Britse bommenwerpers overrompelden Duitse
luchtverdediging met strookjes zilverpapier.!
KAATSHEUVEL
BLAUPUNKT RADIO - TELEVISIE
DE AVONTUREN VAN DIM EN DAM
DE ECHO VAN HET ZUIDEN VAN MAANDAG 28 JULI 1958
15 jaar geleden
Hamburg als proefkonijn kreeg een
verpletterende bommenregen van de R.A.F-
TWIJFEL NIET LANGER
Gebr. Biemans
HOOFDSTRAAT 18 KAATSHEUVEL
GESLOTEN
wli
q®
Feuilleton
Het
Renbaanschandaal
van Epsom
34) t
XVI
Onophoudelijk beukte de geallierede
luchtmacht in de bange oorlogsjaren van
1942, '43, '44 en '45 op de Duitse havens
en industrie-centra, de vliegtuig- en benzi-
nefabrieken. Steeds vaker klonk het mono
toon gedreun van grote formaties bommen
werpers en steeds huiveringwekkender wer
den de ravages in het rijk van de Führer.
Reeds in 1941 ondernam de R.A.F. niet
minder dan 7000 vluchten naar 1300 mi
litaire doelen in Duitsland. Maar dit was
nog maar kinderspel bij wat zich in de vol
gende jaren op Hitler's grondgebied zou
gaan afspelen.
In" 1942 namelijk kwamen de grote es
kaders en volgden de massale bombarde
menten. De eerste zware luchtaanval trof
Keulen, waar 1130 Britse vliegtuigen in de
nacht van 30 op 31 mei de stad voor drie
kwart in puin legden.
Begin 1943 kregen de Duitse steden
maandelijks zelfs een bommenlast van meer
dan 10.000 ton te verduren...
Maar bij dit alles kostte de luchtoorlog
tegen Duitsland ook vele geallieerde vlie
gers het leven. In 1943 ontwikkelden de
Duitsers namelijk een sterk afweerstelsel.
Nog in dat zelfde jaar echter kwam de En
gelsen met iets nieuws: het uitwerpen van
strookjes zilverpapier, waarmede de radar-
apparatuur van de vijand met succes werd
gestoord.
De eerste proef met dit zilverpapier werd
genomen op 24 juli 1943 tijdens een raid
van de R.A.F. naar Hamburg.
Het resultaat was verbluffend. De Duit
se verdediging stond machteloos en het
bombardement werd die nacht één van de
vreselijkste episodes uit de tweede wereld
oorlog...
Precisie-bombardementen.
In 1942 begonnen, zoals gezegd, de En
gelsen en Amerikanen op grote schaal de
Duitse steden te bombarderen. In 1943
deed men er nog een schepje bovenop. Tot
grote ergernis en wanhoop uiteraard van
de Führer en zijn satellieten. De nazi-pro
pagandaleider Joseph Goebbels zegt in zijn
dagboek van 3 maart 1943 schuimbekkend
van woede
„Men wordt razend bij de gedachte, dat
de een of andere Canadese vlegel, die
Europa waarschijnlijk niet eens op de
globe weet te vinden, uit zijn schatrijk
land, dat zijn volk niet eens weet te ex
ploiteren, naar Europa vliegt om hier
een overbevolkt werelddeel te bombar
deren. Maar hopelijk zullen we spoedig
in de gelegenheid zijn daarop het pas
sende antwoord te geven."
Een probleem van geallieerde zijde was
aanvankelijk, dat de bommenwerpers die in
Zuid-Engeland opstegen en steeds een flink
eind moesten vliegen voordat ze boven hun
doel waren, niet geëscorteerd konden wor
den door jachtvliegtuigen. Want deze jacht
vliegtuigen (de zo voortreffelijke „Spitfi
res") hadden een te kleine actie-radius,
wat dus wil zeggen, dat de afstand waar
op ze het zonder bijlading van brandstof
konden doen te gering was.
De Britten moesten daarom wel met hun
langzaam-vliegende „Lancasters" Duitsland
bij nacht onbeschermd binnen vliegen. De
Duitse afweer, en vooral de Duitse nacht
jagers, hadden hierdoor vrij spel. Het ge
volg was uiteraard dat heel wat toestellen
van de geallieerden nimmer op hun basis
terugkeerden.
Geleidelijk aan echter kreeg men meer
inzicht en kennis van de radar-apparatuur,
waarmede de vijandelijke nachtjagers wa
ren uitgerust. In 1943 konden de Britten
en Amerikanen een nieuw radarapparaat in
hun bommenwerpers plaatsen, waarmee
het mogelijk was op een scherm een beeld
te projecteren van het terrein waarboven
het vliegtuig zich bevond. Dit was een hele
stap vooruit, want de piloot kon nu, ook
al was het volkomen duister of al hing er
een zware mist of bewolking, heel simpel
vaststellen of hij al of niet boven het te
bombarderen gebied vloog.
Hitler en Göring moesten toen met schrik
en veel ergernis constateren, dat de Engel
sen, zelfs al waren de nachten stikdonker,
hun zware brisant- en fosforbommen haar
fijn op de Duitse fabrieken mikten. Het
tijdstip van de precisie-bombardementen
was aangebroken...
Amerikanen vlogen overdag.
Tot in het najaar van 1943 gaven de
Amerikanen de voorkeur aan bombarde
menten overdag, omdat deze, zoals ze be
weerden, voor kleine doelen veel betere
trefkansen boden. Zij deden hun aanvallen
met snelle zwaarbewapende vliegtuigen, de
zogenaamde „vliegende forten", die de
strijd met iedere Duitse jager konden aan
binden.
De Britten daarentegen prefereerden de
nachtbombardementen, die, met toepassing
van radar, zeer precies konden worden uit
gevoerd. Zij gebruikten voor dit doel de
langzaam vliegende „Lancasters". Deze
toestellen waren wel is waar minder goed
bewapend dan de Amerikaanse „vliegende
forten", maar ze voerden niettemin een
veel grotere bommenlast mee.
Over de kwestie nacht- of dagbombarde
menten is door de Britten en Amerikaanse
deskundigen vaak en heftig gedelibereerd.
Ieder bleef echter op zijn standpunt staan,
totdat tenslotte steeds duidelijker werd dat
de aanvallen overdag niet feilloos waren.
De Duitse jachtvliegtuigen zaten de Ame
rikanen voortdurend en met kracht op de
hielen. De verliezen werden zeer ernstig.
In oktober 1943 gooide men het roer om,
na een mislukte raid naar Schweinfurt, het
centrum van de Duitse kogellagerindustrie.
In 1944 waren de Amerikaanse lange-
afstandsjagers gereed en vanaf toen ver
schenen de zware bommenwerpers, be
schermd (foor de superieure „Thunder
bolts", „lightnings" en „Mustangs" (met
een actie-radius van 850 mijl), in het hart
van Duitsland.
Zilverpapierstrookjes zetten Duitse
radar schaakmat.
Het spreekt vanzelf, dat de Duitsers al
les in het werk stelden om hun luchtver
dediging zo doeltreffend mogelijk te ma
ken. In 1943 hadden zij over geheel West-
Europa een net van 750 radarposten lig
gen. Iedere post beschikte over een nacht
jager en iedere nachtjager was uitgerust
met een radarapparatuur. Dit systeem, dat
ontwikkeld werd door generaal Kammhu-
ber, heeft de verliezen bij de geallieerde
bombardeurs sterk doen toenemen. Maar
ook de Engelsen zaten natuurlijk niet stil.
Zij zinden koortsachtig op een idee om
het spiedende radaroog van de vijand met
het mooist denkbare effect te storen. En
inderdaad, de Britten vonden iets waar
mede zij de vijand lelijk om de tuin kon
den leiden. Dat nietss was dan 't uit de vlieg
tuigen gooien van reepjes zilverpapier. Zo'n
wolk van neerdwarrelende stanielstrookjes
veroorzaakte een chaos op het radarscherm
van de vijand en dat schonk de geallieerde
vliegers ruimschoots de kans om' te pas
seren.
Bij het bombardement van Hamburg, op
24 juli 1943, werd de eerste proef met de
ze nieuwe vinding genomen. Zoals wij in
de aanhef reeds releveerden was het re
sultaat verbluffend. De Duitsers stonden
voor een raadsel: hun defensie werd volko
men overdonderd. Het bombardement van
Hamburg werd een ontzettende gebeurte
nis voor deze havenplaats. Luitenant-gene
raal V/ilson zegt in zijn boek „Van War
schau tot Hirosjima" over deze luchtaan
val
„Het bombardement van Hamburg op
24 juli 1943 is één van de grootste en
vreselijkste drama's, die zich in de twee
de wereldoorlog hebben afgespeeld. De
stad werd door de R.A.F. genadeloos ge
bombardeerd, waarbij vooral woonwijken
met fosforbommen werden bewerkt. Wie
van ooggetuigen, die uit deze hel wisten
te ontkomen, hoort, wat in die ongeluk
kige stad is gebeurd, zal zich moeilijk
kunnen losmaken van de beklemming,
die over hem zal zijn gekomen."
En Goebbels schrijft over dit bombarde
ment in zijn dagboek
„Vannacht is Hamburg het doelwit ge
weest van een buitengewoon zware lucht
aanval. Deze had de meest funeste ge
volgen zowel voor de burgerbevolking
als voor de bewapeningsindustrie. Helaas
kunnen wij maar heel weinig neergescho
ten vliegtuigen melden, in totaal 12. Jam
mer genoeg heeft generaal-overste Wei-
se juist twee dagen geleden het zware
afweergeschut bij Hamburg weggehaald,
om het naar Italië te sturen. Dat man
keerde er nog maar aan! Men kan zich
voorstellen hoe de vijandelijke vliegtui
gen boven Hamburg huisgehouden heb
ben. Vooral het oostelijk deel is zwaar
getroffen. Het is een ware catastrofe. De
burgerbevolking heeft buitengewoon zwa
re schade geleden. De verliezen aan men
sen zijn voorlopig nog niet te overzien.
Men schat het aantal mensen, dat elders
onderdak gebracht moet worden, op on
geveer honderdvijftig a tweehonderddui
zend. Ik weet op 't ogenblik niet, hoe wij
dit probleem moeten oplossen."
Hitier vloekte
Naarmate het uur der bevrijding dich
terbij kwam, werden de aanvallen op het
Rijksgebied van de Führer intensiever. Ook
Berlijn moest het ontgelden. Steeds heviger
werden de Britse luchtaanvallen op deze
stad. Een nieuw type staafbrandbommen en
een overvloediger gebruik van fosforbom
men maakten de raids van de R.A.F. met
de dag huiveringwekkender. Hn 1944 kre
gen de Engelsen en Amerikanen het lucht-
overwicht boven Duitsland. De „Luftwaffe"
schrompelde ineen...
Tussen half november 1943 en half fe
bruari 1944 gooide de R.A.F. niet minder
dan twee en twintig duizend ton brisant-
gommen op Berlijn. In zijn boek „Hitier"
bommen op Berlijn. In zijn boek „Hitier"
„De Führer was buiten zichzelf van woe
de dat Goering en de „Luftwaffe" de
aanvallen niet konden afweren of aan zijn
eis tot represailles tegen Engeland kon
den voldoen. Bij elke conferentie vloek
te hij de vertegenwoordigers der Lucht
macht uit vanwege hun onbekwaamheid.
Toch zorgde hij er voor nooit naar een
van de vernielde steden te gaan, behalve
dan Berlijn, dat hij echter ook zelden
bezocht. De verliezen aan mensenlevens
lieten hem onverschillig, waar hij het
meest over in zat was de uitwerking op
de Duitse oorlogsproductie.
Op de conferenties van Hitier werd bij
na geen enkel probleem ter sprake ge
bracht of het werd beïnvloed door Duits-
lands toenemend tekort aan alles - een
tekort aan mankracht, aan grondstoffen,
aan transportmiddelen, aan olie, aan le
vensmiddelen, aan staal, aan oorlogsuit
rusting en vliegtuigen. Zelfs al waren
zijn eigen industrieën ongemoeid gelaten,
dan zou het Duitsland toch te zwaar zijn
gevallen een langdurige oorlog te voeren
met drie der machtigste industrielanden
ter wereld, de V.S., Engeland en de Sov
jet-Unie. Maar bij de vanzelfsprekende
ongelijkheid in middelen en de trage, niet
aflatende druk der blokkade kwam nog
de desorganisatie van Duitslands indus
trieën en verbindingen door aanvallen uit
de lucht. Systematisch vielen de gealli
eerde luchtstrijdkrachten het een na het
andere van Duitslands industrie-centra
aan en kwamen, zodra de schade weer
hersteld was, terug om nog meer bom
men af te werpen."
Moedige kerels.
Zeker is, dat de oorlog niet op 5 mei
1945 zou zijn geëindigd, indien de Engel
sen en Amerikanen het moreel, de kracht
en de middelen hadden gemist om de Duit
se industrie vanuit de lucht zo frequent te
ruïneren. Nu waren de Duitsers telkens ge
noodzaakt sterke eenheden voor de lucht
verdediging aan de fronten te onttrekken.
En anderzijds kwam er aan alles tenslotte
zoveel gebrek, dat men niet of zeer spora
disch in staat was materiaal en allerlei
noodzakelijke dingen naar de fronten te
sturen.
Wij dienen veel bewondering en respect
te hebben voor de bemanningen van de
Amerikaanse en Britse bommenwerpers.
Hun avonturen waren vaak hachelijk en
velen van hen keerden niet terug... Soms
gebeurde het dat binnen het uur wel 600
tot 700 van deze bekwame oorlogsvliegers
verloren gingen.
Het waren moedige kerels. Zij wisten van
geen wijken, zegt Churchill, en gaven nim
mer toe. Aan hun zelfopofferende toewij
ding hebben wij in niet geringe mate de
overwinning te danken.
ARIE VAN PAS.
KAATSHEUVEL (vervolg)
Was iets anders dan we gewoon zijn,
maar heus wel iets dat waardering
verdiende en dan ook spontaan
kreeg.
DE FAKIR BEZWEERT NIET
ALLEEN TULPEN, DOCH OOK
BEZOEKERS.
De vliegende Fakir in De Efteling
heeft reeds naam gemaakt. Na de
onthulling van dit nieuwe sprookje
en de goede pers, die daarover reeds
werd gegeven, is er weer een groei
ende belangstelling ontstaan voor
wat het Natuurpark te genieten
geeft. De inlichtingendienst kreeg
bij herhaling telefoontjes: Zeg, juf
frouw, kunt u me ook zeggen of het
nieuwe sprookje in werking is?
In een der enquête-brieven
schreef een bezoekster: We waren
niet dik bij kas, hebben onderweg
met de fiets door het slechte weer
logies moeten nemen, doch hebben
daarna nog ruim 100 km. gefietst
om „De Vliegende Fakir" te zien.
Wij hebben er geen spijt van, want
het is fantastisch.
Het is frappant, tussen de kijkers
staande, de bemerkingen te horen
die in bewondering geuit worden,
maar in één woord samengevat is
het: iets wat boven ieders verwach
ting uitgaat. We zien in verwachting
de reactie op dit nieuwe Efteling-
sprookje tegemoet.
VOLKSCONCERTEN.
Al had dan ook Pluvius na zijn
machtsvertoon van zaterdagmorgen
ogenschijnlijk z'n voldoening, heer
lijk zomeravond weer was het in de
verste verte nog niet toen St. J an de
kiosk op de Markt betrad om een
volksconcert, onder leiding van di
recteur Kuijten, te geven. Dat er
slechts een matige belangstelling
was, kunnen we dan nog gerust op
de debetrekening van de weergod
schrijven. De hoofdschotel van het
programma waren de concoursnum
mers waarmee St. Jan op 17 augus
tus a.s. in de afdeling Uitmuntend
heid van de R.K. Federatie hoopt
uit te komen. Het zijn „Kleine Blas-
orchester" een Suite van E. Fril
ling, Caesar en Cleopatra, een ou
verture van G. Boedijn en „Dorps-
dansen" van A. Gretry in een arr.
van Moerenhout. Er viel reeds zeer
veel goeds in deze composities te
beluisteren, doch concoursfahig mo
gen we de uitvoering nog niet noe
men. Nu zijn de laatste drie weken
voor een concoursvoorbereiding nog
een mooie tijd, doch St. Jan heeft
die dan nog nodig in goed bezochte
repetities, wil de harmonie zijn goe
de naam ook in deze afdeling, die
weer hogere eisen stelt, ook weer
eer aandoen. We weten wat St. Jan
kan, en weten nog beter wat een
directeur als de heer Kuijten in zijn
mars heeft. In samenwerking kan
hij het zeker klaren, doch dan me
dewerking van allen. Succes in de
komende weken!
Voor zondagavond had Pluvius
meer consideratie. Hij wist zich zelfs
te beheersen tot het einde van dit
zeer gewaardeerde concert, dat bij
dit stille weer, buitengesloten dan 't
lawaai der brommers, een unieke
avond beleefde. De B.B.A.-bussen
hadden hun stopplaats een weinig
verlegd, wat we ten zeerste mogen
appreciëren, doch de brommers ken
nen geen fatsoen en schijnen in de
mening te verkeren dat, behalve de
weg, ook de concertgelegenheid on
der hun geraasterrein valt.
Overigens een concert waarvoor
het publiek zeer grote waardering
had. Op de eerste plaats voor de
keuze der programma-nummers,
meer speciaal afgestemd op 'n volks
concert, waarin het publiek de lich
tere amusementsmuziek meer weet
te waarderen. Zo mogen we de Chi
cago, Jazz-ouverture van Ruelle, 'n
knal-nummer noemen voor 't jonge
volk; Le Roi s'amuse van Delibes
een compositie vol fijne variaties, de
„Klompendans" uit Zar und Zim-
mermann, in de bewerking van
Dreissen, een werkje dat het op elk
concert zal doen.
Het tweede gedeelte van 't pro
gramma mogen we betitelen met 'n
Drumband-concert. Leider v. Best
heeft eens laten horen wat hij met
zijn jongens heeft weten te berei
ken. Geen groot dondergeweld van
grote en kleine trommen, doch een
rhytme en nuancering, die impo
neert en een cadans bereikt of men
een harmonie hoort musiceren. En
het waren niet alleen marsen die de
Euphonia-drumband liet horen, ook
het walsrhytme mochten we in de
vele variatie-mogelijkheden, die tot
uitvoering kwamen, beluisteren, 't
(Zie vervolg laatste kolom).
DE NIEUWE SERIE 1958—1959 IS ER
PASSEND IN IEDER INTERIEUR
VRIJBLIJVEND OP PROEF
OP GEMAKKELIJKE BETALINGSCONDITIES
(Komt eens praten)
ALLEENVERKOOP VOOR KAATSHEUVEL
(en Omstreken)
Wij maken er U attent op, dat wij op dinsdag 29-7-"58
wegens familie-omstandigheden gesloten zijn. Dringende
storingen doorgeven aan: Mgr. Völkerstr. 16, Kaatsheuvel.
Dank je
Copyrighf P. I. B. Box 6 Copenhagen
BIM EN BAM EN DE VERLOREN Bim en Bam, ook diep bewogen,
HOND.
Kafferkoningin Bombasta
is haar lieve hondje kwijt.
Je ziet duidelijk op 't plaatje,
hoe het mens er onder lijdt.
bieden hier hun diensten aan,
om de hond terug te brengen,
die het bos is ingegaan.
En een lange rij saucijsjes
leggen ze nu langs het pad,
j dat die hond dezelfde morgen
i naar het bos genomen had.
i Spoedig komt hij op de lucht af
en, al etend, dichterbij,
j „Lieveling", zo roept Bombasta,
j „ben je daar? Wat ben ik blij!"
van
„DE ECHO VAN HET ZUIDEN"
door: Percy King
De rit duurde kort; voor een
huis op Bedford Place werd ge
stopt. De man met de zalvende
stem opende 't portier, verzocht
Ashworth, hem te volgen. Hij
liet de bezoeker in een helder,
bijna overdadig verlicht vertrek
en deelde mee, dat mr. Fritzjohn
binnen een paar minuten zou
verschijnen. Ashworth kortte de
tijd met het opnemen van zijn
omgeving; hij moest bekennen,
dat de inrichting in elk geval
smaakvol was. De meubelen wa
ren luxueus, zonder een zweem
van protserigheid; de schilde
rijen aan de wand vertegenwoor
digden een klein vermogen. Een
zwaar tapijt bedekte de vloer.
Hij bewonderde de schilderijen
nog, toen de deur openging en
de man binnentrad, die hij des
middags in gezelschap van Blan
che Whitlock had gezien. Het
was hem een ontgoocheling.
„Ga zitten," zei hij joviaal.
„Ik wachtte u. William!" Hij
klapte in de handen „Champag
ne! De drommel hale je, als ze
niet koud genoeg is!" Tot Ash
worth „Sigaren en sigaretten
vindt u op het tafeltje daar;
neem maar waar u trek in hebt.
Alles eerste kwaliteit. Niemand
kan van Buddy Fritzjohn zeg
gen, dat hij niet weet wat zijn
gasten toekomt." Hij maakte 'n
wuivend gebaar. Opnieuw viel
Ashworth de ring met de bloed
rode steen op.
„Ik zal met mijn oordeel
wachten tot ik Buddy Fritzjohn
ontmoet heb."
De ander lachte daverend.
„Hij is goed! Ik ben dus Buddy
Fritzjohn niet en u komt ver
tellen, wie ik dan wel ben!"
„Ik zag je vanmiddag in Ep
som met Blanche Whitlock. Als
jij Buddy Fritzjohn was, had je
het lef niet gehad, je in 't open
baar te vertonen. Iemand die
zich ophoudt met schriftverval
sing, chantage en de gemeenste
zwendel op renbanen, blijft bij
voorkeur achter de schermen."
„Zou je denken? Nu zet dan
je oren eens goed open. Bel de
politie. Ik tart haar, een schijn
van bewijs aan te voeren, dat ik
valsheid in geschrifte heb ge
pleegd. Chantage zei je? Wel,
van een stuk of wat lui weet ik
iets, dat ze niet graag aan de
grote klok gehangen zagen. Als
ik nu zo beleefd ben om te* zeg
gen: Ik hou me van de domme
als je afschuift, en ze schuiven
graag af pleeg ik dan chan
tage?"
„Een stuk of wat lui. Alle
maal kwamen ze toch niet over
de brug. Bijvoorbeeld Austin
Vallery."
„Bijvoorbeeld Austin Vallery,
juist. Wat je derde beschuldi
ging betreft, kan ik helpen, dat
ik zo stom geluk op wedrennen
heb?" Hij wachtte even, gaf de
bediende een wenk, de koelem
mer voor hem neer te zetten.
Daarna stond hij op liet de kurk
tegen 't plafond knallen, schonk
in en ledigde zijn glas in een
teug. Ashworth zette 't zijne,
zonder er van te drinken, op ta
fel. „De paardenrennen, hè? Jij
bent het knechtje van de „Gen
tlemen Races Association". Ik
ga er een organisatie tegenover
stellen, de „Traniers Jockeys
Association". Geen eigenaars
er in. Trainers en jockeys heb
ben evengoed hun rechten. Maar
ze zijn niet georganiseerd. Wor
den ze geschorst of weggetrapt,
wel, dan moeten ze het nemen.
Er staat geen beroep voor ze
open.Daar zal ik verandering in
brengen door een stevige vak
vereniging te stichten, snap je?"
Ashworth knikte en trok
langzaam aan zijn sigaret. „Ik
snap 't. Waarom stel je speci
aal mij met je plannen in ken
nis?"
„Omdat je me gerecomman
deerd bent door een vriendin,
Blanche Whitlock. Je kent haar
ook. Ras-actrice. Ze willen haar
in een hoek drukken 't zal niet
gaan. Ik geef haar een eigen
schouwburg. Financier de hele
mik-mak. Zo is Buddy Fritz
john, Wat hij doet, doet hij
goed."
„Ik heb Miss Whitlock niet
gevraagd, mijn belangen bij wie
ook te bepleiten. En wel aller
minst bij een Buddy Fritzjohn.
Zeg dat je baas."
„Blanche noemt je een gladde
advocaat. Zoeen heb ik nodig.
Wordt je wijzer van dat detec
tive spelen? Of van de armzali
ge grijp,stuiver, die de „Gentle
men Races Association" je toe
gooit? Bij mij kun je geld als
water verdienen. Je zet mijn^ or
ganisatie op touw en springt in
de bres voor trainers en joc
keys, als ze in moeilijkheden
geraken."
„Zo. Is dat 't eieren eten?"
Ashworth nam zijn hoed en
stond op.
„Nu hoe denk je er over?"
„Ik zie er niets in," zei Ash
worth effen.
„Hè?" De gastheer schonk
zich opnieuw in. „Je bent toch
wel goed snik hè?"
„Dat gaat tamelijk, dank je.
Ik ben niet te vinden voor
zwendel. Nu weet je het."
„Zo. Is 't dat?"
„Dat is 't," knikte Ashworth.
„Wat voor een zwendel zit in
een organisatie van trainers en
jockeys?"
„Je baas wil er het vuilste
zaakje van maken, dat ooit in
elkaar gezet is."
„Wacht eens even! Jouw..."
„Wacht jij maar. Jij hebt ge
zegd wat je op je hart had. Nu
ik. Geen trainer, geen jockey
met een greintje eergevoel gaat
in een organisatie, door een
schoft als Buddy Fritzjohn op
gezet. Jullie willen, haar voor je
zelf lonend maken, door trai
ners en jockeys te dwingen,
precies datgene te doen, wat
jullie voorschrijven. Dat wil
zeggen: smerigheden uit te ha
len zodat paarden winnen, die
volgens iedereen kansloos zijn.
Vrouwen als Blanche Whitlock
zijn jullie handlangsters; zij ani
meren haar vrienden, dikke
weddenschappen op valse tips
aan te gaan. Weigeren fatsoen
lijke jockeys mee te doen, dan
zetten jullie ze de pen op de
neus of ze krijgen een onge
luk."
,Kijk eens aan!" De ander
lachte geforceerd. „Heb jij 't op
die manier uitgekiend! Wel wel.
Zijn trekken verhardden zich.
Nog nooit heeft iemand er ple
zier van beleefd, dat hij Buddy
Fritzjohn in de wielen reed."
„Voor dreigementen ga ik
niet opzij."
„Je weet wat met Susan Hoo
ver gebeurde, niet?"
„Ik ben bezig dat uit te zoe
ken."
Ja? Wel, ik merk dat je nog
veel groter stommerd ben, dan
ik eerst van je dacht!"
(Wordt vervolgd)