DE ECHO VAN HET ZUIDEN Gemeenteraad Waalwijk. Acht gediplomeerden Agenda en Prae-adviexen. van de Sociale School te Waalwijk Zorg om voortbestaan der school hoopte dat zé" inët "Zöuaen aemten dat ze er nu waren en dat ze zich Voor het maatschappelijk werk nut tig zouden maken alst ze geroepen werden. Hij dankte ook mr Mulder en onderschreef diens woorden aan het adres van de leraren. JAARI te Waal\ derdag »TnnT»T 1T1%T yttyym i r\ m HTT71T inn MAANDAG 26 APRIL 1954 77e JAARGANG No. 34 Openbare vergadering van de raad der gemeente Waalwijk op Donderdag 29 April 1954 om half 8 ten gemeentehuize. Agenda: 1. Vaststelling van de notulen van de vergadering, gehouden op 1 April 1954. 2. Ingekomen stukken. a. Van de Ged. Staten: Goedge keurde raadsbesluiten; b. Mededeling van verkregen Koninklijke goedkeuring op het raadsbesluit van 3 Dec. 1953 tot wijziging van de ver ordening, als bedoeld in art. 11, tweede lid, der Winkel sluitingswet 1951; c. Verzoek van de Vakraad voor het Kappersbedrijf van 31 Maart 1954 om de plaatselijke verordening, als bedoeld in art. 4, eerste lid, der Winkel sluitingswet 1951, in dier voege te wijzigen, dat de ver plichte Dinsdagmiddagslui ting niet zal gelden in de week, voorafgaande aan Pa sen en Pinksteren, maar wèl in de week, onmiddellijk vol gend op deze feestdagen; Prae-advies. Winkelsluiting. Bij schrijven van 31 Maart 1954 heeft de vakraad voor het kappers- bedrijf zich tot de raad gewend met het verzoek de plaatselijke veror dening als bedoeld in art. 4, eerste lid, der winkelsluitingswet 1951 te wijzigen in dier voege, dat de ver plichte Dinsdagmiddagsluiting niet zal gelden in de week, voorafgaande aan Pasen en Pinksteren, maar wel in de week, onmiddellijk volgend op deze feestdagen. Als motief wordt aangevoerd de omstandigheid, dat de kappersza ken niet gebaat zijn met de wette lijke uitzonderingsbepaling, opge nomen in het tweede lid van art. 4 der wet, krachtens welke de halve- dagsluiting o.m. niet zal gelden voor de weken, waarin Tweede Paasdag en Tweede Pinksterdag vallen. De vakraad wijst daarbij op het feit, dat juist in de week vóór Pasen en in de week veer Pinkste ren de kapperszaken extra druk be zoek krijgen. Vanzelfsprekend is voor dit stand punt iets te zeggen en het is niet duidelijk, waarom de wet juist ten aanzien van de Dinsdag, volgende op Tweede Paasdag en Tweede Pinksterdag, een uitzonderingbepa ling kent. Deze wettelijke bepaling is echter eenmaal aldus vastgesteld, zodat de raad niet bij machte is, de halvedagsluiting, 'zoals gevraagd wordt, wel te doen gelden in de Week, onmiddellijk volgende op de twee genoemde feestdagen. Waar verder wordt gevraagd te bevorderen dat met wijziging der plaatselijke verordening als bedoeld in art. 4, eerste lid, der wet zal worden bepaald, dat de halvedag sluiting niet zal gelden in de week, voorafgaande aan de twee genoem de feestdagen, vinden B. en W. geen aanleiding, de raad dienover eenkomstig te adviseren, en wel 'om de volgende redenen: 1. Tussen Dinsdag en Zondag lig gen nog vier andere werkdagen, waaronder de Vrijdag (koopdag) en de Zaterdagmiddag, zodat voor het publiek ruimschoots ge legenheid tot het doen van inko pen overblijft; 2. Krachtens de plaatselijke veror dening als bedoeld in art. 11, eer ste lid, der wet mogen bovendien nog alle winkels in deze gemeen te tot 22 uur geopend blijven op de laatste werkdag voorafgaande aan Pasen en Pinksteren; 3. In deze gemeente nemen de kap perszaken, tegenover andere za ken, toch reeds de bevoorrechte positie in, dat zij op werkdagen tot 19 uur geopend kunnen blij ven op grond van de plaatselijke verordening, als bedoeld in art. 11, tweede lid der winkelslui tingswet 1951. Op grond van vorenstaande over wegingen stellen B. en W. voor het vorenbedoelde schrijven van de vakraad voor het kappersbedrijf voor kennisgeving aan te nemen. d. Controle van het Centraal Bureau voor Verificatie en Financiële adviezen der Ver. van Nederlandse Gemeenten, betreffende controle kas en boeken tevens kasover- dracht van de gemeente ontvanger en kasopneming en controle van de administratie alsmede kasoverdracht van de Vleeskeuringsdienst, over het le kwartaal 1954; e. Jaarverslag 1953 van de Ma ter Amabilisschool te Waal wijk. Voorgesteld wordt de sub a t/m e vermelde stukken voor ken nisgeving aan te nemen. 3. Voorstel tot herziening van de tarieven voor de heffing van op centen op de Personele Belas ting. 4. Voorstel tot herziening van de „Verordening op de heffing van een straatbelasting in de ge meente Waalwijk". Prae-advies. Straatbelasting. In de openbare vergadering van 3 December 1953 besloot de raad tot vaststelling van een (nieuwe) „Ver ordening op de heffing van een straatbelasting in de gemeente Waalwijk". Blijkens de artikelen 1 en 6 van deze verordening bedraagt de be lasting 6% van de belastbare op brengst wegens gebouwde eigen dommen en daarbij behorende er ven. Gedeputeerde Staten dezer pro vincie delen bij schrijven van 3 Fe bruari 1954, G. nr. 73937, Ille afd., mede, dat bij de behandeling van het door de gemeente Waalwijk op grond van de ongunstige begro tingspositie ingediende verzoek om subjectieve verhoging van de algemene uitkering uit het Gemeen tefonds, o.m. zal worden nagegaan 'of voldaan is aan de voorwaarde, dat de tarieven van de straatbelas ting zijn opgevoerd tot een zodanig percentage, dat een opbrengst ver kregen wordt, gelijk aan de op brengst van de belasting bij een heffingspercentage van 6% wegens gebouwde en 3% wegens ongebouw de eigendommen. Aangezien in de gemeente Waal wijk de onderwerpelijke belasting momenteel uitsluitend geheven wordt wegens gebouwde eigendom men en daarbij behorende erven, zal de onderhavige verordening overeenkomstig het verzoek van Ged. Staten moeten worden aange vuld. Wanneer de raad niet aan 't ver zoek van Ged. Staten zou willen voldoen en dus de ongebouwde ei gendommen niet belastbaar wil stel len, dan beïnvloedt dit ongetwijfeld de aangevraagde subjectieve verho ging van de algemene uitkering uit het Gemeentefonds, of kan dit voor Ged. Staten aanleiding zijn om om trent het verzoek van B. en W. tot verhoging in afwijzende zin te ad viseren. Noodgedwongen zullen dus de ongebouwde eigendommen ook be lastbaar moeten worden gesteld. Hieronder vallen dan, overeen komstig de bepalingen van art. 280 der gemeentewet, alle ongebouwde eigendommen die aan openbare land- en waterwegen in de ge meente Waalwijk belenden en op deze wegen uitgang hebben of in de onmiddellijke nabijheid daarvan gelegen zijn. De raad heeft dus de bevoegdheid om b.v. percelen grond, welke in de polders gelegen zijn, lager te belas ten dan percelen, gelegen in de be bouwde kom of aan verharde we gen. Voorts is niet als eis gesteld dat percelen aan een openbare land- of waterweg moeten belenden, maar wel dat zij op geringe afstand van dergelijke wegen gelegen zijn en daarop uitgang hebben of daarmee in onmiddellijk verband staan. Evenmin behoeft er een aanwijs baar verband te bestaan tussen de kosten, welke de gemeente in het algemeen aan het onderhoud e.d. der land- en waterwegen uitgeeft en een bepaalde land- of waterweg, om van de aan deze weg gelegen percelen straatbelasting te kunnen heffen, terwijl ook land- en water wegen, welke niet aan de gemeen te in eigendom toebehoren en door anderen (b.v. waterschappen) on derhouden worden onder de wer king van deze verordening vallen. De belastbare opbrengst van alle ongebouwde eigendommen in de gemeente Waalwijk is te ramen op 130.000.Volgens meergenoemd schrijven van Ged. Staten moet het heffingspercentage voor de onge bouwde eigendommen op 3 gesteld worden, zodat de opbrengst van de straatbelasting wegens ongebouwde eigendommen (3% van 130.000. 3.900.zal bedragen. B. en W. stellen voor het ontwerp-besluit 'dienovereenkomstig vast te stellen. 5. Voorstel tot wijziging van de tarievenverordening voor de Gemeentelijke Zweminrichting. Prae-advies. Tarieven zwembad. Bij besluit van de raad van 26 Februari 1953 is vastgesteld de „Verordening betreffende de tarie ven voor het gebruik van de ge meentelijke zweminrichting". Het blijkt thans noodzakelijk te zijn deze verordening op enige pun ten te herzien, teneinde een meer efficiënte bedrijfsvoering alsmede een doelmatige controle te bevorde ren. Het betreft de navolgende pun ten: 1. het abonnement geeft recht op één bad per dag per seizoen. Deze bepaling heeft tot gevolg, dat alle abonnementskaarten ge knipt moeten worden, hetwelk vooral op drukke dagen veel ver traging veroorzaakt. Aangezien men bovendien van mening is dat abonnementhouders meerde re malen per dag van het bad ge bruik moeten kunnen maken, doch uit de practijk gebleken is dat van een tweede bad op de zelfde dag maar een spaarzaam gebruik wordt gemaakt, dient volgens B. en W. de onderhavige bepaling te worden geschrapt; 2. het tarief voor gezinsabonnemen- ten. Ten aanzien van deze abonne menten zijn B. en W. van me ning dat het eenvoudiger is om de prijs voor een gezinsabonne ment te bepalen op b.v. 17.50, ongeacht het aantal personen waaruit het gezin bestaat en voor wie een abonnement wordt ver langd. Er bestaat dan nog altijd de keus tussen een enkelvoudig- en een gezinsabonnement. Dat bijna altijd gezinsabonnementen worden genomen, vindt zijn oor zaak in het feit, dat de huidige tarieven het nemen van een ge zinsabonnement stimuleren, op grond van deze overweging ware thans in dit tarief nog geen wij ziging te brengen; 3. vacantie-abonnement. Voorts ware de mogelijkheid tot het nemen van vacantie-abonne- menten uit de verordening te schrappen. In de practijk is n.l. gebleken, dat hiervan nagenoeg geen gebruik wordt gemaakt, daar de tarieven voor enkelvou dige baden van kinderen en de 10-baden-kaarten van dien aard zijn, dat men daarin voldoende keus heeft; 4. ligstoelen. Nu het zwembad geheel in ge bruik zal kunnen worden geno men, komt 't B. en W. voor, dat er behoefte zal bestaan aan het huren van ligstoelen. Deze stoe len verhogen uitermate de aan trekkelijkheid van het zwembad en geven het geheel een kleurige aanblik. Opneming van een tarief van 0.25 per morgen of per middag voor het gebruik van een ligstoel lijkt dan ook gewenst; 5. schoolzwemmen (zie art. 8). Indien het schoolzwemmen voor de scholen voor lager onderwijs verplichtend wordt gesteld, is 't naar de mening van B. en W. niet reëel daarvoor een toegangs prijs te heffen. Alhoewel uit een oogpunt van kostenverdeling juist te achten, is deze methode toch niet aan te bevelen. Wèl dient het thans geldende ta rief te worden gehandhaafd voor he zwemonderwijs, dat in school verband vanwege andere scholen dan die voor lager onderwijs wordt verzorgd, als b.v. de nij verheidsscholen en de scholen voor middelbaar onderwijs. Naar de mening van B. en W.'ligt n.l. het accent voor zwemonderwijs bij laatstgenoemde scholen an ders dan bij scholen voor lager onderwijs. De lessen aan kinde ren van de scholen voor lager on derwijs beogen immers het kind nog zwemmen te leren, terwijl van leerlingen van de inrichtin gen voor middelbaar, voorberei dend hoger en nijverheidsonder wijs verwacht mag worden, dat zij de zwemkunst reeds machtig zijn. 6. Voorstel tot overname in eigen dom en onderhoud van de Eer ste en Tweede Zeine van het waterschap „De Binnenpolder van Waalwijk". Prae-advies. Overnbme van waterschapswegen. Door de voortschrijdende bebou wing van de terreinen, gelegen tus sen de St. Antoniusstraat en de Burgemeester Smeelelaan, hebben ook de tussenliggende landwegen, genaamd „Eerste Zeine" en „Twee de Zeine", geleidelijk hun landelijk karakter verloren en werden reeds gedeeltelijk opgenomen in het stra- tencomplex der gemeente. Voor zo ver dit laatste het geval is, wordt ook het onderhoud van die wegen, berustende bij het waterschap „De Binnenpolder van Waalwijk", in feite door de gemeente gevoerd. In verband met het gewijzigde karakter van deze weggedeelten ligt het dus voor de hand, dat deze door de gemeente in eigendom en in onderhoud worden overgenomen. Ten aanzien van de Eerste Zeine doet zich daarbij de eigenaardig heid voor dat het gedeelte vanaf de meubelfabriek tot aan de Burgem. Smeelelaan (perceel Waalwijk sec tie B nr. 3314, groot 54 aren), reeds kadastraal ten name der gemeente Waalwijk staat met het waterschap „De Binnenpolder van Waalwijk" voor 23.17 aren als mede-eigenaar, zodat hier met betrekking tot de eigendomsovername alleen sprake behoeft te zijn van laatstgenoemde 23.17 aren „mede-eigendom" van 't waterschap. Met.het waterschap, is bereids overeengekomen dat de eigendoms overname van deze wegen gratis zal geschieden en dat het waterschap aan de gemeente zowel voor de Eer ste Zeine als voor de Tweede Zeine ■en bedrag van f 15.— zal betalen als afkoopsom van het onderhoud. 7. Voorstel tot overname in eigen dom van de bestaande onver harde weg aan de buitenteen van de Winterdijk (Dijkweg) voor zoveel betreft het gedeel te tussen de Zomer dijkweg en de Kadastrale grens Waalwij k- Besoyen van het waterschap „Het Zuiderafwateringskanaal". 8. Voorstel inzake subsidiëring van een vervoersdienst in verband met het schoolzwemmen door leerlingen van scholen voor g.l.o., b.l.o. en u.l.o. Prae-advies. Schoolzwemmen. Met de hoofden en besturen van de scholen voor gewoon lager, bui tengewoon lager en uitgebreid la ger onderwijs zijn met medewer king van de rijksconsulent voor de lichamelijke opvoeding bespre kingen gevoerd teneinde te komen tot een zo mogelijk algemene in voering van het schoolzwemmen in deze gemeente. Het binnenkort te openen geheel vernieuwde zwembad onzer ge meente biedt daartoe ruimschoots de gelegenheid. Het resultaat is geweest dat alle lagere u.l.o,-scholen hieraan zullen deelnemen. In de eerstvolgende ver gadering van de raad, waarin de onderhavige aangelegenheid aan de orde komt, wordt de raad tevens 'n voorstel aangeboden inzake wijzi ging van de tarieven-verordening voor het zwembad. Daaruit zal kunnen blijken dat B. en W. de raad voorstellen het schoolzwemmen voor scholen voor gewoon lager, buitengewoon lager en uitgebreid onderwijs voortaan vrij te stellen van enige betaling. Daarmede is één der beletselen te gen een algemene deelname aan 't schoolzwemmen opgeheven. Een andere moeilijkheid bleek hier evenwel te bestaan in het be trekkelijk grote tijdverlies, dat ont staat door het gaan naar 't zwem bad en terug. De afstand is voor alle scholen te groot om die te voet af te leggen (van 2 tot 6 km.). En is daarom een regeling opgezet voor vervoer per autobus. De kos ten komen dan volgens de door de Min. van Economische Zaken goed gekeurde tarieven op ƒ216.20 per week, berekend naar 4.40 per uur plus 0.35 per km. Er zijn nodig 37 retourritten, tesamen uitmaken de 333 km. De leerlingen van de Nuts' u.l,o.-school en van de R.K. Jongens-u.l.o.-school gaan per rij wiel. Aangezien B. en W. het school zwemmen een goede maatregel vin den in het belang van de lichame lijke opvoeding van de jeugd en evenzeer in het belang achten van de bevordering van de volkshygiëne, stellen B. en W. voor het voor het vervoer benodigde crediet op de gem. begroting voor 1954 beschik baar te stellen en wel een bedrag van 2162.zijnde de kosten voor 10 weken. 9. Voorstel tot het afgeven van 'n noodzakelijkheidsverklaring in- gevolge de Nijverheidsonder wijswet aan de Stichting „Nij verheidsschool voor Waalwijk e.o.", ten behoeve van de uit breiding van haar dagschool met een afdeling leerlooien. 10. Voorstel tot aankoop van grond, gelegen aan de Tweede Zeine. 11. Voorstel tot aankoop van gron den, gelegen aan de Eerste Zei ne. 12. Voorstel tot aankoop van grond, gelegen ten Noorden van de Winterdijk. 13. Voorstel tot verkoop van een bouwterrein, gelegen aan de Burgemeester de van der Schue- renstraat. 14. Wijzigingen der gemeente-be grotingen voor het dienstjaar 1953 en voor het dienstjaar '54. Zaterdagmiddag om 5 uur werd in de achterzaal van Hotel „De Twee Kolommen" het einddiploma uitgereikt aan de eerste 8 cur sisten die de Sociale School van de K.A.B. met goed gevolg hadden doorlopen. Dit was, blijkens de woorden die er werden gesproken, een uitermate verheugend feit, maar van de andere kant werd de vrees uitgesproken dat de schoo 1 hier in Waalwijk niet zou kunnen blijven voortbestaan, terwijl Waalwijk als centrum met zijn om geving jaarlijks toch voldoende cursisten moest kunnen opbrengen, deze diploma-uitreiking wa- veel doen voor de uitbreiding van de Kerk van Christus. Bij ren behalve de geslaagden en de andere cursisten ook aanwezig de voorzitter van de Landelijke Ont wikkelingscentrale van de K.A.B. in Doorn, mr Mulder, de diocesane leiders, Pater Fidentius en de heer P. Coppes, Broeder Overste, de wet houders Smolders en v. Hees wijk namens het gemeentebestuur, het bestuur van de K.A.B., en last but not least, de directeur kapelaan Wassenberg en de leraren. De heer P. Coppes opende de bij eenkomst met de christelijke groet en heette alle aanwezigen welkom. Uit hun aanwezigheid bleek dat ze de school 'n warm hart toedroegen, Broeder Overste speciaal door lera ren beschikbaar te stellen, het ge meentebestuur door een belangrijke subsidie en hij dankte daar harte lijk vóór. MANNEN MET PIT. Mr Mulder verklaarde blij te zijn namens de Landelijke Centrale de diploma's uit te mogen reiken en de 8 jongemannen die het na drie jaar noeste arbeid hadden behaald, geluk te mogen wensen. Hij wees er op dat het wat zeggen wilde drie jaar lang iedere week twee avon den na het werk, zonder uitzicht op materiëel gewin, nog eens naar school te gaan. Dit getuigde van idealisme. Een klein gedeelte hield het dan ook maar vol. De diploma's getuigen, zei mr Mulder, dat gij voldoet aan de eisen, maar vooral dat ge mannen zijt waar pit in zit. Hij was blij dat de K.A.B. derge lijke mensen had. Men kon wel praten over medezeggenschap, maar dan moest men ook mee kunnen praten. Hier waren er acht die dat konden en mr Mulder feliciteerde henzelf en de K.A.B. daarmee. Sprekend over de motieven die hen tot de studie hadden geleid, zag hij er een grote dosis apostolaat in. De arbeiders werden de vooruit geschoven pionnen van de Kerk en mannen van ontwikkeling konden Voorts verklaarde mr Mulder dat de K.A.B. niet voor niets een be drag van 1000 voor elke cursus in vesteerde. Hij hoopte dat de inves tering rente zou opbrengen en dat de geslaagden hun krachten be schikbaar zouden stellen als er een beroep op hen werd gedaan, want er was veel te doen. Mr Mulder dankte de diocesane leiding, de plaatselijke afdeling, stands- en vakorganisaties, de direc teur en de leraren. Als de organi satie zich achter.de school stelde, werd ze een succes. Directeur en leraren hadden meer gedaan- dan hun opdracht uitvoeren. Ze hadden getracht deze kerels te vormen tot mensen, door middels hun persoon lijkheid les te geven. Hij zag in de school het sociale apostolaat van 't intellect, want ze lieten andere pro fiteren van hun ontwikkeling. Het standenprobleem werd hier op idea le wijze opgelost, doordat leraren en leerlingen naar elkaar toegroei den. i Hoe zal het gaan? vroeg mr Mul der zich af. De vooruitzichten wa ren niet zo hoopvol, dat vaststond dat de school in lengte van dagen zou blijven bestaan. En toch moest Waalwijk als centrum van de streek een centrum van ontwikkeling zijn, dat elk jaar 15 a 20 leerlingen kon opbrengen. Tenslotte reikte mr Mulder de di ploma's uit aan de volgende ge slaagden: M. Adriaanse, W. Adriaanse, A. Hamers, C. van Mosselveld, J. H. van Vliet, W. IJrielaar, J. v. Huiten en J. Verhelst, die „met zeer goed gevolg" waren ge slaagd, wat betekende dat ze ge middeld minstens 8 hadden gehaald. GELUKWENSEN. De heer P. Coppes feliciteerde vervolgens de geslaagden ook en Voor het feit dat er in Waalwijk tot heden nog geen bloeiende school was, kon hij twee verklaringen ge- Ven die in het sociaal-economische vlak lagen: op de eerste plaats de huisarbeid, die het bezwaarlijk maakte de lessen te volgen en te 'studeren, en op de tweede plaats het verkeers-geografisch isolement van de Langstraat, dat dit belang rijke industriecentrum moeilijk be reikbaar maakte. Tenslotte dankte de heer Coppes Broeder Overste ook nog voor het beschikbaar stellen van zijn school gebouw. Wethouder Smolders deelde mee, dat de burgemeester en de secreta ris verhinderd waren de bijeen komst bij te wonen. Hij merkte op dat hij in een andere hoedanigheid het startschot voor de sociale school had gegeven. Dat begin was niet bemoedigend: 30 cursisten hadden zich opgegeven en er waren er een goede 20 aanwezig. De 8 geslaagden waren nu het resultaat, Maar er was steeds enthousiasme geweest bij de cursisten. Hij beaamde de op vatting van de heer Coppes, door te verklaren dat het thuiswerk inder daad een belemmering was voor de bloei van de school. Het gemeentebestuur had respect voor het doorzettingsvermogen van de leerlingen. Namens dit bestuur nooa mj aan ook zijn nartenjKe ge lukwensen aan alle geslaagden en vanzelfsprekend ook aan de K.A.B., die mensen van ontwikkeling hard nodig had. Vooral na de oorlog was deze noodzaak gebleken in verband met de P.B.O. en de ondernemings raden. Hij hoopte dat men niet al te pessimistisch hoefde te zijn en dat ook in de volgende jaren een cur sus bezet zou kunnen worden. De heer Coppes dankte het ge meentebestuur nog voor de vlot heid waarmee het subsidie had ver leend. Hij zei dat deze cursus in ieder geval afgemaakt zou worden en hoopte dan over een jaar of drie weer te kunnen beginnen. Namens de K.A.B. dankte de heer v. Seters, want hij achtte de school voor haar van uitzonderlijke betekenis. De directeur en leraren bracht hij een bijzonder woord van dank, alsmede het gemeentebestuur voor de subsidiëring. De geslaagden feliciteerde hij en hij sprak de hoop uit dat ze het geleerde in practijk zouden brengen. Geschoolde men sen waren vooral in deze tijd nodig. Tenslotte excuseerde kapelaan Wassenberg pastoor Van de Hurk en kapelaan Lempens, die de stoot had gegeven tot de oprichting van de school; ze konden helaas niet aanwezig zijn. Hij was blij dat de school werd voortgezet en hoop te dat tijdig een voldoende aantal leerlingen gevonden zouden zijn voor een nieuwe cursus. De heer Coppes sloot de bijeen komst met de chirstelijke groet, waarna allen zich verenigden aan een koffietafel. mxaim DODENHERDENKING 4 MEI. Evenals vorig jaar zal na afloop der herdenking bij het monument het Requiem van W. A. Mozart ge geven worden als waardig sluitstuk voor dit traditionele gebeuren. Öe uitvoering zal geschieden door het Gemengd Koor „Oefening en Vermaakt in samenwerking met Waalwijks Symphonie Orkest, ver sterkt door enkele krachten van Het Brabants Orkest, in de grote zaal van „De Gecroonde Leersse" ZILVEREN JUBILARIS. Zaterdag 1 Mei a.s. herdenkt de heer Q. v. d. Hoven alhier zijn 25- jarig dienst jubileum bij de firma Gebr. Dumoulin, lederhakkenfa- briek te Waalwijk. OP KONINGINNEDAG ORANJEKOEKEN ETEN. Op Koninginnedag, a.s. Vrijdag, zullen er builtjes Oranjekoeken ten verkoop worden aangeboden. Men dient ze evenwel voorzichtig te eten, want het is mogelijk dat er een lot in gebakken is, waaraan prachtige prijzen zijn verbonden. Deze oranjekoekerij gaat uit van het Comité oud-leerlingen van de St. Clemensschool, dat gevormd is ter voorbereiding van de viering van het 25-jarig bestaan van de school en van het zilveren jubileum van de onderwijzers, de heren G. P. H. Veltman, hoofd, en G. Smits. Ook onder de oud-leerlingen is een actie gaande voor bijdragen. Dus a.s. Vrijdag allemaal Oranje koeken. Het Rotterdams Toneel in: „DE KAMER WAARIN WIJ LEVEN". Men zou een hele serie Bijbel woorden kunnen citeren om de strekking van het werk van Gra ham Greene te illustreren. Niet om te bewijzen dat hij gelijk heeft, want dat wil hij zelf niet. Hij stelt slechts een probleem dat bijna on veranderlijk wortelt in de myste ries van liefde en dood, drijft dat op de spits waar het laatste woord ge sproken schijnt te zijn, maar laat de uiterste consequentie aan Gods ge nade, die oneindig is. Hoe naakt hij de mens in zijn menselijkheid ook voorstelt, hij ontluistert hem niet omdat de zekerheden ophouden waar het mysterie begint. Dit is geen scepticisme, maar slechts een erkenning van de menselijke be perktheid, zoals zijn conflicten de monstraties zijn van de menselijke onvolkomenheid, die echter nooit volledig is zolang wij de liefde be zitten. Daarachter strekt zich dan nog uit het oneindige véld van Gods genade. Zo is het ook in „De kamer waar in wij leven". Het schijnt een il lustratie van de uitspraak van Sint Paulus: „Als gij de liefde niet hebt, zijt ge als een rammelend bekken". Greene heeft hier op merkwaardige wijze het thema van de liefde met dat van de dood gecombineerd. Juist de liefdeloze vrouw vreest de dood als geen ander. Voor haar is er niets ergers dan een doodzonde te doen, maar van naastenliefde heeft ze geen notie. Daarom valt haar broer, de priester, haar harder dan het meisje Rose, dat een ge trouwde man liefheeft, maar ten slotte niet kan kiezen tussen het verdriet dat ze zichzelf niet kan aandoen en het verdriet dat ze een ander de vrouw van haar min naar niet wil aandoen. Ze zegt dat God niets meer voor haar be tekent en toch sterft ze met een kindergebedje dat uit haar herin nering en haar hart opkomt. De priester voelt slechts dat hij tekort is geschoten om het verlossende woord te spreken, waarop hij zich, zoals hij zegt, twintig jaar ver lamd in een stoel zittend heeft kunnen voorbereiden. Waarom zou God dan nu ingrijpen? Niemand van ons heeft ooit genoeg lief, maar Gods liefde is oneindig. De kracht van Greenes stuk ligt niet in de uiterlijke handeling, maar uitsluitend in het innerlijk drama, dat hij zeer sterk in het woord tot uitdrukking heeft ge bracht. Hij neemt geen blad voor de mond daar ware rekening mee te houden ten opzichte van al te jeugdig publiek en noemt de dingen bij hun naam. In de gegeven situatie krijgen ze daardoor een in- houd die in het dagelijks leven veelal verloren is gegaan. Zou men in toneelmatig opzicht hier en daar aanmerkingen kunnen maken, dit tekort wordt ruimschoots ver goed door de rijkdom van gedach ten die door het woord een geladen spanning teweeg brengt. Het Rotterdams Toneel heeft „De Kamer waarin wij leven" in een waardige vorm ten tonele gebracht. De priester van Ko Arnoldi moet zeer zuiver aan de intenties van de schrijver hebben beantwoord: wijs en begrijpend, maar soms on verzettelijk, desalniettemin volko men beseffend dat hij tekort ge schoten is; een grote rol. Niet min der sterk was Andrea Dom burg als het meisje Rose, die alle stadia van verrukking tot wanhoop gestalte gaf in woord, gebaar, mi miek en houding. Daar was voorts Magda Janssens als de zuster Helen Browne, hard en zeker in haar lief deloosheid, maar zwak in haar vrees. Ko v. Dijk als Michael Den nis, de minnaar, bereikte misschien juist niet de hoogte van zijn tegenspelers en tenslotte werd het ensemble voltooid door Elisabeth Versluys als de onnozele Mary, Lize Servaes als de andere zuster Te resa en Ellen de Thouars als mevr. Dennis. Alles bijeen een grote op voering van een groot stuk. De kunstkringvrienden die 't to neel niet uitsluitend zien als amu sement, zullen er ongetwijfeld dank baar voor zijn geweest en de reac ties aan het slot waren zeer enthou siast, zo zelfs dat een gedeelte van het publiek terecht de spelers staande een ovatie bracht. Getuigde het overigens niet van onbegrip van een gedeelte van de zaal dat er bij bepaalde opmerkingen grif gelachen werd, waar dit helemaal niet paste? Dit is bepaald hinderlijk. Evenzo dat na een vol half uur pauze nog tientallen mensen de zaal inkwa men en helemaal naar voren moes ten lopen, terwijl het doek al open was. Dit is niet nodig. O O G. „IN PYAMA". Het was maar een niemendalletje dat O.O.G. Zaterdag en Zondag in „De Gecroonde Leersse" presen teerde en als zodanig werd het ook aangediend. Het blijspel „In Pya- ma" van Arnold en Bach is een stuk met een overvloed van toeval ligheden die ernstige gevolgen zou den kunnen gehad hebben, als in zo'n blijspel niet alles op zijn poot jes terecht moest komen. Alle echt genoten en a.s. echtgenoten komen ongeveer in verkeerde armen te recht. Ze kunnen er allemaal niets aan doen en op het eind wordt het doorslaande bewijs geleverd dat dit iedereen kan overkomen. Dit laat ste is een uitspraak van Emile Do- berman, handelaar in lijnkoeken, die het ook door minder toevallige omstandigheden wel zou willen. Door de titel „In Pyama" hoeft men zich niet van de rechte weg te la ten brengen. De_ heel goed bezette zaal vond het kennelijk erg plezierig en er waren dan ook voldoende koddige situaties om hard gelach te veroor zaken. Er zijn, geloven wij, blij spelen die nog iets meer kunnen, maar ook dit genre mag nu en dan wel eens aan bod komen. Wat het spel betreft, zouden we ditmaal een scheiding willen maken tussen dames en heren en dan moe ten we de prestaties van het sterke geslacht hoger aanslaan dan die van het zwakke. Er stonden bijna stuk voor stuk types op de planken: Jan v. Delft als Emile Doberman, B v. d. Velden als dr Reinald Zi- belius al had die het precieuze taaltje van de zeergeleerde niet vol ledig onder de knie -, H. Brokken als Charles Reiling en W. Kleijn als de hereboer Bonekamp. Daartegen over waren de dames over het al gemeen te „gewoon". De ene helft van de spelers moet nu eenmaal niet naar het drama neigen, als de andere helft meer in de richting van het kluchtige werkt, om het eens scherp te stellen. Het waren

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1954 | | pagina 5