O.O.G. viert 7e lustrum met „hartverwarmende durf" WAALWIJK De Vluchteling VAN LANSCHOT BANKBOEKJES Als tweede amateur-toneelvereniging in ons land voor het voetlicht met Arthur Miller's grootse en kostbare stuk „OE VUURPROEF" Feu i I leton 2 DE ECHO VAN HET ZUIDEN VAN MAANDAG 12 JANUARI 1959 2 Wanneer de Engelsman het heeft over „Dutch courage", dan bedoelt hij daarmee helaas niet, dat de moed van de Hollander als voorbeeld mag gelden voor alle Jan Salies waar ook ter wereld, want deze Engelse uit drukking betekent zoveel als „jene vermoed" en is als zodanig dus niet bijster vleiend voor ons. Hoe de Engelsen aan het verband tussen jenever, moed en Hollander gekomen zijn, is niet recht duidelijk, maar waarschnijlijk zit er wel een flink brok rancune achter uit de da gen, toen Michiel Adriaanszoon (op zijn nuchtere maag) de Theems op voer om de Britten in eigen huis voor de broek te komen. In hun spijt en schaamte hierover zullen de toenma lige zelfverzekerde Engelsen hebben gedacht, dat men voor een dergelijk stout stukje toch wel een flinke bor rel achter de tanden moest hebben. Vandaar dit geringschattende taai monumentje, waarin dan Holland's roem en Albion's nederlaag voor de historiekenner op zonderlinge wijze zijn vereeuwigd. Eenzelfde „Dutch courage" zullen toneelkenners misschien O.O.G. toe schrijven wanneer zij vernemen, dat deze amateur-toneelvereniging van plan is „De Vuurproef" van Arthur Miller voor het voetlicht te brengen, want wie Miller wil spelen, moet wel het een en ander van toneel weten en een welgevulde artistieke ransel met zich dragen. Wij zouden het - O(ns) Onder ling G(enoegen) kennende - anders willen stellen. Deze thans 35-jarige toneelvereniging schuwt de jenever niet, verre vandaar, maar daarnaast en geheel onafhankelijk daarvan be zit zij moed. „Dutch courage" zou haar ongetwijfeld reeds vele jaren terug aan een voortijdig en vrij roem loos einde hebben gebracht. De moed van O.O.G. is die van de man, die een risico durft nemen, maar die daarnaast zich volledig bewust is van zijn eigen kracht; de moed van de sterke, die weet wat hij wil en die er daarom in slaagt altijd te winnen. GEBOORTEGESCHENK. De O.O.G.-ers hebben deze moed altijd bezeten, hij was een kostbaar geboortegeschenk van de godin die in Plankenland heerst en welke een voorwaarde is voor een succesvolle dienstbaarheid. Van de aanvang af heeft O.O.G. haar pijlen hoog gericht. Weliswaar viel er kort na de oprichting in 1924 een inzinking te constateren, maar daaruit kwam men alleen maar ster ker te voorschijn. In de competitie van de r.k. Toneelbond werd steeds het afdelingskampioenschap behaald en eens bereikte men de drempel van het landskampioenschap. Toch kwam dat landskampioenschap er en wel in het seizoen 1934 - 1935, toen O. O. G. temidden van 73 andere vereni gingen de begeerde titel greep met 't stuk: „Heb ik mijn kind gedood?"- Op dit niveau is de vereniging eigenlijk steeds doorgegaan en oogst te met vele briljante opvoeringen glanzende successen. Het heeft wei nig zin om alle stukken de revue te laten passeren, waarin O.O.G. van haar opmerkelijke en zorgvuldig op peil gehouden capaciteiten heeft blijk gegeven. Het zijn er zeer vele en elk stuk heeft onder het talrijke en brede publiek van O.O.G. zo zijn eigen be wonderaars. Het heeft ook niet veel nut om lang bij deze vijfendertig jaar amateur-to neelleven stil te staan, want tenslotte moeten we vooruit en niet achteruit. Maar wel mogen we hier onderstre pen, dat dit 7e lustrum van O.O.G. getuigt van een grote vitaliteit en een sterke verenigingsgeest. Amateur-to neelverenigingen hebben meestal niet de lange adem van bijv. amateur voetbalverenigingen, omdat het to neelleven zoveel kwetsbaarder is, vooral in deze tijd van ingeblikt su per-amusement via radio, bioscoop en televisie. KRACHT- EN VUURPROEF. Nu uitvoeringen van het beroeps toneel voor het grijpen liggen in de huiskamer of vlak naast de deur, wordt het voor de amateur-toneelver enigingen steeds moeilijker om met twee of hoogstens drie uitvoeringen per jaar zoveel belangstelling te trek ken, dat men financieel rond kan ko men. De meeste verenigingen halen dat niet en moeten met kunst en vlieg werk op de been gehouden worden, waarbij de provinciale en gemeente lijke overheden een prijzenswaardig handje helpen. Het gevolg is, dat er nogal een groot verloop is in het aan tal anateur-toneelverenigingen in ons land. Telkens weer probeert men het opnieuw, maar als men het moet stellen met schaars gevulde zalen of met alleen maar de belangstelling van de honoraire leden, dan ligt na enkele jaren toch wel heel vaak de laatste adem achter de coulissen. Het is daarom niet minder dan een krachtproef, dat O.O.G. het niet alleen klaargespeeld heeft zich 35 jaar op voortreffelijkamateurniveau te handhaven, maar vooral dat zij dit 7e lustrum gaat vieren met een stuk als „De Vuurproef" van Arthur Mil ler, een even kostbaar als moeilijk stuk voor een amateurvereniging. Er is niet alleen financiële, maar vooral ook artistieke moed voor no dig om te trachten dit emotionele brok Amerikaanse historie tot leven te brengen. Arthur Miller (echtgenoot van de filmster Marylin Monroe, waarmee zijn schrijverskwaliteiten overigens niet onderstreept worden) is een to neelschrijver bij de gratie Gods, wel licht de grootste die Amerika momen teel bezit. Zijn stukken kenmerken zich door een grote dramatische kracht, die zij ontlenen aan de recht op de kern van de zaak afgaande taal van Miller. Zijn intriges noch zijn teksten zijn ook maar ergens goedkoop, zodat men zijn stukken niet en passant kan genieten als een stuiversamusement. Miller eist de volle aandacht en hij krijgt die ook van de toehoorder die bereid is die aandacht te geven. Het is een gelukkige omstandig heid, dat het Waalwijkse toneelpu bliek niet geheel onbekend is met Miller, want zes pjaar geleden bracht O.O.G. zijn sublieme stuk: „De dood van een handelsreiziger", dat in Mu sis Sacrum ook door het beroepsto neel werd gebracht. Voor de toneel liefhebbers is deze Miller ongetwij feld een hoogtepunt geweest in het tineelseizoen, zoals deze uitvoering ook een climax was in de toneelhis torie van O.O.G. dank zij vooral de briljante creatie van Jan van Delft. Deze zelfde en toch weer een ge heel andere Miller ontmoeten we in „De Vuurproef", een stuk dat zich in het jaar 1692 afspeelt in de Ame rikaanse staat Masschusetts, waar de beruchte heksenprocessen in die da gen vele onschuldigen aan de galg brachten. Op dit fundament van his torische gegevens stitueert Miller zijn figuren (twintig in getal) en laat ons zien hoe zij meegesleept worden en reageren op deze heksenjacht, die als een hysterische gesel over de land streek ging. Miller weet zijn conflicten zó on gelooflijk knap en scherp te stellen, dat het geen verwondering wekt, dat hij zich met drie stukken aan de top van de hedendaagse toneelschrijvers plaatste. HARTVERWARMENDE DURF. Met deze kracht- en vuurproef grijpt O.O.G. zeer hoog, hoe hoog mag blijken uit het feit, dat na de Utrechtse Studentenvereniging O. O. G. de eerste amateur-toneelvereniging in ons land is, die zich aan dit stuk durft wagen. In „Ons Toneel" (het maandblad voor het amateurstoneel) schrijft Ben Bakema onder meer „In dit toneelseizoen zal het vijf en dertig jaar geleden zijn dat de Waalwijkse vereniging OOG voor het eerst een stuk voor het voetlicht bracht. Voor haar lustrumuitvoering heeft OOG zijn keuze laten vallen op Arthur Miller's „De Vuurproef" (Heksenjacht). Het getuigt van hartverwarmende durf, dat OOG dit moeilijke, bewer kelijke stuk op het repertoire heeft genomen. Moge de belangstelling van het Waalwijkse publiek gelijke tred houden met de vele inspanningen en de zeer hoge kosten, die men zich moet getroosten om van „De Vuur proef" een waardig lustrumspel te maken." Wij willen dit citaat gaarne voor honderd procent onderschrijven. De ze lustrumuitvoering van O.O.G. ver dient de hoogste waardering en de hoogste belangstelling en wij hopen dan ook van harte dat de belangstel ling van het Waalwijkse publiek a.s. zaterdag en zondag in De Gecroonde Leersse, ten volle zal beantwoorden aan de verwachtingen van de mensen, die hun vrije tijd hebben beschikbaar gesteld om deze enorme taak tot een goed einde te brengen. Belangstellenden willen wij er op wijzen, dat in verband met de lengte van het stuk het aanvangstijdstip een half uur is vervroegd en is bepaald op half acht. Hieraan zal stipt de hand worden gehouden. En hopelijk is het ook een beetje rustig in de aangrenzende caféruimte. Tijdens 'n toneeluitvoering heeft niemand be hoefte aan Willy Alberti of de Selve- ra's, die mensen kunnen voor het zelfde geld een beetje zachter zingen. O.O.G. van harte proficiat en een in het vuur geharde kroon op deze 35 jaar van voortreffelijk toneelle ven! 13 DONORS ONTVINGEN LANDSTEINER-PENNING. Donderdagavond werd in de raad zaal van het gemeentehuis de Land- steiner penning uitgereikt aan een 13-tal donors van de Bloedtransfu siedienst van het Ned. Rode Kruis. Deze korte plechtigheid werd ge opend door de afdelingsvoorzitter van het Rode Kruis, notaris H. J. G. M. Peters, die in zijn toespraak memo reerde, dat onlangs de honderddui zendste Landsteiner-penning werd uitgereikt, een onderscheiding die ten Geen koersrisico. Si 31- Gemakkelijk beschikbaar. geven rente Geen kosten. Storten en opnemen kunt V aan onze kasmaar ook zeer eenvoudig via de giro. Vraag - telefonisch, schrif telijk of aan onze kas - de folder „Bankboekjes". BANKIERS 's-Hertogenbosch, Hoge Steenweg 27-31, Telefoon 8851 Eindhoven, Keizersgracht 17, Telefoon 27442' Tilburg, Stationstraat 17, (toekomstig adres). LB 114 van „DE ECHO VAN HET ZUIDEN" van Cayenne Door Ottwell Binns. 39) „O neen," antwoordde Sandy snel. „Je moet je geen dwaze ge dachten in het hoofd halen, kind. Geen man die ogen in zijn hoofd heeft om je te kunnen zien, zal jou ooit kunnen haten." „Maar door de schuld van mijn vader is hij in die vreselijke ge vangenis terecht gekomen „En door jou toedoen zou hij er uit gekomen zijn, als hij er zelf niet eerder in geslaagd was. Dat is het enige waar hij aan zal denken, als ik het hem verteld heb en niet dat je de dochter van Henri de Faramond bent. Maar, als je 't goedvindt, zullen we de zaak voorlopig voor hem ver borgen houden. Als hij genezen is, als het tenminste ooit zo ver komt..." „O, maar dat moet, Het zou te erg zijn, als hij nu stierf!" „Wees maar niet bang. Een man die twee jaren in die hel heeft kunnen leven, zal zo'n beetje koorts ook wel te boven kom. yis we ver genoeg van die schurken verwijderd zijn, zullen we weer een kamp opslaan, waar we zullen blijven tot hij geheel genezen is. Maar zoals ik reeds zei, we moeten zorgen dat jouw identiteit voor hem verborgen blijft, daar hij er anders de hele tijd over zou gaan liggen pieke ren. Jij blijft voorlopig Mimi, zonder meer, wat meer dan voldoende is voor ieder, die je aan mag kijken, lijkt me." „Mijnheer Sandy, ik zal niets liever doen, dan zoals u voorstel de. Het is werkelijk het beste wat we kunnen doen." „Het beste voor jullie beiden... O, dat lamnie ding!" Deze verstoorde uitroep werd veroorzaakt doordat hij in de drukte van het praten niet vol doende uitgekeken had, en zo doende terecht was gekomen in een warnet van takken, de kroon van een half onder water drij vende boom. Enige ogenblikken dreef de cano stuurloos op de takken met de stroom mee, tot Sandy er na veel moeite in slaag de, de boot weer in vrij water te krijgen. „Dat was op het kantje af," meende hij, toen ze weer verder gingen. „Het is maar gelukkig, dat de rivier niet meer zo woest is als gisteravond, want anders hadden we waarschijnlijk naar de wal moeten zwemmen.' Zorgvuldig hield hij verder z'n aandacht op het water gevestigd, tot hij een halve mijl verder een smal riviertje ontdekte, half ver borgen achter overhangend ge boomte. Nadenkend nam hij het stroompje in zich op. De natuur lijke maskering was zo goed, dat iemand, die in grote haast hier langs kwam, er zeer waarschijn lijk voorbij zou varen zonder het op te merken. Het leek hem een heel geschikte gelegenheid om zijn vervolgers het spoor bijster te maken. „Ik geloof dat we hier maar in zullen draaien," sprak hij. „Het ziet er veilig uit en als die Pedro en André terug komen en het in hun hoofd halen ons te achter volgen, hebben we veel kans, dat zij dit stroompje over het hoofd zien." Er was veel overleg en stuur manskunst voor nodig, de cano in 't zijriviertje te krijgen, maar na enige pogingen lukte het en schoot het bootje een smalle stroom op, geheel overschaduwd door het geboomte, dat een wel kome bescherming vormde voor de zonnestralen. De nu op veel kortere afstand voorbijschuivende oevers boden een prachtig panorama. Nu eens werd het oog getrokken door een meterhoog mierennest, dan weer door een reusachtig web van 'n vleesetende spin. Een enkele keer zagen ze het schijnbaar dode li chaam van een giftige slang van een tak neerhangen, slechts van de lianen te onderscheiden door zijn schitterende ogen. Felge kleurde vogels vlogen over het water, dat hun prachtige tinten tot in de kleinste bijzonderheden weerspiegelde. Hier en daar, waar de zon door het bladerdek heenbrak, schitterde een orchi dee in de felste kleuren, of vul den de bloesems van een in bloei staande boom de lucht met hun bedwelmende geuren. Uren lang roeide Sandy onaf gebroken voort, tot zij ten laatste een plek bereikten waar het ri viertje zich een weinig verbreed de tot een moerassig, meertje, omzoomd door reusachtige bo- deel valt aan hen, die tenminste vijf maal hun bloed voor de evenmens beschikbaar stelden. Burgemeester Teijssen, die de uit reiking van deze onderscheidingen verrichtte, zei hierover zeer verheugd te zijn, omdat er uit blijkt, dat de Waalwijkse afdeling van het Rode Kruis op dit punt een grote mede werking ondervindt. Het werk van naastenliefde van het Rode Kruis heeft begrip en erkenning gevonden bij de donors, die dit werk hebben weten te dragen 'en te schragen door vijfmaal hun bloed beschikbaar te stellen. De burgemeester onder streepte, dat de uitreiking van deze penning met bijbehorend certificaat niet gezien moest worden als een for maliteit. „Telkens weer", aldus bur gemeester Teijssen, „moet een beroep gedaan worden om mensen in nood te helpen. Het bieden van deze hulp is een wezenskenmerk van het Neder landse volk en tegen die achtergrond wil ik uw bereidvaardigheid zien. Door het beschikbaar stellen van uw bloed hebt gij blijk gegeven van een grote naastenliefde en gemeenschaps zin en ik betuig u dan ook mijn er kentelijkheid voor hetgeen gij in deze hebt gedaan." Om aan de uitreiking van deze onderscheidingen meer ca chet te geven had het gemeentebe stuur gaarne de raadzaal beschikbaar gesteld, maar tevens ook om aan de donors dank te betuigen aldus de burgemeester, die verder de hoop uitsprak, dat het voorbeeld van deze donors anderen zal imponeren en sti muleren, zodat nog meer donors zich bij de Bloedtransfusiedienst zullen aansluiten. Door de jaren heen heeft de Waalwijkse afdeling bewezen van grote betekenis te zijn voor plaats en streek en vooral de Bloedtransfu siedienst heeft het Rode Kruis in aanzien doen stijgen en bemind ge maakt. Tenslotte wenste burgemees ter Teijssen de afdeling geluk en hoopte, dat dit zegenrijke werk op vruchtbare wijze en tot heil van ve len zal kunnen worden voortgezet. Vervolgens reikte hij de Land steiner-penning uit aan mej. L. Ver hagen (die reeds 10 maal bloed af stond), mej. A. v. d. Houdt en aan de heren F. J. Berkelmans, J. W. Bieze, M. v. Bracht, E. van Duin, J. Hakkenberg van Gaasbeek, J. Lom- barts, J. J. Oosterbaan, A. Remie, H. Remigius, A. de Rooij en J. A. M. Dekkers. „DRUIVEN DER GRAMSCHAP" SOBER EN BOEIEND FILMWERK. Het Kunstkringprogramma bracht donderdagavond de verfilming van John Steinbeck's beroemde roman „Druiven der gramschap", een film versie die tijdens de oorlogsjaren on der de regie van John Ford in Ame rika werd vervaardigd. Het verfilmen van een roman, en vooral van een beroemde roman, is altijd weer een hachelijke onderneming, omdat in de film de groei en het ritme van het verhaal zo geheel anders gestalte moeten krijgen dan in het boek. In haar directe visualiteit mag de film dan ogenschijnlijk meer mogelijkhe den bieden, zij vervalt daardoor ook gemakkelijker tot een beeldverhaal, tot een facade, waarachter de in woorden opgeroepen sfeer en span ningen geen vorm krijgen. De film moet naar geheel andere middelen zoeken om de continuïteit, de pro gressie en het wezen van het boek tot gelding te brengen. Het beeld is lang niet altijd congruent met het woord en een woordelijke milieu schildering laat zich niet altijd over dragen in het vlakke beeld. In zijn film heeft Ford dan ook niet de hoogten en diepten gehaald, die Steinbeck in woorden heeft ge schapen, maar toch mag men Ford's prestatie als voortreffelijk kwalifi ceren. Evenals het boek is ook de film een aangrijpende aanklacht ge worden tegen de uitbuiting van men selijke arbeidskracht en het onteren van de menselijke waardigheid, zoals die in het begin van de dertiger jaren in het Westen van Amerika plaats had. Ford is met eerbied, omzichtig heid en kennis van zaken tewerk ge gaan en heeft een film vervaardigd, waarin het boek op sterke, sobere, boeiende en waardige wijze gestalte heeft gekregen. Een film, die nog lang in de herinnering levend blijft. Het voorprogramma bracht een Deens filmpje uit de begintijd der ex perimentelen. We zijn al zo ver trouwd met de meest zonderlinge ex perimenten, dat dit „Fluchten" ons nauwelijks nog als experiment aan doet. De belangstelling was weer eens aan de zeer slappe kant. GILDE ST. CRISPIJN EN CRISPI- NIANUS ORGANISEERT GROOT NATIONAAL CONCOURS. Het Besoijense gilde St. Crispijn en Crispinianus zal op 15 en 16 aug. van dit jaar een groot nationaal con cours organiseren, aldus werd dezer dagen in een vergadering van het gilde besloten. CHR. HIST. KIESVERENIGING - «eau» „NEDERLAND EN ORANJE" WAALWIJK. Vrijdagavond a.s. komt deze kies vereniging in ledenvergadering bij een ter bespreking van de groslijst der candidaten voor de 2de Kamer. Tevens worden dan afgevaardigden aangewezen voor de te houden groepsvergadering te Breda op za terdag 17 januari a.s. Een punt van bespreking zal verder uitmaken de te voeren propaganda voor de ko mende verkiezing en de dekking van de daaraan verbonden kosten, die ook niet gering zijn. men. Een aantal kaaimannen baadde zich langs de oever in de zonneschijn. Het meisje rilde van afschuw, en Sandy Muir zei een voudig „Niet geschikt om kamp te maken. Die dieren mochten eens trek hebben." De rivier splitste zich hier in tweeën. Na enig aarzelen koos de Schot de breedste van de twee en vervolgde de tocht met het plan, zo spoedig mogelijk een kamp plaats te zoeken. Het duurde echter lang eer zich een geschikte plaats voor deed. Over een afstand van mij len bleven de oevers moerassig en daarna bleek het geboomte zo overwoekerd te zijn met taaie li anen, dat het onbegonnen werk was, te trachten zich hier een plek vrij te maken. Vervolgens bereikten zij een rotsachtig ge bied, waar de rivier zich ver nauwde tot een stroomversnel ling, gelukkig evenwel met aan één kant een zandige oever. San dy ging hier aan land en kapte zich een stevige paal, waarmee hij de boot door het woelige wa ter begon te bomen. Zonder ongelukken werd de stroomversnelling gepasseerd, waarachter echter de oevers zich zo steil uit het water verhieven, dat ook hier het landen onmoge lijk bleek. Eerst laat in de mid dag, toen het reeds duister begon te worden onder de bomen, werd het woud een weinig minder dicht, en bood een geschikte plaats. Met een zucht van ver lichting stuurde Sandy zijn cano naar de oever en ging aan wal het vaartuig omhoog slepend tot buiten het water. Ook het meisje wilde aan wal springen, maar de Schot beval haar, nog even in de cano te blij ven. Zorgvuldig speurde hij de grond af naar mogelijk aanwezi ge slangen of ander kruipend on gedierte en toen hij op dit punt gerustgesteld was, begon hij met zijn bijl het struikgewas weg te kappen. In korte tijd had hij een kleine kampplaats schoonge- hakt. Hij vond hout dat geschikt was om vuur mee aan te maken en toen hij het goed brandend had, wierp hij er een armvol groene takken op, om door de dikke rook, die hierdoor veroor zaakt werd, de zwermen gevleu gelde kwelgeesten te verdrijven, die zich reeds vol hoop op een goede avond verzameld hadden. (Wordt vervolgd) 4% FIRMA I

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1959 | | pagina 2