Waalwijkse en Langst Courant Spanningen op Arbeidsmarkt blijven voortduren Kwartaaloverzicht Gew. Arbeidsbureau Waalwijk Televisie Jan van Dongen BEDRIJFSVOERING EN PRODUCTIEPLAN DINSDAG 22 APRIL 1957 Uitgever Waalwijkse Stoomdrukkerij Antoon Tieten Hoofdredacteur JAN TIELEN verschijnt 2 x per week. 89e JAARGANG No. 32 Abonnement: 22 cent per week per kwartaal 2.85 3.10 franco p. p. Advertentieprijs; 10 cent per mm. Contract-advertenties speciaal tarief Bureaux GROTESTRAAT 205, WAALWIJK TEL. 2621 KAATSHEUVEL - TEL. 2002 - Dr. VAN BEURDENSTR. 8 OPGERICHT 1878 TEL.-ADRES„ECHO" Na de beschouwingen van de j algemene productieomstan- j digheden, zoals de grond, de ver- kaveling en de ontsluiting, die de boer maar moet aanvaarden zoals ze zijn, is het hoofdstuk i waarvoor nu de aandacht wordt gevraagd, van groter direct be lang. Hier komen de punten van de bedrijfsvoering ter sprake die de bóer vrijwel geheel of voor 'n groot gedeelte in eigen hand heeft. Zeker, er zijn ten aanzien van de bedrijfsvoering betere mogelijkheden bij een goede ver kaveling en goede ontwatering dit neemt toch niet weg, dat het de moeite loont de huidige be drijfsvoering eens nader te be kijken. Achtereenvolgens zullen hier de verschillende onderdelen, zo als die op de bedrijven in dit ge bied voorkomen, worden weer gegeven, n.l.: 1. het bouwland; 2. het grasland en de rundvee houderij 3. de tuinbouw; 4. de varkens- en pluimvee houderij. Bij de weergave van de tegen woordige toestand zal af en toe van de gelegenheid gebruik wor den gemaakt, de punten aan te wijzen die voor het verkrijgen van een beter bedrijfsresultaat de bijzondere aandacht moeten hebben. Bij het bespreken van eventuele minder goede punten in de bedrijfsvoering is het nim mer de bedoeling dat hiervan een verwijt wordt gemaakt, maar om de wégen te zoeken die tot een beter bedrijfsresultaat kunnen leiden. De historische ontwikke ling, die reeds beschreven is en de vaak moeilijke omstandighe den, waaronder gewerkt moet worden, zijn vaak mede de oor zaak van de eventuele minder goede punten in de bedrijfsvoe ring. Het grondgebruik. De culUpu grond wordt in dit gebied ,T.in de Langstraat geheel verschillend gebruikt. Onder staande tabel geeft hiervan een overzicht per plaats. Procentuele verdeling Totale 1 Plaats oppervl. ha. Waalwijk 1013 Drunen1370 Elshout639 Heusden221 Herpt638 Hedikhuizcn 238 Vlijmen908 Nieuwkuijk 559 Haarsteeg736 Engelen en Bokhoven 270 Totaal6592 De totale oppervlakte cultuur grond in deze tabel is de tota le bedrijfsoppervlakte van de grondgebruikers met hoofdbe roep land- of tuinbouwer, in de ze plaatsen. Het gehele gebied van de Langstraat is zeker gro ter, er zijn n.l. vele landbouwers uit de omgeving, die één of meer percelen land in de polder heb ben. In dit gebied van de Lang straat doen zich grote verschil len in grondgebruik voor. Het kenmerkende van deze streek, n.l. de grote omvang van de tuin bouw, geldt niet voor alle plaat sen. De gemeenten Waalwijk en Engelen-Bokboven hebben geen tuinbouw van betekenis. De grootste oppervlakte tuinbouw komt voor in de gemeente Dru nen: 125 ha. en Vlijmen 170 ha. Ook de bouwland-graslandver houding geeft aanmerkelijke ver schillen. De plaats Drunen neigt sterk naar de normale verhou ding op de Brabantse zandgron den, hier komen n.l. meer lichte gronden voor. Voor de meeste 'andere dorpen neemt het gras land een overwegende plaats in. Dit grote percentage grasland is geheel eigen aan de streek. Veel al zijn deze percelen ver van het bedrijf gelegen, moeilijk bereik baar en bij de huidige toestand ongeschikt voor bouwland. Vele boeren spreken hier nog van wei land en van hooiland. Het z.gn. hooiland wordt zeer extensief gebruikt door een of tweemaal te hooien. Dat dergelijke perce len door hun ligging, door het eehruik en de meestal niet over dadige bemestingen maar 'n zeer matig resultaat voor de gebrui ker opleveren, is zeer begrijpe lijk. Onder deze omstandigheden zal echter voor vele bedrijven 'n beter gebruik te veel van de aan wezige arbeidskrachten vergen. Behalve de grote variaties tussen de kerkdornen ziin er ook per dorp naar bedriifsgrootte nog zeer grote verschillen te consta teren. HET BOUWLAND Het bouwland in het gehele gebied van, de Langstraat is van minder grote omvang dan in de meeste andere gebieden van de provincie Noord-Brabant. Het gemiddelde van de streek geeft een vrij intensief gebruik van het bouwland weer. In de zandstreken van Noord-Brabant, waar de bouwland-graslandver houding ongeveer 50 50 is, be draagt het percentage granen re gelmatig 7080 van 't bouw land. Vooral het noordelijke ge deelte van de Langstraat heeft een zeer hoog percentage hak- vruchten en zal zeker een goed inkomen van het bouwland ha len. Het bouwplan is ook sterk afhankelijk van de kwaliteit van de grond. In de polders van Heus- den-Herpt-Hedikhuizen worden hakvruchten met succes ver bouwd. Voor de plaatsen Waal wijk en Drunen met zeer lichte bouwlandgrond ligt het percen tage granen van het bouwland aanzienlijk hoger. Het bouwplan te Haarsteeg. Het bouwlandgebruik is zeer intensief. Slechts 57 procent wordt gemiddeld met een graan gewas beteeld. Voor de kleinere bedrijven is dit percentage gra nen zelfs nog lager. Van de op pervlakte granen wordt gemid deld ongeveer een vierde gedeel te ingenomen door de rogge, de helft door haver en het andere vierde gedeelte door gerst. Voor de grotete bedrijven beslaat de rogge een veel kleiner deel van het areaal granen en wordt aan zienlijk meer haver en gerst ver bouwd. Van de bijna 40 hakvruch ten van hel bouwland is 15 aardappelen, de rest bieten. De aardappelen worden zowel voor consumptie- als voeraardappelen gebruikt. De oppervlakte bieten bestaat voor de kleine bedrijven vrijwel geheel uit voederbieten; met het groter worden van de bedrijven neemt de oppervlakte suikerbieten flink toe en de voe derbieten sterk af. Het is vooral een gunstig teken, dat de suiker bieten steeds meer in de belang stelling komen te staan. Andere van het grondgebruik Bouwland Grasland Tuinbouw 31 40 26 22 24 28 29 38 26 31 31 69 54 67 70 72 71 63 57 63 69 64 6 7 8 4 1 8 5 11 gewassen komen niet veel voor, n.l. gemiddeld 5 Het meest komen deze gewassen, voorna melijk erwten, op de grootste be- driiven voor. Het verschil in samenstelling van het bouwplan tussen de gro tere en kleine bedrijven berust voornamelijk op een verschil in grondsoort. Het bouwland van de kleinere bedrijven (beneden 7 ha.) bestaat grotendeels uit zandgrond, n.l. 75 en meer. Bij het groter worden van de bedrij ven bestaat het bouwland steeds meer uit kleigrond. Van alle be drijven in Haarsteeg is 40 van het bouwland kleigrond. Op de kleigrond wordt aanzienlijk min der rogge geteeld en zijn gerst en suikerbieten de aangewezen ge wassen. Het totale bouwland van de gehele Langstraat vertoont na 1950 een belangrijke uitbreiding van de granen. Vooral de ver bouw van tarwe is toegenomen. De oppervlakte peulvruchten on derging geen verandering. De oppervlakte suikerbieten nam met 50 toe. In 5 jaren tijd nam de oppervlakte voederbieten met 70 ha. af, hetgeen ongeveer een kwart van de totale oppervlakte betekent. Ook de oppervlakte aardappelen onderging 'n flinke daling, zodat in het geheel een verschuiving naar de granen ten koste vah. de hakvruebten plaats vond. Be tendens is zeer begrij pelijk als men bedenkt, hoeveel arbeidskrachten in deze jaren aan de landbouw onttrokken zijn. Elk bedrijf moet afzonderlijk worden bekeken. Samenvattend kan met betrek king tot het bouwlandge bruik opgemerkt worden, dat 't •(grootste gedeelte van de Lang straat zich nog kenmerkt door een zeer intensieve benutting van de oppervlakte bouwland, waarin echter een verandering gaande is. Voor de gemeente Waalwijk moet echter een uit zondering gemaakt worden. Hier heeft men integendeel 'n zeer ex tensief bouwlandgebruik, waar mee echter niet gezegd mag wor den, dat dit in ieder geval fout is. Dit zal slechts per bedrijf beoor deeld kunnen worden, leder be drijfsplan dienst steeds gezien te worden in verband met alle an dere omstandigheden, zoals ar- beidsbezetting, bedriifsgrootte, verkaveling en kwaliteit van de grond. Het verschil tussen de be drijven van Waalwijk eri uit de overige plaatsen is echter zeer typerend. Behalve een goed bouwplan zijn er voor het bereiken van 'n goed resultaat van het bouwland nog andere middelen, die niet over het hoofd gezien mogen worden. Enkele van deze punten zijn le. Regelmatig gebruik van goed zaaizaad. Nog veel te ge makkelijk wordt steeds weer ge bruik gemaakt van eigen zaai zaad, waarvan men vaak zelf weet. dat het niet zo best meer is. Iedere bezuiniging hierop straft zichzelf. Slechte een extra opbrengst van b.v. 100 kg. voor granen overtreft reeds de hogere zaaizaadkosten. Bij het gebruik van goed zaaizaad behoort ook de ontsmetting van 't zaad, waar door de kans op het minder goed slagen van het gewas wordt ver kleind. in enkele plaatsen van de Langstraat wordt reeds enkele jaren met vrij goed resultaat ge zamenlijk nootgoed gewonnen. Behalve de besparing op de poot- goedkosten biedt dit een grotere kans op een gezond gewas aard appelen. Deze pootgoedwinning is mogeliik ook nog in staat de aardappelteelt enige uitbreiding te geven, hetgeen het resultaat gunstig zou beïnvloeden. Als we de ontwikkeling van het bouw plan nagaan, dan is het areaal aardappelen in de Langstraat met 16 teruggelopen. 2e. Een juiste bemestingstoe stand. Ook voor de zware gron den, maar vooral voor de lichte re gronden is een goed inziebt hierin onontbeerlijk. Herhaal daarom regelmatig het grondon derzoek op alle percelen. Nagewassen. Jn vele streken van Noord-Bra bant draagt de oogst van stoppelgewassen zeer veel tot een goede ruwvoervoorzieijing bij,. Er zijn gebieden, waar het bouwland voor 80 met granen wordt be teeld, van welke oppervlakte gro tendeels nog een stoppelgewas wordt geoogst. Het gebied van de Langstraat geeft ook in dit opzicht een an der beeld dan de gemengde be drijven van het Midden-Brabant- se gebied. De teelt van de stoppelgewas sen bedroeg in Haarsteeg in to taal slechts 48,50 ba. Van de 194 ha. bouwland werd 66 ha. met een gewas beteeld, waarna de oogst van een stoppelgewas mo gelijk was. Gezien het feit, dat 'n aanzienlijk gedeelte van 't bouw land uit kleigrond bestaat, kan deze 73 benutting van de vroe ge stoppel met een nagewas zeer gunstig genoemd worden. Van de totale oppervlakte was 85% stop pelknollen, 7 snijrogge, 5 klaver, 2 blad- of mergkool en een enkel ander gewas. Een uitbreiding van de opper vlakte nagewas lijkt niet moge lijk. Iets meer variatie in de ver schillende gewassen is wel wen- seliik. In verband met de minder goede geschiktheid van de klei grond voor de teelt van stoppel knollen, zou een flinke uitbrei ding van de blad- en mergkool- teelt aan te raden zijn. 1. Mannen. Ten aanzien van de mannen liep het direct beschikbare aan- bod per eind december 1956, dat in vergelijking met andere jaren wel uitermate laag was, t.w. 196, nog verder terug tot 118 aan het einde van dit kwartaal. Aan het einde van hetzelfde tijdstip in 1956 was dit aanbod slechts iets hoger, n.l. 132. De spanningen op de arbeids markt blijven onverminderd voortduren, met name vooral in de industriële sector. Daar velen een lichte kentering verwachten, o.m. in verband met de beste dingsbeperkingen, is in de loop van deze verslagperiode de wer kelijke personeelsbehoefte nauw keurig nagegaan. Het resultaat hiervan is tbans vrijwel geheel verwerkt in de aanvraagpositie. Gebleken is dat de bestaande te korten hoger zijn dan tot dusver geregistreerd, met name in de industriële hedrijfsklassen. In to taal namen de aanvragen toe met 300 tot 1357. Dat tal van bedrij ven hierdoor mét ernstige pro- duktieproblemen bliiven kam pen, is duidelijk. Noch uit de naaste omgeving, noch van ver deraf gelegen gebieden kan meer personeel worden aangetrokken. Diverse pogingen in die zin on dernomen, hebben niet tot een vermeldenswaard succes geleid. Een lichte ontlasting werd slechts verkregen doordat nog een 15- tal Hongaarse arbeiders zich voor werk in dit gebied interes seerden en een 40-tal Belgische grensarbeiders hier werden te werk gesteld. Opgemerkt zij nog dat in het aanbod zijn begrepen een 32-tal minder geschikten. Sinds geruime tiid blijft dit aan tal op vrijwel gelijke hoogte. Bouwnijverheid. Het aanbod liep terug van 97 oer uit. december 1956 tot 30 aan het einde van deze verslagpeflo- de. Het betrof hier voornamelijk seizoenwerkloze dijkwerkers, die thans weer vriiwel allen emplooi hebben. Zelfs iets meer dan een jaar geleden en wel door het op gang komen van de Deltaolan- werken. Opmerkelijk is, dat on danks het gunstige weer er een klein aanbod bleef aan vakar beiders (metselaars), hetgeen zich al in lange tiid niet meer heeft voorgedaan. Na het afslui ten van dit rapnort is dit aanbod zelfs nog iets toegenomen. Ook hii de omliggende gewes ten doet zich eenzelfde verschijn sel voor. Er ziin verschillende factoren, waardoor de bouwacti viteit enigermate afneemt, t.w. afremming van de vergunningen, de voorgenomen bestedingsbe perkingen, de hoge bouwkosten en financieringsmoeiliikheden. In verband met 't. vorenstaan de is 't eveneens duidelijk waar om de aanvragen om personeel terugliepen van 70 per einde de cember 1956 tot 30 aan het einde van het eerste kwartaal van 1957. Waarneembaar was ook, dat door deze wijziging de loonver- houdingen eveneens verander den. Leder, wasdoek, rubber enz. Ook in deze verslagperiode is in de zeer krappe en over spannen arbeidsmarkt geen gro tere ruimte gekomen ten voor dele van de schoen-, leder- en le derwarenbedrijven. Vrijwel zon der uitzondering kan eenieder, die in deze bedrijven een plaats wil innemen, te werk worden ge steld, daar de selectienormen wel heel erg soepel zijn. Aan 't einde van de verslagperiode was ook thans het aanbod weer nihil. Dat de bedrijvigheid is afgenomen of in de naaste toekomst zal afne men i.v.m. de beperkende maat regelen die door de regering zijn getroffen, kon in feite nog ner gens geconstateerd worden. Wel zijn de weersomstandigheden in het afgelopen zomer- en winter seizoen niet gunstig geweest voor deze bedrijfstak. Als gevolg hiervan is de voorjaarsproductie in de schoenindustrie tot op he den minder gunstig verlopen dan in 1956. Hoewel een belangrijke verdere toeneming van de totale productie niet mag worden ver wacht, blijven de personeelste korten uitermate groot. Een en ander ook omdat de toevloeiing van jeugdigen in de ze bedrijfstak in geen verhou ding staat tot de normale behoef te. Bij een recente controle van de werkelijke behoefte aan per soneel in de schoen-, leder- en lederwarenindustrie is gebleken, dat die thans ligt op ca. 920 man nelijke arbeiders, hetgeen bijna 200 meer is dan tot dusver was geregistreerd. Het merendeel daarvan heeft betrekking op de schoenindustrie, hoewel de rela tief kleinere tekorten voor de le derindustrie in verhouding tot 't daarin te werk gestelde aantal arbeiders zeer ernstig te noemen is. Ondanks overwerk, uitgeven van werk in huisarbeid, afrem ming van de orderpositie enz. bleven de moeilijkheden zeer groot, hetgeen vaak resulteerde in een abnormaal aantal muta ties. Slechts enkele Hongaarse vluchtelingen bleken geïnteres seerd voor te werkstelling in de ze industrieën. Een 40-tal Belgi sche arbeidskrachten (zowel mannen als vrouwen) die in deze periode in dit gewest konden op genomen worden, hebben 'n klei ne verlichting op de arbeids markt gebracht. Metaalnijverheid- Het aanbod, dat reeds lange tiid gering is, liep sinds het vo rige jaar steeds meer terug. Di verse pogingen om arbeiders uit de naaste omgeving aan te trek ken, hebben vrijwel geen resul taten opgeleverd. Wel konden 'n 15-tal Hongaren worden opge vangen. De behoefte aan personeel stijgt nog steeds, hetgeen o.m. blijkt uit de recent gecontroleer de werkelijke personeelsbehoefte. Verspreid over de 3 rayons van het gewest bedraagt deze thans 202. Voor een belangrijk deel schuilt deze stijging in een ge leidelijke uitbreiding van de be staande bedrijven. Ondanks de nijpende tekorten is aanwijsbaar dat in de metaalindustrie de per soneelsbezetting, hoewel in on voldoende mate stijgende is. Een zekere voorliefde voor me- taalberoepen kan nog steeds vastgesteld worden. De bestedingsbeperkingen heb ben tot nu toe slechts bij een be- langrijk bedrijf het effect gesor teerd, dat voorlopig niet tot de voorgenomen aanzienlijke per soneelsuitbreiding zal worden overgegaan. Voorshands worden van deze beperkingen van de be drijven in dit gewest geen onmid dellijke nadelen verwacht. Landbouw- In de afgelopen wintermaan den is de seizoenswerkloosheid in de landbouw (Land v. Heus den en Altena) belangrijk bene den het normale gebleven, het geen toe te schrijven is aan het buitengewoon zachte weer. Hier door konden tal van landarbei ders o.m. voor onderhoudswerk zaamheden in de bedrijven blij ven. Ook door de te werkstelling van enige tientallen arbeiders in Rotterdam bleef het aanbod la ger dan in andere jaren. Handels- en kantoorpersoneel. Het aanbod van handelsperso- neel vermindert geleidelijk aan. Aan het einde van de verslagpe riode stonden nog slechts 3 per sonen ingeschreven. Aanvragen stonden toen niet meer open. De vraag naar kantoorpersoneel ver toont nog steeds een tendenz tot stiiging. Standcijfer per ultimo maart 1957 17. Zij richt zich echter in hoofdzaak tot ionge- ren. Het aanbod schrompelt ook steeds meer in: einde maart 1957 3. Minder geschikten. Het aantal ingeschrevenen in deze uitgelichte groep onderging vrijwel geen wijziging en be draagt thans 34. Ondanks 't feit dat steeds weer nieuwe gevallen worden geregistreerd, stijgt het uiteindelijk aantal overgebleven ingeschrevenen niet. In dit ge bied met zijn overgrote werkge legenheid blijven de plaatsings kansen gunstig. Het merendeel van de ingeschrevenen is ge plaatst op 'n beschuttende werk plaats, dan wel op een handar- beidersbuitenobject. Vrouwen. Het per uit. maart resterende aanbod was onveranderd t.o.v. de afsluitdatum van het vorige kwartaal t.w. 9. Als er aanbod is voor industriële beroepen, is dit steeds zo vlot plaatsbaar, dat er vrijwel nooit werkloosheid is. In de beroepen van het handels- en kantoor-, alsmede het huishou delijk personeel, kost de verwe zenlijking van plaatsingen ge woonlijk meer tijd en blijven er altijd wel enige krachten gere gistreerd. De vraag overtreft nog altijd het aanbod met enorme cijfers. Het onlangs gecontroleerde be hoefte-niveau in de industriële sector wees uit, dat deze behoefte nog minstens zo hoog is als op dat moment bij het arbeidsbu reau stond genoteerd. Vandaar het oplopen van de openstaande aanvragen tot 590, waarvan al leen al voor de schoen- en leder warenindustrie 489. Naar verhou ding zün de tekorten in 't rayon Dongen even groot als in 't rayon Waalwijk. Met overwerk en huis arbeid wordt het tekort aan ar beidscapaciteit zoveel mogelijk ondervangen. Het personeelspro bleem blijft echter een bron van grote zorgen voor de meeste be drijven. Slechts indien het aan tal arbeidsplaatsen voor vrou wen zich niet zo sterk uitbreidt als de groei van de bevolking, is op de duur een verlichting van de moeiliikheden te verwachten. Een langzame ontwikkeling in die richting is wel aantoonbaar. PASEN VROEG of PASEN LAAT Nu we van het jaar een nogal late Pasen hebben gehad, is het misschien wel eens dienstig om de lezer een opgaaf ie verstrek ken van de Paasdagen van onze twintigste eeuw. Alvorens tot deze opgaaf over te gaan, dien ik te vermelden dat Pasen steeds valt op de eerste zondag na de eerste volle maan in de lente. Deze Paaszondag kan het vroegst op 22 maart en het laatst op 25 april vallen. U ziet dus dat de Paasdatum nogal aan schommelingen onderhevig is. Vervolgens dien ik te vermel den, dat doorgaans om de elf jaar Pasen op dezelfde dag valt. Bij een aandachtige beschouwing van de nu volgende tabel valt 't ook aldra in het oog. Pasen. Jaren: 22 maart: In deze eeuw geen Pasen op die dag ge weest. Het laatste jaar waarin Pasen op 22 maart viel, was 1818. 23 maart: 1913. 24 maart: 1940. 25 maart: 1951. 26 maart: 1967, 1978, 1989. 27 maart: 1910, 1921, 1932. 28 maart: 1937. 1948. 29 maart: 1959, 1964, 1970. 30 maart: 1902. 1975, 1986, 1997 31 maart: 1907, 1918, 1929, 1991 1 april: 1923, 1934, 1945, 1956 2 april: 1961, 1972 3 april: 1904, 1983, 1988, 1994 4 april: 1915, 1920, 1926, 1999 5 april: 1931, 1942, 1953 6 april: 1947, 1958, 1969, 1980 7 april: 1901, 1912, 1985, 1996 8 april: 1917, 1928 9 april: 1939, 1944, 1950 10 april: 1955, 1966, 1977 11 april: 1909, 1971, L982, 1993 12 april: 1903, 1914, 1925, 1936 1.998 13 april: 1941. 1952 14 april: 1963, 1968, 1974 15 april: 1900, 1906. 1979, 1990 16 april: 1911. 1922, 1933. 1995 17 april: 1927, 1938, 1949, 1960 18 aprd: 1954. 1965, 1976 19 april: 1908, 1981. 1987, 1892 20 april: 1919, 1924, 1930 21 april: 1935. 1946, 1957 22 april: 1962, 1973, 1984 23 april: 1905, 1916 en het jaar 2000 24 aprilIn onze eeuw geen Pa sen op die dag geweest. Heï laatste jaar waarin Pasen on 24 april viel, was 1859. 25 april: 1943 (het iaar van de slag bij Stalingrad). De vroegste Pasen, die ons nu nog in de twintigste eeuw rest, valt op 26 maart, de laatste op 22 april. H. B. M. ESSINK. Migratie. De mogelijkheden om nog meerdere arbeidskrachten met dagelijks vervoer naar de rayons Waalwijk en Dongen te krijgen, zijn volkomen uitgeput. Verschil lende wervingspogingen in die zin hebben slechts zeer geringe resultaten opgeleverd. Een groot bedrijf zal na deze mislukkingen om nog meer per soneel aan te trekken een inten sieve actie in de överschotgebie- den overwegen, een en ander in samenwerking met het arbeids bureau. Verbetering in de ongunstige verhouding is zoals reeds bij herhaling werd betoogd alleen te verkrijgen indien de werkge- legenhcidsgemeenten meer wo ningen voor migratiedoeleinden ter beschikking stellen. De richt- contingenten zijn echter te klein om hiervoor veel ruimte te laten. In Waalwijk vordert de bouw van 42 woningen, die in de vrije sector door enige bedrijven wor den gebomvd t.b.v. het personeel. Enige woningen zullen t.z.t. wel voor migratiebevordering wor den gebruikt. De verplaatsingen met dage lijks vervoer van de overschot ten die het Land van Altena beeft, duren nog steeds voort. Naar berekening werken pl.m. 2000 arbeiders uit dat gebied el ders. Ruim 300 zün daarvan bij de Gemeentewerken en de ha vens van Rotterdam. Ook daar is thans het aanbod vrijwel geheel uitgeput. Emigratie. In het afgelopen kwartaal werden 3 voorlichtingsavonden georganiseerd, n.l. in Waalwijk, Dussen en Rijen. De belangstel ling was niet onbevredigend. Aan ca. 25 personen werd in dividuele voorlichting gegeven. Er meldden zich in dit kwar taal 5 nieuwe gegadigden aan, t. w. 2 Verenigde Staten, 1 Nieuw- Zeeland, 2 Australië. Grensarbeiders. Een bedrijf in Waalwijk is er toe overgegaan een 4Ö-tal ar beidskrachten uit België met da gelijks vervoer aan te trekken (ongeveer even veel mannen als vrouwen). I Dit liiad Streekverbateringsplan Oostelijke Langstraat WAALWIJlC

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1957 | | pagina 1