FILMJOURNAAL
Vragen staat vrij
U kunt niet alles weten
DE ZWARTE BUITER
Pluimvee.
DE ECHO VAN HET ZUIDEN VAN VRIJDAG 8 MAART 1957
Provincê^s^S NScut&s
Dit verhaal speelt zich af te
gen de achtergrond van de
Koreaanse oorlog. Duizenden
Amerikaanse soldaten zijn door
de „roden" krijgsgevangen ge
maakt en worden nu „her-opge
voed", waarbij gebruik wordt ge
maakt van de beruchte „hersen
spoeling". Vele zwakkelingen lo
pen daarbij over naar de rode
kant, doch vele anderen doen al
leen maar net alsof, omdat het
hun te doen is om belangrijke in
lichtingen te verzamelen.
maar in 1665 hingen donkere
oorlogswolken weer dreigend
boven de Noordzee.
De Ruijter, terugkerend van
een herovering der door de
„Royal Company" genomen be
zittingen in West-Afrika, werd
met gejuich in het vaderland
ontvangen.
Johan de Witt stelde nu zijn
„kostelijke vloote" onder een
éénhoofdig commando en be
noemde de Ruijter tot luitenant
admiraal van Holland en West-
Friesland en tot opperbevelheb
ber van de zeemacht.
In deze rang zou Hollands
Admiraal deze vloot naar de
overwinning leiden
(Nadruk verboden).
CARNAVAL IN 'T ZUIDEN.
De carnaval is dit jaar, zeker
mede door het prachtige weer, in
het Zuiden gevierd als nooit te
voren. In Maastricht waren zon:
dag ongeveer 200.000 kijkers bij
de glorieuze optocht en in Den
Bosch was het maandag al niet
minder, daar sprak men van
180.000 bezoekers en een carna
val als er in geen 60 jaar is ge
weest
Breda, Bergenopzoom, Venlo,
Roermond, Sittard hadden ge
weldige feesten en zelfs Nijme
gen deed een eerste poging.
Ook in de kleinere plaatsen
zag men meer en meer een stre
ven om carnaval te vieren, voor
al de jeugd liet zich niet onbe
tuigd én óveral kon men aardige
groepen bewonderen.
Er is in 't Zuiden weer prettig
en gezellig feestgevierd.
VENDELZWAAIERS-SELEK.
TIE WEDSTRIJD VAN DE GIL
DEN KRING „MAASLAND" TE
DRUNEN.
In verband met een nieuwe
regeling voor de vendelzwaaiers
en het vendelen in de Gilden van
de Kring „Maasland" van de Fe
deratie v. Noordbrabantse Schut
tersgilden zullen in de Veiling-
hallen der Veilingvereniging „de
Langstraat" te Drunen-Elshout
op zondag 17 maart a.s. selektie-
wedstrijden worden gehouden
voor de vendeliers der c-klasse.
Deze eenmalige wedstrijden wor
den gehouden om de genoemde
klasse te verlichten, omdat deze
te groot is t.o.v. de andere klas
seri. De wedstrijden zijn de eerste
in de provincie en als alles naar
wens verloopt, zullen deze over
de gehele provincie per kring
plaats vinden. De vendeliers
moeten aan een vast puntental
voldoen om te kunnen promove
ren naar een hogere klas. Er zul
len hier pl.m. 60 vendeliers deel
nemen.
Antwoord-K: Zoveel als u wilt
en kunt. Bijverdiensten blijven
buiten beschouwing.
J. H. P. Er is reeds voor ruim
1000.— geplakt op mijn rente-
kaart. Hoe gaat het nu met de
uitbetaling, nu de Alg. Ouder
domswet er dooi- is
Antwoord-H: U krijgt de uit- i
betaling normaal doorbetaald,
met uitzondering van de toesla
gen die er werden uitbetaald.
H. B. G- De weckflessen, in
de kelder staande, gaan allemaal
open. Hoe komt dit en wat te
doen
Antwoord-L: De flessen staan
vermoedelijk te warm. Indien de
ringen bij het uitrekken barstjes
vertonen, al is het nog zo weinig,
dan kan dit vroeger of later ook
oorzaak zijn van het open gaan
der flessen. Wellicht zijn ook de
klemmen, die u gebruikt hebt, te
sterk, zodat de lucht tijdens het
pasteuriseren niet kan ontwij
ken; ook dit zal zich wreken. Ten
derde, hebt u wel voldoende ge
pasteuriseerd? Wij raden u aan
de inhoud der flessen voor het
gebruik tc proberen of deze nog
wel goed is en is dit het geval,
maak de inhoud dan zo vlug mo
gelijk op. Ook kunt u opnieuw
pasteuriseren, maar probeer dit
b.v. eerst met één fles.
H. F. H- Hoe wordt Pasen
berekend
Antwoord-I De eerste Paas
dag valt op de zondag na volle
maan na de lentedag- en nacht
evening. De lente begint dit jaar
op 20 maart.
H. B. G. In mijn schrijfbu
reau zit een olievlek. Hoe deze te
verwijderen
Antwoord-K Lastige vlek
ken op hout. Probeert u 't eens
met tetra, waardoor het beits
echter wel beschadigd zal wor
den. Dit moet u dan weer bijwer
ken, door opnieuw te beitsen in
de gewenste kleur, nadat u eerst
de 'vlek zoveel mogelijk wegge
schuurd hebt. Ook kunt u 't eens
proberen door er gedurende een
paar uur wat pijpaarde op te leg
gen en het poeder er daarna weer
'af te borstelen, waarna u het
meubelstuk in de was zet.
J. v. D. Hoe moet formaline
verdund worden
Antwoord-JO: In 't algemeen
wordt formaline als een 30% op
lossing in de handel gebracht. In
deze concentratie is het veel te
sterk om er dakpannen tegen
groen worden mede te behande
len. Doorgaans is een 1 op
lossing hiervoor voldoende. U
moet dus met een ca. 30 x gro
tere hoeveelheid water verdun
nen. Denkt u er aan. dat u het
water uit de regenbak niet voor
mens of dier gebruikt, wanneer
het dak op voorgenomen wijze is
bewerkt.
(Nadruk verboden).
Omdat ons door lezers regel
matig vragen worden toege
zonden, die voor beantwoording
wel enige deskundigheid verei
sen, hebben wij gemeend er ten
behoeve van onze lezers goed aan
te doen een aantal deskundigen
op velerlei terrein als medewer
kers aan ons blad te verbinden.
In de rubriek „Vragen staat vrij"
zullen zij de bij ons binnengeko
men vragen van lezers beant
woorden. Vragen, welke onder
deze rubriek gerangschikt kun
nen worden een en ander ter
beoordeling van de redactie
kunnen aan ons redactie-adres
worden ingezonden.
De volgende vragen kwamen
gedurende de laatste weken bij
ons binnen
C. v. D. In de bekleding van
miin stoel is een rode inktvlek
gekomen, wat te doen
Antwoord-H Lastige plaats,
want U kunt die stof er niet af
halen natuurlijk. Probeert u het
eens met wat citroenzuur, door
dit er op te laten druppelen. Zo
mogelijk afwisselend aantippen
met ammonia. Het lastige is wel,
dat deze behandeling niet afge
wisseld kan worden met „door
spoelen" en dat is wel zeer nodig
om roestvlekken te voorkomen.
U zult het nu moeten doen door
af en toe wat water te gebruiken
om bovenstaand middel af te
snoeien. Bü drog-sten is momen
teel een middeltie verkriighaar,
waarmede men allerlei vlekken
kan verwilderen, vraagt u daar
eens, maar leest u. alvorens u 't
koont, de gebruiksaanwiizing
goed na. o^dat u daardoor weet
of het middeltje voor u bruik
baar is of niet.
Abonnee- Is het waar dat we
op zonnewarmte kunnen koken?
Antwoord-JO: Inderdaad, de
zonnewarmte wordt tegenwoor
dig toegepast voor kookdoelein-
den. Hiertoe worden de zonne
stralen in holle spiegels opge
vangen en op de ketel of etens
pot geconcentreerd. Men wil dit
systeem in landen als India enz.
en speciaal in de binnenlanden
er van ingang doen vinden om
het stoken met hout en mest te
doen verminderen om zodoende
de ontbossing en verarming van
de grond tegen te gaan. In feite
stoken ook wij reeds lang (geac
cumuleerde) zonnewarmte. Hout
en steenkool zijn n.l. meer of
minder lang geleden dank zij de
zonnewarmte ontstaan.
Abonnee. Bij de a.s. huurver
hoging van 25 pet. zal vermocde-
liik de helft geblokkeerd worden.
Wanneer ik geen huurverhoging
toepas, wat zijn daarvan de ge
volgen
Antwoord-H Het gevolg is,
dat er niets geblokkeerd wordt,
want er wordt geen huurverho
ging toegepast. De blokkade van
de helft kan alleen plaats hebben
van de opgelegde verhoging. De
ze is bij de huurwet niet ver
plicht gesteld. Dit antwoord ge
ven wij onder voorbehoud, het is
nog geen „wet".
H. Alhier in de gemeente A
is dinsdagmiddag de verplichte
winkelsluiting. Is het nu geoor
loofd op die middagen met een
auto met manufacturen uit te
rijden en daarmede te gaan ven
ten in de betrokken gemeente
Antwoord HB: In verband met
de verplichte winkelsluiting is 't
verboden om op die dinsdagmid
dag met een auto met manufac
turen uit te rijden en te venten.
B. Als ik 65 jaar word, houd
ik dan mijn weduwenrente als ik
uitkering krijg van de Ouder
domswet
Antwoord-L Ja zeker, maai
de toeslagen gaan er af.
G. H. K- Hoe moet ik 'n vette
overall weer schoon krijgen
Antwoord-I Wij geven u de
raad de overall te weken in wa
ter en dan in te smeren met huis
houdzeep of gele zeep. Daarna
het goed in de wasketel en over
gieten met sop van zeeppoeder,
zelfwerkend wasmiddel of huis
houdzeep en dit langzaam aan de
kook brengen tot ongeveer 80
Daarna het gas klein en het goed
ongeveer een kwartier op deze
temperatuur laten. Hierna was
sen in dit sop, waaraan wat koud
water is toegevoegd. Langzaam
laten afkoelen van het son is met
het oog oo afzetten van het vuil
niet gewenst. Daarna een tweede
son van huishoudzeep. Dit laten
afkoelen tot handwarm en dan
weer wassen. Tenslotte goed
spoelen, zo lang tot het water
helder bliift. Het go»d zo glad
mogelijk ophangen. Witte over
alls kan men ook licht chloren
na bovenstaande behandeling.
Wederom goed spoelen. De ge
wone wasserijen nemen ook dit
wasgoed wel aan en zij kunnen
het daar beter als u 't kunt doen.
L. B- Ik heb staatspensioen.
Hoeveel mag ik bijverdienen
Zeisen, hooivorken en dergelijke,
niet afdoende beschermd, mo
gen niet op de openbare weg
vervoerd worden.
Zijn uw voeten erg vermoeid, dan
helpt een bad in citroenwater
heel goed.
Een bloedvlek op papier ver
dwijnt door aantippen met
chloorwater.
Heesheid kan men verhelpen
door het inademen van de
damp van kokend water.
Twijfelt u of een gerecht nog wel
goed is, gebruik het dan liever
niet. U voorkomt dan wellicht
heel wat narigheid.
Met een in spiritus gedrenkt wat
je kan men foto's schoonma
ken.
Bloemkool blijft mooi wit bij hel
koken als men een beetje sui
ker in het kookwater doet.
Wollen kimono's kunt u wassen
in zeepsop waaraan 'n beetje
ammonia is toegevoegd. Daar
na grondig uitspoelen en laten
drogen op een hangertje.
Een roestvlek moet men nimmer
direct uitwassen. Men moet
dergelijke vlekken eerst be
strooien met zout, dit er even
op laten zitten en daarna uit
borstelen.
Bronzen lichtkronen maakt men
schoon met een heet afkook
sel van cichorei.
Hebt u last van meeldauw of an
der ongedierte, besproei de
planten dan met een oplossing
van 2 kg. keukenzout op 100
liter water.
Voor men een schroef in de
muur draait, moet deze eerst
ingewreven worden met talk;
dit om roesten van de schroef
te voorkomen.
Nylon handschoenen moeten ge
regeld gespoeld worden. Zo no
dig een sopje van een goed
wasmiddel. Daarna spoelen en
hangend of liggend drogen op
een iriet te warme plaats.
Om katoen en linnen te verven
moet men kookverven gebrui
ken. Voor wol, zijde en kunst
zijde moet men koudwaterverf
gebruiken. Deze laatste pak
ken beter wanneer men het
verfbad verwarmt.
Bij het afwassen mogen messen
met houten heft niet geheel in
't hete water ondergedompeld
worden. Steek alleen het lem
met in het sop en doe het heft
voorzichtig met de kwast, an
ders laat de lijm los.
Celluloid en hoorn mogen nooit
met heet water in aanraking
komen, omdat dan de glans
verloren gaat.
UNadruk verboden).
„TRALIES VAN BAMBOE".
MUSIS SACRUM-
„TUSSEN 14 EN 17".
de niet bijster sterke film
„Puberteit" worden we op
nieuw geconfronteerd met een al
vroeg door de liefde op hol ge
brachte jeugd in de Frans-Joego-
slavische co-productie „Tussen
14 en 17", waarin de toeschou
wer een weinig zeggend en op 't
einde zelfs zeer zoetsappig ver
haaltje krijgt voorgezet. Om de
kijker toch maar vooral te doen
geloven dat hij met meisjes te
maken heeft, die nog nooit iets
met de liefde van doen hebben
gehad, worden hem een stel net
te kostschoolmeisjes voorgezet.
Er zijn er echter twee die niet
geloven dat kostscholen het eni
ge is dat het leven te bieden
heeft en zij maken een slippertje
naar Parijs, waar hun vermoeden
bewaarheid wordt. Een van hen
is dol op een zoet gevooisde zan
ger en weet zelfs een door hem
zelf gesigneerde foto van haar
idool los te peuteren. Thuis ge
komen, komt daar echter ruzie
om met het gevolg dat 't meisje
waar alles om draait, niet mee
mag met een vacantiereisje naar
Joego-Slavië (een rijke kost
school dus). Zij gaat natuurlijk
toch mee en in Joego-Slavië ont
moet zij haar grote „liefde", die
een waterverf bekroning krijgt
tegen de romantische achter
grond van het bekoorlijke haven
stadje Split. Alle nette kost
schoolmeisjes gaan weer naar
huis met hunkerende en zwijme
lende harten.
Achttienjarigen kunnen dit on
echte gedoe gaan zien van vrij
dag tot en met zondag.
Een nakkende film, die een
scherp beeld geeft van de metho
den der rode machthebbers in
dat deel van Azië.
Maandag en woensdag.
Toegang 18 jaar.
LUXOR.
„GOING MY WAY".
Als het alle pastoors even
voor de wind ging als pas
toor O'Malley alias Bing Crosby
in deze Paramount-productie,
dan was de zielzorg een zeer aan
trekkelijke sinecure, waarbij men
met gemak honderd jaar kan
worden.
Wanneer O'Malley door de
Bisschop wordt aangesteld als
opvolger van de door de zorgen
vergrijsde en oud geworden her
der Fitzgibbon, schijnt de duivel
het hart in de schoenen te zinken
en kiest hij, voor zover dat des
duivels is, het hazenpad. In de
armelijke buurt, waar de zorgen
eerst hoger lagen opgetast dan
een nijver en goedwillend pas
toor kon verwerken, gaat alles
plotseling van een leien dakje,
zodra Bing (met strohoed) zijn
oude leuke-jongens-gezicht laat
zien. Iedereen wordt door Bing
op het goede pad gebracht, slech
te jongens en meisjes die van
huis ziin weggelopen, kortom,
pastoor" O'Malley staat voor niets
en het wordt de toeschouwer al
lengs duidelijk dat de duivel niet
op 'de loop gaat voor een ouder
wets biddende pastoor, maar wel
voor een vlotte jongen, in wie
men niet zo één-twee-drie de pas
toor zou herkennen hetgeen gans
nieuwe aspecten voor de zielzorg
opent.
Als de pastoor alle afgedwaal
de schapen heeft teruggebracht,
is hij nog lang niet moe, dus
waarom zou hij geen nieuwe kerk
gaan bouwen. Pastoor O'Malley
doet dat niet met loten of zegel
acties, zoals dat ook wel in ons
goede vaderland gebruikelijk is,
inaar hij componeert gewoon 'n
lied (waaraan de Pastoor van de
St. Antoniusparochie zeer zeker
nog niet gedacht zal hebben),
Iedere andere pastoor zal zich
daarna het hoofd breken over 't
feit hoe hij het lied gezongen zal
krijgen, zodat iedereen het ko
pen zal. Pastoor O'Malley niet,
want hij heeft een jeugdvriendin
die inmiddels is opgegroeid tot
een bekende opera-zangeres. Het
kind is veel te braaf om het ver
zoek van de pastoor te weigeren.
Het lied gaat er dan natuurlijk
in als koek. Toch komt dan nog
even de duivel om de hoek glu
ren de bestaande kerk brandt
tot de grond toe af. Hij doet zich
zelf daarmee echter de das om,
want niets is zozeer een kolfje
naar de hand van pastoor O'Mal
ley dan in een handomdraai evert
een noodkerk te bouwen.
Als ook dat achter de rug is,
wordt pastoor O'Malley als de
weerlicht overgeplaatst naar een
andere parochie, waar het ook
zowel geestelijk als stoffelijk in
regent, want zo'n man is voor elk
bisdom zijn gewicht in goud
waard. Hetgeen hij blijkbaar ook
is voor het Amerikaanse filmpu
bliek, want dit rose verhaaltje
werd onderscheiden met de Os
car Deze film heeft ergens
wel een zekere charme, maar zij
is toch wel zeer bedrieglijk.
lederen mag het zien. (Vooral
aanbevolen voor bouwpastoors
Van vrijdag t.m. zondag.
„DE STAD DER
DESPERADO'S".
Dan geven wij ons toch nog
liever over aan de ruwe bol
ster blanke pit die ons uit de film
„De stad der desperado's tege
moet komt, waar 't, zoals dat in
'n stad met deze naam betaamt,
uitermate warm toegaat. Ditmaal
is het de eigenaar van een grote
vrachtdienst die niemand 't licht
in de ogen gunt. Uiteraard neemt
iedereen dat niet en daarmede is
tie voorwaarde geschapen voor
'n fiks robbertje vechten, waar
bij de kwaaie van Gend Loos
tenslotte het loodje moet leggen.
Onberispelijk geklede joffers zor
gen voor wat zachtere noten in
het geknetter en gekraak.
Maandag en woensdag.
Toegang 14 jaar.
FEUILLETON
van
„DE ECHO VAN HET ZUIDEN"
door
HENRIC VAN NORCH.
13).
Een enkele maal gingen zijn ge
dachten weer naar het meisje in
Zutfen, dat eenmaal zijn leven kleur
en inhoud had gegeven; dat bij hem
alle illusies voor een schone, roos
kleurige toekomst had opgewekt.
Toen hij had moeten vluchten om
dat men hem voor een moordenaar
hield, had het hem pijn gedaan dat
de mensen hem als zodanig dorsten
te beschouwen, maar bij hem was
toch een absoluut vertrouwen geble
ven dat Maria hem volkomen on
schuldig oordeelde en hem trouw
zou blijven. Hoewel hij zich bij het
jongste samenzijn, naar hij meende,
vrij goed had beheerst, was toch de
ontgoocheling, die hem toen was te
beurt gevallen, wel een aeer zware
slag voor hem geweest. Hij had be
grepen dat ook zelfs Maria hem
voor een moordenaar hield.
In zijn binnenste was de Prediker
daardoor nog meer verbitterd ge
worden. Overigens was het, alsof al
le aantrekkingskracht, die 't meisje
vroeger voor hem had gehad, thans
volkomen in hem gedoofd was. Ma
ria was nog hetzelfde bevallige
meisje van voorheen; haar gezichtje
was nog even knap als vroeger,
maar de Prediker, die nu niet meer
als de onervaren verliefde jongeman
tegenover haar had gestaan, maar
als iemand die in enkele jaren een
grote levenservaring had opgedaan,
een harde leerschool had doorlopen,
had haar nu tevens ontdekt in al
haar kleinheid en onbetekenend
heid. Zonder enig verlangen en ook
zonder enig smartgevoel kon hij nu
aan haar denken. Ze had slechts zijn
minachting.
Het was in het laatst van septem
ber.
Op een morgen, toen de zon haar
klimpartij weer aan een heldere he
mel was begonnen, sprak de Predi
ker tot zijn kameraad: „Vriend, het
weer is mooi en het ziet er naar uit
dat het nog wel enkele dagen goed
zal blijven. Wat dunkt je er van?
Zullen we eens een uitstapje maken
naar de oude stad Groningen? Ik
wil trachten een paar boeken in m'n
bezit te krijgen, waarin dieren en
vooral planten worden beschreven
en ik meen, dat ik daar wel voor dat
doel terecht kan. Ik herhaal mijn
vraag: wat dunkt je er van?"
Aangezien Vriend geen overwe
gende bezwaren opperde tegen het
plan van zijn baas, werd de reis naar
Groningen, dat een kleine veertig
kilometer naar het noorden lag, be
sloten. Een uurtje later waren de
beide kameraden reeds pp weg.
Een kleine week later arriveerden
ze weer in de nieuwe Hof en de
Prediker haalde uit zijn rugzak een
drietal boeken, schrijfpapier, schrijf
stiften, inkt en ganzeveren.
„Ziezo, Vriend, dat hebben we er
weer levend afgebracht. Nu begint
voor mij de studie. Twee boeken
over planten en een over dieren en
papier om tussen de vellen bloemen
en bladeren te drogen en dan nog
inkt om enige aantekeningen te ma
ken. Maar vandaag gaan we eerst
wat zalige rust nemen, want ik ben
werkelijk een beetje moe geworden
van de tocht".
Een oktoberdag en somber triest
weer. De grijze lucht hing laag en
het zicht was slecht. De Prediker zat
voor een der ramen te lezen en
Vriend lag in zijn bak met stro een
hazeslaapje te doen.
Opeens stak Vriend de kop op en
spitste de oren. Hij liet een waar
schuwend geluid horen. De Prediker
luisterde nu ook scherp toe, want hij
wist dat Vriend niet voor niemendal
alarm sloeg. Hij kalmeerde zijn
makker en opende voorzichtig de
deur. Ja, nu hoorde hij ook iets, het
was de stap van 'n naderend paard.
Hij ging naar buiten om te zien wie
hier met zijn paard zijn weg zocht.
Hij was nauwelijks buiten de wo
ning, toen er iemand, die op zijn ros
langs de bosrand was gereden, voor
hem stond, en die iemand was de
Zwarte Ruiter.
De aangekomene vroeg hem of hij
even verder mocht rijden, zodat hij
met zijn paard tussen de woning en
het geboomte kon staan. De Predi
ker knikte van ja. De Zwarte Ruiter
stuurde zijn rijdier nu naar de aan
geduide plek en wendde daarop net
dier. 'Ter verklaring zei de Zwarte
Ruiter: „Ik wil graag zicht over de
heide houden, voor zover het dan
zicht is".
„Ik begrijp het", antwoordde de
Prediker.
„Ge zult u afvragen, wat voor
boodschap ik heb. Maar ik heb ei
genlijk geen boodschap. Ik moest
hier in de buurt zijn",' en de bezoe
ker lachte thans ironisch, „en toen
dacht ik: wel, laat ik eens bij de
man en de hond zien en kijken hoe
die het maken. Ik had reeds gehoord
dat jullie hier in de eenzaamheid
■verbleven. Gelukkig merk ik, dat ge
het goed hebt gemaakt".
„Ik dank u voor uw belangstel-
Men vraagt mijn mening over de bodem
bedekking voor het kuikenverblijf.
Er heerst nogal verschil van mening over
de vraag welke bodembedekking voor het
kuikenverblijf de meest geschikte is.
Fokkers met jarenlange ervaring verschil
len hieromtrent van mening.
Hieronder volgen een paar meningen,
waarmede ik mij het beste verenigen kan,
de belanghebbende kieze dan zelf.
Tarwedoppen, waar verkrijgbaar, an
ders haverdoppen met een onderlaag van
zand op zandgrond en van turfmolm op
kleigrond. Een en ander tot de kuikens drie
maandèn zijn, daarna alleen turfmolm,
eventueel met stro. In drie maanden slechts
eenmaal te verversen. En nu een andere
mening:
Half gewoon grof en half fijn turfstrooi-
sel. Het geeft wat stof, maar houdt nogal
warmte, doch werkt, door de humuszuren
bacteriëndodend, hetgeen voor de veelvul
dig voorkomende ziekten, van onschatbare
waarde is. De kuikens scharrelen en graven
er in naar hartelust en van nadelen van
stof of anderszins is hoegenaamd niets waar
te nemen.
Aan de opfok van kuikens moet de
meeste zorg besteed worden. Als men ech
ter voldoende liefhebberij bezit in de wel
vaart van kleine leventjes, die zoeven uit
de dop te voorschijn kwamen, dan bestaat
er geen gevaar, dat men niet zijn uiterste
best doet de kuikentjes groot te brengen.
Half werk loopt gewoonlijk op mislukking
uit. Liefde voor dit werk, taaie volharding
zijn wel de eerste factoren die nodig zijn
om succes te verwachten. Het is moeilijk
voor iedereen vaste regels voor te schrij
ven, maar als we een goede dosis verstand
gebruiken, dan zal de verzorging, reinheid
en behandeling zeker niet te wensen over
laten. Wees niet te hoogmoedig om goede
raad en practische wenken aan te nemen
van personen die veel dingen door onder
vinding geleerd hebben.
Konijnen.
Mijnheer W.v.d.K. te Haarlem schrijft
mij het volgende:
Kippenvriend, geregeld lees ik Uw ar
tikelen in mijn courant en daarin las ik
enige weken geleden, dat U een hele reeks
van dieren hebt gefokt (om jaloers op te
zijn), maar kunt U mij ook raad geven
inzake het opvreten van jonge konijnen
door de moeder?
Mijnheer v. d. K. konijnen heb ik ook
gefokt, maar dat was van korte duur en
daarom kan ik U niet met een deskundig
advies van dienst zijn. Ik ben echter wel
in 't bezit van lectuur omtrent de fok van
konijnen, waarin ik het volgende las:
„Het eigenaardige is, dat b.v. een voed
ster, die voor de eerste keer werpt en haar
jongen opvreet, ze een volgende keer soms
uitstekend groot brengt. Ook het tegen
overgestelde heeft plaats. Daarom behoeft
een dier, dat zich de eerste keer aan de
jongen heeft vergrepen, nog niet als on
geschikt voor de fok te worden beschouwd.
Het beste is, om het met zo'n voedster
nog eens opnieuw te proberen, na ze eerst
wat rust te hebben gegeven. Mocht ook dan
het werpen nog niet slagen, dan geve men
de moed nog niet op en probere het min
stens nog een keer met haar, en vooral
wanneer het een dier is, waar men veel
van verwacht. Heel veel middeltjes zijn al
aanbevolen om deze bij het werpen in toe
passing te brengen en vele zijn er ook al
door ons beproefd, doch zonder resultaat."
Aldus het tijdschrift waarin ik dit arti
keltje vond.
Mag ik U de raad geven, een abonne
ment op een Konijnenblad te nemen en U
bij een vereniging aan te sluiten, waar U
de allernieuwste richtlijnen kunnen worden
gegeven. Veel succes!
i KIPPENVRIEND.
ling, edele heer; ja, Vriend en ik
maken het zelfs uitstekend".
„U behoeft me niet te danken", zei
de Zwarte Ruiter en het was of zijn
zachte stem wezenlijke teleurstel
ling verried, toen hij vervolgde: „Be
schouw deze, mijn belangstelling,
niet als een zuivere plichtpleging of
een uiting van nieuwsgierigheid,
maar laat ik u zeggen dat gij één
der weinige ménsen zijt waarvoor ik
nog respect heb".
De blik van de Zwarte Ruiter
dwaalde even over de heide; de Pre
diker meende te constateren dat
daarin veel zwaarmoedigheid en
neerslachtigheid school, toen ze
weer op hem gericht werd.
Een ogenblik heerste er stilte;
noch de man, die daar onbeweeglijk
op zijn zwarte paard zat, noch de
man die daar stond met zijn ruige
hond, schenen voor het moment te
weten wat ze verder zouden zeggen.
Het was de Ruiter, die het gesprek
weer opende; „Hoe is uw naam?"
„De Prediker".
D'e man op het ros lachte. Neen,
dat was toch niet de lach van een
struikrover, een boef, dacht de Pre
diker. „Een mooie naam en een
mooi beroep om te prediken". Nu
scheen er weer spot in de ogen van
de spreker te tintelen.
„Ja, dat is mogelijk, maar ik pre
dik alleen tot de dieren en planten.
Aan de mensen is al sinds zo vele
eeuwen alle goeds gepredikt en ze
schijnen daarentegen van dag tot
dag steeds slechter te zijn gewor
den".
„Ik zou niet graag willen beweren
dat ge het mis hebt in dit, uw ge
zichtspunt. Prediker dan. Maar
ge had toch eenmaal een andere
naaih".
„Die wil ik vergeten, wat, meen
ik, ook niet onverstandig is. De eni
ge voor wie mijn oude naam nog 'n
liefdevolle klank had, mijn moeder,
ze leeft niet meer. Voor de anderen
ben ik de Prediker. Maar mag ik nu
ook uw naam weten?"
„Men noemt mij de Zwarte Rui
ter".
„Ja, ja, maar ge bezit toch ook
een andere?"
„Ook ik ben die vergeten, maar
als ge wilt kunt ge me ook de Wre
ker noemen". Om de mond van de
ruiter kwam een harde en verbeten
trek.
(Wordt vervolgd).