Een praai je over E.H.B.O.
Raadsel in Nijmegen
Aan de jongelui en hun ouders
lekkere kofSie
GRAFISCH BEDRIJF
Gebruik de ideale
Douwe Egberts wandkoffiemolen
De bijzondere kwaliteit van
Douwe Egberts koffie komt volledig tot haar
recht, als U deze koffie niaalt, direct
voor het zetten. Gebruik daarvoor de ideale
D.E.-koffiemolen, die verkrijgbaar is
op 1500 punten, verpakt bij Douwe Egberts
koffie en thee.
2 DE ECHO VAN HET ZUIDEN VAJN VRIJDAG 31 MEI 1957 2
FEUILLETON
van
„DE ECHO VAN HET ZUIDEN"
door
G. PLANTEMA.
1.)
Hoofdstuk I.
Inleidende bespiegeling.
Als André Boorneman niet zo
volmaakt argeloos over de Oran
jesingel had gewandeld, z'ou de
bestuurder van de grote, glan-
zend-blauw gelakte auto mis
schien nooit op de gedachte zijn
gekomen, juist hem naar de weg
te vragen. Het staat immers vast
dat er autobestuurders zijn, die
niet graag inlichingen inwinnen
bij mensen, die proberen door
vorsende blikken te weten te
komen,, wie er in hun wagen zit.
Daarmee wil natuurlijk hele
maal niet gezegd zijn, dat alle
autobestuurders, die er dusdani
ge gevoelens op na houden, hun
afkeer danken aan een gevoel in
hun onderbewustzijn, veroor
zaakt door instinctmatig terug
deinzen voor al wat maar zweemt
naar politieonderzoek. Ja, want
men zou kunnen veronderstel
len, dat mensen die met onder
zoekende blikken in auto's kij
ken, behoren tot de kategorie
van rechercheurs oftewel „stil
len". Maar zover hoeft de achter
docht niet te gaan, want er lo
pen ontelbare personen rond,
die met de recherche niets heb
ben uit te staan en toch van na
ture met een paar speurend kij
kende ogen zijn uitgerust. Het
lijkt er soms op, of zulke men
sen overal iets achter zoeken.
André Boorneman zag er ze
ker niet zo uit. Integendeel, als
iemand op deze lange Nijmeegse
singel op dat ogenblik minder
zo'n indruk wekte, was hij het
wel. Wie hem daar zag wandelen,
wist meteen, dat het hier een
jongeman betrof, wiens gedach
ten waren gekoncentreerd op
heel iets anders dan op zijn di-
rekte omgeving. En een mensen
kenner heeft vooral wanneer de
lente of de zomer in het land is,
bij het aanschouwen van een
André Boorneman weinig moeite
om vast te stellen, wat er aan
de hand is. Als een jongeman er
uit ziet of hij in de zevende he
mel vertoeft, terwijl hij tezelf
dertijd van plan schijnt te zijn
heel de wereld te gaan verove-
den, dan kan dat slechts één oor
zaak hebben. In dit geval heette
die oorzaak Madeleine Uitten-
terpe.
Niet voor niets wandelde An
dré Boorneman over de brede
singel, die twee royale pleinen
verbindt, waarvan de namen
herinneren aan de veel bewogen
historie van de oude stad Nij
megen. Dicht bij het ene plein,
dat genoemd is naar de Fran
kische keizer Karei, was het uit
gangspunt van zijn tocht. Daar
lag het pension waarin hij een
dag tevoren zijn intrek had ge
nomen. Dat was op de eerste dag
van zijn vakantie en wie dus de
konklusie wilde trekken, dat de
ze jongeman geen ingezetene
was van Nijmegen, heeft het vol
komen bij het rechte eind. Hij
was 'n inwoner van Rotterdam.
En hij was op weg naar het Kei
zer Lodewijkplein.
Bij het aanbreken van de lente
en de daarmee gepaard gaande
komst van het tennisseizoen in
de open lucht waren tussen Ma
deleine Uittenterpe en André
Boorneman banden ontstaan
van allengs dieper wordende
sympathie. Weliswaar kon men
daar nog geen officieel tintje
aan toekennen, maar de banden
waren toch stevig genoeg ge
weest om de jongeman te doen
besluiten zijn vakantie in Nij
megen door te brengen. Dit was
veroorzaakt door een misschien
toevallig, mogelijk echter toch
niet helemaal onopzettelijke uit
lating van Madeleine. Op een
middag in midden juni toen zij
naast elkaar zaten, uitrustend
van een spannende set, liet zij
zich ontvallen, dat zij met haar
familie aan het eind van de vol
gende maand naar Nijmegen zou
reizen om daar enkele weken
door te brengen. Neen, eigenlijk
zou dat niet in de stad Nijmegen
zijn, maar in het op slechts lut
tele kilometers gelegen dorpje
Berg en Dal, dat blijkbaar al
vroegtijdig was volgeboekt met
zomergasten, maar in de stad
zelf had hij onderdak gevonden.
Naar aanleiding van een adver
tentie ontving hij weldra de me
dedeling, dat pension Welgele
gen voor de tijd van twee weken
een kamer voor hem had gere
serveerd. Veertien dagen maar,
want jammer genoeg duurde z'n
vakantie niet langer!
Berg en Dal is met Nijmegen
verbonden door een tramlijn.
Deze eindigt bij het Hunnerpark
in de stad en dat park ligt naast
het Keizer Lode\yijkplein. Het
valt dus niet te verwonderen,
J. H. v. G.
Westelijke Langstraat (Ur
gentie I)
Hiertoe behoren de gemeenten
Raamsdonk, Waspik en Sprang-
Capelle. In dit gebied zijn de
ruimtelijke produktieomstandig-
heden (verkaveling en ontslui
ting) alsmede de fysische pro
ductieomstandigheden (ontwa
tering) zeer slecht. De bedrijfs-
grootte en de sociale omstandig
heden daarentegen steken vrij
gunstig af, vergeleken met de
oostelijke Langstraat. In de ge
meente Sprang-Capelle echter
zijn de sociale omstandigheden
weer bijzonder ongunstig.
Wij moeten dit volkomen bea
men.
Verkaveling.
De grootte, de vorm en de lig
ing van de verschillende tot een
edrijf behorende percelen is
zeer ongunstig. De kavels liggen
zeer verspreid en de afstand'tot
de bedrijfsgebouwen is practisch
bij alle bedrijven zeer groot. Het
is duidelijk dat kleine, ver weg
gelegen kavels veel tijdverlies
veroorzaken. Ook brengen klei
ne kavels randverliezen mee.
Door de slechte verkaveling kan
men niet tot intensivering over
gaan. Mechanisatie wordt hier
door bemoeilijkt. Slechts ruil
verkaveling kan in dit opzicht
verbetering brengen.
De waterkering, waterlozing,
watervoorziening en waterzuive
ring zijn alle vraagstukken van
de eerste orde, die dringend om
een oplossing vragen. Een gede
tailleerde studie van deze pro
blemen is hoogst noodzakelijk.
Bedrijfsvoering.
De waarderingscijfers voor de
bedrijfsvoering, welke ons ter
beschikking staan, zijn gebaseerd
op de cijfers van het Centraal
Bureau voor de Statistiek, welke
door de landbouwers zelf ver
strekt zijn bij de z.g. inventarisa
tie. Deze waarderingscijfers zijn
slecht.
Een productieplan, waarbij
men zich behalve van vruchtwis-
selingseisen, allereerst reken
schap geeft van het verschil in
rentabiliteit tussen de verschil
lende gewassen, zal men spora
disch of in het geheel niet aan
treffen. De financiering van het
bedrijf wordt te weinig vakkun
dig beoordeeld. Mechanisatie ziet
men nog slechts op enkele be
drijven.
De geschooldheid der boeren.
De exploitatie van een land
bouwbedrijf en zeker die van
een gemengd bedrijf stelt te
genwoordig zware eisen aan de
technische en economische ken
nis van de boeren. Om tegen de
ze eisen opgewassen te zijn, is
practische ervaring hoe waar
devol deze ook is onvoldoen
de. Een goede theoretische scho
ling verschaft de boer de gele
genheid de zeer snelle ontwik
keling van de landbouwtechniek
op de voet te volgen. Dan eerst
is hij in staat zich een oordeel te
vormen over de mogelijkheid tot
toepassing in zijn bedrijf.
Hoewel het landbouwonder
wijs ter plaatse op de duur vruch
ten zal gaan afwerpen, laat de
geschoolheid der boeren nog te
wensen over.
Veel te weinig wordt gebruik
gemaakt van de landbouwvoor-
lichtingsdienst.
Sociale en culturele
omstandigheden.
Te weinig is ingezien, dat ook
de sociale en mentale omstandig
heden van grote invloed zijn en
dat ook de levenswijze en de le
venshouding van de boer, zijn
vrouw en kinderen, dus van het
boerengezin, mede de bedrijfsuit-
komsten beïnvloeden. De geaard
heid, vooruitstrevendheid en de
commerciële instelling, zedelijk
leven, de gesteldheid van de wo
ning en de inrichting daar van,
de inrichting van boerderij en
aan het verenigingsleven, de
standsorganisaties en de coöpe
raties zijn veel te veel veronacht
zaamd. Behoorlijke verenigings
lokalen ontbreken, jeugdwerk is
achterwege gebleven, aan maat
schappelijk werk is practisch
niets gedaan. Van voorlichting is
geen gebruik gemaakt. Dienten
gevolge hebben steeds vele sti
mulansen tot grotere activiteit
en tot bredere ontwikkeling en
ontplooiing ontbroken of zijn de
ze genegeerd of verlamd.
Door ter zake deskundigen is
meermalen de vinger op de won-
deplekken gelegd, maar zijn te
vens de wegen om tot verbete
ring te geraken, aangegeven.
Dit middel is het opstellen en
uitvoeren van een streekverbete-
ringsplan.
Met de streekverbeteringsplan-
nen wordt bewust en volgens
plan getracht de rationalisatie
van de algehele bedrijfsvoering
en van het landbouwhuishouden,
alsmede het welzijn van de be
volking in de betreffende agra
rische gebieden, op een hoger
plan te brengen. Tevens wordt
daarbij aandacht besteed aan de
verbetering van de productie-om
standigheden, met name op cul
tuurtechnisch gebied, die door
de individuele bedrijfsleiders, al
of niet in onderlinge samenwer
king, nauwelijks in gunstige zin
zijn te beïnvloeden. De streek-
verbeteringsplannen zijn niet
persé gebonden aan cultuurtech
nisch werk of ruilverkavelingen.
Ook los daarvan kan aan de be
drijfsvoering meestal veel verbe
terd worden.
Het doel van het streekverbe-
teringsplan is dus de sociale en
economische omstandigheden
van de agrarische bevolking te
verbeteren.
De afdeling streekonderzoek
van het Landbouw Economisch
Instituut heeft reeds veel voor
onderzoek gedaan, en gebieden,
die voor streekverbetering in
aanmerking komen, opgespoord.
Daarbij zijn 4 urgentie-klassen
voor streekverbetering vastge
steld. Sprang-Capelle behoort tot
urgentieklasse 1. Dit geeft wel
te denken
Voor het opstellen van een
streekverbeteringsplan is even
wel een dieper gaand onderzoek
naar de productietechniek, pro
ductie-omstandigheden en socia
le structuur in zo'n gebied nodig.
Op 4 april 1.1. hebben wij ten
gemeentehuize een bespreking
gehad met de Rijkslandbouwcon-
culent Ir. L. J. P. Kupers te Ze
venbergen, de heer J. E. de Vrie-
ze, secretaris van het Kon. Ned.
Landb. Comité, de heer A. Kor-
teweg, secretaris van de Noord-
Brabantse Mij. van Landbouw
en de heer B. J. Elsman, voorzit
ter van de Coöp. Landbouwvere-
niging te Sprang-Capelle, Tijdens
die bespreking is nog eens dui
delijk naar voren gekomen hoe
noodzakelijk het opstellen van
een agrarisch streekverbeterings
plan voor deze gemeente is, zulks
op grond van de hierboven ont
vouwde motieven. Daarbij kwam
naar voren dei wenselijkheid ook
de tuinbouw bii dit rapport te be
trekken.
Tevens is ons gebleken, dat
voor de voorbereiding van dit
plan, met name voor het doen
instellen van het daarvoor nood
zakelijke onderzoek naar de pro
ductietechniek, productie-om
standigheden en sociale struc
tuur, waarvan het resultaat zal
worden samengevat in een uit te
brengen streekrapport, de mede
werking van de gemeente onmis
baar is.
De kosten van uitvoering van
het streekverbeteringsplan wor
den door het Rijk gedragen; de
kosten van het in te stellen on
derzoek voor het uitbrengen van
het streekrapport zullen moeten
worden gedragen door 't (L)and-
bouw (E)conomisch (I)nstituut
en de gemeente tezamen. Het L.
E. I. zal een deskundige beschik
baar stellen, n.l. Ir. Bouwens, die
in dienst van het L.E.I. is en door
bedrijfsgebouwen, het deelnemen
Weldra breekt de tijd aan dat de jongelui de school gaan
verlaten en voor de keus staan, welk vak zij zullen kiezen
en in welke richting zij hun levenstaak zullen zoeken.
Mogen wij uwe aandacht vestigen op het
waarin zij als zetter, drukker of binder, een goede toekomst
kunnen vinden?
Voor jongelui met een goed of normaal rapport, voor jon
gelui met ambitie, ligt hier een interessante en variërende
werkkring, met goede lonen en arbeidsvoorwaarden volgens
de C.A.O., die een der beste in de lande is.
Niet alleen jongens, maar ook MEISJES, vanaf 16 jaar,
kunnen er een prettige en goed betaalde werkkring vinden.
Wij raden U aan eens tijdig met ons te komen praten, al is
uw zoon nog op school, dan kunnen de voorbereidende maat
regelen, als leerlingen-contract, reeds thans genomen worden.
Op ons bedrijf is thans plaats voor
EEN BEKWAAM DRUKKER,
EEN BEKWAAM ZETTER.
Waalwijkse Stoomdrukkerij Antoon Tielen,
Grotestraat 205 - Waalwijk.
1
het L.E.I. wordt bezoldigd, doch
de gemeente zal dan de bijkomen
de kosten (o.a. van het drukken
van het rapport) moeten beta
len.
Deze kosten werden door de
heren Kupers en de Vrieze ge
raamd op 3000.— tot 5000.'—.
Ook is gebleken, dat Prof. Hof
stee van de afd. Sociografie van
de Landbouw Hogeschool te Wa-
eningen zich voor het „geval
prang-Capelle" interesseert en
zal trachten hef onderzoek mede
via een voor dit werk ingestelde
commissie te leiden. Dit kan wel
licht tweeërlei voordeel bieden,
n.l. in de eerste plaats financiële
hulp en in de tweede plaats het
ter beschikikng stellen van on
derzoekers. Vooral dit laatste
punt is erg belangrijk, omdat ge
schikte krachten zeer schaars
zijn. Een en ander moet echter
nog worden afgewacht. Genoem
de kosten kunnen echter door
andere instanties niet worden ge
dragen. Ook de plaatselijke boe-
ren-organisatie ontbreekt hier
voor de financiële draagkracht.
B. en W. zien het hier genoem
de onderzoek en streekrapport
voor deze gemeente van zo emi
nent belang, omdat de welvaart
van deze voor een groot deel nog
agrarische gemeente hier zo
nauw bij betrokken is, dat zij de
raad met grote aandrang voor
stellen een crediet van 5000.
te voteren voor het doen uitbren
gen van bedoeld rapport.
dat André Boorneman over de
naar dit plein leidende singel
wandelde. Immers, Madeleine
Uittenterpe had hem laten weten
dat zij voornemens was, die mid
dag de stad te bezoeken. Alleen!
En André Boorneman was een
goed verstaander.
Nu begrijpt men ook, waarom
André Boorneman weinig ge
neigd was aandacht te schenken
aan voorbijrijdende auto's, zelfs
aan de luxueuze blauwe wagen,
die bijna geluidloos over het
wegdek gleed. Natuurlijk hij
kreeg even een vage indruk, toen
de auto als een stille schaduw
langs hem reed. Evenmin schonk
hij er aandacht aan, toen de wa
gen een twintigtal meters verder
stopte, vlak aan de rand van het
trottoir. En hij had er eerst geen
erg in, dat iemand tegen hem
sprak toen hij even later bij de
stilstaande wagen was gekomen.
Monsieur riep een stem,
zo dringend, dat zelfs André
Boorneman er wel op letten
moest.
De bestuurder had de zijruit
omlaag gedraaid en stak zijn
hoofd naar buiten. André keek
in een zuidelijk gelaat, vrij don
ker, met zwarte ogen en een
streepje van een snor, dat de
breedheid van het gezicht aksen-
tueerde. Het was een eigenaar
dig gezicht, maar André Boorne
man kon het, toen hij er later
over dacht, niet met zichzelf
eens worden, of het toebehoorde
aan een Fransman, want de man
sprak Frans, of een Italiaan,
dan wel aan een Hongaar.
Wanneer* men in gedachten is
valt het niet gemakkelijk zich
snel te realiseren, wat iemand in
een vreemde taal zegt, vooral
wanneer het Frans is, dat met
een keelklank gesproken wordt.
Toch was André Boorneman
voldoende bij om te begrijpen,
dat de man in de auto de weg
naar Berg en Dal vroeg, al sprak
hij deze naam zonderling uit.
Met enige woorden lichtte hij de
vrager in, onderwijl onwillekeu
rig een vluchtige blik werpend
in de wagen.
Tenminste van oorsprong was
het 'n vluchtige blik, maar toen
werd hij wel gedwongen, oplet
tender te kijken, niet naar de be
stuurder, die alleen op de voor
ste bank zat. Hij droeg een licht
zomerpak en alles wees er op,
dat hij eerder eigenaar dan,
chauffeur van deze kostbare
wagen was. Maar behalve zijn
eigenaardig zuidelijk gezicht had
hij niets' boeiends.
(Wordt vervolgd).
nemen. Na enkele seconden ontspannen
de spieren zich weer, het middenrif neemt
zijn normale, naar boven gebogen stand
weer in, en de ribben gaan weer omlaag,
de borstkas wordt dus weer kleiner.
De lucht die zojuist was binnengekomen,
wordt er nu weer uitgedrukt.
Deze spierwerking die ongeveer zestien
keer per minuut herhaalt wordt, vormt dus
onze normale ademhaling.
Het toepassen van Kunstmatige Adem
haling is dus in wezen niets anders dan de
spierwerking die nodig is om onze borst
kas nauwer en wijder te maken, die een
mens anders normaal zelf verricht,doch
waartoe hij in schijndode toestand niet bij
machte is), voor hem te verrichten.
Hiervoor bestaan verschillende metho
den, doch hier in Nederland werd gewoon
lijk de methode van Sylvester, en de laat
ste jaren de HOLGER-NIELSEN methode
toegepast.
Met het oog op de plaatsruimte moet
dit praatje nu eindigen, doch in ons vol
gend artikeltje zal ik trachten U duidelijk
te maken, hoe we bij de toepassing van
K.A. tewerk behoren te gaan.
Allen die daarvoor belangstelling heb
ben, zou ik willen aanraden dit artikeltje
nog even te bewaren.
i
zichzelf is hij dus niet in staat méér zuurstof
in zich op te nemen.
Om hem van de dood te redden zullen
we dus een methode moeten toepassen die
de functie van de ademhaling kan over
nemen.
Dat wil dus zeggen, we zullen KUNST-
matige-ADEMHALING moet entoepassen.
Vóór ik U een beschrijving geef van de
Kunstimatige Ademhaling (in EHBO-ter-
men gewoonlijk K.A. genoemd), wil ik eerst
trachten duidelijk te maken, waaruit onze
ademhaling eigenlijk bestaat.
De meeste mensen zijn van mening, dat
van buitenaf lucht wordt ingezogen en na
korte tijd weer upitgeblazen.
Tot op zekere hoogte is dit ook wel juist,
doch hoe gaat dat inzuigen en uitblazen in
z'n werk?
In feite doen we niets anders dan de
ruimte in onze borstkas groter ofwel klei
ner maken.
De spiertjes tussen de ribben trekken
zich samen, waardoor de ribben, hierbij
nog geholpen door schouderspieren, omhoog
en daarmee ook naar voren komen. Tege
lijk wordt het middenrif (een naar boven
bolstaand spierblad, dat de afscheiding tus
sen borst- en buikholte vormt) naar om
laag getrokken.
Door deze beide bewegingen wordt dus
de ruimte in de borstkas groter. Deze gro
tere ruimte wordt direct door via de lucht
pijp binnenstromende lucht gevuld, dat is
dus een inademing.
De longen kunnen nu een deel van de
met de lucht binnengekomen zuurstof op-
No. 14.
OVER SCHIJNDOOD EN
KUNSTMATIGE ADEMHALING.
Wanneer iemand te lang onder water
blijft, zal zich op een zeker moment een
zodanig tekort aan zuurstof voordoen, dat
de verschillende organen, en vooral de her
senen, niet meer in staat zijn hun functie
uit te oefenen.
Er zal dan al spoedig een toestand van
bewusteloosheid optreden.
Komt er niet spoedig aanvulling van het
zuurstoftekort, dan gaat de bewusteloos
heid snel over in SCHIJNDOOD.
In deze toestand die slechts zeer weinig
van de dood verwijderd is, is het slachtoffer
niet alleen volkomen buiten bewustzijn, doch
hij haalt ook niet meer waarneembaar
adem, terwijl ook van de hart- of polsslag
niets meer merkbaar is.
Niet aleen tengevolge van verstikking,
doch ook door het inademen van schade
lijke gassen, of wanneer men in aanraking
komt met electrische stroom, kan men in
schijndode toestand geraken.
Wanneer iemand die schijndood is niet
op zeer doelmatige, deskundige wijze ge
holpen wordt, zal hij in de regel uit zich
zelf niet meer bijkomen, doch zijn toestand
zal zich snel verergeren, en gewoonlijk duurt
het dan niet lang voor hij sterft.
Maar HOE moet zo iemand geholpen
worden?
Zoals reeds gezegd, is zijn toestand een
gevolg van zuurstofgebrek, vooral in de
hersenen.
Ademhalen kan zoiemand niet meer, uit