Waalwijkse en Langstraatse Courani EENZAAM MAAR NIET ALLEEN Ruimere kredietverlening aan middenstand noodzakelijk GEW. ARBEIDSBUREAU Waalwijk MAANDAG 9 FEBRUARI 1959 82e JAARGANG No. 12 Wilhelmina en Christus H Onze dagen zijn vol van het spre ken over de rechten van de mens. Te wijzen op ons aller plichten, is vrij wel ouderwets geworden. De organi satie van de Verenigde Naties is ge fundeerd op de verklaring van de rechten van de mens en het afkon digen van deze verklaring werd nog onlangs allerwege plechtig herdacht. Thans is echter een boek van de pers gekomen, dat weinig of niet spreekt over de rechten van de mens, maar veel, heel veel, over de rechten van Christus. De titel van het boek „Eenzaam maar niet alleen", zou in het eerste woord nog de aandacht op de mens Wilhelmina kunnen vesti gen, maar doet in de laatste twee woorden alle aandacht geheel van zichzelf af trekken, om heen te wij zen naar Diegene, Die de Bron van kracht, de enige, fundamentele en allesbeheersende, in heel haar ko ninklijk leven is geweest. Het boek van prinses Wilhelmina is geen standbeeld geworden van een der meest begaafde oranjevorsten, welke ons land heeft gekend, maar een monument van Gods grote daden aan land, volk en koningin bewezen. Een zelf getuigenis. „Men verwachte niet, dat dit ge schrift een politiek of historisch re laas of een autobiografie zal bieden." „Wat hier aan de orde is, is het door God geleid zijn van ons volk, in ver leden, heden en toekomst". Aldus het zelf getuigenis van prinses Wil helmina in de inleiding van haar boek. Het werk is opgedragen „aan de Vader der Vaderlands en aan mijn dochter koningin Juliana". Aan prins Willem van Oranje weer niet om zijns zelfs wil, maar „om wat hij deed als dienaar van God en land". En aan koningin Juliana als „naamgenote van de moeder van de grondlegger van onze onafhankelijkheid, die in haar zoon die eigenschappen heeft aangekweekt, die hem ondanks zijn staatkundige en politieke opleiding het heldere inzicht gaven in de vaak troebele en onzuivere drijfveren en overwegingen van dit bedrijf. Zo dat hij eens en vooral deze verwierp en afzwoer, om alleen de stem van zijn geweten te volgen, bij alle beslis singen die hij nam, en zich niet te laten leiden door mensen en hun overwegingen, maar door God al leen". oorlog. Koningin Wilhelmina maakte zich bepaald bezorgd. Maar „Achteraf besef ik zeer goed, dat mijn ernstige bezorgdheid voor de mensen misplaatst was en dat ik deze gehele zaak in geloof en overgave aan God had moeten overlaten. Dit leerde ik eerst later". Weer: het pro gram! „De grote verdieping". Tussen de beide wereldoorlogen is er een grote verdieping in het leven eerst van prins Hendrik en toen ook in dat van zijn koninklijke gade ge komen. „Waar Hendrik ook kwam, is hij in de liefde voor de naaste het voorbeeld van zijn Meester getrouw' gevolgd". Na „de grote ommekeer" in prins Hendriks leven „werd het helpen van anderen het doel van zijn leven. Hij troostte en steunde gees telijk allen, die op zijn levensweg kwamen en effende voor hen de weg door Christus naar God.' Dit liet niet na op koningin Wil helmina grote indruk te maken. „Waar ik van zo nabij getuige was van een wonder, door Hem verricht aan Wien ik mij had toevertrouwd, zag ik van toen aan Christus in een geheel nieuw licht; dat van Zijn al omvattende macht en grootheid; als de enige Bron waaruit al het goede voortkomt." Van een tweede beslissende bete kenis was voor de schrijfster het le zen van het geschrift „Keur uit de toespraken van de Sadhu Soendar Singh"Er ontwaakte iets „dat bijna sterker ivas dan ik zelf een verlan gen mij aan het werk voor Christus en Zijn mensheid geheel te kunnen geven. Dit verlangen heb ik steeds diep in mijn hart omgedragen, maar zolang mijn regeeriaak beslag op mij legde, kon dit nimmer geheel worden vervuld. Eerst daarna ben ik in deze volkomen vrij geweest." Gezegend einde. Dan volgt een beschrijving van de gebeurtenissen tijdens de tweede we reldoorlog, het verblijf in Londen, de reizen naar Canada en Amerika, de toespraken tot het Nederlandse volk, het verzet enz. Maar ook bij de be schrijving hiervan blijft de prinses trouw aan haar meergenoemd pro gram. „Geen ogenblik stond ik mij zelf toe mij een voorstelling te ma ken van wat er aan noodlottigs zou gebeuren, indien twijfel of ongeloof mijn hart zouden binnensluipen. Hem, Die mij daarvoor behoedde en zodoende het ergste wat een mens treffen kan, heeft voorkomen, zij daarvoor lof en dank." De heerlijke bevrijding komt en de schrijfster van „Eenzaam, maar niet alleen" eindigt met het hoofdstuk „Wachtte mij nog een taak" Na al het voorafgaande kan de be antwoording van deze vraag noch voor de koninklijke auteur noch voor de lezer meer een probleem vormen. Het boek eindigt met de woorden „Ik bid, dat Christus' blijdschap over Zijn hele mensheid kome en haar blijdschap in Hem vervuld worde. Hij staat aan de deur van haar hart en klopt. Indien zij Zijn stem hoort en de deur open doet, zal Hij tot haar ingaan." In „Eenzaam, maar niet alleen" heeft prinses Wilhelmina aan ons land en volk - moge het zijn aan heel de wereld - een kostelijk en kostbaar boek geschonken. Over de verzorging ervan door uitgeverij W. ten Have niets dan lof. (Nadruk verboden) Program. „In zoverre ik daarin tijdens mijn regering betrokken was, wil ik in dit boek Zijn (Gods) bestel over mijn le ven trachten te beschrijven. In die i Leiding lag in zijn diepste grond de band tussen ons volk en mij. De ver- j bondenheid tussen het Nederlandse volk en de Vader des Vaderlands en ook mij, vindt in diepste wezen haar oorsprong in gemeenschappelijk ver trouwen in, en in een openstaan voor die Leiding, die ons leven tot zijn bestemming brengt." Dit is het pro gram, dat prinses Wilhelmina in de inleiding van haar boek aan ons be kend maakt. En ieder die het werk leest, zal dus al hetgeen in de 451 pagina's druks staat vermeld in dat licht hebben te bezien. Welnu, aan dit program heeft de koninklijke schrijfster zich volledig gehouden. Met een paar voorbeelden willen wij dit illustreren. In het hoofdstuk „Mijn jeugdjaren" wordt gesproken over het door de jonge Wilhelmina genoten onderwijs. De geest van die tijd wordt dan als volgt beschreven „De rede had het laat ste woord en in laatste instantie stond men in een houding van negatie te genover God en het geloof in Hem." En dan schrijft de prinses „Kwam bij mijn onderwijs Gods Leiding (bij voorbeeld in de geschiedenis) of Gods Almacht voor mij in het gedrang, dan deed dit mij pijn en nam ik het niet en stelde mij innerlijk te weer. Dit heeft grote invloed gehad op mijn vorming." In goede en kwade dagen. Over haar catechetisch onderwijs schrijft prinses Wilhelmina: „Hem, op Wie het tenslotte in een mensen leven aankomt, was beslist niet de plaats en de aandacht gegeven die Hem toekomt. Later, toen de Grote Onbekende voor mij de Grote Beken de werd, heeft Hij Zelf die leegte, die geestelijke armoede, omgezet in een rijke Volheid, ja meer nog toen ik op rijpe leeftijd was gekomen, gaf Hij mij te verstaan, dat Hij en God Een en Dezelfde is.' En verder „De lezer beseffe, dat deze gedachte dit boek beheerst." Hoe teer schrijft de prinses over haar vader en moeder, hoe volkomen onopgesmukt over haar eigen jeugd jaren, haar huwelijk met prins Hen drik, de geboorte van prinses Juliana enz. enz. Dan komt de eerste wereld- Binnenland PRINS IN CHILI. Prins Bernhard heeft woensdag een beleefdheidsbezoek gebracht aan de Chileense president Jorge Alessan- dri. Het bezoek duurde twintig mi nuten. Omtrent de inhoud van de be sprekingen werd niets bekend ge maakt. Na zijn bezoek keerde prins Bernhard terug naar de badplaats Vina del Mar, waar hij een interna tionaal concours hippique bijwoonde. 127.843 WERKLOZEN IN NEDERLAND. Naar het ministerie van sociale zaken en volksgezondheid meedeelt is de stijging in januari van de gere gistreerde arbeidsreserve van Seizoenmatige werkloosheidsstijging beïnvloedt werkgelegenheid. Een seizoenmatige werkloosheids stijging i9 oorzaak dat de cijfers ten aanzien van de werkgelegenheid in het gewest en in de diverse rayons van het Gew. Arbeidsbureau Waal wijk niet zo gunstig zijn als in de af gelopen maand. Omdat het hier ech ter een zuiver seizoenmatige stijging betreft, mag men aan de vermeerde ring van de werkloosheid in geen en kel opzicht een verontrustend karak ter toekennen. De stijging in de werkloosheid in de maand januari beperkte zich vrij wel geheel tot de bouwnijverheid. De geregistreerde werkloosheid steeg hier van 290 in dec. tot 341 einde jan. In de diverse rayons verliep de ze stijging als volgt Waalwijk 11- 34, Dongen 25-40 en Almkerk 254- 267. In de schoen- en lederindustrie bleef het gewestelijk werkloosheids cijfer vrijwel gelijk: 27 in dec. en 26 in jan.; de metaalnijverheid steeg een weinig (29-34); de landbouw daalde aanzienlijk van 73 naar 38, hetgeen zijn oorzaak vindt in een ver ruiming in de werkgelegenheid in dc griend- en rietbedrijven in het rayon Almkerk. In de overige, niet gecate goriseerde bedrijfstakken slecg de werkloosheid van 189 tot 219. De totale werkloosheid inclusief de ar beiders op de aanvullende werken bedroeg einde januari 812 (730 in dec.); voor dc diverse rayons bedroe gen deze cijfers: Waaldijk 1G1 (118), Dongen 122 (97) en Almkerk 520 (515). Opvallend en verheug.nd is echter wel dat deze cijfers lager lig gen dan einde januari 1958, toen de totale werkloosheid inclusief aan vullende werken het vo'gende bcc'd te zien gaf: Gewest 954, Waalwijk 218, Dongen 108 en Almkerk 628. In het totale beeld van de werkgele genheid is in vergelijking met begin 1958 duidelijk een verbeterende ten dens merkbaar, die zich, naar men verwacht, in de komende maanden zal voortzetten. Deze seizoenmatige stijging van 't werkloosheidscijfer heeft zich over het gehele land doen voelen, zij het dan ook dat de omvang in Brabant het sterkst is. Dientengevolge zijn ook de pro millagecijfers hoger dan einde december 1958, n.l. Rijk 39 (dec. 35) Provincie 43 (38) Gewest 26 (24) Rayon Waalwijk 12 (9) Rayon Dongen 15 (11) Rayon Almkerk 56 (55). Met het cijfer 26 ligt het gewest Waalwijk nog altijd het laagste in onze provincie. Het wordt op de voet gevolgd door Tilburg met 27. Het ernstigst is werkloosheid in Bergen op Zoom en Steenbergen waar einde jan. het pro millagecijfer 92 werd genoteerd. Het aantal verkort gewerkte uren is zo langzamerhand een te verwaar lozen cijfer geworden. In het rayon Waalwijk bedroeg het aantal verkort gewerkte uren in de schoenindustrie over december 640 (voor de leder industrie ligt dit cijfer iets ongunsti ger n.l. zo rond de 2000). In het ra yon Dongen werden geen verkort ge werkte uren meer genflteerd. We mogen dus concluderen dat de ontwikkeling van de werkgelegen heid in gewest en rayon een steeds gunstiger beeld te zien geeft. 116.371 tot 127.843, gezien de tijd van het jaar relatief gering. Het trendcijfer, (dit is het voor normale seizoenschommelingen gecorrigeerde cijfer van de geregistreerde arbeids reserve van mannen) daalde dan ook en wel van 86.000 tot 84.000. De stijging van de geregistreerde arbeidsreserve gedurende de afgelo pen maand moet vrijwel geheel wor den toegeschreven aan normale sei zoeninvloeden. Aldus het ministerie van sociale zaken. TWEE JONGENS VERDRONKEN Omstreeks half zes donderdag avond zijn vijf personen in een afge sloten rivierarm te Hendrik Ido Am bacht door het ijs gezakt. Twee jon gemannen, de 18-jarige J van den Berg en de 19-jarige Joost de Graaf, beiden uit Hendrik Ido Ambacht, konden niet worden gered en zijn verdronken. Uitgever Waalwijkse Stoomdrukkerij Antoon Tielen Hoofdredacteur: JAN TIELEN Dit blad verschijnt 2 x per week DE ECHO HET ZODEN Abonnement: 2?. cent per weeK. 3.1 franco p.fc. per v taal 1 2.85 Gironummer 50798 Advertentieprijs: 10 cent 'i m.m. Contract-advertenties: speciaa. 'ar v BureauxGROTESTRAAT 205. WAALWIJK TEL. 2621 KAATSHEUVEL - TEL. 2002 - Dr. VAN BEURDENSTRAAT 8 OPGERICHT 1878 TEL.-ADRES ..ECHc iuJ De moeilijkheden in de middenstandsbedrijven liggen in hoofdzaak op het terrein van de financiering. Enerzijds als gevolg van de hoge per soneels- en exp'oitatiekosten, anderzijds bij gebrek aan liquide middelen, welk gebrek concurrerend inkopen gemoeilijkt. Het zal derhalve nodig zijn, dat de Overheid bij haar kredietverlening aan de middenstand een ruimer standpunt gaat innemen. In de in 1959 te verwachten middenstandsnota van de Minister van Economische Za ken ware hiermede, alsook met de fiscale problemen voor het klein- en middengroot bedrijf, rekening te houden. Ook een soepele regeling van de kinderbijslag voor kleine zelfstandi gen zou voor vele middenstanders een belangrijke verlichting van de zware lasten betekenen. Aldus het jaarverslag over 1958 van de Kamer van Koophandel en Fabrieken voor Noordelijk Noord-Brabant, dat ten aanzien van de middenstand verder constateert Liet de toestand in het begin van het jaar mede als gevolg van verkorte werk tijden in tal van bedrijven, zich minder j gunstig aanzien en waren de verwachtingen voor 1958 dan ook niet hoopvol, in de loop van het jaar is hierin enige verbete ring ingetreden. Zo zelfs, dat over het ge heel genomen kan worden vastgesteld, dat het geen slecht jaar is geweest voor de mid denstand. I In enkele bedrijfstakken in de ambtelijke j 6ector hebben de gevolgen van de beste dingsbeperking zich in sterkere mate doen gevoden. Toch is ook hier enige opleving te constateren, mede als gevolg van de par ticuliere bouw, al kan ook daar niet ge zegd worden dat er overvloed van werk is. Was, zoals gemeld, in het eerste kwar taal in de handelsbedrijven in consumptie goederen enige teruggang ontstaan, in de volgende periode trad herstel in, zodat over het geheel gesteld kan worden, dat de gang van zaken bevredigend is geweest. Het verdag vervolgt dan met een be schouwing over de gang van zaken in en kele andere bedrijfstakken. Schroevengieterij, metaalbedrijf. De omzet van dit bedrijf in het district 1 der Kamer kon ook in 1958 worden ver hoogd. Gerekend tegen een omzetcijfer 100 in 1957, bedroeg de omzet in 1958 130. Voor de afzet van de produkten wordt wel een grotere aktiviteit gevergd. Ook is de concurrentie op de buitenlandse markt meer voelbaar geworden. Gedurende 1958 wer den moeilijkheden ondervonden, doordat de overheid toestond afval-grondstoffen van non-ferrometalen naar het buitenland te exporteren, terwijl in de nabuurlanden een uitdrukkelijk verbod van export van deze grondstoffen bestaat; de exportmogelijkheid van de grondstoffen is thans echter ook hier aanzienlijk beperkt. LXLt i Scheepswerven. Een in het district van de Kamer geves tigde belangrijke scheepswerf meldt voor 1958 een zeer bevredigende gang van za ken, terwijl ook de orderpositie voor 1959 gunstig is. De uitbreiding van het werven- complex en de modernisering van de outil lage beginnen langzamerhand haar voltooi ing te naderen. Met de aanvoer va nde voor het bedrijf benodigde materialen werden in 1958 geen moeilijkheden ondervonden. De mogelijkheid van aantrekking van vaklieden (ijzerwerkers, lassers e.d.) begon in de loop van het jaar belangrijk gemak kelijker te worden; de moeilijkheden bij de woningvoorziening heeft echter een sterke terugslag op de aantrekkingsmogelijkhe den. Apparatenfabricken. De produktie bewoog zich op ongeveer hetzelfde niveau als voorgaande jaren; de binnenlandse afzet liep echter tijdelijk enigszins terug door de maatregelen tot be stedingsbeperking leverde geen bijzondere moeilijkheden op. Ventilatoren, Iuchtverhitters. Vooral door de bestedingsbeperking liep de afzetmogelijkheid in het binnenland in het begin van het jaar terug, vooral in die bedrijven, welke voordien vooral aan Rijk en gemeenten leverden. Omdat veelal dc afzet van installaties aan direkt verbruikers iets hoger was dan in 1957 en ook de over heid in de tweede helft van 1958 normaal opdrachten gaf, bleek het mogelijk de to tale binnenlandse afzet op peil te houden. De export kon, naar gemeld wordt, door levering van enige grote installaties worden vergroot. Schoenmachines, stanzmessen. In vergelijking met voorgaande jaren is in 1958 de nieuwbouw van machines terug gelopen tengevolge van de verminderde be drijvigheid in de schoenindustrie. De om zetten in de reparatie-afdeling stegen, aan- gezen eerder tot revisie werd overgegaan dan in gunstiger jaren. Ook de stanzmessenfabrieken melden een kleine produktiestijging, daar veelal bij ver mindering van de verkoop van schoenen gezocht wordt naar nieuwe modellen en snitten, waarvoor nieuwe stanzmessen moe ten worden aangemaakt. Het laat zich aanzien dat - zeker in dc eerste maanden in 1959 weinig veran dering in de huidige situatie zal komen. Door het buitenland - vooral Tsjecho- Slowakije en Oost-Duitsland wordt ernstig getracht vaste voet op de Nederlandse markt te krijgen. De export kon gehandhaafd blij- De Meubelindustrie, (hout). Hoewel men in het algemeen over de re sultaten in 1958 in deze bedrijfstak wel tevreden is, blijkt het aan het eind van 1957 veelal uitgesproken optimisme alleen voor het eerste halfjaar 1958 volledig ge rechtvaardigd te zijn geweest. De tweede helft van 1958 bracht een teruggang welke door verschillende faktoren werd veroor zaakt. Als zodanig worden genoemd de nog steeds voortschrijdende industrialisatie ge paard gaande met de mindere arbeids intensiviteit van het moderne meubel, de nog steeds stijgende invoer van meubelen uit nabuurlanden, m.n. Duitsland en Dene marken, de toenemende vraag naar stalen meubelen en de wijzigingen in de aard van de nieuwgebouwde woningen, waarbij de kleinere woonruimte in vele gevallen leidt tot mindere aanschaffing. De export van meubelen heeft bij de in het district van de Kamer gevestigde be drijven niet veel te betekenen. Export naar België blijft mogelijk, maar hier speelt het vraagstuk van de modellen een belangrijke rol. Voor afgewerkte meubelen ontstaan bij export naar overzeese landen moeilijkheden ten aanzien van het transport en de kosten daarvan. Men ziet desondanks toch wel mo gelijkheden, maar dan zou hiertoe een vorm van internationale samenwerking tussen be drijven moeten worden gevonden, welke thans nog toekomstmuziek wordt geacht. De personeelsvoorziening leverde in 1958 gcecn moeilijkheden op. De verwachtingen voor 1959 zijn niet ongunstig. DE LEDERHANDEL. De in 1957 uitgesproken verwachting, dat de eerste maanden van 1958 voor som mige bedrijven enige opleving te zien zou den geven, is tot op zekere hoogte waar heid geworden. De vraag naar verschillende overledersoorten, speciaal voor dames schoenen, was groter. Opvallend was het zich handhaven van hunting voor het spor tieve genre. Voor het overige damesschoei sel kwamen de gladde ledcrsoorten meer in trek, welke in diverse nieuwe modetinten op de markt werden gebracht. Het zoeken naar kleuren manifesteerde zich ook in de overledersoorten voor jon gens- en herenschoenen. Hiermede hoopt men in tie hierin werkzame bedrijven meer beweging n de verkoop van de produkten te krijgen, die - zoals reeds bij de schoen industrie werd vermc.d - zeer tiaag op gang komt. liet laatste kwartaal van 1958 trokken de huidenprijzen steeds meer aan, terwijl men voor kaitsvellen zelfs tot een zeer dras tische stijging overg ng, waardoor ook dc ovcrledertabrikantcn tot aanzienlijke prijs verhogingen werden genoodzaakt. In het algemeen bleven tie omzetten in de lederhandel gelijk aan die in 1957 of bleven zij hierbij iels achter. De afzetmo- getij .heden voör geïmporteerd leder zijn iets minder geworden. Dit is een gevo.g van dc toegenomen verwerking \an gekleurd leder, waarvan de schocniabrikanten geen grote voorraden kunnen aanhouden en dus bij herbcvoorrading veelal korte levertijden - welke voor binnenlands leder beter be reikbaar zijn - vragen. Moeilijkbeden worden ondervonden bij 't medenemen van monsters naar België, waar nog steeds de normale invoerformaliteiten ook voor monsters worden toegepast. Uitbreiding van de regeling inzake de Carnets E.C.S., waarbij de in- en uitvoer van monsters aanzienlijk wordt vergemak kelijkt, met België is dan ook zeer gewenst. DE LOOISTOFFENHANDEL. In het algemeen kan door de looistoffen- handel worden teruggezien op een bevre digende gang van zaken in 1958. Met de aanvoer deden zich geen moei lijkheden voor, terwijl de export- en tran sitohandel zich in 1958 op een behoorlijk nivéau wisten te handhaven. In de loop van 1958 onderging de prijs van quebracho een flinke daling, zodat het verbruik hiervan steeg ten koste van ex tracten die geen prijsdaling kenden, zoals b.v. eikenextract. Tegen het einde van 1958 werd de prijs van het quebracho-extract weer verhoogd, doch daar de lcderfabrikanten zich in het algemeen vrij ruim gedekt hadden tegen dc lage prijs, kan het nog wel enige tijd du ren, voordat de hogere quebrachoprijzen hun invloed op de binnenlandse markt gaan uitoefenen. Hoe de prijs zich in de naaste toekomst zal ontwikkelen hangt ten nauwste samen met de monetaire ontwikkelingen in Argentinië. Ook de prijzen van enige andere extrac ten (b,v. mimosa en myrabolanen) kwamen op een iets lager niveau. Valopea-extract bleef te duur voor de Nederlandse markt en wordt dan ook vrijwel niet meer verwerkt. Eind december 1958 vertoonde de looistof - fenmarkt in het algemeen een vrij vaste tendens, zodat in de naaste toekomst geen prijsdalingen te verwachten zijn. Verder kan nog worden opgemerkt, dat de vraag van de lederfabrikanten zich steeds meer richt op extracten, die licht van kleur zijn en geleverd kunnen worden in spraydried poedervorm. Geleidelijk aan zal dit leiden tot een vermindering van het ver bruik van vaste looistoffen, temeer nu het prijsverschil tussen deze laatste en dc spraydried poeders kleiner wordt.

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1959 | | pagina 5