j l! Weer klinken nu de klokken over de eilanden. Barbaars hard is er gewerkt. Ie dereen greep aan, niemand spaarde zichzelf. Onze Koningin plaste in grote waterlaarzen door de over stroomde gebieden, zoals de dijk werkers rond haar. Meisjes en vrou wen in overalls gingen aan het red deren, toen het reddingswerk was voltooid. Al het andere werd aan de kant gezet: dit ging vóór. En op een koude winderige avond stonden hoog op de laatste caisson de repor ters, die de wereld kond deden dat het laatste dijkgat was gedicht en de Slag bij Ouwerkerk gewonnen! Toen hebben de sirenes geloeid, zoals ze eens, vele jaren geleden, haar triomfschreeuw deden horen bij Den Oever,' toen het laatste stroomgat in de afsluitdijk werd ge dicht. Maar de muziek van de ar beid was in een andere toonaard gezet. Smart en leed hebben de overwónningskreet getransponeerd tot een ootmoedig dankgebed tot God, die droeg ons voorgeslacht in nacht en stormgedruis, en die het volk van dit land deed worstelen, maar ook ontkomen. Daarvan zingen de klokken. Nu, een jaar later „Jouw gezicht lijkt wel op een weerbericht", zeggeen we wel eens en we zingen het op de melodie van_ een bekend wijsje. Helaas zijn we nog niet zover; dat we het weerbericht iemand van zijn gezicht kunnen lezen. 'Daar zit heel wat meer aan vast. Wie ons niet mocht geloven, gaat maar eens zijn licht opsteken bij het Ko ninklijk Nederlands Meteorologisch Instituut te De Bilt, dat zijn honderdjarig bestaan viert. Een eeuw dient dit centrum van weerkunde en alles wat daar aan vast zit, nu al de mensheid. Nee, het is heus niet alleen van be lang voor Nederland, want de centra der wetenschap werken sa men over de gehele wereld. Wanneer dit ergens voor van belang is, dan moet men stellig de meteorologie noemen. Het weer van morgen bij ons is immers afhankelijk van de gegevens, die vandaag uit Schotland, Groenland, de V.S. of Noorwegen worden verkre gen. Daarom moet u .een „wijde blik" hebben, wilt u het gehele werkterrein van een meteorologisch instituut overzien. Het is een jaar geleden dat de Ramp over Nederland kwam. Een Ramp, waarvan wij niet hadden gedroomd, die wij niet meer hadden verwacht. Wij, een volk van dijkenbouwers en waterbe dwingers, hadden de zee getemd. Maar in die vreselijke nacht, voorafgaande aan de eerste Zondag van Februari, kreeg de vijand ons er bijna onder. Bijna We zaten des Zondagsmorgens in onze veilige huizen, wij, die ver wa ren van het rampgebied. We zaten aan het ontbijt en we draaiden de radio aan. Misschien was er een schip gestrand, want het had. bar gestormd die nacht. En toen klonken door de luidspre ker berichten die de echo wekten van andere tijdingen, zoals die op een zonnige Meimorgen in 1940 hadden geklonken: meldingen van aanvallen en bombardementen, oproepen, noodkreten. Toen kwamen daar de schrikke lijke signalen van wat een catas trophe moest zijn. Noodtoestand af gekondigd polders lopen vol militairen opgeroepen. We zagen soldaten met verlof, zich haastig reppend naar de sta tions Rode Kruis-mensen, E.H. B.O.-ers, arbeiders met schoppen in hun werkkleren op weg naar het raadhuis, om zich te melden voor hulp en bijstand. Langzamerhand begrepen we dat een nationale ramp zich voltrokken had. KLOKKEN IN DE STORM. We dachten dat we het begrepen. Maar we hadden er geen idee van. We waren er niet bij, toen in die zwarte nacht de klokken begonnen te luiden in de dorpen op de eilan den, toen sirenes gilden, toen haas tige stappen klonken in smalle straatjes en de klop op de deur werd gehoord met de angstkreet: Het water komt! Toen boeren hun vee lossneden uit de stallen en het probeerden op te drijven naar plaatsen, die men veilig waande, naar hoogten, die straks zouden onderlopen, naar dij ken, die zouden bezwijken Toen mensen, diep in de polder, met wijd opengesperde ogen het vuile water zagen binnendringen onder de deurspleet, en na een ge woonte-greep naar emmer en dweil, in panische angst vluchtten naar de zolder, nog hoger, op het dak, en daar zaten in inktzwarte duisternis, in striemende regen en sneeuw, in hun oren het geloei van de wind en het jagend klokkengeklep, dat ver klonk in de oneindigheid Toen ouders hun kinderen zagen wegglijden in het kolkende water, toen krampende handen zich ont spanden en verstijfde lichamen zon ken in de zwarte stroom, toen hui zen krakend ineenstortten en als lucifersdoosjes werden meegesleurd op het geweld van storm en water. Van dat alles hoorden we pas da gen later, toen de balans kon wor den opgemaakt, toen de geruchten binnenkwamen van gebieden, die volledig waren afgesneden, waar al les blank stond, waar een triest wapperende vlag het sein gaf dat er nog leven huisde, leven, dat snel vervlood DE HELPERS. Toen kwamen de kranten met be richten en foto's. Toen werden we in het hart gegrepen door de beel den van ellende, maar ook door die andere golf. die zich geweldig ver- Het K.N.M.I. bestrijkt wel de halve aade en wilt u de „mensen van het weerbericht" hulde brengen voor hun prestaties gedurende deze eeuw, dan moet u evengoed de hand drukken van ten medewerker wellicht in Alaska als van een boer bij Alkmaar en een non netje in Limburg. Het K.N.M.I. heeft nl. een leger van vrijwillige „spionnen" in dienst, die op tal van punten van de aarde met behulp van eenvoudige instrumenten, waarne mingen doen, opdat u het juiste weer bericht aan uw ontbijttafel krijgt. En nu gaan we, na een eeuw van moeizame ar beid, eens niet denken aan die regen bui, die ons doorweekte op een dag, dat er alleen maar zonnig weer voorspeld was, maar we willen dankbaar zijn voor het noeste en dikwijls ook baanbrekende werk, dat Buys Ballot en zijn opvolgers voor ons hebben verricht. In 1848 richtte prof. dr. Ch. H. D. Buys Ballot een weerkundig observato rium op in Utrecht Zes jaar werkte hij er in en hij had zo'n succes, dat de re gering het instituut overnam, maar de leiding in de vertrouwde handen van ge noemde geleerde liet. Deze beschikte nog slechts over weinig middelen, gebrekki ge internationale contacten en enkele mensen als personeel. Tot 1890 mocht Buys Ballot aan zijn levenswerk arbeiden en toen hij stierf, waS" zijn instituut en dynamisch bedrijf met ongekende groeikracht. Het stond in 1890 nog maar in de kinderschoenen, zo zou later blijken. Want het zich uitbrei dend wegverkeer, de zeevaart, de boe ren, de vacantiegangers, verzekerings maatschappijen, organisatoren van sport wedstrijden, legerautoriteiten, de marine en niet te vergeten de luchtvaart kwa men in de loop van deze honderd jaar bij het K.N.M.I. aankloppen om gege vens. Tel daar nog bij de groei van de wetenschap zelve, die weer van techni sche verbeteringen kon profitren en het "beeld in vogelvlucht begint enigszins dui delijk te worden. We denken ook aan het zendertje, dat elke middag en nacht de lucht ingaat aan een ballon om de luchtdruk en tempera tuur te meten. Er zijn speciale diensten voor de storm, voor land- en tuinbouw, maar ook krijgt men een speciaal weer bericht voor een bepaalde route, waar langs bv. een groot schip of ander ge vaarte moet worden versleept en waarbij men geen al te slecht weer gebruiken kan. De afgelopen zomer heeft men zich speciaal toegelegd op een strandweer verwachting. Het kan nog lang duren, voordat de weerdienst volmaakt kan worden genoemd. Wanneer de atoom splitsing bv. in volle gang zal zijn, zou dit een speciale weerkundige dienst in het leven kunnen roepen. Maar het K.N.M.I. ziet verder dan naar het weer voor vandaag of morgen. Het beschikt daarnaast nog over vier af delingen, die alle een eigen taak hebben en een afzonderlijke directie; het geheel saamgebundeld onder een hoofddirectie. Als tweede afdeling noemen we de kli matologie en Iandbouwmeteorologie. De ze afdeling werkt voor langere termij nen. Zij maakt over lange perioden be schrijvingen over het weer en bouwt uit deze geschiedenis het klimaat op van ons land. De Iandbouwmeteorologie legt bijvoorbeeld verband tussen de melkop- brengst en het weer, zodat de boer bij wijze van spreken zal kunnen zeggen, dat hij wel een busje extra mee mag ne men naar de koeien, want het weer is weer best (voor de melk!). Heem U in acht - neem Kruschen. Regelmatig! De zes minerale zouten van Kruschen stimuleren Uw bloedzuiveren de organen. Zolang die maar krachtig blijven werken, worden pijnverwekken- de onzuiverheden op natuurlijke wijze afgevoerd en hebt U van rheumatiek geen weet... Andere diensten. Er is nog veel meer over het K.N.M.I. te vertellen dan alleen over het weerbe richt, dat tegenwoordig maar door één der vijf takken van dienst wordt ver zorgd. We moeten daar niet gering over denken, want er zijn bv. microfoons be schikbaar voor de weerdienst van de te lefoon. Daar is het voortdurend contact met de honderden vrijwillige medewer kers in het land en ver daarbuiten. Die mensen zenden niet zo maar gegevens, ze moeten ook worden voorgelicht. De Bilt „boert". Wellicht zal het ook menigeen ver rassen, dat „De Bilt" er een soort boe renbedrijf op nahoudt. Het heeft de be schikking over boomgaarden en proef- veldjes in verschillende delen van ons land. Daar staan dan instrumentjes bij de tarwe of bij bolgewassen, die bijzon der gevoelig zijn voor weersinvloeden en er sterk op reageren. Grondthermografen steken hun kwik- bol diep in het zand, maar het is geen struisvogeloolitiek. Oo die wijze komt men er achter, bij welke temperaturen en weersgesteldheid bepaalde gewassen het beste groeien. Niet zodra roeren we het onderwerp van een volgende afdeling aan, de oce anografie, of men begrijpt direct het grote belang daarvan voor de zeevaart. Deze specialiteit werd uitgevonden door Matthew F. Maury, die zeeofficier was. Hij maakte speciale atlassen voor de zeevaart. Men vond ze zo nuttig, dat de weer kundigen een vloot geschikte schepen uitzochten, die hun gegevens verstrekken over het zeewater, soort wolken, lucht druk en mist op het woelige water. Wanneer een zeeman op een bepaald moment een emmertje water ophaalt uit één der oceanen aan de andere kant van de wereld en daar een metertje in zet, dan zijn die gegevens misschien wel voor het K.N.M.I. bestemd. De aardbevingen. De Seismografie, ook al een aparte afdeling, is niet minder interessant. De trillingen van de aardkorst worden hier opgemeten. Als de aarde het belieft, er gens te schudden en zijn bewoners te De Nieuwe Rotterdamse Courant i zond een bijzondere correspondent naar Brabant, en zijn interessante beschouwingen ook over onze streek mogen hier een plaats vinden: Van sommige verlangens en nood zakelijkheden moet vaak worden gerept, willen zij niets van hun ac tualiteit verliezen. Er is de laatste jaren in Noorübrabant veelvuldig gesproken over de onbevredigende verkeersgeografische positie van dit gewest en men weet van geen ophouden. Nu we de gebruikelijke nieuwjaarsredevoeringen van de voorzitters der onderscheiden Ka mers van Koophandel achter de rug hebben, blijkt dat ze vrijwel una voce hun ongenoegen hebben ge uit over de in de grond van de zaak vrij gebrekkige verbindingen in 't Rrabantse. Nieuwe gezichtspunten zijn daarbij niet naar voren geko men. Maar toch mocht het niet on gezegd blijven want na Gods molens komen in vaart die van Wa terstaat, en in Brabant heeft men haast. Van oudsher hebben handel en nijverheid zich saamgetrokken op punten, die gunstig in het ver keer lagen. Geen enkele industrieel zal in Brabant zijn bedrijf vestigen eenvoudig en alleen omdat hij zich Ontroerd voelt door de gedachte aan de honderdduizend paren arbeiders handen, die hier binnen de eerst komende jaren werk zullen moeten vinden. De factor der transportkos ten is tegenwoordig zo belangrijk, dat meer dan ooit eerst wordt ge keken naar de hoedanigheid der verbindingswegen. Daarom meent men hier met recht, dat goede ont sluitingen voor het verkeer bevor- derlijker zijn voor de industrialisa tie dan premies op de bouw van fa brieken. Men kan zich soms lelijk op de toestand in streken en steden ver kijken. Er heerst welvaart in de Langstraat, want de schoen- en le- clernij verheid heeft het druk; 1953 was een gunstig jaar, waarin de productie met meer dan twintig procent toenam, en van het jaar dat wij thans voor de boeg hebben, ver wacht men weinig minder goeds. Er heerst ook welvaart in Tilburg en zijn omstreken, waar de bedrij vigheid in de spinnerijen onge veer vijftien procent en die in de weverijen ongeveer twintig procent groter is geweest dan in 1952. Sta tistisch telde Tilburg het minste werklozen van de Brabantse steden: medio 1953 slechts 749. tegen 929 te Breda, 1236 te Eindhoven en 1304 in Den Bosch. In feite overtrof de vraag naar arbeidskrachten 't aan bod voortdurend. Niettemin maakt men zich zowel in de Langstraat als te Tilburg ernstige zorgen. In de Langstraat in de eerste plaats over de moeilijkheden van vandaag, te Tilburg allereerst over die van mor gen. en tussen beide bestaat ver band. Om met Tilburg te beginnen: de gunstige toestand op de arbeids markt is daar niet een gevolg van de uitbreiding van de werkgelegen heid overeenkomstig de natuurlijke aanwas der beroepsbevolking. In de afgelopen jaren hebben de terug gang van het aantal uit België af komstige werkkrachten, de uitscha keling van minder valide arbeiders, de emigratie en een vertrekover- schot naar andere steden, de nood zaak tot het scheppen van nieuwe arbeidsplaatsen niet bepaald klem mend doen gevoelen. De uitschake ling van grensgangers en van min der valide arbeiders heeft thans evenwel haar eind gevonden, emi gratie en vertrek zijn te ongewisse elementen om er rekening mee te kunnen, houden, en nu wordt men pas goed gewaar dat de bestaande nijverheid de natuurlijke aanwas van de beroepsbevolKing niet zal kunnen opvangen. Vóór 1963 zou de werkgelegenheid te Tilburg moeten worden uitgebreid in een omvang als Helmond in 1950 bezat. En een van de hindernissen, die men daar bij te overwinnen krijgt, is van ver keersgeografische aard. Tilburg heeft feitelijk maar twee goede ver bindingswegen: die met Breda en die met Den Bosch en wat de route naar Eindhoven betreft zal het nog vier of vijf jaar moeten sukkelen met de omweg over Best, die wel zeer landelijk is, maar voor het zware verkeer volkomen onge schikt. Doch de nieuwe rijksweg TilburgEindhoven kómt er ten slotte binnen afzienbare tijd en dat weet men van die andere bitter noodzakelijke verbinding niet zo zeker, namelijk van de rechtstreek se verbinding van Tilburg met het wegennet van het midden des lands via een brug bij Gorinchem. Die weg staat bovenaan op de urgentie- lijst, na de route TilburgEindho ven, niet alleen omdat hij voor de verdere ontwikkeling van Tilburg en Midden-Brabant van vitaal be lang is, maar ook en vooral omdat hij een eind moet maken aan het isolement van de Langstraat, dat reeds nu een zware last betekent voor de handel en de nijverheid in die streek. De afgezonderde ligging van het nijverheidsgebied der Langstraat is daar hét grote vraagstuk en men wanhoopt er soms aan of deze ge neratie er de oplossing nog van zal beleven. Het stemt niet bepaald tot optimisme dat bijvoorbeeld een be trekkelijk eenvoudig project als de verbetering van de provinciale weg tussen Tilburg en Waalwijk nog steeds niet ter hand is genomen, of schoon het bijna zes jaar geleden is dat Provinciale Staten er to® heb ben besloten. De begeerde riikswe- gen (van Tilburg via Waalwijk en van Breda via Oosterhout, en Geer truidenberg naar Gorincheml roe pen nameliik heel wat ingewikkel der vraagstukken op. evenals de verlangde nieuwe provinciale weg van Geertruidenberg naar 's-Bosch. Deze wegen doorkruisen gebieden, waar Waterstaat eerst een ander karwei tot een goed eind moet bren gen. Dat is het stroomgebied van 't Oude Maasje, op de Zuidelijke oe ver van de Bergsche Maas, en het stroomgebied van de Donge ten Zuidwesten van Geertruidenberg, waar in winter en voorjaar geregeld een uitgestrekte oppervlakte onder water komt te staan als gevolg van onvoldoende bedijking. Een omstan digheid, waardoor bovendien dit ge bied, dat anders door zijn ligging aan grootscheeps vaarwater bijzon dere kansen voor industrialisatie zou scheppen, in het geheel niet tot ontwikkeling kan komen. Met het watervrij maken van de Biesbosch is de eerste stap naar verbetering gezet, maar een definitief plan ligt nog heel ver in het verschiet. Men kan het niet maken zolang men niet weet wat er ten aanzien van de af sluiting van de Zeeuwse zeegaten gedaan gaat worden. En intussen tobt men in de Langstraat maar voort en vraagt men zich af hoe men er voor i960 nieuwe werkge legenheid zal kunnen scheppen voor niet minder dan 4500 mensen. vernietigen of een panische schrik op het lijf te jagen, dan kan men dat in De Bilt aflezen op seismografen, een soort au tomatische schrijvers, die op een blok beton van anderhalve meter zijn gemon teerd, om het verkeersgedreun in de buurt uit te schakelen. De laatste afdeling, die in De Bilt de •eerste heet, is die van de m«trumtenten, de secretarie en de biblitheek. Hier vormt en vervormt men de instrumenten en staan speciale weerkundige knobbels gebogen over de producten van hun technisch kunnen. Die instrumenten ver tellen ons tastbaar, dat er voortdurend groei zit in het meteorologisch onder zoek. In honderd jaar steeg de begrotings post van viif mille tot meer dan twee millioen gulden. Maar het is een klei nigheid indien men bedenkt, hoeveel duizenden er wellicht hun leven danken aan het werk van dit instituut. DE NIEUWE WEG UTRECHT—AMSTERDAM. Donderdagmiddag is het deel van de nieuwe Rijksweg no. 2 tussen Maarssen en de Vleutense weg opengesteld voor het verkeer. Dit betekent weer een belangrij ke verbetering in de verbinding tussen Amsterdam en het Zuiden. DE AUTO IN DE WINTER. Verwijder ijs met hard carton. De K.N.A.C. vestigt er de aan dacht op dat vele automobilisten tijdens een vorstperiode niet volle dig genoeg de ijs-aanslag van hun autoruiten verwijderen. Het is niet voldoende voorruit te behandelen, want ook volkomen doorzichtige zij- en achterruiten zijn een absolute noodzaak voor veilig verkeer. De K.N.A.C. geeft in dit verband de raad om de ijs-aanslag te verwijde ren met harci carton; dit is een doel treffend hulpmiddel en men heeft niet het risico dat er krassen op 't glas achterblijven, hetgeen wel 't geval is bij het gebruik van meta len voorwerpen. Bovendien wijst de K.N A.C. op de mogelijkheid dat portiersloten van auto's tijdens de vorst gaan wei geren doordat waterdelen, die in 't slot aanwezig zijn, bevriezen. Tracht in zo'n geval het slot niet te for ceren, de warmte van de hand of van een warme doek is meestal vol doende om het te ontdooien. Men moet er opletten dat zeer koude metaaldelen bij voorkeur niet met de blote hand moeten worden aan geraakt.

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1954 | | pagina 5