Geen vriendschap.
Waalwijkse en LangstraatCourant
K&h£ang. ms
ZONNIGE LEVENSLOOP
VAN HET K.N.M.I.
DE RAMP.
ALGEMENE BERICHTEN
dTêcho
jan tielen
en noodzakelijkheden in Noord-Brabant.
Honderd jaar dienst aan de mensheid
Het leven begint bij veertig -
ook met Uw Rbeumatiek!
Rheumati&che Pijnen
liggen op de loer.
ook UW blad
MAANDAG 1 FEBRUARI 1854
Uitgever
Waalwykse Stoomdrukkerij
Antoon Tielen
Hoofdredacteur
Dit blad
verschijnt 2 x per week
ECHO P HEI ZUIDEN
77e JAARGANG No. 10
Abonnement
19 cent per week
2.45 per kwartaal
2.70 franco p. p.
Advertentieprijs
10 cent per m.m.
Contract-advertenties
speciaal tarief.
Bureaux:
GROTESTRAAT 205, WAALWIJK TEL. 2621
Dr van BEURDENSTRAAT 8, KAATSHEUVEL TEL. 2002.
OPGERICHT 1878
TELEGR.-ADRES: „ECHO"
Men kan niet zeggen dat de ve -
houding tussen Nederland en Ind -
nesië, sinds dit land ruim drie jaar
geleden zijn onafhankelijkheid
kreeg, bepaald hartelijK is. Onge
twijfeld bestaat er officieel vriend
schap, meer zelfs, een unie,
deze bepaalt dan toch alleen de of
ficiële betrekkingen en zelfs die nog
niet altijd op de meest vriendschap
pelijke wijze. Talrijk zijn de be
wijzen van een zekere lichtgeraakt
heid, overblijfsel van een rancune
die niet in een, twee, drie onder
drukt kan worden. Waarschijnlijk
zelfs is ze meer dan een overblijf
sel een doorwerking van de hele
na-oorlogse ontwikkeling die van de
weg der Indonesiërs naar de onaf
hankelijkheid geen pad over rozen
heeft gemaakt. Dat ze zichzelf daar
van een verwijt maken is niet te
verwachten, maar evenmin kan
men diegenen ongelijk geven die
beweren dat het hun eigen schuld
is. Ook in landen waar men de hui
dige Indonesische machthebbers te
paard heeft geholpen, is het enthou
siasme over de gang van zaken aan
merkelijk bekoeld. Daar evenwei
gedane zaken geen keer nemen,
heeft het weinig zin daarover nu
nog na te kaarten. Men moet de
situatie nu eenmaal nemen zoals
ze daar ligt.
Met dat al is die voor de in In-
donesië wonende Nederlanders niet
buitengewoon aangenaam. Gebrek
aan zekerheid of ook maar redelijke
verwachtingen voor de toekomst
maakte het niet animerend om daar
te werken. Daarbij komt dat ze door
veel Indonesiërs mat schele ogen
bekeken zullen worden, wat even
min een sfeer van vertrouwen
schept. Men vergeet zo maar niet
een recent verleden dat men als vij
anden tegenover elkaar stond, voor
al niet wanneer van hogerhand niet
bijster veel moeite wordt gedaan
om de officiële overeenkomsten ook
een dienere inhoud te geven onder
het hoffelijke vernisje van het di
plomatiek Verkeer. Men ontkom,t
niet aan de indruk dat de overheid
soms juist in de tegenovergestelde
richting werkt door aanvallen op
Nederland en Nederlanders die wei
nig meer uitwerken dan dat ze de
goede verhouding schaden, om over
vriendschap maar niet. te spreken.
Het is natuurlijk niet juist om
naar aanleiding van de recente ar
restatie van Nederlanders in Indo
nesië halsoverkop te oordelen dat
deze onrechtvaardig zijn en te sug
gereren dat de Indonesische autori
teiten „de pik hebben" op de Ne
derlanders. Wel is er aanleiding om
zich enigszins bezorgd te maken,
wanneer men denkt aan de arresta
ties van enkele jaren geleden, waar
van de gedupeerden pas na gerui
me tiid zonder veroordeling werden
losgelaten Hgt is te hopen dat de
Nederlandse regering er in slaagt
de Indonesische autoriteiten tot zo'n
grote sooed aan te rrmrmn dat ook
maar de schijn van willekeur wordt
vermeden. En als er werkelijk spra
ke is van een complot of een ver
boden vereniging die dan de Da-
rul Islam zou zijn waaraan de
gearresteerde Nederlanders hebben
deelgenomen, dan moge hun schuld
wel zo vast komen te staan
dat iedere verdenking van par
tijdigheid der Indonesische jus
titie naar het rijk der fabelen wordt
verwezen. Blijft het dan voor het
ogenblik onaangenaam dat de In
donesische autoriteiten uiterst
spaarzaam zijn met inlichtingen,
dan kan dat ruimschoots vergoed
worden door de degelijkheid van 't
onderzoek dat een verregaande ge
heimhouding noodzakelijk kan ma
ken. Mocht blijken dat de Neder
landers terecht zijn gearresteerd,
dan is dat te betreurenswaardiger
omdat een toch al niet overmatig
heldere sfeer er nog meer door ver
troebeld wordt, er nog van afgezien
dat men geen reclame maakt voor
zijn vaderland door in den vreem
de aan subversieve acties mee te
doen.
Een ander geval is dat van de
correspondent Evenhuis, die werd
gearresteerd omdat hij aan zijn blad
een telegram stuurde over een on
aangenaam incident tussen een In
donesisch minister en de directie
van een hotel in Surabaja. Dit te
legram werd onderschept omdat de
Indonesische autoriteiten van oor
deel waren dat het onrust in de
maatschappij zou verwekken. Alsof
de hele affaire dat niet doet! Op de
eerste plaats om de rigoureuze wij
ze waarop hier is opgetreden. Ver
volgens om de gevaren voor de
persvrijheid, wanneer dergelijke ta
melijk weinig opwindende berich
ten onrust in de maatschappij heten
te verwekken en derhalve worden
onderschept. Tenslotte om de be
dreiging van de gemoedsrust van
de Nederlanders in Indonesië, die
niet meer weten wat ze wel en niet
mogen zeggen. En wanneer men dan
de Hoge Commissaris nog geen ant
woord belieft te geven als hij om
inlichtingen vraagt, dan is 't geen
wonder wanneer de Nederlander
een lichte kriebeling bekruipt.
Het zijn helaas geen losstaande
gevallen. Geregeld komen er be
richten die bewijzen dat men de
Nederlanders wantrouwt en min of
meer als ongewenste vreemdelingen
beschouwt, waarbij dan nog komen
politieke wrijvingspunten als Nieuw
Guinea, dat alsmaar Indonesisch
moet worden, terwijl de regering in
Djakarta haar handen vol heeft om
van Indonesië zelf een goed inge
richte en geordende staat te maken.
Dat zij dit liefst met zo min moge
lijk Nederlandse hulp doet, is niet
onbegrijpelijk, maar zij moet het
leven van de Nederlanders die zij
nodig heeft of die daar hun taak te
vervullen hebben, hetzij voor het
algemeen belang, hetzij voor zich
zelf, zo draaglijk mogelijk maken.
Dit zal de verhoudingen ten goede
komen, zowel van de Nederlanders
in Indonesië tegenover hun gasthe
ren als tussen Nederland en Indo
nesië in wijder verband. Ook Ne
derland stelt meer prijs op vriend-
c—v,Pppelijke banden dan op deze
Unie.
hief: de golf van bereidheid tot hel
pen, van naastenliefde en kame
raadschap.
Uit alle landen, tot ver over zee,
zijn ze gekomen om te helpen: De
Amerikanen in hun helicopters en
vliegende goederenwagens, Franse
pontonniers, brandweermannen uit
Italië, Duitsers, ditmaal niet met ge
weren, maar met spaden, en onze
eigen mensen, mannen en vrouwen,
jongens en meisjes, Rode Kruist
soldaten en schippers, mariniers en
grondwerkers, studenten en matro
zen. Lange colonnes vrachtauto's
rolden ons land binnen en een ge
weldige vloot trok op langs de wa
terwegen.
In de steden, in de dorpen ram
melden de collectebussen, reden de
vrachtwagens hoog opgeladen met
goederen. En daar stroomden ze ook
binnen, de vluchtelingen, de ogen
nog starend in een gruwelijk ver
leden; de zielige, vermagerde die
ren, bevuild en geschaafd. Maar ge
red!
Het offensief van de zee was te
ruggelopen. Bijna vredig kabbelde
het water, dat zo wreed had ge
heerst. Op de golfslag deinden de
kadavers, dobberde het wrakhout,
het meubilair. En gestaag kwamen
de meldingen van méér doden,
méér vermisten. Nog was 't einde
niet
EEN JAAR LATER.
f ,rj vu j l!
Weer klinken nu de klokken over
de eilanden.
Barbaars hard is er gewerkt. Ie
dereen greep aan, niemand spaarde
zichzelf. Onze Koningin plaste in
grote waterlaarzen door de over
stroomde gebieden, zoals de dijk
werkers rond haar. Meisjes en vrou
wen in overalls gingen aan het red
deren, toen het reddingswerk was
voltooid. Al het andere werd aan
de kant gezet: dit ging vóór. En op
een koude winderige avond stonden
hoog op de laatste caisson de repor
ters, die de wereld kond deden dat
het laatste dijkgat was gedicht en
de Slag bij Ouwerkerk gewonnen!
Toen hebben de sirenes geloeid,
zoals ze eens, vele jaren geleden,
haar triomfschreeuw deden horen
bij Den Oever,' toen het laatste
stroomgat in de afsluitdijk werd ge
dicht. Maar de muziek van de ar
beid was in een andere toonaard
gezet. Smart en leed hebben de
overwónningskreet getransponeerd
tot een ootmoedig dankgebed tot
God, die droeg ons voorgeslacht in
nacht en stormgedruis, en die het
volk van dit land deed worstelen,
maar ook ontkomen.
Daarvan zingen de klokken.
Nu, een jaar later
„Jouw gezicht lijkt wel op een weerbericht", zeggeen we wel eens
en we zingen het op de melodie van_ een bekend wijsje. Helaas
zijn we nog niet zover; dat we het weerbericht iemand van zijn
gezicht kunnen lezen. 'Daar zit heel wat meer aan vast. Wie ons
niet mocht geloven, gaat maar eens zijn licht opsteken bij het Ko
ninklijk Nederlands Meteorologisch Instituut te De Bilt, dat zijn
honderdjarig bestaan viert.
Een eeuw dient dit centrum van weerkunde en alles wat daar aan
vast zit, nu al de mensheid. Nee, het is heus niet alleen van be
lang voor Nederland, want de centra der wetenschap werken sa
men over de gehele wereld. Wanneer dit ergens voor van belang
is, dan moet men stellig de meteorologie noemen. Het weer van
morgen bij ons is immers afhankelijk van de gegevens, die vandaag
uit Schotland, Groenland, de V.S. of Noorwegen worden verkre
gen. Daarom moet u .een „wijde blik" hebben, wilt u het gehele
werkterrein van een meteorologisch instituut overzien.
Het is een jaar geleden dat de Ramp over Nederland kwam.
Een Ramp, waarvan wij niet hadden gedroomd, die wij niet meer
hadden verwacht. Wij, een volk van dijkenbouwers en waterbe
dwingers, hadden de zee getemd.
Maar in die vreselijke nacht, voorafgaande aan de eerste Zondag
van Februari, kreeg de vijand ons er bijna onder.
Bijna
We zaten des Zondagsmorgens in
onze veilige huizen, wij, die ver wa
ren van het rampgebied. We zaten
aan het ontbijt en we draaiden de
radio aan. Misschien was er een
schip gestrand, want het had. bar
gestormd die nacht.
En toen klonken door de luidspre
ker berichten die de echo wekten
van andere tijdingen, zoals die op
een zonnige Meimorgen in 1940
hadden geklonken: meldingen van
aanvallen en bombardementen,
oproepen, noodkreten.
Toen kwamen daar de schrikke
lijke signalen van wat een catas
trophe moest zijn. Noodtoestand af
gekondigd polders lopen vol
militairen opgeroepen.
We zagen soldaten met verlof,
zich haastig reppend naar de sta
tions Rode Kruis-mensen, E.H.
B.O.-ers, arbeiders met schoppen in
hun werkkleren op weg naar het
raadhuis, om zich te melden voor
hulp en bijstand. Langzamerhand
begrepen we dat een nationale
ramp zich voltrokken had.
KLOKKEN IN DE STORM.
We dachten dat we het begrepen.
Maar we hadden er geen idee van.
We waren er niet bij, toen in die
zwarte nacht de klokken begonnen
te luiden in de dorpen op de eilan
den, toen sirenes gilden, toen haas
tige stappen klonken in smalle
straatjes en de klop op de deur
werd gehoord met de angstkreet:
Het water komt!
Toen boeren hun vee lossneden
uit de stallen en het probeerden op
te drijven naar plaatsen, die men
veilig waande, naar hoogten, die
straks zouden onderlopen, naar dij
ken, die zouden bezwijken
Toen mensen, diep in de polder,
met wijd opengesperde ogen het
vuile water zagen binnendringen
onder de deurspleet, en na een ge
woonte-greep naar emmer en dweil,
in panische angst vluchtten naar de
zolder, nog hoger, op het dak, en
daar zaten in inktzwarte duisternis,
in striemende regen en sneeuw, in
hun oren het geloei van de wind en
het jagend klokkengeklep, dat ver
klonk in de oneindigheid
Toen ouders hun kinderen zagen
wegglijden in het kolkende water,
toen krampende handen zich ont
spanden en verstijfde lichamen zon
ken in de zwarte stroom, toen hui
zen krakend ineenstortten en als
lucifersdoosjes werden meegesleurd
op het geweld van storm en water.
Van dat alles hoorden we pas da
gen later, toen de balans kon wor
den opgemaakt, toen de geruchten
binnenkwamen van gebieden, die
volledig waren afgesneden, waar al
les blank stond, waar een triest
wapperende vlag het sein gaf dat
er nog leven huisde, leven, dat snel
vervlood
DE HELPERS.
Toen kwamen de kranten met be
richten en foto's. Toen werden we
in het hart gegrepen door de beel
den van ellende, maar ook door die
andere golf. die zich geweldig ver-
Het K.N.M.I. bestrijkt wel de halve
aade en wilt u de „mensen van het
weerbericht" hulde brengen voor hun
prestaties gedurende deze eeuw, dan
moet u evengoed de hand drukken van
ten medewerker wellicht in Alaska als
van een boer bij Alkmaar en een non
netje in Limburg.
Het K.N.M.I. heeft nl. een leger van
vrijwillige „spionnen" in dienst, die op
tal van punten van de aarde met behulp
van eenvoudige instrumenten, waarne
mingen doen, opdat u het juiste weer
bericht aan uw ontbijttafel krijgt. En nu
gaan we, na een eeuw van moeizame ar
beid, eens niet denken aan die regen
bui, die ons doorweekte op een dag, dat
er alleen maar zonnig weer voorspeld
was, maar we willen dankbaar zijn voor
het noeste en dikwijls ook baanbrekende
werk, dat Buys Ballot en zijn opvolgers
voor ons hebben verricht.
In 1848 richtte prof. dr. Ch. H. D.
Buys Ballot een weerkundig observato
rium op in Utrecht Zes jaar werkte hij
er in en hij had zo'n succes, dat de re
gering het instituut overnam, maar de
leiding in de vertrouwde handen van ge
noemde geleerde liet. Deze beschikte nog
slechts over weinig middelen, gebrekki
ge internationale contacten en enkele
mensen als personeel.
Tot 1890 mocht Buys Ballot aan zijn
levenswerk arbeiden en toen hij stierf,
waS" zijn instituut en dynamisch bedrijf
met ongekende groeikracht. Het stond in
1890 nog maar in de kinderschoenen, zo
zou later blijken. Want het zich uitbrei
dend wegverkeer, de zeevaart, de boe
ren, de vacantiegangers, verzekerings
maatschappijen, organisatoren van sport
wedstrijden, legerautoriteiten, de marine
en niet te vergeten de luchtvaart kwa
men in de loop van deze honderd jaar
bij het K.N.M.I. aankloppen om gege
vens. Tel daar nog bij de groei van de
wetenschap zelve, die weer van techni
sche verbeteringen kon profitren en het
"beeld in vogelvlucht begint enigszins dui
delijk te worden.
We denken ook aan het zendertje, dat
elke middag en nacht de lucht ingaat aan
een ballon om de luchtdruk en tempera
tuur te meten. Er zijn speciale diensten
voor de storm, voor land- en tuinbouw,
maar ook krijgt men een speciaal weer
bericht voor een bepaalde route, waar
langs bv. een groot schip of ander ge
vaarte moet worden versleept en waarbij
men geen al te slecht weer gebruiken
kan. De afgelopen zomer heeft men zich
speciaal toegelegd op een strandweer
verwachting. Het kan nog lang duren,
voordat de weerdienst volmaakt kan
worden genoemd. Wanneer de atoom
splitsing bv. in volle gang zal zijn, zou
dit een speciale weerkundige dienst in
het leven kunnen roepen.
Maar het K.N.M.I. ziet verder dan
naar het weer voor vandaag of morgen.
Het beschikt daarnaast nog over vier af
delingen, die alle een eigen taak hebben
en een afzonderlijke directie; het geheel
saamgebundeld onder een hoofddirectie.
Als tweede afdeling noemen we de kli
matologie en Iandbouwmeteorologie. De
ze afdeling werkt voor langere termij
nen. Zij maakt over lange perioden be
schrijvingen over het weer en bouwt uit
deze geschiedenis het klimaat op van
ons land. De Iandbouwmeteorologie legt
bijvoorbeeld verband tussen de melkop-
brengst en het weer, zodat de boer bij
wijze van spreken zal kunnen zeggen,
dat hij wel een busje extra mee mag ne
men naar de koeien, want het weer is
weer best (voor de melk!).
Heem U in acht - neem Kruschen.
Regelmatig! De zes minerale zouten van
Kruschen stimuleren Uw bloedzuiveren
de organen. Zolang die maar krachtig
blijven werken, worden pijnverwekken-
de onzuiverheden op natuurlijke wijze
afgevoerd en hebt U van rheumatiek
geen weet...
Andere diensten.
Er is nog veel meer over het K.N.M.I.
te vertellen dan alleen over het weerbe
richt, dat tegenwoordig maar door één
der vijf takken van dienst wordt ver
zorgd. We moeten daar niet gering over
denken, want er zijn bv. microfoons be
schikbaar voor de weerdienst van de te
lefoon. Daar is het voortdurend contact
met de honderden vrijwillige medewer
kers in het land en ver daarbuiten. Die
mensen zenden niet zo maar gegevens,
ze moeten ook worden voorgelicht.
De Bilt „boert".
Wellicht zal het ook menigeen ver
rassen, dat „De Bilt" er een soort boe
renbedrijf op nahoudt. Het heeft de be
schikking over boomgaarden en proef-
veldjes in verschillende delen van ons
land. Daar staan dan instrumentjes bij
de tarwe of bij bolgewassen, die bijzon
der gevoelig zijn voor weersinvloeden en
er sterk op reageren.
Grondthermografen steken hun kwik-
bol diep in het zand, maar het is geen
struisvogeloolitiek. Oo die wijze komt
men er achter, bij welke temperaturen en
weersgesteldheid bepaalde gewassen het
beste groeien.
Niet zodra roeren we het onderwerp
van een volgende afdeling aan, de oce
anografie, of men begrijpt direct het
grote belang daarvan voor de zeevaart.
Deze specialiteit werd uitgevonden door
Matthew F. Maury, die zeeofficier was.
Hij maakte speciale atlassen voor de
zeevaart.
Men vond ze zo nuttig, dat de weer
kundigen een vloot geschikte schepen
uitzochten, die hun gegevens verstrekken
over het zeewater, soort wolken, lucht
druk en mist op het woelige water.
Wanneer een zeeman op een bepaald
moment een emmertje water ophaalt uit
één der oceanen aan de andere kant van
de wereld en daar een metertje in zet,
dan zijn die gegevens misschien wel voor
het K.N.M.I. bestemd.
De aardbevingen.
De Seismografie, ook al een aparte
afdeling, is niet minder interessant. De
trillingen van de aardkorst worden hier
opgemeten. Als de aarde het belieft, er
gens te schudden en zijn bewoners te
De Nieuwe Rotterdamse Courant i
zond een bijzondere correspondent
naar Brabant, en zijn interessante
beschouwingen ook over onze streek
mogen hier een plaats vinden:
Van sommige verlangens en nood
zakelijkheden moet vaak worden
gerept, willen zij niets van hun ac
tualiteit verliezen. Er is de laatste
jaren in Noorübrabant veelvuldig
gesproken over de onbevredigende
verkeersgeografische positie van dit
gewest en men weet van geen
ophouden. Nu we de gebruikelijke
nieuwjaarsredevoeringen van de
voorzitters der onderscheiden Ka
mers van Koophandel achter de rug
hebben, blijkt dat ze vrijwel una
voce hun ongenoegen hebben ge
uit over de in de grond van de zaak
vrij gebrekkige verbindingen in 't
Rrabantse. Nieuwe gezichtspunten
zijn daarbij niet naar voren geko
men. Maar toch mocht het niet on
gezegd blijven want na Gods
molens komen in vaart die van Wa
terstaat, en in Brabant heeft men
haast. Van oudsher hebben handel
en nijverheid zich saamgetrokken
op punten, die gunstig in het ver
keer lagen. Geen enkele industrieel
zal in Brabant zijn bedrijf vestigen
eenvoudig en alleen omdat hij zich
Ontroerd voelt door de gedachte aan
de honderdduizend paren arbeiders
handen, die hier binnen de eerst
komende jaren werk zullen moeten
vinden. De factor der transportkos
ten is tegenwoordig zo belangrijk,
dat meer dan ooit eerst wordt ge
keken naar de hoedanigheid der
verbindingswegen. Daarom meent
men hier met recht, dat goede ont
sluitingen voor het verkeer bevor-
derlijker zijn voor de industrialisa
tie dan premies op de bouw van fa
brieken.
Men kan zich soms lelijk op de
toestand in streken en steden ver
kijken. Er heerst welvaart in de
Langstraat, want de schoen- en le-
clernij verheid heeft het druk; 1953
was een gunstig jaar, waarin de
productie met meer dan twintig
procent toenam, en van het jaar dat
wij thans voor de boeg hebben, ver
wacht men weinig minder goeds.
Er heerst ook welvaart in Tilburg
en zijn omstreken, waar de bedrij
vigheid in de spinnerijen onge
veer vijftien procent en die in de
weverijen ongeveer twintig procent
groter is geweest dan in 1952. Sta
tistisch telde Tilburg het minste
werklozen van de Brabantse steden:
medio 1953 slechts 749. tegen 929 te
Breda, 1236 te Eindhoven en 1304
in Den Bosch. In feite overtrof de
vraag naar arbeidskrachten 't aan
bod voortdurend. Niettemin maakt
men zich zowel in de Langstraat als
te Tilburg ernstige zorgen. In de
Langstraat in de eerste plaats over
de moeilijkheden van vandaag, te
Tilburg allereerst over die van mor
gen. en tussen beide bestaat ver
band.
Om met Tilburg te beginnen: de
gunstige toestand op de arbeids
markt is daar niet een gevolg van
de uitbreiding van de werkgelegen
heid overeenkomstig de natuurlijke
aanwas der beroepsbevolking. In de
afgelopen jaren hebben de terug
gang van het aantal uit België af
komstige werkkrachten, de uitscha
keling van minder valide arbeiders,
de emigratie en een vertrekover-
schot naar andere steden, de nood
zaak tot het scheppen van nieuwe
arbeidsplaatsen niet bepaald klem
mend doen gevoelen. De uitschake
ling van grensgangers en van min
der valide arbeiders heeft thans
evenwel haar eind gevonden, emi
gratie en vertrek zijn te ongewisse
elementen om er rekening mee te
kunnen, houden, en nu wordt men
pas goed gewaar dat de bestaande
nijverheid de natuurlijke aanwas
van de beroepsbevolKing niet zal
kunnen opvangen. Vóór 1963 zou de
werkgelegenheid te Tilburg moeten
worden uitgebreid in een omvang
als Helmond in 1950 bezat. En een
van de hindernissen, die men daar
bij te overwinnen krijgt, is van ver
keersgeografische aard. Tilburg
heeft feitelijk maar twee goede ver
bindingswegen: die met Breda en
die met Den Bosch en wat de route
naar Eindhoven betreft zal het nog
vier of vijf jaar moeten sukkelen
met de omweg over Best, die wel
zeer landelijk is, maar voor het
zware verkeer volkomen onge
schikt. Doch de nieuwe rijksweg
TilburgEindhoven kómt er ten
slotte binnen afzienbare tijd en dat
weet men van die andere bitter
noodzakelijke verbinding niet zo
zeker, namelijk van de rechtstreek
se verbinding van Tilburg met het
wegennet van het midden des lands
via een brug bij Gorinchem. Die
weg staat bovenaan op de urgentie-
lijst, na de route TilburgEindho
ven, niet alleen omdat hij voor de
verdere ontwikkeling van Tilburg
en Midden-Brabant van vitaal be
lang is, maar ook en vooral omdat
hij een eind moet maken aan het
isolement van de Langstraat, dat
reeds nu een zware last betekent
voor de handel en de nijverheid in
die streek.
De afgezonderde ligging van het
nijverheidsgebied der Langstraat is
daar hét grote vraagstuk en men
wanhoopt er soms aan of deze ge
neratie er de oplossing nog van zal
beleven. Het stemt niet bepaald tot
optimisme dat bijvoorbeeld een be
trekkelijk eenvoudig project als de
verbetering van de provinciale weg
tussen Tilburg en Waalwijk nog
steeds niet ter hand is genomen, of
schoon het bijna zes jaar geleden is
dat Provinciale Staten er to® heb
ben besloten. De begeerde riikswe-
gen (van Tilburg via Waalwijk en
van Breda via Oosterhout, en Geer
truidenberg naar Gorincheml roe
pen nameliik heel wat ingewikkel
der vraagstukken op. evenals de
verlangde nieuwe provinciale weg
van Geertruidenberg naar 's-Bosch.
Deze wegen doorkruisen gebieden,
waar Waterstaat eerst een ander
karwei tot een goed eind moet bren
gen. Dat is het stroomgebied van 't
Oude Maasje, op de Zuidelijke oe
ver van de Bergsche Maas, en het
stroomgebied van de Donge ten
Zuidwesten van Geertruidenberg,
waar in winter en voorjaar geregeld
een uitgestrekte oppervlakte onder
water komt te staan als gevolg van
onvoldoende bedijking. Een omstan
digheid, waardoor bovendien dit ge
bied, dat anders door zijn ligging
aan grootscheeps vaarwater bijzon
dere kansen voor industrialisatie
zou scheppen, in het geheel niet tot
ontwikkeling kan komen. Met het
watervrij maken van de Biesbosch
is de eerste stap naar verbetering
gezet, maar een definitief plan ligt
nog heel ver in het verschiet. Men
kan het niet maken zolang men niet
weet wat er ten aanzien van de af
sluiting van de Zeeuwse zeegaten
gedaan gaat worden. En intussen
tobt men in de Langstraat maar
voort en vraagt men zich af hoe
men er voor i960 nieuwe werkge
legenheid zal kunnen scheppen voor
niet minder dan 4500 mensen.
vernietigen of een panische schrik op het
lijf te jagen, dan kan men dat in De Bilt
aflezen op seismografen, een soort au
tomatische schrijvers, die op een blok
beton van anderhalve meter zijn gemon
teerd, om het verkeersgedreun in de
buurt uit te schakelen.
De laatste afdeling, die in De Bilt de
•eerste heet, is die van de m«trumtenten,
de secretarie en de biblitheek. Hier
vormt en vervormt men de instrumenten
en staan speciale weerkundige knobbels
gebogen over de producten van hun
technisch kunnen. Die instrumenten ver
tellen ons tastbaar, dat er voortdurend
groei zit in het meteorologisch onder
zoek.
In honderd jaar steeg de begrotings
post van viif mille tot meer dan twee
millioen gulden. Maar het is een klei
nigheid indien men bedenkt, hoeveel
duizenden er wellicht hun leven danken
aan het werk van dit instituut.
DE NIEUWE WEG
UTRECHT—AMSTERDAM.
Donderdagmiddag is het deel van
de nieuwe Rijksweg no. 2 tussen
Maarssen en de Vleutense weg
opengesteld voor het verkeer.
Dit betekent weer een belangrij
ke verbetering in de verbinding
tussen Amsterdam en het Zuiden.
DE AUTO IN DE WINTER.
Verwijder ijs met hard carton.
De K.N.A.C. vestigt er de aan
dacht op dat vele automobilisten
tijdens een vorstperiode niet volle
dig genoeg de ijs-aanslag van hun
autoruiten verwijderen. Het is niet
voldoende voorruit te behandelen,
want ook volkomen doorzichtige zij-
en achterruiten zijn een absolute
noodzaak voor veilig verkeer. De
K.N.A.C. geeft in dit verband de
raad om de ijs-aanslag te verwijde
ren met harci carton; dit is een doel
treffend hulpmiddel en men heeft
niet het risico dat er krassen op 't
glas achterblijven, hetgeen wel 't
geval is bij het gebruik van meta
len voorwerpen.
Bovendien wijst de K.N A.C. op
de mogelijkheid dat portiersloten
van auto's tijdens de vorst gaan wei
geren doordat waterdelen, die in 't
slot aanwezig zijn, bevriezen. Tracht
in zo'n geval het slot niet te for
ceren, de warmte van de hand of
van een warme doek is meestal vol
doende om het te ontdooien. Men
moet er opletten dat zeer koude
metaaldelen bij voorkeur niet met
de blote hand moeten worden aan
geraakt.