1
Waalwijkse en LangstCourant
TROONREDE
Nederland gaai ZWARE tijd tegemoet
Geallieerden torpedeerden
Nederlandse zaak in Indonesië
VRIJDAG 21 SEPTEMBER 1956
Uitgever:
Waalwijkse Stoomdrukkerij
Antoon Tielen
Hoofdredacteur
JAN TIELEN
Dit blad
verschijnt 2x per week
79e JAARGANG No. 73
Abonnement:
19 cent per week
Jg.45 per kwartaal
^2.70 franco p. p.
Advertentieprijs:
10 cent per m.m.
Contract-advertenties
speciaal tarief
Bureaux: GROTESTRAAT 205, WAALWIJK TEL. 2621
KAATSHEUVEL
TEL. 2002
Dr van BEURDENSTRAAT 8
OPGERICHT 1878
TELEGR.-ADRES: „ECHO"
r
LEDEN DER
STATEN-GENERAAL,
Ofschoon meer dan drie maan
den zijn verlopen sinds de ver
kiezingen voor de Tweede Kamer
werden gehouden, is het nog niet
mogelijk gebleken te komen tot
de vorming van een nieuw kabi
net. Het demissionaire kabinet
doet op mijn uitnodiging alles
wat het in 't belang van het Ko
ninkrijk noodzakelijk acht.
Evenwel kunnen u onder deze
omstandigheden geen plannen
betreffende het in de toekomst
te voeren beleid worden voorge-
legd.
Niettemin heb ik er bijzondere
prijs op gesteld de eerste gewone
zitting der vernieuwde Staten-
Generaal persoonlijk te openen.
Gij zijt hier voor het laatst bij
een in het sinds 1887 geldende
aantal. De uitbreiding van het
aantal leden, waartoe bij de jong
ste wijziging der grondwet is be
sloten, zal spoedig tot stand ko
men.
Ook in het komende jaar zult
gij gesteld worden voor tal van
vraagstukken, waarop veelal ook
de internationale toestand in
vloed uitoefent.
Over het wereldbeeld blijven
de schaduwen liggen van belang
rijke internationale problemen,
welke nog steeds niet tot oplos
sing konden worden gebracht.
In 'de laatste tijd bestaat boven
dien reden tot bezorgdheid over
een ondermijning van het ver
trouwen, dat althans in de vrije
wereld de internationale rechts
regels en gebruiken worden na
geleefd. Herstel van dit vertrou
wen moet van het hoogste belang
worden geacht voor het bereiken
van stabiliteit in de internatio
nale betrekkingen. Alleen indien
de overtuiging aanwezig is, dat
de regels van het internationaal
verkeer in acht worden genomen
zal de mogelijkheid blijven be
staan om ernstige conflicten te
voorkomen door tijdig in vreed
zaam overleg een voor partijen
aanvaardbare oplossing te zoe
ken.
Verschillende gebeurtenissen
in Indonesië in de loop van dit
jaar hebben geleid tot een ont
wikkeling in de verhouding tus
sen ons land en deze republiek,
die wij betreuren.
De zorg der regering blijft uit
gaan naar Nederlanders in Indo
nesië, die aldaar in moeilijkhe
den verkeren, en naar hen, die
zich vandaar in Nederland ves
tigen.
De ontwikkeling van de situ
atie in het midden-oosten heeft
de wereld voor nieuwe en ge
vaarlijke problemen gesteld.
Het bezoek, dat mijn man en
ik het vorige jaar aan Suriname
en de Nederlandse Antillen heb
ben gebracht, stemde ons tot
grote vreugde. Wij bewaren een
dankbare herinnering aan de
talloze blijken van aanhankelijk
heid, die wij daar ontvingen en
die duidelijk de sterke band met
het Koninkrijk aantoonden.
De openlegging van Neder-
lands-Nieuw-Guinea gaat voort.
Daarbij wordt gestreefd naar toe
nemende inschakeling van de
autochtone bevolking bij de ont
wikkeling van eigen land. Een
werkcommissie is ingesteld, die
tot taak heeft een algehele her
ziening van de Bewindsregeling-
Nieuw-Guinea voor te bereiden.
De luchtvaartonderhandelingen
met de Verenigde Staten hebben
hier te lande tot nu toe teleur
stelling gewekt, tk spreek de
hoop uit, dat bij de voortzetting
daarvan meer dan tot dusver met
redelijke aanspraken van de Ne
derlandse luchtvaart rekening
zal worden gehouden.
Het Nederlandse volk heeft
zich de laatste jaren mogen ver
heugen in een over het algemeen
genomen gunstige economische
ontwikkeling. Ook thans blijtt
de toestand gekenmerkt door 'n
hoge graad van bedrijvigheid.
Intussen treden, zowel in ons
land als daarbuiten, geleidelijk
meer spanningen op. Maatrege-
len tot het tegengaan daarvan
vragen in toenemende mate de
aandacht, in het bijzonder ook
met het ook op de ongunstiger
ontwikkeling van de betalings-
balans in de verstreken maanden
van dit jaar. i
De op zichzelf verheugend hoge
stand van de werkgelegenheid in
onderscheidene bedrijfstakken j
komt tot uiting in een toenemen- t
de vraag naar arbeidskrachten,
waaraan, ondanks alle inspan- j
ningen niet kan worden voldaan.
Dit is ook van invloed op het
tempo, waarin kan worden inge
lopen op het woningtekort, dat
de zwaarste nood is, waaronder
ons volk lijdt. Alle mogelijkheden
om in die nood te voorzien, die
nen te worden aangegrepen. Aan
de woningbouw wordt de grootst
mogelijke prioriteit gegeven.
Ook bij de verschillende tak
ken van het onderwijs noopt het
tekort aan personeel en gebou
wen tot ingrijpende maatregelen.
De gezondheidstoestand der
bevolking blijft zich gunstig ont
wikkelen.
Hoewel nog met i? voorzien™
welke wetsvoorstellen u in de
naaste toekomst zullen bereiken
en in hoeverre reeds ingediende
voorstellen zullen worden ge
handhaafd, staat het vast, dat in
het komende zittingsjaar weer
veel van uw werkkracht zal wor
den gevraagd.
Naast de begrotingen zullen
reeds dadelijk de ontwerpen be
treffende pensioenregelingen en
inzake de ziekenfondsverzeke
ring voor bejaarden in aanmer
king komen voor behandeling.
Tijdige afdoening daarvan is van
overwegende betekenis in ver
band met de wet op de algemene
ouderdomsverzekering.
Het beroep, dat op velen van
u wordt gedaan voor de verte
genwoordiging in internationale
en supranationale parlementaire
instellingen, zal een nieuwe uit
breiding ondergaan. Binnenkort
zal de raadgevende interparle
mentaire Beneluxraad voor het
eerst bijeenkomen. Ik vertrouw,
dat hij een nieuwe impuls zal
geven aan de samenwerking van
de Beneluxlanden, die een bij
zondere betekenis heeft in het
geheel van de vormen van sa
menwerking tussen de vrije vol
keren, waaraan Nederland deel
neemt. Het overleg tussen de zes
landen, die deel uitmaken van de
Kolen- en Staalgemeenschap, in
zake de totstandkoming van een
verdrag over de gemeenschappe
lijke markt en over de kernener
gie zal bij welslagen aan dit ge
heel een nieuw en belangrijk
element toevoegen
Moge God u wijsheid en kracht
schenken voor de vervulling van
uw veelzijdige en verantwoorde
lijke taak.
Hiermede verklaar ik de zit
ting der Staten-Generaal voor
geopend.
Qezien de kabinetscrisis en 't ontbreken van een regerings
programma voor het komende parlementaire jaar, is de mi
nister van financiën zonder meer uitgegaan van een voort
zetting van het tot heden gevoerde beleid. Hierbij komt hij
tot de slotsom dat de begroting in het komende jaar een te
kort zal vertonen van 786 miljoen. Houden wij rekening
met de voorziene stijging der defensieuitgaven van 100
miljoen en de reeds ingecalculeerde schatting der loonsver
hoging per 1 januari a.s., dan lijkt dit niet ongunstig.
Bij nadere beschouwing komt men tot een veel meer ver
ontrustend beeld. Nederland gaat bij een gunstige conjunc
tuur een periode tegemoet van gestegen lasten, waaraan wij
slechts met nieuwe ingrijpende overheidsmaatregelen het
hoofd kunnen bieden. Hoe die nieuwe maatregelen er uit
zullen zien, is een zaak van het nieuwe ministerie en daar
over moet men op korte termijn in 't duister blijven tasten.
Het strekt de regering tot eer
dat zij met kracht blijft streven
naar vermindering van de staats
schuld. Ruim anderhalf miljard
werd er in het afgelopen jaar in
gelopen, zodat Nederland op 30
juni 1956 nog ruim 19 miljard
schuld te vereffenen had. Wan
neer wij ons daarbij even herin
neren dat wij op 31 december
1947 nog ruim 28 miljard als 'n
blok aan ons nationale been
hadden hangen, dan is deze gang
van zaken alleszins bevredigend.
In nog geen 10 jaar tijds is de
totale schuld met een kwart ver
minderd.
Ook de ontwikkeling van de
schuld aan het buitenland ver
toont een gunstig beeld. Van
1950 tot 1956 losten we daarvan
anderhalf miljard af, zodat we,
in hetzelfde tempo voortgaande,
over tien jaar vrij van buiten
landse schulden kunnen zijn,
want de vreemde schuldeisers
moeten nu nog 1973 miljoen van
ons hebben. In het afgelopen
jaar kregen de laatsten 77 mil
joen terug. Gaarne zouden wij
zien dat het accent van de aflos
sing nog meer naar de buiten
landse schuld werd verplaatst,
maar eenmaal aangegane ver
plichtingen en de deviezenposi-
tie leggen ons hier beperkingen
op.
Een tekort van 786 miljoen op
de begroting is niet verontrus
tend in depressiejaren. Bij gun
stige conjunctuur zou de stijging
van uitgaven zonder meer moe
ten worden gedekt uit de geste
gen belastingopbrengst. Die op
brengst stijgt het komende jaar
aanzienlijk, maar men heeft de
ze nodig om andere gestegen las
ten te dekken en dit achten wij
funest.
HOE DIT TEKORT TE
DEKKEN
Hoe het begrotingstekort zal
moeten worden weggewerkt
geeft de miljoenennota nergens
aan. Dat kan slechts op twee wij
zen óf door uitgifte van schat
kistpapier, dus door inflatoire
financiering, óf door een belas
tingverhoging op welk terrein
ook. Het eerste middel doet ons
nog verder in de modder weg
zinken, zodat slechts het tweede
overblijft. Waar bovendien in 't
geprojecteerde begrolingsbeeld
wordt gewezen op de dreigende
tekorten op de betalingsbalans
en de besparingen zullen moe
ten toenemen, zal het kabinet
met saneringsplannen moeten
komen.
Elke uitbreiding van de natio
nale welvaart is in de afgelopen
jaren gezocht in de consumptie
ve sfeer Deze ontwikkeling zal
kort en goed moeten worden ge
stopt, terwijl men eveneens een
stopmiddel zal moeten produce
ren voor de consumptievergro
ting, die uit de definitieve ouder
domsvoorziening voortvloeit.
De eerste tekenen aan de wand
der stijgende fiscale lasten zijn
reeds zichtbaar. Per 1 januari
1957 zal de omzetbelasting voor
suiker en textiel terugkeren, die
men tijdelijk buiten werking ge
steld heeft. Men verwacht voor
het komende begrotingsjaar een
stijging van de omzetbelasting
van 275 miljoen.
GROTE PRIJSSTIJGINGEN.
Jjr is niet veel fantasie voor
nodig om te concluderen dat
de genoemde herinvoering van
omzetbelasting, gepaard aan een
huurverhoging en een daaruit
voortvloeiende loonsverhoging,
een prijsstijging zal veroorzaken
die Nederlands naam als goed-
koopte-eiland voor goed naar het
rijk der fabelen zal verwijzen.
Wil de regering, die nog geboren
moet worden, aan de toenemen
de defensie-eisen tegemoet ko
men, dan heeft het bedrijfsleven
alle reden om zijn hart vast te
houden.
Aan inkomsten- en loonbelas
ting denkt de overheid in het ko
mende jaar respectievelijk 350
en 275 miljoen meer te ontvan
gen. Telt men hier de verwachte
verhoging der omzetbelasting bij
en een toegenomen opbrengst
van vermogensbelasting a 30
miljoen, dan blijft de gestegen
belastingopbrengst slechts 80
miljoen üeneden het miljard.
Nergens leest men in de be
groting dat men bij de verwach
te loonsverhoging van zins is de
belastingtarieven aan te passen-
Bij een sterk progressief stelsel
als het onze houdt dit in dat ie
dereen na 1 januari bij een loons
verhoging, die onvermijdelijk is,
procentueel meer belasting zal
betalen dan thans. Formeel mo
gen dan de tarieven gelijk blij
ven, materieel gaat iedere belas
tingplichtige dan onder "n zwaar
dere last gebukt. En desondanks
heeft de minister geen kans gie-
zien een sluitende begroting op
tafel ie leggen.
EEN SOBER BEELD.
Schenken we nu onze aan
dacht aan de voorziene uit
gaven voor de verschillende de
partementen. Voor onderwijs,
kunsten en wetenschappen is 110
miljoen uitgetrokken. Daarbij is
alleen rekening gehouden met de
stijging van salarissen voor do
centen en een gestegen bijdrage
voor sociaal-pedagogische in
richtingen in verband met de on
derwijsvernieuwing. Het is wel
zeer sober, wanneer wij denken
aan de van alle kanten komende
protesten tegen het volkomen
verouderde onderwijs. De nieu
we regering zal hieraan iets moe
ten doen, waarbij direct het be
grotingstekort stijgt.
Wanneer het juist is, dat het
landbouwbeleid in de laatste ja
ren te krenterig is geweest, zoals
blijkt uit de commentaren op de
mislukte oogst en het gebrek aan
reserves bjj de boeren, dan zal
die vrijwel ongewijzigde land
bouwbegroting van thans ook
volkomen aan flarden gaan. De
schade van 1956 is hierin niet
verwerkt en voor steun en ver
nieuwing zal een aanzienlijke
„nagekomen rekening" worden
gepresenteerd.
Wij willen het defensiebeleid
niet verder behandelen dan er al
leen op te wijzen dat de uitgetrok
ken middelen hiervoor wel ver
hoogd kunnen worden (wanneer
minister Staf zijn zin krijgt)
doch nimmer verlaagd. Ook dat
budget is dus wel aan de lage
kant en zeker niet te ruim geno
men. Over verplichtingen ten
opzichte van Nieuw-Guinea wil
len wij niet eens spreken. De re
gering doet dat evenmin en
voelt blijkens de stukken alleen
nog maar plichten met betrek
king tot Suriname en de Antil
len, die ook al niet met goede
gaven worden overstroomd
75.000 HUIZEN
Het ministerie van volkshuis
vesting moet onze aanne
mers 75.000 huizen laten produ
ceren. Waren ze er maar vast.
Onze gehele begroting had in het
teken moeten staan van de volks
huisvesting. Van dit front wordt
alléén hoop gemeld. Geen natio
nale daad met een daaraan ver
bonden offer. Volstaan wij met
ue mededeling dat voor de wo
ningnood door een nieuw kabi
net slechts hogere financiële ei
sen kunnen worden gesteld.
Verkeer en waterstaat krijgt
alleen die fondsen welke nodig
zijn om de economische struc
tuurverandering bij te houden.
Gezien de gunstige conjunctuur
is dit juist. Op het gebied van
wegen en waterwerken komen
we niet achter en we moeten niet
verder springen dan de lengte
van onze financiële polsstok.
De begroting en de cijfers lij
ken niet ongunstig. Zij geven al
leen geen reëel beeld, omdat el
ke nieuwe regering gedwongen
zal zijn deze omver te werpen.
De grote zekerheid die de rege
ring verkondigt, bestaat alleen
hierin dat de doorsnee-burger in
Nederland in het komende jaar
opnieuw meer belasting moet be
talen, dat hij rekening moet hou
den met inkrimping van con
sumptie en dat hij zeker per 1
januari een loonsverhoging zal
ontvangen van tenminste 10
want men heeft er bij het rijk nu
al 200 miljoen voor uitgetrok
ken.
MIDDENSTAND WEER
DE DUPE
Jammer genoeg staat er niet
bij dat ook middenstanders
en industriëlen hetzelfde percen
tage toeslag op hun inkomen
mogen verwachten.
De regering. twijfelt daar ver
moedelijk aan, want elke mid
denstander en industrieel zal
met hogere omzetbelasting (sui
ker en textiel) en met hogere
lonen en huren weldra zien dat
zijn verkoop onder een zware
druk staat.
Middenstanders en andere niet-
loontrekkenden worden ver
wacht vanzelf aan hun trekken
te komen. Moge en wilskrachtige
en van wijsheid vervulde nieuwe
regering deze voorlopige cijfers
nog omvormen tot een geheel,
dat ons volk meer toekomst
biedt dan stijgende lasten en zor
gen en een met oogkleppen ge-
honden voortrennen op volko
men platgetreden begrotingswe
gen met stijgende tekorten en
misstappen op het terrein van
volkshuisvesting en onderwijs.
Drs. A. G. HILBRINK.
(Nadruk verboden).
Ook ernstige fouten van Londense regering.
Jn een 280 pagina's omvattend verslag komt de Parlementaire
Enquête-commissie tot de conclusie dat de chaotische toe
stand, waaronder de terugkeer van het Nederlandse gezag
naar Indië plaats vond, voor een groot deel te wijten is aan
het optreden van de leidende geallieerde mogendheden. Het
zijn zeker niet dr. van Mook en de andere Nederlandse' ge
zagsdragers geweest, die de Nederlandse zaak in de Oost heb
ben doen mislukken, maar wel grotendeels de Britse auto
riteiten. Ook het beroep van de Nederlandse autoriteiten op
de hoogste Britse en Ameri kaanse politici bleef zonder suk-
sés Nederland kreeg niet eens de kans om iets in het mid
den te brengen, want toen prof. Gerbrandy en prof. Scher-
merhorn in 1945 probeerden toegelaten te worden tot de con
ferentie van Potsdam, werd hun dat op uitermate onhoffe
lijke wijze geweigerd.
ENGELSEN MAAKTEN BEDJE
VOOR SOEKARNO OP.
J)e volgende tien feiten zijn
naar 't oordeel van de parle
mentaire enquête-commissie van
betekenis geweest voor de* on
gunstige gebeurtenissen in Ne
derlands-Indië na de capitulatie
van Japan
1. Nederland was bijna geheel
onbekend met de politieke
en militaire ontwikkeling in
Indië tijdens de Japanse be
zetting.
2. De capitulatie van Japan
viel vrijwel samen met het
wijzigen van de grenzen der
Britse en Amerikaanse com
mando's in 't Verre Oosten.
Een gevolg hiervan was, dat
de Britten niet in staat wa
ren hun vrijwillig en op ei
gen aandrang op zich geno
men nieuwe taken bij gebrek
aan machtsmiddelen uit te
oefenen.
3. Het uitroepen van de Repu
bliek Indonesië op 17 augus
tus 1945.
4. Nederlandse autoriteiten on
derschatten aanvankelijk de
kracht en de omvang der re
publikeinse beweging in In
dië
5. Tussen de capitulatie van
Japan en de eerste geallieer
de landing op Java verliep
veel tijd.
6. Ook na september 1945 kreeg
de Nederlandse regering on
voldoende kennis omtrent
de toestand op Java.
7. Een gevolg van het uitstel
len van de bevrijding van
geheel Nederland in mei
1945 in plaats van het na
jaar 1944 was, dat Neder
landse regering met een zeer
groot tekort aan militaire
macht te kampen had.
8. Het openbaar optreden van
generaal Christison in sep
tember en oktober van 1945
was, evenals de houding van
de andere hoge Britse auto
riteiten, fnuikend voor het
Nederlandse gezag.
9. De onwil van de Japanners
om orders van de geallieerde
bevelhebber op te volgen
in het bijzonder om onder
de bevolking van Java en
Sumatra rust en orde te
handhaven.
10. Het verblijf van 80.000 Ne
derlanders in kampen op Ja
va, die niet bevrijd werden,
maar op republikeins gebied
werden vastgehouden
GEEN ENKELE STEUN.
Als men het verslag van de
parlementaire enquête-com
missie heeft doorgelezen, dan on
derschrijft men van harte de
conclusie van deze commissie
„De gehele gang van zaken levert
wel een duidelijk bewijs hoe wei
nig de geallieerde mogendheden
zich soms bekommeren om
bondgenoten"
Reeds in de zomer van 1943
stelde de Nederlandse regering
pogingen in het werk om een ei
gen strijdmacht gereed te heb
ben voor de herbezetting van In
dië, na de wapenstilstand in het
Verre Oosten. Generaal-majoor
van Oyen kreeg opdracht om als
waarnemend legercommandant
van het K.N.I.L. de recrutering
en opleiding van vijftien infan-
teriebataljons voor zijn rekening
te nemen. Deze troepen zouden
door de Britse regering worden
uitgerust en in Australië een op
leiding krijgen. Het liep echter
anders, want eind 1944 besliste
de opperste geallieerde oorlogs
leiding dat Nederland 18720 man
moest leveren in het bevrijde
zuiden voor militaire nevendien
sten en ten behoeve van de ver
dere oorlogvoering in Europa
onder Eisenhower. En toen ein
delijk in februari 1945 de toe
stemming af kwam om 4000 man
te recruteren voor Indië, stuur
den de transportproblemen alles
in de war. Alle pogingen van Ne
derlandse vertegenwoordigers om
scheepsruimte los te krijgen, lie
pen op een mislukking uit. Ten
slotte verklaarde ook de Austra
lische regering nog een Neder
landse strijdmacht niet meer te
kunnen opleiden. Dit gebeurde
waarschijnlijk onder druk van de
publieke opinie in Australië, die
gunstig stond tegenover de In
donesische zelfstandigheidsbewe
ging.
DEUR DICHT.
Ook van Churchill heeft de
Nederlandse regering zo goed
als geen steun gehad. Wel ver
klaarde hij dat de Nederlandse
zaak inzake troepen voor Indië
zijn volle aandacht had, maar
van de andere kant liet hij door
schemeren dat grote Amerikaan
se industrieëlen veel zin hadden
in grote stukken van Nederlands
Indië. Toen prof. Schermerhorn
en prof. Gerbrandy tenslotte be
sloten om in Potsdam stappen te
ondernemen, gaven Truman en
Churchill (en later Attlee) niet
thuis.
BRITSE BEGERIGHEID.
Jn die dagen viel Nederlands-
Indië onder het bevelgebied
van generaal Mac Arthur en de
ze situatie was voor Nederland
zeer gunstig, want onder Ameri
kaans opperbevel zou de hero
vering van Indië heel wat gemak
kelijker gaan, omdat de Ameri
kanen het eenmaal bevrijde ge
bied heel wat beter van goederen
zouden kunnen voorzien van de
Engelsen. Het was dus voor Ne
derland van het grootste belang
dat dit gebied onder Amerikaans
opperbevel bleef.
Toen de Engelsen echter met
grote begerigheid streefden naar
uitbreiding van hun commando-
gebied in het Verre Oosten, heeft
de Nederlandse regering zich
volkomen buiten het geding ge
houden dat naar aanleiding daar
van tussen de Verenigde Staten
en Engeland ontstond. De Brit
ten kregen hun zin en met in
gang van 15 augustus 1945 kwam
het gebied van Nederlands-Indië
onder commando te staan van
generaal Mountbatten, die niet
eens over de middelen beschikte
om Nederlands-Indië snel en
doeltreffend te bezetten. Boven
dien weigerden de Amerikanen
om hem de inlichtingendienst
van Mac Arthur ter beschikking
te stellen. Dit alles maakte de
chaos na de capitulatie van Ja
pan onbeschrijfelijk. De Japan
ners gaven hun wapens zonder
slag of stoot over aan de Indone
siërs en er ontstond een toestand
van volslagen anarchie. De Brit
ten waren onmachtig om ook
maar iets uit te richten en van
deze gelegenheid maakte Soe-
karno gebruik om de touwtjesin
handen te nemen. Pas eind no
vember viel Soerabaja in gealli
eerde handen.
De parlementaire enquête-com
missie stelt vast dat er in deze
affaire door de Nederlandse re
gering zeker fouten gemaakt zijn,
maar dat de hoofdoorzaken van
dit drama moeten worden ge
zocht in het feit dat de Engelsen
niet in staat bleken te gereder
tijd met een behoorlijke troepen
macht Soerabaja te bevrijden en
dat de Japanse autoriteiten niet
alleen de orders van de geallieer
de opperbevelhebber niet hebben
opgevolgd, maar het hebben aan
gestuurd op het doen ontstaan
van een anarchie.
TOEGANG GEWEIGERD
Toen op 29 september 1945
generaal Christison met een le
germacht van één bataljon, dat
later werd versterkt door zeven
Nederlandse compagniën, in Ba
tavia aan land ging, bleek al
spoedig dat hij niet in staat was
de veiligheid te garanderen. Her
haaldelijk werden zijn troepen
door republikeinse eenheden be
stookt, die waren uitgerust met
Japanse wapens. De Nederlandse
autoriteiten zonden nog een aan
tal bataljons, maar de Britse op
perbevelhebber weigerde hun
botweg om te debarkeren, on
danks het aandringen van dr. v.
Mook. De commissie komt dan
ook tot de conclusie dat dr. van
Mook in deze aangelegenheid
geen enkele blaam treft. Het te
gendeel is juist gebleken. Dr. v.
Mook heeft alles in 't werk ge
steld om de Nederlandse zaak in
Indonesië nog te redden, doch 't
zijn de Birtten geweest die deze
zaak goed en terdege hebben ge
torpedeerd. De parlementaire en
quête-commissie komt dan ook
tot de conclusie „dat politieke,
Nederland niet welgezinde over
wegingen de voornaamste reden
zijn geweest voor het niet toela
ten van de Nederlandse troepen
op Java. De Britse houding en de
uit die houding voortspruitende
besluiten aan Britse zijde waren
in strijd met de tijdens de oor
log gemaakte afspraken en heb
ben de Nederlandse belangen in
het Verre Oosten op ernstige
wijze geschaad."
Generaal Mountbatten heeft
niets gedaan om het Nederlandse
gezag in Indonesië te herstellen,
hij heeft de Nederlandse zaak
zelfs vierkant tegengewerkt en
daardoor het bedje voor Soekar-
no opgemaakt. Geen enkele Brit
se soldaat mocht gebruikt wor
den voor het herstel van het Ne
derlandse gezag, maar van de an
dere kant werd de Nederlanders
geen toestemming gegeven sol-
laten te ontschepen De luite-
nant-gouverneurgeneraal de heer
Van der Plas, protesteerde hier
tegen heftig, doch Mountbatten
hield voet bij stuk.
BRITSE VRIENDSCHAP.
Mountbatten aldus het ver
slag van de heer Van der Plas
wees er op, dat Soekarno de eni
ge was die een organisatie had
en dat hij daarom met hem in
zee wilde gaan. Tenslotte dreig
de de Britse admiraal zelfs dat,
wanneer de Nederlanders geen
besprekingen met Soekarno wil-^
den openen, hij generaal Chris-
tison zou opdragen het zelf t.e
doen en dan de Nederlanders
geen hulp zou geven, wanneer zij
door hun houding in moeilijkhe
den geraakten.
De heer Van der Plas gooide
het toen over een andere boegen
begon op 29 september in Bata
via een reeks besprekingen met
gematigde republikeinse leiders.
Maar juist die avond werden via
de radio en pers uitlatingen
van generaal Christison bekend,
waarin deze zonder over het Ne
derlandse gezag te spreken, aan
kondigde, dat de Britse troepen
als gasten van de Indonesiërs op
Java zouden landen teneinde de
Jappen te ontwapenen en de ge
vangenen en geïnterneerden te
bevrijden. Een verklaring welke
apert in strijd was met de afspra
ken van admiraal Mountbatten.
De gevolgen van Christison's
proclamatie waren zeer ernstig
de Japanners droegen grote hoe
veelheden wapens aan de repu
blikeinen over en er gingen in
Java's binnenland instructies uit
om de Nederlanders daar als vij
anden te behandelen. Namens de
Nederlandse regering diende mi
nister Van Kleffens in Londen
een ernstig protest in.
Een conferentie in Singapore
op 10 oktober Van Mook
Helfrich—v. d. Plas met Mount-
batten-Christison-Patterson -
leidde tot de erkenning van Brit
se zijde dat alleen het Nederland
se gezag in Ned.-Indië erkend
diende te worden, maar toen
was het al te laat en de laksheid
van de Nederlandse regering in
Den Haag om dr. van Mook de
nodige steun te geven, heeft het
totale verlies van Indonesië al
leen nog maar wat verhaast.
3.
4.
2.1
O.
3.
73
S,