wijlj
DE 3 GETROUWEN
De Langstraatseweg en de
Prov. Staten
Mgr. W. Mutsaerts gaat heen
Mgr. Bekkers volgt op
DE ECHO VAN HET ZUIDEN VAN MAANDAG 27 JUNI 1960
La.; L
DU LEDEN DER PROV. STA
TEN WENSEN NADERE IN
LICHTINGEN OVER DE LANG-
STRAATWEG EN DE B.B.A.
Uit het verslag der commissie
van rapporteurs over de afdeling
algemene zaken, ontleenen wij 't
volgende over de „Langstraat"-
weg en vragen over liet reizigers-
vervoer en op verbeteringen in 't
vervoer. Uit een en ander blijkt
wel dat de Langstraat op het ter
rein van goede wegen en ver
keersmiddelen wel aardig achter
op is geraakt in plaats van voor-
uitgesteld, wat deze industri
ële en agrarische streek toch wel
hard nodig had en nog steeds
dringend nodig heeft.
In alle afdelingen vragen vele
leden uitvoerig te worden inge
licht omtrent de oorzaken en ge
volgen van de stagnaties in de
aanleg van de Langstraatweg. In
hoeverre is er achterstand ont
slaan in de uitvoering van het in
november 1958 aan de Kamer van
Koophandel en Fabrieken te
Waalwijk en de gemeentebestu
ren in de streek verstrekte nieu
we planning-schema? Is er in de
allernaaste toekomst nog een
verdere achterstand in de uitvoe
ring te verwachten b.v. voor wat
betreft 't nieuwe wegvak Nieuw-
kuijk-Drunen-Baardwijk? Wan
neer zal de aanbesteding van het
nieuwe wegvak 7100 m.) Waal
wijkWaspik plaats vinden,
waaromtrent in de tweede gewo
ne zitting 1959 is meegedeeld dat
de aanbesteding van dit gehele
wegdek in 19Ü0 zal plaats vinden,
terwijl in dezelfde zitting werd
vermeld dat voor het einde van
1959 waarschijnlijk nog 't grond
werk tussen Waalwijk en Was
pik zou worden aanbesteed Zijn
alle voor de aanleg van dit nieu-
we wegvak benodigde gronden
verworven? Zo neen, hoe is dan
de stand van zaken en hoe ver
zijn de onteigeningsprocedures
gevorderd? Hoe ver is de grond
verwerving voor de aanleg van
het nieuwe wegvak Waspik
Geertruidenberg (7300 m.) ge
vorderd en zullen hier zeer tijdig
de onteigeningsprocedures aan
vangen, hetgeen nodig zal zijn
om volgens de planning de aan
besteding in 1901 of 1902 te kun
nen doen geschieden? Tenslotte
vragen zij of G. S. kunnen mee
delen omstreeks welk tijdstip
volgens de laatste planning de
Maasroute-weg Den Bosch-Waal
wij k-Geertruidenberg als auto
snelweg met vrije en ongelijk
vloerse kruisingen geheel voor
het snelverkeer gereed zal zijn.
B.B.A.
In hun antwoord d.d. 30 dec.
1959 hebben G. S. meegedeeld dat
zij ten volle bereid waren om ge
gevens te verzamelen omtrent 't
reizigersvervoer per N.V. B.B.A.
in de Langstraat. Gesuggereerd
was nadere inlichtingen te vra
gen bij de Kamer van Koophan
del te Waalwijk en bij de ge
meentebesturen in de streek en
om, indien de gegevens daartoe
aanleiding zouden geven, bij de
B.B.A. aan te dringen op verbe
tering in het vervoer. Voor zover
bekend is echter van de zijde van
G. S., aldus het verslag, tot heden
echter niets geschied, althans
noch bij de Kamer, noch bij de
gemeentebesturen zijn informa
ties ingewonnen. Willen G. S.
thans, aldus het verslag, zonder
verder uitstel en overeenkomstig
de gedane toezegging aandacht
besteden aan deze aangelegen
heid?
GROOTSTE HANGBRUG VAN
EUROPA IN ANTWERPEN
Op liet ministerie van openba
re werken in Brussel is de be
slissing over de tweede oeverver
binding over de Schelde in Ant
werpen gevallen: het wordt een
brug en dus komt er geen twee
de tunnel.
Tegen het advies van het Ant
werpse gemeentebestuur in is de
ze beslissing, die overigens nog
niet officieel bekend is gemaakt
in de Belgische hoofdstad geno
men. Het voornaamste argument
van de stad Antwerpen was, dat
voor een brug opritten van ieder
bijna twee kilometer nodig zul
len zijn die moeilijk passen in de
stedebouwkundige plannen. Het
ministerie heeft het zwaar we
gende argument, dat een brug
goedkoper is, n.l. 800 miljoen
frank tegen 1750 miljoen voor
een tunnel.
De plannen voorzien in een
hangbrug, die een lengte zal heb
ben van 2(320 meter en zich 55
meter hoven het Scheldewater zal
verheffen.
Feuilleton
van
„DE ECHO VAN HET ZUIDEN"
door
HENRIC VAN NORCH
17).
Op een morgen had het grote
hunebed van Drouwen hun aan
dacht getrokken. Ze hadden het
monument met interesse opge
nomen. Onder de grote dekste-
nen en er om heen vonden ze en
kele scherven van het aardewerk,
afkomstig van potten, die vroe
ger de bouwers van deze doden-
tempel hadden gediend.
„Zou er ook goud onder ver
borgen kunnen zitten?" Deze
vraag opperde de Buik.
„Als het er ooit gelegen heeft,
dan hebben latere geslachten het
er wel weggehaald", meende de
Schrale.
„Het moeten reuzen zijn ge
weest, die deze stenen hebben op
gestapeld", oordeelde de kleine
man.
„Waarom? Denk je dat onze
voorvaderen niets konden? Reu
zen en kabouters, geesten en spo
ken, het zijn alle uitvindingen
van oude wijven en domme ke
rels. Als'je iets ziet wat je niet
kunt begrijpen, ga dan daaraan
geen fantasieën vastknopen. Al
de dwaasheden waaraan de men
sen geloven, hebben al ellende
genoeg gebracht over de wereld".
Ze zochten een plaatsje in de
zonoverstoven heide en begon
nen hun proviand uit te pakken;
de flinke wandeling die ze ach
ter de rug hadden, had hun eet
lust opgewekt. Ze waren nog met
hun ontbijt bezig, toen daar op
de heide een groot dier opdook,
dat in hun richting naderde.
Toen het beest naderbij gekomen
was, bleek het een grote hond te
zijn. De viervoeter bleef op een
pas of tien van hen staan en
staarde hen aan met vragende
blik. Het was een armzalig schar
minkel. De hond had de grove
bouw van een dog, maar het vel
zat strak over zijn ribhen en zijn
flanken waren diep ingevallen.
Het vel aan zijn hals was gedeel
telijk kaal.
De Buik mompelde: „Het lijkt
'n gevaarlijk beest" en hij schoof
dichter naar zijn kameraad.
„Stel je niet zo aan", vermaan
de de Schrale. „Het is een arme
stakker, die onze hulp inroept".
Hij richtte zich tot de hond.
Mgr. Bekkers
Paus Johannes heeft de ont
slagaanvrage van mgr. W. Mut
saerts als bisschop van 's-Bosch
ingewilligd. Reeds met ingang
van aanstaande maandag 27 juni
zal de leiding van het Bossche
diocees in handen zijn van mgr.
W. Bekkers, tot dusver coadju
tor van mgr. Mutsaerts.
Mgr. Bekkers ontving het be
richt van zijn benoeming in
Lourdes, waar hij deelneemt aan
de grote IvAB-bedevaart. Onver
wijld vingen talrijke Nederlan
ders in Lourdes aan, de bisschop
hun hulde te betuigen. De 78-ja-
rige moeder van de 42-jarige mgr
Bekkers, die de reis meemaakt,
was een der eersten die haar
zoon kon gelukwensen.
Maandag a.s. reeds neemt de
nieuwe leider van het Bossche
diocees de werkzaamheden van
zijn juist 71-jarige voorganger
over. Mgr. Mutsaerts volgde in
1943 mgr. Diepen op.
Officieel neemt mgr. Mutsaerts
op donderdag 7 juli afscheid van
zijn bisdom. Hij heeft die dag ge
kozen, omdat het dan het feest is
van de Zoete Lieve Vrouw van
Den Bosch. In de avond zal hij
een pontificale mis opdragen in
de Sint Jan, waarbij kardinaal
Alfrink aanwezig zal zijn. Daar
na volgt een huldiging in het Ca
sino, waarop het afscheidsge
schenk wordt aangebpden, een
bijdrage voor de seminaria van
het bisdomi. Op diezelfde bijeen
komst kunnen de diocesanen
mgr. Bekkers als nieuwe bis
schop begroeten. Mgr. Mutsaerts
zal zijn intrek nemen in het huis
van de zusters Teresianen aan de
Papenhulst in Den Bosch, waar
thans mgr. Bekkers woont.
Het jaarlijks uitstapje van onze
ouden van dagen heeft twee facetten.
Op de eerste plaats de vreugde en
het plezier dat onze bejaarden aan dit
uitstapje beleven en daarnaast de
zorgen waarmee het comité bij het
organiseren van dit uitstapje wordt
geconfronteerd. Het eerste facet is
ongetwijfeld het belangrijkste, maar
de mate van vreugde en plezier is
toch telkens weer afhankelijk van de
oplossing van die „zorgenkant"
Het mooie van dit jaarlijkse uit
stapje van onze bejaarden is, dat het
tot stand komt dank zij de royale
steun van de burgerij. Zonder die
steun zouden dit tochtje en het gezel
lig samenzijn onmogelijk zijn en zou
den de mensen, die allemaal hun ver
diensten hebben voor onze samenle
ving verstoken blijven van een dag,
waarnaar ze verlangen en waarop ze
recht hebben. Natuurlijk verlangen ze
ernaar, want voor de meesten is het
echt de enige mogelijkheid dat ze de
neus eens buiten Waalwijk steken om
hun ogen te gast te laten gaan aan
„Kom maar hier, stumper. Je
hebt zeker honger".
De hond keek hem schuw aan,
maar zijn staart deed toch een
schamele poging om te kwispe
len.
Hein nam een snee brood, deed
er dik boter op en wierp die naar
het dier. Het uitgehongerde dier
viel er op aan en met een paar
gulzige happen was het brood
verzwolgen. De Schrale ging door
met voederen tot al hun brood in
het grote holle lichaam van de
rampzalige zwerver was verdwe
nen. Daarop wierp hij een paar
stukken kaas naar het dier.
„Ja, jongen, nu heb ik niet
meer".
Begreep het dier hem? 't Kwam
wat naderbij en ging ook in de
heide liggen, de blik aldoor ge
richt op Hein.
„Ziet, dat hebben de mensen
nu van hem gemaakt, een schuw,
achterdochtig dier", zei de Schra
le. „Toen het nog jong was en
argeloos speelde, dartelde het vol
vertrouwen en aanhankelijkheid
om zijn meester en allen die het
tegenkwam. Maar honger en sla
gen en slechte behandeling heb
ben een wantrouwend schepsel
van hem gemaakt. Voor hem is
de mens geworden de vleesge-
het prachtige Brabant dat ons alle
maal zo na aan het hart ligt. En recht
hebben ze er ook op, u zult dat zon
der meer met mij eens zijn. Er is
niemand onder ons die zegt laat ze
zelf hun peultjes maar doppen, ik
heb er niets mee te maken, want u
weet deksels goed dat u er wel mee
te maken hebt en u weet ook heel
goed dat we zonder dat „voorge
slacht" niet zouden bezitten wat we
thans hebben. We hebben aan deze
bejaarden veel, heel veel te danken
en niets ligt meer voor de hand dan
dat we hun daarvoor dankbaar zijn.
Ik behoef u hun verdiensten niet op
te sommen, we weten dat allemaal en
ieder van ons heeft wel reden tot
persoonlijke dankbaarheid en waar
dering.
Wij leven in de gelukkige tijd, dat
de bejaarden een wezenlijk en levend
deel van de samenleving zijn. We
hebben God zij dank de tijd achter de
rug dat we de door ouderdom ver
zwakte en niet meer arbeidscapabele
mensen in een dode hoek van onze
samenleving wegstopten, waar ze dan
zelf maar moesten zien hoe ze aan
hun „eind" kwamen, door iedereen
en alles in de steek gelaten. Die
„goeie ouwe tijdhebben we geluk
kig gehad en vandaag de dag stellen
we alles in het werk om onze be
jaarden ervan te doordringen dat ze
er bij blijven horen, ook wanneer ze
niet meer achter de machine staan of
hun rug krom werken op veld en ak
ker. We zijn wat dat betreft zeer hu
mane mensen geworden. We schep
pen voor onze bejaarden een leefmi
lieu, dat aan alle moderne eisen vol
doet - al is het voor velen dan ook
niet te betalen - en waardoor ze
echt deel blijven hebben aan het le
ven van de hedendaagse generatie.
Ze staan niet buitenze zijn niet uit
gerangeerd en ze worden niet ter
zijde geschoven als werktuigen die
hun dienst hebben gedaan. Wij bie
den onze bejaarden een levensavond
die doorzinderd wordt van een milde
vreugde en een grote dankbaarheid.
Onze ogen zijn opengegaan ten op
zichte van de plicht welke wij jegens
onze ouden van dagen hebben te ver
vullen en dat is ongetwijfeld een van
de beste dingen van deze overigens
zo keiharde tijd.
Ja, dat jaarlijkse reisje. U weet hoe
het in het verleden is gegaan. De co
mitéleden kwamen, vergezeld van ge
luidswegens, door de straten van on
ze gemeente en klopten aan iedere
deur aan voor een bijdrage in de niet
geringe onkosten van dat jaarlijkse
„dagje uit". We hebben daaraan al
lemaal onze bijdrage gegeven, elk
jaar weer en al dan niet bewust 'en
al dan niet met een dankbaar en blij
hart. En misschien zijn daarbij de
vrijgevigste handen wel gevonden in
de buurten waar men het eigenlijk
niet zou verwachten. Maar daar gaat
het niet om, we hebben allemaal ge
geven wat het hart ons ingaf
en elk van ons heeft later zijn
eigen verantwoording tegenover
iemand die zich geen enkel rad
voor ogen laat draaien. Maar la
ten we nu maar aannemen dat ieder
van ons heeft gegeven wat hij „of
feren" kon. We hebben daarmee -
zonder op de borst te kloppen - een
enorm goed ding gedaan, want we
hebben daarmee een vreugde en een
plezier mogelijk gemaakt dat met
geen geld te betalen is.
Dit jaar gaat die collecte iets an
ders. Er komen geen collectanten met
geluidswagens door de straat, maar
er wordt in alle stilte een leeg en
velopje bij u in de bus gedeponeerd.
De tekst op dit zakje zegt u duide
lijk waarvoor dit envelopje dient. U
moet - dat mogen we toch eigenlijk
wel zeggen we moeten! - daar iets
in doen voor het uitstapje voor onze
ouden van dagen op 19 juli a.s. Dit
GEVULDE zakje wordt op donder
dag 30 juni of vrijdag 1 juli weer bij
u opgehaald. U hebt ruimschoots de
gelegenheid om u een ogenblik te
bezinnen op de betekenic van dit uit
stapje van onze bejaarden en op de
plaats van de ouden van dagen in
onze samenleving. U hebt ook ruim
schoots de gelegenheid om dit hele
zakje te vergeten en ik geloof zeker
dat u dit achteraf zelf bijzonder zou
betreuren. Doe het dus terstond. Doe
meteen wat geld in dat envelopje,
dan raakt het niet meer zoek, want
we zijn nergens zo bezorgd voor als
voor geld. Er kreperen eerder twin
tig mensen van de honger 'en ellende
in India dan dat een geldbeervan
onze samenleving zich zal moeten af
vragen: „hé, waar heb ik die vijf gul
den gelaten? We weten precies waar
ons geld zit, wat we niet weten of
liever niet willen weten is waar het
overtollige deel eigenlijk behoort te
zitten.
Maar goed, in Waalwijk hebben
we geen geldber'endie liefdadig
heid en menslievendheid plegen te
gen 6 Wij geven zonder meer en
met een royaal en warm gebaar. Wij
willen de ons toevertrouwde rijkdom
- want zo is het toch en geen ver
dienste onzerzijds - liever later ver
antwoorden tegenover de „Baas" die
een onvoorstelbare „rente" uitkeert.
Vergeet dat envelopje dus niet,
maar steek er een dag vol zacht en
onuitsprekelijk plezier in!
Dit kan verwezenlijkt worden, dank zy Uw milde bijdragen
worden duivel. Maar ik maak me
sterk dat ik spoedig een trouwe
vriend aan hem zal hebben, die
me begrijpt en aanhankelijkheid
toont.
De magere man ging nu 't uit
gemergelde dier weer vriendelijk
toespreken. Langzaam schoof
dat dichter naar hem toe en de
kwispelende staart zwiepte reeds
de heidepollen. Eindelijk lag de
hond naast de Schrale, deze met
zijn vragende ogen aldoor aan
starende.
„Braaf zo, mijn jongen", sprak
deze. „Wees gerust, jebent nu bij
vrienden aangeland; we zullen
zorgen dat je huid weer glanzend
wordt, de zieke huid in je nek
zullen we genezen en met een
paar dagen zul jij ook weer
vreugde in het leven hebben. Je
zult niet langer schuw om de
tweebenige beesten behoeven
rond te sluipen en de mestvaal
ten af razen om je magere karkas
voort te kunnen slepen in mate
loze ellende".
Hein aaide 't dier over de kop.
„Hoe krijg je het in je hoofd.
Het dier heeft me begrepen en
vertrouwt me al ten volle".
„Wat ben je van plan met
hem?"
„Wel, hij kan zich bij ons aan
sluiten, dikkerd. We vormen dan
een driemanschap van vriend
schap en trouw. Maar hij moet
ook nog een naam hebben, Buik
je".
De dikbuik pijnigde zijn her
sens om een geschikte honden
naam te vinden, maar alle door
hem naar voren gebrachte, wer
den door zijn vriend afgekeurd.
De Schrale zat de hond een poos
aan te staren. Toenzij hij lang
zaam en nadrukkelijk: „Nu weet
ik hoe onze vriend moet heten.
Baron!"
„Hè, Baron?"
„Ja, luister. Het dier doet mij
aan iemand denken. Ik heb zijn
ogen, zijn blik herkend en weet
nu wat direct in hem aantrok. Er
woonde bij ons in de streek een
baron. Het was een beste en een
rechtvaardige kerel. Hij was een
der weinigen, wien het geld niet
slecht of hardvochtig gemaakt
had. Ik kende hem van nabij en
kende ook zijn blik en zijn oog
opslag. Vier jaar geleden is deze
baron plotseling gestorven on
der verdachte omstandigheden.
Welnu, Buikje, deze hond heeft
zijn ogen en zijn blik."
„Kom, laat ons gaan en wat
lekkers voor de Baron kopen."
Ze rezen op van het heidedek
en sloegen de weg in naar Bor
ger. Baron was ook gaan staan
en keek hen vragend aan.
De Schrale sprak hein toe
„Kom maar jongen, we gaan een
lekker hapje halen."
En de grote magere hond volg
de hen, nog niet uitgelaten en
dartel, nog wat onwennig en be
deesd, maar toch met 'n groeiend
vertrouwen in deze mensen.
In de herberg te Borger bestel
den de mannen een warm maal.
Er moest voor drie man eten ko
men.
„Voor drie man?" vroeg de
kastelein.
„Voor drie man", zei de lange
magere, en terwijl hij op de hond
wees, „dat is de derde man. Heb
je voor hem ook een stevige
kluif.
Na het middageten gingen ze
de heide weer op en zochten een
scheper. Van hem kregen ze een
middel om de uitslag op de hals
van de Baron te genezen.
„Die hond is een schapendief",
zei de schaapherder terwijl hij op
Baron wees.
„Blijf jij eerlijk, als je niets te
vreten krijgt?" vroeg Hein.
De schaapherder grijnslachte,
maar zweeg (Wordt vervolgd)
zelfde verzoek wordt gericht.
Zij, die dan daadwerkelijk dit speciale
werk van Thuisfront willen steunen, kun
nen een bijgesloten kaart invullen, met hun
naam en adres. Deze kaart wordt bij een
pakket gevoegd, zodat de ontvanger kan
weten dat het niet de ongrijpbare Thuis
fronten zijn, die aan hen dachten, maar de
individuele burgers, die door middel van
die Thuisfronten in de gelegenheid waren
hun belangstelling te laten blijken.
Alle gewenste inlichtingen worden gaar
ne verstrekt door het secretariaat van Na
tionaal Katholiek Thuisfront, Anna Paulow-
nastraat 48 te Den Haag, telefoon 0 70 -
33.13.94. Giro 520.000.
NATIONALE METSEL-, STRAAT-
MAAK- EN STUKADOOR
WEDSTRIJDEN.
Nieuw patroon voor Veemarkt
te Rotterdam.
Door de omstandigheden gedwongen
wordt dit jaar in één onderdeel van de 8e
nationale metsel- en straatmaakwedstrijden
op 30 juni en 1 juli a.s. te Rotterdam een
stap terug en in een ander onderdeel een
stap vooruit gezet.
Nu de Ahoy-hallen, die de laatste jaren
onderdak boden voor het nationale feest van
troffel en kaphamer, bezet zijn door de
Floriade, keren de organisatoren van de
ambachtelijke strijd om de zilveren metsel
en straatmaaktrofeeën terug naar de roman
tiek van de tent der eerste jaren. Bij het
Bouwcentrum - tóén nog alleen het be-,
kende ronde gebouw - is echter geen
ruimte meer voor het opslaan van de gi
gantische tent, zodat in overleg met de Ge
meente Rotterdam de Veemarkt werd ge
kozen als werkterrein. Aangezien een
marktplein zeer geschikt is om in baksteen
te worden uitgevoerd, heeft de Nederland
se baksteenindustrie de Gemeente Rotter
dam in ruil voor het beschikbaar stellen
van de ruimte aangeboden in de sector
straatmaakwedstrijden de werkstukken zo
danig te laten maken, dat zij een blijvend
karakter kunnen hebben, zodat de Vee
markt Rotterdam een gedeelte plaveisel
gaat krijgen van bijzonder spectaculair pa
troon. De gemeente heeft dit aanbod gaar
ne aanvaard.
De organisatoren van de metsel- en
straatmaakwedstrijden overwegen nu om
in de toekomst ook in de sector metsel-
wedstrijden een zodanige vorm van werk
stukken te vinden, dat ook deze van blij-,
vende aard kunnen zijn, bijvoorbeeld de
coratieve wanden van bouwwerken.
Aan de metselwedstrijden wordt dit jaar
deelgenomen door de beste leerlingen van
61 Technische Scholen waar het vak met
selen in het rooster is opgenomen, alsmede
door 14 jongelui van het leerlingstelsel met
selen.
Aan de straatmaakwedstrijden nemen
deel 28 jongelui van het leerlingstelsel
straatmaken.
Ook dit jaar zullen tegelijkertijd weer
stukadoorwedstrijden worden gehouden de
3 beste leerlingen van de Technische Scho
len, waar het vak stukadoren wordt onder
wezen, zullen de strijd aanbinden om de
zilveren Pleistertroffel.
Daarnaast nemen aan deze Stukadoors
wedstrijden ook nog 6 leerlingen deel van
het leerlingstelsel stukadoren.
De zilveren troffels en kaphamer zullen
worden uitgereikt door de wethouder van
Openbare Werken te Rotterdam, de heer
Mr. H. Bavinck.