Moederdag
Geschenkendag
Machine zwikker
Waar moeders hart om vraagt 11
KAMPIOENSCHAP VAN
NEDERLAND ANKER-KADER 38/2
HET GESCHENKENHUIS"
DE 7WARTE RUITER
2.70
4.17
2.98
2.94
6,25
98ct
EINDSTRIJD
FLINKE DIENSTBODE
1.40 -1.50 -1.80
geroutineerd
enkele kamers met keuken
K.N.B.B.
District
Kaatsheuvel
11.
4,
1.
4,03
Entree f 1.- per seance
0NDERTR0UWBR1EVEN -KAARTEN
VERLOVINGSKAARTJES
VISITEKAARTJES
GEBOORTEKAARTJES
DE ECHO VAN HET ZUIDEN VAN MAANDAG 6 MEI 1957
coupeuse-huisnaaister
Luxe doosjes ZAKDOEKEN
FANTASIESCHORTEN, aparte sortering
vanaf 2.75
Verder een pracht sortering in
ONTBIJTLAKENS, SHAWLS, HANDSCHOENEN
PARAPLUIES enz. enz.
TELEVISIE-
verzekering
Wij zoeken voor een echtpaar
zonder kinderen
Lambert van Oudheusden
OVERHEERLIJK
E. van Lieshout
Schitterende collectie zeer fraaie Theebeurzen!
BON
10% reductie!
I
99
Wij zijn gespecialiseerd in:
k
2 P. de Bruin, Roosendaal; 3 B.
Teunisse, Utrecht; 4 J. Blauw,
Arnhem; 5 G. Pos, Vreeland; 6 N.
Walravens, Hoog-Blokland; 7 F.
Libregts, Vlijmen; 8 G. Beste-
breur'tie, Barendrecht; 9 F. Rabe,
Amsterdam; 10 A. v. d. Linden,
Tilburg; 14 B. v. d. Ven, wat ze
ker voor deze Vlijmense renner
een goede prestatie genoemd mag
worden,
Na afloop werden de prijzen
in café Gevers uitgereikt met een
toepasselijke toespraak door dr.
Martens
Er waren evenals andere jaren
veel premies te verdienen, ge- j
schonken door de Vlijmense
Middenstand en zelfs door vele
particulieren. De wedstrijdlei- j
ding komt alle eer toe voor het j
goede verlooD. Een extra com- j
pliment aan de politie en zeer ze
ker aan de EHBO Haarsteeg en
Vlijmen, die gelukkig niet dik-
wijls behoefden in te grijpen.
GEVRAAGD
voor dag en nacht.
Brieven onder no. 64 bureau
Jan Tuerlings, Kaatsheuvel.
GEVRAAGD
een
Adres: Dr. v. Beurdenstr. 42
Kaatsheuvel.
I
SCHOENFABRIEK VRAAGT
Goed loon Prettige werkkring
Brieven onder no. 63 bureau van dit blad.
Donderdag grote reclame-
markt van
KAAS en VLEESWAREN.
*>-*■ Let op de Kaaskeizer.
GEVONDEN op de Markt
donderdag
vette of belegen kaas 27 et.
paardenvlees 25 ct.
boerenham 40 ct.
varkensworst 35 ct.
alles per 100 gram.
De Kaaskeizer.
Goed - goedkoop.
Ass. kantoor „BOUMAN"
2de Zeine 30a - Tel. 2759
WIJ HEBBEN:
voor het waterdichtmaken
van Regenkleding
HARMISOL
per pakje f 0.85.
Drogisterij Van Amelsvoort
Op de Markt - Kaatsheuvel
Tel. 2286
of gebruik van keuken
voor de tijd van pl. m. 1 jaar
MAKELAAR IN ONROERENDE GOEDEREN
Grotestraat 194 Telefoon 2315
is onze Hollandse
MAATJESHARING
Victoriestraat 29
Past. Kuijpersstraat 30
Waalwijk
WIJ HEBBEN:
de allerpuurste en rijpste
echt Nederlandse
BIJENHONING
van het
bijenhuis in Wageningen;
in bokalen a 1.75
Drogisterij Van Amelsvoort
Op de Markt - Kaatsheuvel
Tel. 2286
WANDLAMPJE II 98 BIJOUTERIE-KISTJE
iets aparts
GEBAKSTEL 13-dlg.
half kristal - alle onderdelen
los verkrijgbaar
ROOK-WEGNEMER
een sieraad op uw tafel
compleet
50
PINDA-STEL
8-delig
Tegen inlevering van deze
bon: op alle kop en schotels
BLOEMENVAAS
gekleurd, met gouden voet
36
BONBONNIÈRE
in pracht platelen uitvoering
erg leuk geschenk
ONDERZETTERS
in keurige etui
altijd welkom
PRESENTEERBLAD
„Formica", onbrandbaar
zeer chique
BONBONSCHAALTJE
een altijd
gewaardeerde attentie
OM HET
in de zaal PIET VAN DUN, MARKT, KAATSHEUVEL
op 9, 10, 11 en 12 mei a.s.
DE MEEST FANTASTISCHE COLLECTIE'S BIJOUTERIËN! u,t frankrijk - Duitsland
Italia en Wenen!
Tel. 2512
DEZE PRIJZEN GELDEN TOT 12 MEI A.S.
GROTESTRAAT 220 - WAALWIJK
Tel 2512
K.N.B B.-leden 50 °/0 reductie op ver
toon van geldige lidmaatschapskaart.
WAALWIJKSE STOOMDRUKKERIJ
ANTOON TIELEN - WAALWIJK
FEUILLETON
van
„DE ECHO VAN HET ZUIDEN'
door
HENRIC VAN NORCH.
33)
De Prediker lachte. „Och ja,
het is nu eenmaal zo, dat we er
zo nu en dan eens aan herinnerd
moeten worden, dat we werkelijk
mens behoren te zijn."
„Dit maal is voor mijn reke
ning, hoor", voegde de waard er
bij. „Ik wil er geen duit voor
ontvangen."
De Prediker dacht even na en
zei daarop: „Goed."
De beide mannen keken de weg
op en spraken over het mooie
zomerweer en de mooie omge
ving van Norg en over de Gelder
se krijg en over de nieuwe rege
ring van de Bourgondiërs, tot de
vrouw naar hun toe kwam, zich
tot de Prediker wendde en ver
telde, dat; ze allen hun maag vol
hadden en zo dankbaar waren.
De Prediker wees op het belegde
brood dat nog op de tafel lag en
zei, dat ze dit in de wagen moest
mee nemen.
„En deze maaltijd is niet van
mij, vrouw, maar van de waard.
Ik betaal er ook een en die ko
men jullie maar opeten, zodra
ge weer honger hebt." Zich tot
de herbergier wendend, vroeg de
Prediker: „Ge vindt dit zeker
goed, baas?"
„Best", antwoordde deze.
De vrouw borg nu de rest van
de eetwaren in het oude wagen
tje, waarna het viertal de tocht
weer voortzette, deze keer met
een volle maag.
De dag was bijna weer om en
de Prediker en Vriend verlang
den naar hun nachtleger om hun
moede leden daarop te kunnen
uitsterkken. Voordat de duister
nis geheel was ingevallen, vroe
gen ze de waard om hen hun
slaapkamertje te wijzen.
Tegen de middag van de vol- j
gende dag bereikten de kamera
den hun Hof weer.
De drukke tijd op de boerderij
was nu daar en de Prediker ging
daarom Rooie Willem helpen op
het bedrijf. Het was eerst de
hooioogst, waaraan hij mee
werkte. De weiden, die voor de
hooiwinning bestemd waren, la
gen vaak ver van de hoeven. Het
waren meest stukken land, die
's winters 'n natuurlijke bevloei
ing hadden. Het water bracht '11
weinig humus of andere sub
stantie, die door de graswortel
op te nemen stoffen bevatte, over
de bodem. Een andere bemesting
kregen deze weilanden niet; de
koeien- en schapenmest, die in
de stallen werd vergaard, was
meest voor de bouwakkers en
verder voor de weidekampen
dichter bij huis. De hooilanden
leverden dan ook weinig hooi
van niet al te beste kwaliteit op.
Na de hooioogst kwam't werk
op de es. De rogge was gerijpt en
werd met de sikkel gemaaid. Ook
hier weer als bij het hooi, het
naar de hoeve rijden en het op-
tasten van de bossen,
j Het waren vooral rogge, boek
weit en haver die door de boeren
j van de zandgrond werden ver-
i bouwd. Daarnevens kwamen dan
nog koolrapen en herfstrapen.
Met Willem Frankes contro
leerde de Prediker geregeld de
bijen, die nu op de in volle bloei
staande heide stonden. Hier
moesten de nijvere diertjes de
laatste honing van het jaar ver
garen.
Rooie Willem beweerde dat in
zijn oude strijdmakker een echte
boer school. „Ge moet een flink
wijf opzoeken, Prediker, en zelf
een boerenbedrijf beginnen. Er
liggen hier in de buurt nog ge
noeg gronden, die zeer geschikt
zijn voor ontginning. Op de duur
zal het leven in de eenzaamheid
je toch gaan vervelen."
De jonge boerin had de Predi
ker al eens gevraagd of hij reeds
succes had gehad met zijn naspo
ringen naar Maria. Hij had ge
antwoord dat het niet helemaal
uitgesloten was, dat hij hier nog
eens met haar het erf zou komen
opwandelen.
„Prediker", zo had Hanna daar
op gezegd, „ik hoop dat dit spoe
dig mag gebeuren. Jij bent waar
achtig een goede vrouw waard."
Naast zijn werk op de boerde
rij, vergat de Prediker toch ook
zijn planten niet helemaal. Eigen
lijk ontsnapte geen enkel van Flo
ra's kinderen aan zijn aandacht,
waar hij zich ook bevond. Elk
jaargetijde gaf hem nieuwe aan
winsten en hoewel de bloeitijd van
het grootste deel der planten nu
was afgelopen, toch vond hij hier
en daar nog wel wat niuws.
's Avonds na de arbeid op de
boerderij, zaten de Prediker en
Vriend nog een tijd bij of in hun
hut te genieten van het rijke die
renleven op de Hof. En soms ook
ging hij weer een uurtje beeldhou
wen aan zijn eikenhouten koffer.
Soms vroeg hij zich wel eens af,
of Rooie Willem gelijk had met
zijn beweren, dat dit leven als
kluizenaar hem op de duur zou
vervelen. Maar was het leven van
een boer op een afgelegen hoeve
niet ongeveer hetzelfde? Neen,
niet helemaal. Die had een vrouw
en die had kinderen en daarvoor
in de eerste plaats leefde en werk
te die.
Eenmaal had hij, de Prediker,
ook naar een vrouw, naar een
eigen huisgezin verlangd. En
daarna had hij, verbitterd, ge
meend, dat hij zich een ander le
ven zou kunnen inrichten, dat hem
kon bevredigen.
En was hij hierin dan niet ge
slaagd, vroeg hij zich af. Was hij
niet tevreden met zijn Hof, met
Vriend, met het werk, waar hij in
op ging, met al de rijkdom, die
Moeder natuur hem bood? Ja, ze
ker, hij was tevreden, hij had wat
hij zocht, landelijke rust en na
tuurstudie, ver van de rumoerige,
ruzie-ende mensenwereld.
Ja, hij was tevreden en hij had
rusttotdat er iemand in zijn
leven was verschenen, die de rust
aan het wankelen had gebracht.
Het was de tweede Maria, die
zijn pad had gekruist en wier
beeld hem geen ogenblik verliet.
Ja, Vriend, die bruine heks.
HOOFDSTUK XII.
MARIA.
September.
Het werk van de Prediker op
de boerderij was afgelopen en hij
en Vriend hadden zich weer ge
heel geworpen op de botanie.
Op een morgen bezocht hij weer
eens de boerderij, de rugzak op de
schouders. Hij ging proviand in
slaan: brood en erwten en bonen,
spek en vlees, boter, raapolie en
kaas.
„Na kan je weer enige dagen
voort, Prediker", zei de jonge
boerin lachend, terwijl ze nog eni
ge beenderen, waaraan wat te
kluiven viel, voor Vriend in de
rugzak bijpakte.
„Ja, het lijkt 'er op, dat ik hier
in een winkel inkopen doe."
„Prediker, ik heb ook wat
nieuws gehoord over de Zwarte
Ruiter. Of heeft Folkert je 't ver
haal al gedaan?"
„Neen, is hij misschien weer ge
vangen genomen?"
„Dat niet, of misschien moet ik
zeggen: nog niet. Want als hij op
deze wijze doorgaat, loopt het vast
mis met hem op een of andere
dag."
„Vertel op, Hanna, je maakt
me werkelijk nieuwsgierig."
„Het is weer een brutaal stuk
je, dat hij heeft uitgehaald. Een
familielid van ons, dat hier giste
ren bij ons was, vertelde het,
„Op klaarlichte dag reed de
Zwarte Ruiter een boerenerf op.
Dat lag wat afgelegen onder
wel drommel, nou ben ik de naam
van het dorp kwijt, maar dat doet
er ook niet toe. Dat zat zo: de boer
had even te voren een bedel
vrouw met drie kinderen het erf
afgejaagd en hij had zijn hond te
gen die mensen opgehitst en die
had toen een der kinderen in de
arm gebeten. En daarom reed de
Zwarte het erf op.
„De boer was met twee knechts
juist bezig om de haver van de
wagens te gooien en in de bult te
zetten. De Ruiter liet zijn paard
voor hen staan en hij legde zijn
pistool op hen aan. Hij eiste, dat
de boer 500 guldens moest opha
len en aan hem geven, omdat hij
arme stakkerds had mishandeld.
Eigenlijk had hij de doodstraf er
voor verdiend.
'„Toen de boer nog draalde, zei
de Ruiter dreigend: „Binnen vijf
minuten moet ik het geld hebben
of ge zijt een lijk en dan zal de
rode haan nog over uw hoeve
kraaien." En toen vloog de boer
naar binnen en bracht het geld.
Daarop reed de Zwarte Ruiter
weer kalm het erf af, maar toen
hij op de weg was, vloog 't paard
weg in een razende galop."
De jonge boerin was uitgespro
ken.
„Werkelijk een kras stukje.
Maar ik begrijp eigenlijk niet, dat
die drie kerels niets tegen die bru
tale knaap dorsten te onderne
men", zei de Prediker. „Ze had
den toch hun vorken in de hand".
„Ze schijnen allemaal als de
dood zo bang voor de Zwarte te
zijn, Prediker. Ze menen, dat hij
vel meer kan dan ieder ander
mens. Maar ik geloof ook", plaag
de de boerin, „dat de mannen
over het algemeen geen helden
zijn."
„Helemaal ongelijk heb je heus
niet, Hanna. Maar ik geloof toch
niet, dat je de mannen van de
troep van Willem Frankes tot de
bloden wilt rekenen."
„Neen, Prediker, dat weet je
ook welu beter. Het was trouwens
maar gekheid van me."
,Maar Hanna, ik moet je toe
geven, dat de Zwarte Ruiter
vroeg of laat aan de galg zal ben
gelen, als hij met deze dingen
doorgaat. Doch medelijden met
die boer heb ik voor geen duit.
Wat een deugniet om een eerlijke
hondenziel zo te verknoeien, die
die zch aan een knid vergrijpt!"
De Prediker wierp zijn gevulde
rugzak over de schouder en aan
vaardde de terugweg. Ze liepen
over het paadje door de heidepol-
len, dat langzamerhand door hun
1 voeten was ontstaan op hun ge-
j durige tochten van de Hof naar
de hoeve en terug,
j „Vriend, ik ben bezorgd. Ze
zeide, dat het scherm tussen ons
misschien nog eens zal worden
weggenomen. Wanneer? Als het
te laat is? Als haar mooie jonge
j lichaam door beulshanden wordt
geworgd? Wat bezielt haar toch?
(Wordt vervolgd).