NAPOLITAINS
een zakje chocolade
voor cent
Raadsel in Nijmegen
Bij elke aankoop van 250 gr. koffie
of 50 gram Oploskoffie
(ter waarde van 70 cent)
geldig van 14 t/m 20 augustus 1957
De Gruyter s koffie
Goudmerk 250 gr. 258 Ct.
Roodmerk 250 gr. 218 ct.
Blauwmerk 250 gr. 196ct.
Oranjemerk 250 gr. 172ct.
Oploskoffie busje 50 gr. 245 ct.
DE ECHO VAN HET ZUIDEN VAN VRIJDAG 16 AUGUSTUS 1957
.570814,
partijen na schriftelijke voorbereiding
op korte termijn besprekingen ope
nen. De minister van sociale zaken en
volksgezondheid is van het besluit
van de algemene vergadering op de
hoogte gesteld.
BESTEDINGSBEPERKING EN
VERKEERSVEILIGHEID.
Resultaten ANWB-enquête ter ken
nis van Minister van Verkeer en
Waterstaat gebracht.
ANWB meent: Situatie onhoudbaar
De ANWB heeft thans officieel
de beklemmende resultaten van de
door de Bond bij de gemeentebestu
ren en waterschappen ingestelde en
quête naar de gevolgen van de beste
dingsbeperking op verkeersgebied ter
kennis van de Minister van Verkeer
en Waterstaat gebracht.
De ANWB heeft zich hiermede tot
deze bewindsman gewend en niet tot
de Minister van Financiën, daar de
Bond van mening is, dat bij de Mi
nister van Verkeer en Waterstaat de
verantwoordelijkheid berust voor de
veiligheid van het verkeer.
Uit de bedoelde enquête, waarvoor
de ANWB van ruim 500 aangeschre
ven instanties opgave heeft ontvan
gen, blijkt dat ruim 400 wegenobjec
ten voor onbepaalde tijd zijn uitge
steld of naar volgende jaren zijn ver
schoven. Daaronder zijn tal van vol
strekt noodzakelijk te achten wegver-
beteringen, hetgeen tot gevolg zal
hebben, dat vele gevaarlijke situaties,
die vaak voor zeer geringe bedragen
afdoende te verbeteren zouden zijn
geweest, nu voor onbepaalde tijd zul
len blijven voortbestaan.
In verband met de nog aangekon
digde verdere maatregelen tot beper
king van de bestedingen bij de lagere
bestuursorganen, aarzelt de ANWB
dan ook niet de thans ontstane toe
stand onhoudbaar te noemen.
MARINE-VLIEGTUIG
NEERGESTORT.
Maandagochtend is kort na de
start in de omgeving van het vlieg
veld van Merauke de „Master Mari
ner"-vliegboot PB-312 van de Kon.
Marine neergestort.
Van de tien personen aan boord -
zeven marinemensen en drie leden
van de algemene politie - zijn er 8
om het leven gekomen.
Een lid van de marine en een po
litieman hebben het ongeluk over
leefd. De marineman is evenwel Ie
vensgevaarlijk gewond.
Het vliegtuig was om 6.15 uur
plaatselijke tijd opgestegen van het
vliegveld Merauke voor het uitvoe
ren van een dropping in de Sibilval-
lei, waar voorbereidende werkzaam
heden worden verricht voor de voor
genomen Nederlandse wetenschappe
lijke expeditie naar het Sterrenge
bergte in 1958.
De naam van de overlevende ma
rineman is A. Moens, sergeant vlieg
tuigmaker en de naam van de over
levende politieman 2e klasse Valeri
us Ikako. Tot de politiemensen die
het leven hebben verloren behoren de
hoofdagent tweede klasse M. van
Houten en de veldwachter eerste kl.
I. Jaas.
NEDERLANDSE STUDENT IN
ZWITSERLAND VERONGELUKT
De 17-jarige Nederlandse student
Paul George Engels, zoon van een
Amsterdams advocaat, heeft zondag
een dodelijke val van honderd meter
FEUILLETON
van
„DE ECHO VAN HET ZUIDEN"
door
G. PLANTEMA.
29).
Meteen stapte hij naar binnen, ge
volgd door zijn rechercheurs. Niet
echter door Ohlquist en Verhagen,
want zodra Broekman had gebeld,
was Sven, gevolgd door de ver
baasde Ernst, de kerktrappen afge
gaan naar de Ganzenheuvel, waar
de benedenkant van het huis was.
Zij konden onmiddellijk nagaan
welke deur ongeveer recht achter
die aan het Stevenskerkhof lag. Zij
zagen een brede, dubbele deur,
die een pakhuis afsloot. Een firma
naam ontbrak. De deur was dicht,
maar even nadat Rika met de stok
boven voor de dag was gekomen
bij de bovendeur, bemerkten zij dat
op de benedenverdieping een lamp
werd aangeknipt. Ineens scheen
het electrisch licht door een reet in
de dubbele deuren en een ruitje van
matglas werd verlicht.
Sven en Ernst wisten niet hoe de
gebeurtenissen boven verliepen. In
spanning stonden zij op wacht bij
de uitgang der benedenruimte, maar
gemaakt tijdens de beklimming van
de Sel, die deel uitmaakt van het Pi-
latus-massief bij het meer van Lu-
zern. Een vriend van hem, eveneens
een student, riep om hulp en werd
gered.
Paul Engels is het vijfde slacht
offer dat de bergsport zondag in
Zwitserland heeft geëist.
SPOORWEGONGELUKKEN
IN NEDERLAND TOT NU TOE.
Van de ernstige spoorwegongeluk
ken, die in Nederland voorkwamen,
noteerden wij in chronologische volg
orde
13 september 1918 Weesp.
Ontsporing door dijkverzakking re
genval: 41 doden en 42 gewonden.
6 augustus 1934 Amsterdam.
Verkeerde wisselstand: 7 zwaar en 5
minder ernstig gewonden.
21 juli 1951 Gouda. Expres-
trein reed in op wachtende trein: 2
doden en een twintigtal gewonden.
7 november 1952 Rotterdam.
Twee werkliedentreinen. Een trein
reed van achteren in op stilstaande
trein; 2 doden, 20 gewonden.
14 februari 1953 Gouda. Per
sonentrein op rangeerloc.: 1 dode,
1 gewonde.
19 juni 1953 nabij Weesp. Door
verlating stoptrein rijdt exprestrein
Amsterdam - Enschedé erop in 2
doden, 9 gewonden.
3 oktober 1954 Eist. Verkeer
de wisselstand, 6 doden, 11 gewon
den.
29 mei 1955 Geldermalsen.
Personentrein op goederentrein: 2
doden, 8 gewonden.
7 mei 1955 Oldenbroek. Ont
sporing militaire trein; 2 doden, 2
gewonden.
5 november Heerlen. Sneltrein
loopt op stoptrein: 26 zwaar gewon
den.
En nu in een week tijd twee spoor
wegongelukken bij Helmond en Eind
hoven, 't laatste met 5 doden en 30
gewonden.
LAFHARTIGE ROOFMOORD
TE BEUGEN.
Het landelijk dorp Beugen (ge
meente Boxmeer) is maandagavond
opgeschrikt door een lafhartige roof
moord, gepleegd op de 79-jarige
weduwe A. van Vonderen-Jilisen.
Omstreeks half acht, maandagavond, i
vond de 18-jarige kleinzoon zijn
grootmoeder, in de keuken van haar
woning aan de Nieuwe Provinciale
weg tussen Boxmeer en Cuijk. De
oude vrouw lag in een plas bloed. De
schedel was ingeslagen. In het huis
stonden alle kasten open, laden wa
ren doorzocht. Al het geld bleek te
zijn gestolen.
De oude vrouw deed haar eigen
huishouden in een gedeelte van de
woning. Het andere gedeelte wordt
bewoond door haar zoon, de weduw
naar W. van Vonderen, die maan
dag de hele dag afwezig was. Om
een uur of zes in de avond hebben de
overburen, alsmede de schoonzoon
van het slachtoffer, een damesfiets
voor de woning zien staan, die ken
nelijk heeft toebehoord aan een per
soon, die die middag bij de weduwe
op bezoek is geweest.
Dr. Horbach uit Boxmeer, die was
gewaarschuwd, stelde vast, dat de
.oude vrouw geen natuurlijke dood
was gestorven.
Het slachtoffer moet, terwijl zij in
de keuken de afwas deed, zich heb
ben omgedraaid, toen de keukendeur
werd geopend. Zij kreeg een slag op
het achterhoofd, viel op de grond,
waardoor zij een slagaderlijke bloe
ding aan de slaap kreeg. Het slacht
offer moet zijn doodgebloed.
OPNIEUW EEN ONTVLUCHTE
GEVANGENE TERECHT.
De 28-jarige voeger M. E. uit Hil
versum, die op zondagochtend 28 ju
li omstreeks half elf via het dak uit
het huis van bewaring aan de Wete
ringschans te Amsterdam wist te ont
snappen, heeft zich maandagmorgen
vrijwillig bij het politiebureau te
Hilversum gemeld en is terstond
naar Amsterdam teruggébracht. Hij
werd naar 't huis van bewaring over
gebracht. De ontsnapping van E. is
mogelijk geweest doordat hij erin is
geslaagd enkele sleutels na te maken.
WEER NEGEN SLACHTOFFERS
VAN VERKEER- EN WATER.
Het verkeer en het water hebben
tijdens het weekeinde weer een ne-
gental slachtoffers geëist. De 44-ja-
i rige motorrijder J. F. H. Kiene uit
i Amsterdam verleende op de kruising
Middenweg - Kruislaan geen voor
rang aan een personenauto met het
gevolg, dat hij door dit voertuig werd
overreden. Hij is in het ziekenhuis
overleden.
Onder Nieuwe Nieuwdorp botste
de 65-jarige bromfietser W. Ree te
gen een tegenligger. Hij kwam te
vallen en was vrijwel op slag dood.
Te Holten is de 34-jarige Th. J. S.
Adringa uit Oss met zijn personen
auto tegen een boom gereden. De be
stuurder was op slag dood; zijn
naast hem zittende echtgenote werd
zwaar gewond.
Op de weg Den Bosch - Eindho
ven reed een personen-auto met vier,
uit Amersfoort afkomstige inzitten
den, achter tegen een stilstaande
vrachtwagen. De moeder van de be
stuurder, de 49-jarige mevr. E.-M.,
werd gedood, de bestuurder en twee
inzittende meisjes van 21 en 19 jaar,
werden gewond.
Te Rotterdam op de Delfweg
raakte de 35-jarige P. v. Baaien on
der een bus, toen hij op zijn bromfiets
rijdend plotseling door een windvlaag
uit de koers werd geworpen.
Een Amerikaanse automobilist
sloeg zondag met zijn auto over de
kop op het viaduct nabij het stadion
te Utrecht. Zijn 24-jarige vrouw Pa
tricia werd op slag gedood. De be
stuurder werd gewond.
Doordat het portier van de auto
niet goed gesloten was, vloog op de
Apeldoornseweg te Hattem de 18-
jarige mej. J. Duinkerk op een bocht
uit de wagen van haar verloofde. Zij
was op slag dood.
In Den Haag kwam de 8-jarige K.
J. Hoogweg bij het spelen door on
voorzichtigheid in het Verversings-
kanaal terecht. De jongen verdronk
voordat reddingspogingen succes
hadden.
Bij het spelen op een tuinders-
schuit viel het zes-jarig jongetje A.
van der Ent uit Berkel en Rodenrijs
in het water en kwam om het leven.
DRIE GEVANGENEN UIT
VEENHUIZEN ONTSNAPT.
In de vroege morgen van dinsdag
zijn drie gevangenen uit het straf ge
sticht „Esserheem" te Veenhuizen
ontsnapt. De drie mannen vluchtten
via een slaapkooi, een soort alkoof,
waarvan ze de tralies hadden doorge-
vijld. De drie ontsnapten zijn H. P.
Jorens uit Rotterdam, F. C. Verkou-
ter uit Rotterdam en J. J. van Haas
trecht uit Den Haag. Ze hadden resp.
nog drie jaar, een half jaar en vijf
jaar voor de boeg. Alle drie waren
veroordeeld wegens diefstal.
De Rotterdamse recherche arres
teerde dinsdagmiddag om 4 uur al
een van de voortvluchtigen, de 27-
jarige Verkouter, die zich in de om
geving van zijn woning aan de At-
jehstraat (Katendrecht) ophield. Hij
werd ingesloten op het hoofdbureau
van politie aan het Haagse Veer te
Rotterdam. Hij zou in januari 1958
worden vrijgelaten. Een der anderen
zou op een oude damesfiets in de
Drentse hoofdstad zijn gesignaleerd.
VLIEGER GEDOOD BIJ VAL
VAN STRAALJAGER.
Kort na de start van de Westduit-
se vliegbasis Lahrbruch is dinsdag
morgen tegen 12 uur een Nederland
se Thunderflash- straal j ager in het
Noordlimburgse gehucht Aaien neer
gestort. De vlieger, de tweede luite
nant A. H. Löbker (27 jaar) uit Rot
terdam kwam om het leven. Hij
trachtte zich nog met de schietstoel in
veiligheid te brengen, doch de hoogte
was te gering om de parachute de val
voldoende telaten breken. Hij over
leed kort na de val aan een wervel
fractuur.
GOUD- EN DEVIEZENVOOR
RAAD INGEZAKT MET
100 MILJOEN.
De Nederlandse goud- en devie
zenvoorraad is vorige week met niet
minder dan honderd miljoen gulden
gedaald. Dit is de grootste daling die
sinds jaren in een week is voorgeko
men. Blijkens de weekstaat van de
Nederlandsche Bank per 12 augus
tus verminderde de goudvoorraad
voor de tweede achtereenvolgende
week met bijna 20 miljoen gulden tot
2977,5 miljoen, terwijl de deviezen
reserve inzakte met ruim 80 miljoen
gulden tot 615,3 miljoen gulden.
voorlopig zagen zij niets dan het
lichtschijnsel. Uit niets viel verder
te bemerken dat zich mensen achter
de dichte deuren bevonden. Maar
plotseling klapten de dubbele deu
ren naar de binnenkant open. Met
een daarop hoorden zij een zwaar
motorgeronk en voordat zij naderbij
hadden kunnen komen, reed een
kleine vrachtauto naar buiten. Ach
ter de cabine, waarin zij vaag een
bestuurder zagen zitten, was een
korte laadbak, die overdekt was met
een huif van zeildoek. De wagen
kwam met enige vaart voor de dag,
maar in de smalle straat moest wor
den geremd om de bocht te nemen.
Van die gelegenheid maakte inspec
teur Ohlquist handig gebruik.
Met een verbluft gezicht keek
I Ernst Verhagen toe, hoe zijn zwager
zich aan de klep van de laadbak
vastgreep en juist toen de vracht
auto meer snelheid kreeg, zwaaide
Sven zich over de rand, daardoor uit
het gezicht verdwijnend. De advo
caat kreeg geen schijn van kans om
dit kunststukje na te doen, want de
vrachtwagen reed onmiddellij k
daarop pijlsnel weg en binnen enke
le ogenblikken was het voertuig de
Hezelstraat ingereden, de kant van
de Korenbeurs op, dus naar de be
nedenstad. Verhagen kwam pas he
lemaal bij z'n positieven, toen ie
mand hijgend naast hem stond.
„Hebt u ze gezien?" Het was in
specteur Broekman die deze vraag
stelde.
„Ze zijn met een vrachtwagen
weggereden", antwoordde Ernst.
„En inspecteur Ohlquist is in de
laadbak gekropen".
„Dan zijn ze dus toch niet hele
maal ontsnapt", merkete de Nijmeeg
se politieman op. „Komaan, dan
gaan wij nu op ons gemak dit huis
eens doorzoeken."
Samen gingen zij naar binnen en
kwamen in een pakhuis, bestaande uit
een vierkante ruimte, waar langs de
wanden kisten stonden. In het mid
den was een lege plek, maar olievlek
ken wezen uit, dat hier de vrachtauto
had gestaan, waarmee de onbekenden
waren weggereden. Achter de pak
huisruimte vonden zij een gangetje,
waarop een trap uitkwam. Langs de
ze trap was Broekman naar beneden
gekomen. Het gangetje liet nog twee
deuren zien. De ene gaf toegang tot
'i een klein kantoor, waarin twee tafel-
i tjes stonden, een met een schrijfma
chine erop en het andere met een
paar oude kranten bedekt. Hier was
verder niets te vinden dan een paar
I korrespondentiemappen van de firma
j Simons, een klein expeditiedrijf,
waaraan 't pakhuis toebehoorde,
evenals waarschijnlijk de vrachtauto.
De andere deur bracht hen op een
klein portaaltje en daarachter zagen
zij een houten trap, die naar een kel
der leidde. Inspekteur Broekman,
Ernst Verhagen en een rechercheur
gingen de trap af en kwamen terecht
in een kleine kelder, die niets liet
zien dan vier stenen muren, die eens
gewit waren geweest, maar nu grauw
zagen van spinrag en vuil. Een
zwakke elektrische lamp hing aan de
zoldering, waardoor de kelder spaar
zaam werd verlicht.
„Nou", bromde inspekteur Broek
man, „veel valt hier niet te zien."
Mr. Ernst Verhagen was langs de
muren gelopen. Hij had een zaklan
taarn in de hand en daarmee ver
lichtte hij de vloer.
„Eigenaardig, dat ik hier voet
stappen ontdek, die naar deze muur
lopen", kondigde hij aan. „Er is toch
geen deur te zien. Wat kan men er
mee voor hebben, naar deze muur te
gaan en dan terug?"
Op de vuile grond waren de af
drukken van schoenen duidelijk te
zien. Het leek wel, of door de kel
der van de trap naar de wand een
smal pad liep, gevormd door schoen-
af drukken, waarvan de punten naai
beide kanten wezen. Vlak bij de muur
waren zij nog te zien. De inspekteur
en de rechercheur bestudeerden de
muur met argusogen. Zij speurden
naar afdrukken van handen, die on
middellijk op de groezelige opper
vlakte zichtbaar zouden moeten zijn.
Er was een plekje, dat vettig glom.
Broekman zette daar zijn duim op
en begon te duwen. Merkwaardig was
het resultaat. Het glimmende plekje
gaf een tikje mee en vlak er naast
sprong met een klik een stukje muur
naar binnen. Daar vertoonde zich
heel duidelijk een sleutelgat. De re
chercheur haalde dadelijk een loper
tevoorschijn en probeerde die. Even
bleef het zonder resultaat, maar toen
hij wat wrikte, pakte de loper ineens
en met een lichte tik sprong een slot
open, terwijl meteen een gedeelte van
de muur wat naar achteren ging. Zij
bemerkten, dat een deur open wa9
gegaan en inspekteur Broekman be
dacht zich geen sekonde.
Zij kwamen in een duistere ruimte,
waar de zaklantaarns goede diensten
konden bewijzen. Het was een kil
vertrekje met grauwe muren en geen
spoor van een voorwerp. Maar in de
achterwand was een houten deur. In
spekteur Broekman legde zijn hand
op de klink en drukte die neer. De
deur ging open en hij, gevolgd door
de beide anderen, ging een gang bin
nen. In de andere wand van die gang
zagen zij een drietal nieuwe deuren..
„Kijk eens aan, dat is een kom-
plete ondergrondse behuizing",
merkte de Nijmeegse inspekteur op.
„Dit is allemaal uitgegraven onder
het Stevenskerkhof. En daarvan heb
ben wij nooit iets geweten!"
Zij stonden even naar de drie deu
ren te kijken. Het was hier doodstil,
maar plotseling schrokken zij van
een vreemd geluid. Het was, of in
een van de kamers, die zich achter de
deuren moesten bevinden, een mens
een diepe zucht had geslaakt!
„Brink, jij blijft hier op post, zodat
er niemand door deze deur kan ver
dwijnen", beval inspekteur Broek
man op gedempte toon.
De rechercheur knikte en trok een
revolver uit zijn jaszak. Ernst Ver
hagen had in de gang nog eens rond
gekeken en nu zag hij een lichtscha
kelaar. Hij stapte er op af, draaide
het knopje om en meteen straalde
van het plafond een helder licht uit
drie sterke lampen. Zij ontdekten nu;
dat de gang niet verwaarloosd was
als de kelder. De wanden waren be
kleed met hout, dat keurig in de verf
zat. De vloer was bedekt met lino
leum en het plafond bestond uit bruis
geschilderde gladde steen. De drie
deuren droegen letters. Recht vooi
hen stond op de deur een grote wittf
S, links een witte C en rechts ees
witte P. Inspekteur Broekman stapte
naar de deur recht vooruit en opende
haar. Vol verbazing keek hij. De ka
mer, die met een S werd aangeduid
was een soort pijpenla. Maar die pij
penla was schitterend gemeubileerd
(Wordt vervolgd)