JAN TIELEN,
Ridder in de Orde van Oranje-Nassau
Waalwijkse en Langsiraaise Courant
Bij een onderscheiding
wlpi
JAN TIELEN
In een openbare hulde werden zyn talryke verdiensten beloond.
mmïmÊj
MAANDAG 3 JANUARI 1955
Uitgever
Waalwykse Stoomdrukkerij
Antoon Tielen
Hoofdredacteur
Dit blad
verschijnt 2 x per week
DE ECHO m HET ZUIDEN
78* JAARGANG No. 2
Abonnement
19 cent per week
2.45 per kwartaal
2.70 franco p. p.
Advertentieprijs
10 cent per m.m.
Contract-advertenties
speciaal tarief.
BureauxGROTESTRAAT 205, WAALWIJK TEL. 2621 Dr. van BEURDENSTRAAT 8, KAATSHEUVEL TEL. 2002. OPGERICHT 1878
TELEGR.-ADRES „ECHO"
Het heeft Hare Majesteit de Ko
ningin behaagd te benoemen tot
Ridder in de Orde van Oranje-Nas-
sau onze Hoofdredacteur de Heer
Jan Tielen.
Deze enkele mededeling, die ons
Donderdagmorgen werd gedaan en
die we Vrijdagmorgen officiéél uit
de mond van burgemeester Teijssen
hoorden, in aanwezigzheid van de
nieuwe ridder zelf, zijn familie en
alle anderen, met wie hij nog dage
lijks in velerlei en grote activiteiten
samenwerkt, opende voor ons een
wereld van gedachten.
Daar was allereerst de blij-ma-
kende gedachte, dat hier een bijzon
der man zijn beloning kreeg, een
hoge beloning, die adaequaat was
aan zijn vele voortreffelijkheden,
aan zijn talloze verdiensten, zich
verworven in dienst van de gemeen
schap. Het is herhaaldelijk gezegd
bij de officiële plechtigheid ten
stadhuize een openbare hulde
werd het dat niemand in Waal
wijk meer een dergelijke onder
scheiding verdiende dan onze hoofd
redacteur en iedereen was zeer in
genomen met dit Koninklijk besluit.
Burgemeester Teijssen gaf een
opsomming van de vele functies op
grond van de vele werkzaamheden
waarin hem de Koninklijke onder
scheiding werd verleend en bij ons
werden gedachten opgeroepen, ge
dachten aan de immense arbeid op
dat zeer uitgestrekte gebied; we za
gen al die tientallen jaren voor ons
waarin de figuur van Jan Tielen
niet weg te denken is uit het Waal
wijkse en Langstraatse openbare le
ven, waarin zijn werk hecht met dat
leven is verweven en er zijn dege
lijk stempel op heeft gedrukt.
Er zijn geen terreinen waarnaar
zijn belangstelling niet uitging en
waax-op hij niet in de een of andere
vorm is werkzaam geweest.
We zagen voor ons zijn leven, dat
leven van strijdbaarheid en nooit
aflatende arbeidzaamheid, dat le
ven, waarin het elan en het enthou
siasme, de belangstelling en werk
lust van de jeugd niet verflauwden,
integendeel sterker en rijper en
wijzer nog werden, en in hem vere
nigden zich de beste hoedanigheden
van de jeugd met de schoonste ka
raktertrekken van de volwassen
heid tot een wonderlijke en zelden
geziene persoonlijkheid.
74 jaren telt reeds dit bijzondere
leven, maar ge ziet ze de persoon
van Jan Tielen niet aan, ge wordt
ze niet gewaar in de onvermoei
baarheid en de grote werklust,
waarvan we dagelijks getuige mo
gen zijn dat is een groot voor
recht.
Dat leven, die persoonlijkheid,
zijn nu gelauwerd, opgenomen in de
ridderschap en zullen van deze
„adelstand" een zeer schoon sieraad
zijn.
We waren ook in zekere zin trots
toen we van deze „ridderslag" hoor
den, trots omdat het de persoon be
trof, die „De Echo van het Zuiden"
heeft gemaakt tot wat hij is: een on
misbaar element in het Waalwijkse
en Langstraatse openbare leven, in
het persoonlijk leven ook van velen
in dit gebied; het betrof, de persoon,
die bijna 60 jaren de richting van
dit blad heeft bepaald, dat was de
richting, waarin heel zijn leven en
al zijn werken ging: het belang van
stad en streek.
„Ik weet niet", verklaarde hij,
toen hij uiting gaf aan de gevoelens
die hem bezielden, kort na de ver
heugende mededeling, „ik weet niet
welke vereniging mij het dierbaar
ste is."
Wij weten echter, dat „De Echo
van het Zuiden" hem na zijn
gezin het meest na aan het hart
1 ligt; wij kennen zijn dagelijkse in-
spanning voor ons blad, wij weten
dat hij nooit schroomt zelf de han-
I den uit de mouwen te steken en
mee te werken aan de uiterlijke
vormgeving van de krant; vanaf 't
eerste begin tot het moment dat de
krant de drukkerij verlaat, gebeurt
alles onder zijn persoonlijke super
visie. Dit tekent zijn groot karak
ter, dat nooit iets half gedaan wil
laten zijn, maar steeds iets zo vol
ledig mogelijk tot de uiterste
grens van het kunnen is bereikt
wil doen. „De Echo van het Zuiden"
is hem een belangrijk hulpmiddel
geweest bij al zijn werken; de krant
was hem het medium om zijn vele
ideeën en gedachten kenbaar te ma
ken aan de gemeenschap, in wier
dienst hij zich had gesteld, het mid
del om zijn initiatieven te leggen
voor het forum van de publieke be
langstelling en steeds werden de
initiatieven zeer wel en degelijk be
vonden.
De krant was hem ook een wa
pen in de strijd tegen wat onvol
maakt en onvoldoende was in zijn
ogen, een wapen in de hardnekkige
strijd voor de gunstige ontwikke
ling van deze streek, een strijd
waarin men Jan Tielen steeds bij
de stoottroepen zag. We hebben ge
dacht aan het onderwijs, dat in hem
zijn grote organisator en stimula
tor wist, aan Waalwijks Belang, dat
hij mee oprichtte, aan het Midden-
standsborgstellingfonds, waarvan
hij vanaf de oprichting voorzitter
was, we dachten aan alle grote ten
toonstellingen in Waalwijk van
1903 tot en met 1953, een halve
eeuw Waalwijkse tentoonstellingen
die steeds Jan Tielen als een van
de kopstukken zagen; onze gedach
ten gingen naar tal van andere ui
tingen, practisch naar elk openbaar
gebeuren, dat de laatste vijftig ja
ren in Waalwijk plaats vond en
waarbij de figuur van Jan Tielen
niet weg te denken is; we hebben
gedacht aan de vakorganisaties,
waarin hij steeds als drukker-uit-
gever zo'n voorname rol heeft ge
speeld.
Over al zijn activiteiten uit te
weiden is niet doenlijk in het be
perkte kader van dit artikel, dat
een gelukwens wil zijn ex corde
gericht tot onze hoofdredacteur, dat
een uiting wil zijn'van onze grote
waardering voor hem en zijn voor
treffelijke hoedanigheden, dat in al
zijn onvolkomenheid een bewijs wil
zijn van het grote respect dat wij,
zijn naaste medewerkers en al de
anderen die aan ons blad zijn ver
bonden, hem toedragen.
Het moge ook een gelukwens zijn,
gericht tot ons zelf; wij willen ons
feliciteren met zo'n voorbeeld, zo'n
direct, dagelijks exempel van ijver
en nauwgezetheid, van enthousias
me en strijdbaarheid; het is een
groot voorrecht met hem dagelijks
te mogen verkeren en zo veel van
hem te mogen leren, dat het bijkans
beschamend is voor onze onvolko
menheid.
Daar is echter ook de eenvoud
die hem altijd een van de schoonste
versierselen is geweest en die hem
nooit prat heeft doen gaan op zijn
vele verdiensten, maar ze daarom
des te groter heeft gemaakt. De sier
van zijn hoedanigheden heeft groter
glans gekregen nu door deze Ko
ninklijke onderscheiding; mogen
wij hem deze versierselen nog heel
lang zien dragen.
Willem v. d. Mee.
Het oude jaar had tot het laatste njoment een prachtige verrassing be
waard. Een verrassing voor onze hoofdredacteur de heer Jem Tielen, voor
diens familie en voor de tallozen die zijn vrienden zijn en die hem hoog
achten.
Velen van hen waren op een mysterieuze wijze op het Waalwijkse stad
huis ontboden, die laatste morgen van 1954; Jan Tielen zelf was op een
charmante manier door burgemeester Teijssen „ontvoerd" als het ware en
toen hij door deze met een prachtig gevonden voorwendsel naar de raad
zaal werd gebracht en die gevuld zag met die hem erg dierbaar zijn en
met vele anderen, die hij bij zijn grote activiteit vaak ontmoet, wist hij:
het is om mij te doen! en hij zei „goeiemorgen", gelijk men dat zegt,
wanneer men voor een totale verrassing komt te staan en nog niet kan
begrijpen, wat deze eigenlijk zal inhouden.
Het werd heel spoedig duidelijk, toen burgemeester Teijssen, na de ere
lijst van zijn voortreffelijkheden te hebben voorgelezen, ontroerd, mocht
meedelen, dat het Hare Majesteit de Koningin had behaagd Jan Tielen te
benoemen tot Ridder in de Orde van Oranje Nassau.
De lofliederen die er op hem zijn gezongen bij deze plechtigheid, de over
weldigende belangstelling in alle mogelijke vorm, gedurende deze en de
volgende dagen, groeiden uit tot een openbare hulde, gebracht aan een
van de voortreffelijkste mensen van de Waalwijkse en Langstraatse sa
menleving.
„HET LEVEN VAN WAALWIJK IS
MET UW PERSOON VERWEVEN".
Rond kwart voor elf Vrijdagmorgen
kwamen velen in de raadzaal van het
Waalwijkse stadhuis bijeen de familie
Tielen, het voltallige college van Burge
meester en Wethouders, het 'bestuur van
Waalwijks Belang, het bestuur van het
Middenstandsborgstellingsfonds voor de
Langstraat, het bestuur van de plaatse
lijke afdeling van Ons Middelbaar On
derwijs en de directeur van het Dr. Mol-
lercollege, bestuur en directeur van de
Nijverheidsschool voor Waalwijk en Om
streken, bestuursleden van de grote ten
toonstelling SLEM, en ondertussen ver
gaderden de voorzitter en secretaris van
Waalwijks Belang in de burgemeesters
kamer met burgemeester Teijssen.
Op het punt de zitting op te heffen,
kwam men te spreken over foto's van
vorige tentoonstellingen en de heer Jan
Tielen had het over zijn prachtige col
lectie van deze foto's die hij allemaal
toezegde aan het Museum.
„Ik heb boven ook nog een heel mooie
foto", zei burgemeester Teijssen, „die
moet U toch eens even zien" en niets
vermoedend werd de heer Tielen door
burgemeester Teijssen en de heer Jud.
Timmermans mee naar de raadzaal ge
loodst, waar datgene te gebeuren stond,
dat hij later op de dag het mooiste mo
ment van zijn leven zou noemen, na
zijn huwelijk!
„Het is om mij te doen", fluisterde hij
de heer Timmermans zeer confuus in het
oor en tot de verzamelden zei hij een
verbaasd goeiemorgen.
Burgemeester Teijssen deed hem plaats
nemen achter de hoofdtafel, omhing zich
met de ambtsketen en sprak dan de vol
gende rede uit:
EEN VOORTREFFELIJK MAN.
Op de laatste dag des jaars flitsen wel
en wee van het voorbije jaar ongetwij
feld bij elkeen ongemerkt nog eens aan
de geest voorbij en onze overpeinzingen
voeren ons dan als het ware van zelf nog
verder en geleidelijk tekenen vele jaren
van leven en streven, van arbeid en ac
tiviteit zich af in een beeld, waarmede
enze geest en gedachten zich gaarne een
enkel ogenblik bezig houden omdat de
herinnering vaak zo goed en zoet is.
Ik heb U niet genodigd om hier te
zijn teneinde gezamenlijk de schijnwerper
op 1954 te richten en dan vervolgens de
historie van decennia nog eens te ver
kennen er is immers zo veel in zo'n
tijdsverloop wat boeit en bindt en inte
resses zijn zo verscheiden van aard
doch wèl om de illustre figuur van een
voortreffelijk man, die zich meer dan ge
durende een halve eeuw ten dienste van
de gemeenschap stelde, in het volle, stra
lende licht te plaatsen en daaraan aan
stonds een wel bijzondere glans te geven.
Laat ik dan het voor U allen ietwat
ïvysterieuse gordijn open trekken en U
zeggen, dat ik het op hoge prijs stel in
staat te zijn om de persoonlijkheid zo
vel als de werkdadigheid te schetsen van
de heer Jan Tielen, die ook al weer op
ietwat mysterieuse wijze naar deze voor-
neme zaal in het huis der gemeente is
gevoerd.
WAALWIJKS BELANG
GEEFT VERSIERSELEN.
De heer Jud. Timmermans, de voor
zitter van Waalwijks Belang, kreeg on
middellijk nadat de burgemeester de heer
Tielen het teken van zijn hoge onder
scheiding op de borst had gespeld, het
woord en hij zei o.m.: Wij allen weten
clat de heer Tielen, in zijn werkzaam
leven heelt gedaan, maar ik zou en
met reden willen zeggen, dat veel
van zijn activiteit is mogelijk geworden
door zijn langdurig secretarisschap van
Waalwijks Belang, welke vereniging hij
biina vijftig jaar geleden mede heeft op
gericht en die zeer zeker een van de
dierbaarste verenigingen is, aan wier
activiteiten hij heeft deelgenomen en nog
graag deel neemt.
Namens onze vereniging en vooral na
mens het bestuur wil ik U hartelijk ge
lukwensen met de prachtige Koninklijke
Onderscheiding die U heden is ten deel
gevallen.
Wij, die tot Uw vrienden en mede
werkers behoren, weten, hoe hij 't ver
diend hebt en dat Uw werkzaam leven
beloond wordt op een wijze die daar
mee ten volle in overeenstemming is.
In ons bestuur, vervolgde hij, heerst
een goede samenwerking en een geest
van vriendschap, die het werken pret
tig maakt.
Ons bestuur, besloot de heer Timmer-
.- t -V -
Burgemeester Teijssen spelt
de heer
Ik zal voor deze schets niet de verve
van een litterair palet bezigen, maar in
eenvoudige woorden zo passend bij
de eenvoud, die U altijd gesierd heeft
U roemen en waarderen en hulde beto
nen.
Met bijzondere toewijding hebt Gij ge
durende een groot aantal jaren diverse
zeer voorname belangen van de gehele
streek gediend.
Uw stuwkracht en organisatietalent
hebben de stoot gegeven tot en vorm
gegeven aan menige instelling en stichting.
Op meerdere terreinen zijt Gij een per
soonlijkheid met een klinkende naam in
de gehele Langstraat en ook daarbuiten
in de provincie.
Al de jaren hebt Gij geheel belange
loos, doch met zeldzame activiteit het
algemeen belang gediend.
STAAT VAN DIENST.
De Langstraat heeft aan Uw energie
veel te danken. Zo waart gij de stimu
lerende en organiserende kracht van de
grote internationale tentoonstelling op het
gebied van schoenen, leder en aanver
wante artikelen, welke achtereenvolgens
in 1903, 1925 en 1953 te Waalwijk ge
houden werden.
Gedurende 47 jaren vervult Gij thans
het secretariaat van de vereniging Waal
wijks Belang, teen vereniging, die zich
de bevordering van het vreemdelingen
verkeer in de Langstraat tot doel stelt en
voorts verschillende andere belangen van
streek en plaats dient en gediend heeft.
Deze zeer levenskrachtige vereniging is
voor dte ontwikkeling van de Langstraat
van bijzondere betekenis geweest, mede
dank zij de energieke werkzaamheid van
haar secretaris, die met nimmer aflatende
zorg het veel omvattende secretariaats
werk verrichtte.
Het voorzitterschap van het Borgstel-
lmgsfonds voor de Langstraat is vanaf
de oprichting tot kort geleden door U
bekleed. Gij hebt aan de vervulling van
deze functie veel tijd besteed en daar
door een werk van niet te onderschatten
sociale en economische betekenis ver
richt.
Ik overdrijf niet, indien ik zeg, dat Uw
verdiensten voor de groei en de ont
wikkeling van de R.K. H.B.S.» de M.M.S,
cn de Nijverheidsscholen drie onder
wijsinstituten voor de streek, welke on
der Uw voorzitterschap staan on
schatbaar zijn.
Gij moogt met trots op deze arbeid, in
het belang van het onderwijs verricht, te
rug zien.
Wat mij het meest verheugt, is even
wel dte benijdenswaardige vitaliteit, wel
ke Gij, niettegenstaande Uw 74-jarige
leeftijd, bezit. Het is ook nu nog de lust
van Uw leven om in de vele functies,
welke Gij bekleedt, de gemeenschap in
haar vele vertakkingen te dienen, waar
bij Gij in Uw werkzaamheid nog immer
teen bijzondere energie demonstreert.
Ik qeloof, vervolgde de burge
meester, dat ik mag concluderen,
dat het leven in onze stad met
Uw persoon verweven is, daar
voor komt U erkentelijkheid toe
en daarom verheugt het mij U
te kunnen zeggen, dat het Hare
Majesteit de Koningin behaagd
heeft U te benoemen tot Ridder
in de Orde van Oranje Nassau.
de decoratie op de borst van
Jan Tielen
mans, heeft besloten om U bij de eerst
volgende passende gelegenheid de ver
sierselen, aan de Orde verbonden, U te
overhandigen.
Ik hoop dat U deze geste vooral zult
ervaren als blijk van onze grote vriend
schap ten aanzien van Uw persoon.
GROTE BELANGSTELLING
VOOR HET ONDERWIJS.
Het verheugde Mr. R. van der Heij
den, de_burgemeester van Loon op Zand,
zeer, als vice-voorzitter van het plaat
selijk bestuur van Ons Middelbaar On
derwijs in Noord-Brabant de heer Tielen
te kunnen geluk wensen met de Konin
klijke Onderscheiding.
Hij wilde niet in bijzonderheden treden
na de waarderende woorden van burge
meester Teijssen.
Ik wil echter wel alle aandacht vesti
gen op de grote belangstelling die gij
voor het onderwijs hebt gehad, en op
de grote ijver, waarmee gij steeds voor
het onderwijs hebt gewerkt, het onder-
Wijs, dat er niet alleen moest zijn voor
Waalwijk, maar voor de gehele streek.
Wij stellen 't zo op prijs dat U de
school ziet als een streekschool.
Daarom verheugt ons deze onderschei
ding zeer en we hopen, dat dit geen ein
de zal zijn, maar een aansporing, om
rog lang in het belang vooral van het
onderwijs, werkzaam te zijn.
EEN JUISTE SOCIALE
INSTELLING.
De Edelachtbare Heer A. Snels, bur
gemeester van Drunen en waarnemend
voorzitter van het Middenstandsborg
stellingsfonds voor de Langstraat, had
niet kunnen vermoeden, zoals hij ver
klaarde, toen hij de uitnodiging kreeg,
dat er een zo grote gebeurtenis voor de
deur stond. Toch was het niet een totale
verrassing, want zei hij, een zodanige
staat van dienst, als de Uwe, houdt in,
dat er vroeg of laat een verrassing uit
de bus moet komen.
Als wnd. voorzitter van het Midden
stands Borgstellingsfonds, een van de
minst naar buiten optredende organisa
ties, waarin de heer Tielen zo belang
rijke staat van dienst zich verworven
had, was het hem een voorrecht en een
vreugde hem hier te mogen gelukwensen.
Ons werk is niet slechts belangrijk
maar ook zeer weldadig en dat is vooral
ook te danken aan de leiding die gij
vanaf de oprichting tot voor kort gege
ven hebt op zo'n voortreffelijke wijze,
met een goed hart en de juiste sociale
instelling en intentie.
Zeer zeker zullen allen die ons werk
betrokken zijn hier blij om zijn, ver
volgde burgemeester Snels, zoals wij
hier, en velen buiten deze kring zeer
verheugd zijn.
Zich tot Mevrouw Tielen en de kin
deren richtend, zei burgemeester Snels
er zich van bewust te zijn, dat al die
jaren met veelvuldige en langdurige ver
gaderingen wel een tikje afbreuk hebben
gedaan aan het gezinsleven, maar met
een groot gebaar hadden zij dit offer
weten te brengen en ook hen wenste hij
van harte geluk.
DANK VOOR PUBLICATIES
IN „DE ECHO".
De heer J. W. van Heesbeen, vice-
voorzitter van het Bestuur van de Nij
verheidsschool, was de burgemeester zeer
dankbaar dat hij hem op zo'n mysteri
euse wijze had ontvoerd, nu was hij in
staat de heer Tielen van harte geluk te
wensen.
Ik heb me nogal eens moeten verzet
ten, aldus de heer van Heesbeen, tegen
Uw voornemen om Uw werk als voor
zitter van de Nijverheidsschool neer te
l*9gcn, niet omdat ik U de rust misgun,
maar omdat ik er van overtuigd ben, dat
er niemand in Waalwijk is, die U kan
vervangen. De Nijverheidsschool is Uw
schepping en de groei en de bloei van
de school is voor een zeer groot deel te
danken aan Uw activiteit. Ik hoef niet
te zeggen wat deze school, waar dagelijks
600 jongens in dag- of avondcursus het
onderwijs volgen, betekent voor de wel
vaart en de groei van Waalwijk en Om
geving.
Ik wil U mijn waardering voor al dit
werk betuigen, U er voor danken en U
gelukwensen met deze welverdiende on
derscheiding.
Het is niet mijn gewoonte, vervolgde
dc heer van Hecsbcen, om als voorzitter
van de Kamer van Koophandel voor
Noordelijk Noord-Brabant bij dergc'ijkc
gelegenheden het woord te voeren» maar
deze gelegenheid wil ik niet laten voor
bijgaan, om iemand die voor het alge
meen belang, voor de welvaart van han
del en bedrijf zo veel verdiensten zich
heeft verworven, van harte hiervoor te
danken! Door Uw publicaties in dc Echo
van het Zuiden hebt gij op alle mogc-
liike manieren bijgedragen, het econo
misch leven in het district van de Ka
mer te bevorderen. Hiervoor dank ik U,
en ook namens de Kamer van Koophan
del wens ik U geluk.
Een tijd geleden verscheen een publi
catie, aldus de heer van Heesbeen, dat
in het bedrijfsleven zo weinig onder
scheidingen werden uitgereikt, dat dit
vooral voorkwam in de kringen van
ambtenaren: Ik verheug me er over, dat
U deel uitmaakt van degenen, die. Duiten
de kring der ambtenaren, worden onder
scheiden en daarom dank ik de burqe-
meester ook zeer hartelijk voor zijn be
moeiingen.
We zijn erg blij met deze onderschei
ding, besloot hij, ik feliciteer U nog
maals en ook Mevrouw Tielen en de
Kinderen, die vanzeifsorekend zullen de
len in de vreuade om deze hoge onder
scheiding, die U heeft gekregen.
RIDDER JAN.
Ridder Jan, sprak de heer J. Klij-
berg, die namens de verschillende
tentoonstellingen het woord voerde,
de heer Tielen toe. Ik denk dat ge
wel buitengewoon verheugd bent
met deze onderscheiding die U ein
delijk is te beurt gevallen. Dikwijls
hebben we gedacht: wanneer zal hij
eindelijk eens de Koninklijke on
derscheiding krijgen die hem toe
komt?
Nu hebt ge ze gekregen en ge
zult er blij om zijn, maar meer nog
zult ge er over verheugd zijn dat
allen die hier zijn, er zo echt blij
om zijn. Niemand meer dan gij hebt
hier zo iets verdiend.
En dan weidde de heer Klijberg
uit over de buitengewone inspan-,
ning die de nieuwe ridder steeds
zich had getroost bij de organisatie
van de verschillende tentoonstel
lingen. Als een feit uit zijn prille
jeugd herinnerde hij zich de ten
toonstelling van 1903, toen de heer
Jan Tielen op zeer jeugdige leeftijd
fingeerde als secretaris naast de
vader van de heer Klijberg, die
De heer Tielen beantwoordt de huldebetuigingen.