BINNEN- EN BUITENLAND
Twee leerrijke lezingen voor de
landbouwers in de Langstraat
BELEVENISSEN VAN SMIDJE VERHOLEN
DE ECHO VAN HET ZUIDEN VAN MAANDAG 26 FEBR. 1962
FEUILLETON
van
„DE ECHO VAN HET ZUIDEN"
DE JEUGD VAN
TONY
ROMAN
door
A. v. ENGELEN
25).
„Mar Tony, es 't wezelijk is zo
gij zegt, dan hoefde oe eige daor
toch nie bij nir te leggen, en dan:
rector schrijft toch degge nog
truug meugt komen?"
„Ik wil nie mer teruug!" krijt
Tony, en ik was al lang van plan
om thuis te blijven!"
„Wè vertelde me daor, joon
gen?"
„Jao, ik ben er veur naor de
pastoor gewist, en die heej het
goedgevoonden."
„Es die 't goed veindt, hebben
wij er oons mar bij nir te leggen"
zegt moeder droef.
„Veindet aorig?" vraagt Tony
nog.
„O joongen, we han er oons
zo veul van vurgesteld. Och, wè
zal vaoder bedroefd zijn!" en
weer begint moeder te huilen...
Tony heeft medelijden met
haar, doch zeggen, dat hij op zijn
besluit zal terugkomen, kan en
wil hij niet!
Die brief intussen is een kwaad
geval; nu weten ze thuis dan wat
voor een brave jongen hij is!
Het bulletin over zijn vorde
ringen glijdt van moeders schoot
op de grond, maar Tony doet
geen moeite om het op te rapen
en in te zien, wat kan hem het
nog schelen of hij voor Latijn 'n
zeven of een acht heeft!
Een grote wrevel maakt zich
van hem meester, hij zou die
brief en het rapport wel in dui
zend stukken wiljen scheuren!
Heeft hij~(Iaarvoor drie jaar zijn
best gedaan? En is, goedbe
schouwd, het geval dan zó ver
schrikkelijk? Verbittering hier
over kropt hem in de keel en als
moeder ten overvloede hem ook
nog verwijten meent te moeten
maken, grijpt drift hem aan en
snauwt hij met ruwe stem tegen
haar in.
Hij loopt het huis uit.
Waarheen
Maar weer naar de schuur, die
is al zo dikwijls getuige geweest
van zijn tranen. Nu huilt hij ech
ter niet, er is opstand in z'n hart,
hij is woest, op zichzelf, op thuis,
op alleman!...
Dan voelt hij in zijn zak de
MINSTENS 150 MILJARD KUB.
METER AARDGAS IN 'T
GRONINGSE VELD
„In het Groninger veld bevindt
zich vermoedelijk meer dan 150
miljard kubieke meter aardgas in
de Nederlandse bodem." Dit dee,l-
de minister drs. J. W. de Pous
donderdag mede in de Eerste Ka
mer bij de behandeling van de
begroting van Economische Za
ken, die tenslotte werd goedge
keurd. De minister liep daarbij
vooruit op de door hem aange
kondigde schriftelijke uiteenzet
ting aan de vaste commissie over
het aardgas, „waarover", naar hij
zei, „de laatste maanden niet
steeds verantwoorde berichten
hebben gecirculeerd".
25% van jaarlijks energiever
bruik in Nederland
De minister herinnerde er aan
dat de vondsten van aardgas de
bescheiden plaats welke 't aard
gas in de Nederlandse energie
huishouding innam, radicaal ge
wijzigd hebben.
De aangetoonde aardgasreser
ves in de Nederlandse bodem be
droegen vóór de vondsten in Gro
ningen rond tien miljard kubie
ke meter. De aanvankelijke ra
ming van de omvang van het
nieuwe aardgasvoorkomen be
droeg ruim zestig miljard kubie
ke meter, een cijfer dat hij noem
de in de herfst van 19(50. Dit be
tekende dat toen reeds als 't ware
van de ene maand op de andere
de aardgasvoorraden in onze bo
dem verzevenvoudigden.
De grootte van het gasvoorko-
men in het Groninger veld is nog
steeds niet volledig bekend. Op
grond van de thans beschikbare
resultaten van de boringen bij
Slochteren, Delfzijl en Ten Boer,
wordt het als redelijkerwijs be
wezen beschouwd, dat 15Ö mil
jard kubieke meter produceerba-
re gasreserves aanwezig zijn. Het
ligt in de bedoeling na afloop van
de boring, die thans bij Anner-
veen in Drenthe wordt gedaan,
weer enige putten te slaan naar
het Groninger gasvoorkomen. In
dien deze het beeld dat men zich
heeft gevormd, in hoofdzaak be
vestigen en ook de overige fac
toren in de betreffende onder
grondse lagen overeenkomstig de
verwachtingen zijn, dan zou dit
cijfer 150 miljard kubieke meter
nog aanmerkelijk hoger worden.
I)e betekenis van een dergelijk
voorkomen wordt duidelijk wan
neer men beseft, dat bij een ex
ploitatie van 150 miljard kubieke
meter aardgas op 20-jarige basis,
zoals tot dusverre gebruikelijk,
jaarlijks 7,5 miljard kubieke me
ter voor binnenlands verbruik en
export ter beschikking komt. Dit
komt overeen met circa 7,5 mil
joen ton steenkool of ongeveer
25% van het totale huidige jaar
lijkse energieverbruik van ons
land.
DE AMBTENARENSALARISSEN
IN DE TWEEDE KAMER
In de strijd om de ambtenaren
salarissen, uitge\ochten in de
Tweede Kamer bij de behande
ling van de begroting van Bin
nenlandse Zaken, heeft minister
Toxopeus gewonnen en verloren.
Hij verloor de strijd om een don-
derdagmddag door de meerder
heid van de vaste commissie in
gediende motie, waarin de rege
ring werd uitgenodigd, het over
leg te heropenen. De minister
wees dat al. De Kamer nam de
motie aan, ondanks het feit, dat
de KVP in de allerlaatste minuut
haar steun aan deze uitspraak
onthield. Maar de stemmen van
de PvdA, AR, CHU, SGP en CPN
waren voldoende om de minister
een 72 tegen 59 nederlaag te be
zorgen. Alleen de heren Weijers
en J. Zwanikken stemden van de
KVP-fractie voor de motie. Toen
vervolgens de KVP-er Weijtens
kwam verklaren, dat hij tegen
de begroting zou stemmen, om
dat hij het niet eens was met het
personeelsbeleid van de minister,
was de oppositie er onmiddellijk
bij om een hoofdelijke stemming
te vragen. Ditmaal bleef minister
Toxopeus aan de winnende hand
en de begroting werd aangeno
men met 83 tegen 45 stemmen.
Tegen stemden slechts de PvdA,
twee communisten, de PSP-er
Lankhorst en de heer Weijters
(KVP), maar dit moet toch voor
de bewindsman een ernstige mo
rele klap zijn geweest, want een
stemming over een begroting is
in tientallen jaren niet voorgeko
men.
Minister Toxopeus heeft de
Kamer een nota over deze aan
gelegenheid toegezegd en tevens
verklaard de motie naast zich
neer te leggen, maar wel bereid
te zijn met de centrales der amb
tenaren te spreken, als zij daar
toe een verzoek indienen.
SYNODE VOORSTANDER VAN
OECUMENISCHE
GESPREKKEN
In navolging van de Neder
landse bisschoppen heeft de Ge
nerale Synode der Gereformeerde
Kerken zich in Apeldoorn posi
tief uitgesproken over 't houden
van interkerkelijke gebedsbijeen
komsten. De synode, die alge
meen zijn waardering toonde
voor de duidelijke taal die de bis
schoppen in hun richtlijnen heb
ben gesproken, was van oordeel,
dat het houden van interkerke
lijke bijeenkomsten alleen kan
worden toegestaan als resultaat
van een gesprek, dat tussen de
betrokken kerken wordt gehou
den.
KAMER WIL GEEN
SPLINTERPARTIJEN
Met een zeer grote meerder
heid heeft de Tweede Kamer don
derdag een motie van mr. Beer-
nink (CHU) aangenomen', waar
in de regering wordt uitgenodigd
de kieswet zodanig te wijzigen,
dat voor het verkrijgen van een
zetel in de Tweede Kamer ander
half maal de kiesdeler nodig zal
zijn. Volgens de huidige bepalin
gen van de wet is 't behalen van
de kiesdeler voldoende iv
uitbreiding van de Kam,?
lüü tot 150 leden werd het iÜ
lute stemmental, nodig Von
Kamerzetel, verlaagd van 5
cent van de stemmen tor'
procent. Om splinterpartiL
weren, willen de KVP, pJF
en CHU het percentace
1 brengen. De VVD was hï
gen, evenals de CPN, de Sn
de KVP-ers Welter en ifi
De motie werd aaneenonW
102 tegen 29 stemmen.
Toxopeus deelde mede, datV
motie in nadere overwecjJ'
nemen. Persoonlijk had hij!.!
zwaren tegen. e'
TREINBOTSING IN COLtlfc
24 DODEN
Op de lijn Buenaventura/
in de Zuidamerikaanse staaif
lumbia, zijn donderdag 'n r'
gierstrein en een goedereE
in botsing gekomen. Tot nu
zijn 24 stoffelijke oversell-
geborgen, maar gevreesd
dat de botsing meer doden 1
geëist. Ruim dertig reizigers*
den gewond.
Staatssecretaris vraagt advies
PREMIE - SPAARREGRiy
VOOR IEDEREEN
Een reeks van spaarvormtr,
In een brief aan de S.E.R.*
in de staatssecretaris van alge^
zaken, drs. W. K. N. Schmelzer
beeld geeft van de in voorberei;
zijnde algemene premiespaanegt
wordt in het bijzonder het gey>
van de raad gevraagd t.a.v. der
gestelde inkomensgrens van f 15
en de kwestie van cumulatievaan
miespaarregelingen. De staats-::
taris deelt mede er geen beza
gen te hebben dat de S.E.R. i;
vies in een openbare vergaderit;
handelt en vaststelt.
Blijkens de adviesaanvraag;:
voorgestelde regeling - die is
worpen op basis van overleg
meer met instellingen uit het ra
schappelijk leven - in grote l;
de volgende inhoud hebben:
Aan de regeling kunnen k:
men ingezetenen van 25-60
met een jaarlijks inkomen va;
hoogste f 15.000. - De deelce-
ontvangen over een spaarbednj
19).
„M... maar beste mijnheer van
P... Peuteren, zoveel geld bezit ik
niet! Ik heb niks! Helemaal
niks! Ik kan u geen cent beta
len!" jammerde smidje Verho
len. „Ik ben geen beste mijnheer"
beet de sombere man hem toe.
„Ik ben gewoon Jeroen van Peu
teren. Nomen est nomen, oftewel
de naam is een voorteken, zoals
ik op het gymnasium leerde. Ik
heet van Peuteren en zowaar als
ik hier voor je zit, zal ik je die
elfduizend tweehonderd en zestig
gulden uit je beurs peuteren
Vooruit! Op tafel met de ping
ping!" „Ik heb het niet!" jam
merde smidje Verholen weer.
„Heb je het niet, dan maar fal-
jiet!" rijmde Jeroen van Peute
ren vrolijk. Hij ging overeind
staan, stak zijn handen bezwe
rend uit naar smidje Verholen en
zei: „Hokus, pokus, bancroetus,
faljitus!" En of het nu door deze
geheimzinnige toverspreuk kwam
of door iets anders, dat zou ik
werkelijk niet kunnen zeggen,
maar een feit is dat smidje Ver
holen plotseling in een ijskoude
gevangeniscel stond. Het was een
naargeestig stenen hok, waar als
enig comfort een waterleiding
aanwezig was. Maar daar had je
niet veel aan, want die was be
vroren. „Welkom, vreemdeling",
sprak een in lompen geklede, tot
op het been vermagerde man.
„Eh... eh... goeiendag", zei smid-
ie Verholen. „Het is hier koud.
Brrrr! En waarom loopt u hier
niet weg? Daar ginds is een open
deur en de tralies hier zijn ook
helemaal verroest." De man
schudde langzaam zijn grijze
hoofd. „Als je hier zo lang zit als
ik, dan loop je niet meer weg",
zei hij. „Je gaat er aan wennen
en op de duur ga je het zelfs al
leraardigst vinden. Jeroen van
Peuteren heeft me hier neerge
zet omdat ik nog belastingschuld
had. Ik zit hier nu precies veer
tig jaar. Ik ga proberen de vijftig
vol te maken en dan betaal ik
mijn belastingschuld en n«:
hier ontslag. Misschien via*
ook wel of ik hier verdere
hele leven blijven mag. Maat
wat trekt ge een vreemd
Voelt ge u niet goed?" „Ikhtl
zo vr... vr... vreselijk koud'
smidje Verholen bibberend
met een klap sloeg hij tege:
grond. Toen hij weer tot ziet:
gekomen was, zag hij, dat
zijn eigen kamer op de ijst
grond lag. Hij was al dron
uit zijn bed gevallen, hij rilde
de kou en er hing een grote i;
gel aan zijn neus. „Brrrr! \k
nare droom!" mompelde Vit
len. Brrrr! Jasses! Gauw*
in bed, jongens!"
boekjes van pastoor. Hij ziet ze
in. En raakt geïnteresseerd, ja,
dat heeft z'n belangstelling, juist
wat hij weten moet. Mag hij dat
allemaal lezen? Ja, natuurlijk,
dat zal toch wel de bedoeling zijn
geweest! Daarbij, hij is toch geen
kleine jongen meer? Urenlang is
hij verdiept in de ilectuur, die
hem het rood naar de kop jaagt,
maar... als het donker wordt en
hij de boekjes uit handen legt,
heeft hij 't gevoel als een bevrij
ding uit de ban, die als een be
klemming over hem heeft gele
gen, en hij meent nu zekerheid te
hebben over de manier, hoe zijn
nieuwe taak te vervullen, de zoe
te taak van zijn verkering met
Marietje Swinkels!...
Intussen is moeder bedroefd
om hetgeen haar jongen gezegd
heeft. De mededeling dat hij niet
meer naar school terug wil, maar
nog meer de manier waarop hij
gemeend heeft zulks te moeten
zeggen. Wat begrijpt zij toch wei
nig meer van haar kleine Tony!
Was hij niet altijd de inschik
kelijkheid zelf, waar vandaan nu
dan deze opstandigheid? Gaat er
in dat hart meer om dan zij kan
vermoeden. Zij zucht, terneerge
slagen door de wetenschap, dat
de opgroeiende jongens zich niet
langer wensen te schikken in
haar moederlijke leiding, die
toch 't beste met hen voor heeft!
Tony komt binnen met een on
gewone ernst over zich. Hij acht
zich sterk genoeg om alles te
trotseren, nu hij met zichzelf tot
zekerheid is gekomen.
Moeder is opgelucht als zij hem
weer ziet, want zij wist niet waar
hij heen was gegaan.
Tony vraagt vergiffenis over
zijn brutale mond van zojuist;
hij is een slechte jongen, maar
moeder troost hem en zegt dat 't
niet zo erg is en dat hij het zich
maar niet te erg moet aanrek-
ken...
De avond komt en brengt z'n
leed ook aan de anderen om To
ny's besluit. Hoe is toch alles zo
kunnen komen? Vooral vader
wordt er erg door getroffen en
zelfs Toon vindt dat het mooie
nu van Tony af is.
En deze zelf voelt dat hij van
een hoog voetstuk is afgedaald.
Het doet hem leed voor de ande
ren, maar minder voor hem zelf;
zijn strijd is gestreden. Daaren
boven heeft hij vooruitzichten
die hem een hemel op aarde toe
schijnen en die konden toch al
leen maar tot deze prijs worden
verkregen?
Het ging de laatste tijd niet
goed met ziek Anneke. Het meis
je was zelfs te zwak om nog naar
het ligtentje te worden vervoerd.
Het was om de moed bij te ver
liezen, ja, vreugde bestond er al
lang niet meer voor de van Ber-
kel's!...
Tony heeft zijn spullen terug
gehaald van het gymnasium. Ge
lukkig zag hij niemand van de
professoren, alleen maar 'n paar
broeders. En die konden er maar
niet over uit, dat de jongen thuis
zou blijven, daar hadden zij echt
geen gedacht op gehad.
De rector had geschreven, dat
Tony's besluit hem zeer had ge
troffen, temeer omdat deze altijd
op die ene uitzondering na een
oppassend student was geweest.
En dat ze zijn eerste brief niet
zwaarder mochten opnemen dan
hij bedoeld was!
Van Berkel heeft geantwoord
dat het hem ook verschrikkelijk
speet, doch dat de jongen nog
niet van gedachten was veran
derd en wat doe je er dan aan,
zoiets laat zich niét dwingen!
Pastoor is komen praten en
heeft de oude lui de raad gegeven
om er Tony maar geen verwijten
van te maken. Zij moesten 't als
een beschikking van de hemel
aannemen, het zou zó voor de
jongen wel het beste zijn. 5
lopig moest hij maar mee
doen met boeren, dan kon lij
tussen uitzien naar een
want voor goed boer worden
zou wel niet uithalen.
Neen, dat meende van
ook, die kende maar al tegK
boerengezegde„Latijn w
grond niet in!"
Pastoor deed zijn best vok
jongen, want hij begreep öil
deze omstandigheden een
hele levensmislukking het g?7
zou kunnen zijn. En al sp«
had hij goed nieuws: op des«
tarie kon een volontair gep's
worden. Als hij zich daar
kwaamde en dat zou best ?-
want hij had een vlug begn:
wist van aanpakken
zijn toekomst verzekerd
heten.
Tony ging dus naar de
tarie en had het daar
goed staan bij de burgen^
en de secretaris, en dat b
alles voor iemand die
komen in de wereld.
Vele weken verliepen
woon.
(Wordt ver™
BURGERLIJKE STAND HEUSDEN
over januari 1962
Geboren Jan zv J Pellicaan en J G C
Viveen - Hendrik Cornelis zv H Corne-
lisse en J A Baars - Adriana Maria Ger-
truda dv C A Eijkemans en G J Verhoe
ven - Marinus Hendrik zv W Oomen en
L N van Rijnsbergcn - Hieronymus Jo
hannes Christianus zv H J Banierink en A
M J van Herpt - Johannes Comelus Ma
ria zv J G Kipping en P J M v Oosterhout
Johannus Hendrik Jan zv H Wijtmans
en M A v d Schans - Lodewijk Johannes
Petrus zv M C v Dinther en M Mesman -
Paul zv B F Verf en P M C Derks, meer-
genaamd Wilbers Hendrika Wilhelmina
dv A W Johannesen en H Hetjes.
Gehuwd Jan v d Rozenburg 24 j te
IJselmuiden en Lena Pieternella Prinse 27
j alhier - Christiaan Joseph Maria Mcrkx
28 j alhier en Geertruida Veeman 24 j te
Drunen.
Overleden Thomas Adrianus Buijs 83
j echtg v P de Wilt - Nicolaas Cornelis
Maria de Jong 8 mnd. - Adriana Hen-
drina Buijs 80 j echtg v N F Vermeulen -
Gijsbertus Johannes Timmermans 80 j geh
gew met A J de Wilt Johan de Mol 62
j echtg v M Th Mulder - Pieter Kuijper
85 j echtg v J T Velding - Leonardus
Franciscus van Bladel 93 j geh gew met A
M v Diem.
Ingekomen R Claasse van Hengelo -
N Cornel en echtg van Geertruidenberg -
J W M Peters van Geertruidenberg - J J
M Peters van Geertruidenberg - C Plantaz
van Maastricht - M Riddering van Mij
drecht - J van Wijlen en gezin van Wijk
en Aalburg.
Vertrokken L C Wijnstekers naar Ier
land -LP Prinse echtg v v d Rozenberg
naar Kampen - Th A Mennen en gezin
naar Drunen - W Steenbergen naar Ca-
pelle a d IJsel - C A I B v d Helm naar
Papendrecht - M F G van Everdingen naar
Eethen - Chr H J Sprengers naar Breda
- W v d Broek naar Tilburg - J M v
Lent en echtg naar Hoge en Lage Mierde
- M Weijermars naar Vught - J C Beek-
mans en gezin naar Boxtel.
Het moge dan al zijn dat in de EEG voor
de industrie een goede integratie is bereikt,
de landbouw is hierbij echter nog ten achter
gebleven, aldus drs. P. J. Jorna, ad.
secretaris van het landbouwschap, in zaal
Nieuwenhuizen te Raamsdonk, tijdens een
voorlichtings- en studiedag van de plaatse
lijke landbouworganisaties, t.w. de afdelin
gen Raamsdonk, Waspik, Raamsdonksveer
en Geertruidenberg van de N.C.B. en de
afdeling Raamsdonk van de Mij. v. Land
bouw. Deze dag kon tot stand komen met
medewerking van de rijks-landbouw-voor-
lichtingsdienst.
De oorspronkelijke opzet van de EEG,
zoals die door Frankrijk en Duitsland werd
gedacht, aldus spr., werd weldra losgelaten
om te komen tot een ruimere economische
en sociale doelstelling. In eerste instantie
werd deze gevormd door een zekere af
braak van de muur die de grenzen met het
daaraan verbonden systeem van invoer
rechten e.d. vormden. Bij deze eerste pogin
gen tot integratie deed de landbouw echter
nog maar in theorie mee. Nu dient gezegd
te worden dat de moeilijkheden om de in
tegratie in de landbouw te verwezenlijken
ook buitengewoon groot waren. Vanwege de
grote prijsverschillen in de diverse aange
sloten landen voor de verschillende produc
ten. De 14e januari' van dit jaar is men
echter in Brussel tot een accoord gekomen.
Dit compromis dat ingaat op 1 juli a.s.
geldt alleen producten van extra-kwaliteit,
zoals groenten, fruit en tomaten. Voorlopig
is dit nog slechts te realiseren door een ga-
rantiebeleid uit een fonds van de nationale
schatkist. T.o.v. niet bij de EEG aangeslo
ten landen wil men komen tot speciale hef
fingen om met succes te kunnen concurre
ren. Als volgende fase op landbouwgebied
hoopt men in 1964 aan te vangen met een
gemeenschappelijk beleid voor kwaliteit-1
produkten. De derde fase voor kwaliteit-2
produktep denkt men zich in 1966.
Nederland heeft een grote export van
landbouwprodukten. Bij het zoeken naar
prijstoenadering ontstaan vooral moeilijkhe
den met Duitsland, waar de prijzen zeer
hoog zijn en gevaar ontstaat voor belangrijk
mindere verdiensten bij de agrariërs.
Daarnaast produceren Denemarken en
Engeland tegen een veel lagere kostprijs dan
hier in Nederland.
Door de besluiten van Brussel is echter
de weg tot integratie vrij gemaakt. Er is
een nieuwe situatie ontstaan waarin niet
ieder voor zichzelf beschikt over de prijs.
Deze is in handen gelegd van de economi
sche commissie met al6 overkoepelend or
gaan de raad van ministers.
Tijdens de middaguren werd door drs.
A. A. M. Rijniers van de agrarisch-sociale
voorlichting van de KNBTB een causerie
gehouden over mogelijkheden in de IJssel-
meerpolders. Deze uiteenzetting was daar
om zo interessant, omdat bij het ruilverka
velingsplan dat momenteel in Raamsdonk in
uitvoering is in totaal 5 van de land
bouwgrond moet worden afgestaan voor de
Langstraatweg en de rijksweg Gorinchem -
Breda. Hierdoor zullen bepaalde boeren in
aanmerking komen voor vestiging in de
polder Flevo.
Ir. J. E. de Vrieze
PLATTELAND MOET MEER
„LEEFBAAR" WORDEN
Samenwerking gemeenten noodzakelijk.
Op de Kringenontwikkelingsdag van de
N.-Brab. Mij. van Landbouw in hotel „De
Witte Leeuw" te Raamsdonksveer, heeft ir.
J. E. de Vrieze, secretaris van het KNLC
(Kon. Ned. Landbouw-Comité) een inte
ressante causerie gehouden over het onder
werp: „Heeft het platteland behoefte aan
goede voorzieningen?"
Alvorens de heer De Vrieze deze vraag
beantwoordde, gaf hij een visueel beeld van
de krachten die werken op het gezin, de
krachten van wetenschap en techniek, de in
dustrie, de economie en de „apparaten"
(regering, voorlichting, organisatie). De wer
king van al die krachten kan verwarring
veroorzaken. De boer trekt zich dan in zijn
isolement terug. Maar de krachten van we
tenschap en techniek, van de industrie en
ook die van de „apparaten" werken door.
Het gezin is niet meer besloten in zichzelf.
Het staat open voor de nieuwe dingen die
het beroeren als gevolg van de invloed van
deze krachten. Veel is aan het veranderen
en de veranderingen gaan snel. De sfeer van
de stad dringt via de genoemde krachten tot
het platteland door. De versteedsing van het
platteland is begonnen.
Inzicht en kennis. De heer de Vrieze re
leveerde uitvoerig de taak van de platte
landsorganisaties met betrekking tot dit pro
ces. Die taak is het vormingswerk in al zijn
facetten. Speciaal legde hij daarbij de na
druk op de sociale en intellectuele vorming,
waarbij het vooral gaat om het verkrijgen
van inzicht in de structuur van de samen
leving en het verwerven van meer kennis
op technisch en economisch terrein.
Komend tot de kern van zijn betoog zei
spr. dat het platteland niet achter mag blij
ven bij de rest van Nederland. Het platte
land moet meer „leefbaar" worden ge
maakt. Hij pleitte voor de bouw van samen
gestelde streekscholen (scholen met verschil
lende takken van onderwijs), schouwburgen,
dorpshuizen, zwembaden en bibliotheken.
Niet elk dorp kan al die voorzieningen heb
ben. Ze zullen daarom moeten komen in
een „kerngemeente" van een bepaalde
streek. Samenwerking van gemeenten i6
daarvoor noodzakelijk.
Ook waar het de vestiging van industrie
betreft, was de heer de Vrieze voor de aan
wijzing van kerngemeenten. Hij was het er
echter niet mee eens dat de werknemers
ook in die plaats moeten wonen. „Planning"
op sociaal-cultureel terrein achtte spr. nodig
om te komen tot een „leefbaar" platteland.
Actiever. Ook waar het de verkeersvoor-
zieningen betreft kan nog veel worden ver
beterd. De heer de Vrieze merkte op dat
door de plattelandsorganisaties (inzonder
heid de jongerenorganisaties) veel goed
werk kan worden gedaan. Zij zullen nog ac
tiever moeten worden als het gaat om het
verkrijgen van bepaalde voorzieningen in
dorp of streek. Het steeds weer aankloppen
bij bepaalde instanties zal tenslotte succes
opleveren, meende de heer de Vrieze.
Voorafgaande aan de inleiding van ir. de
Vrieze, hield de heer P. A. Boll, voorzitter
van de kring midden-Brabant van de jon
gerenorganisatie van de N.Br. Mij v. Land
bouw, een korte speech, waarin hij er op
attendeerde dat het aantal agrariërs jaar
lijks met bijna twee procent afneemt. Deze
teruggang echter moet een aansporing zijn
voor de land- en tuinbouw, kwalitatief op
hoger niveau te komen. „Wij moeten", al
dus de heer Boll, „steeds trachten ons po
sitief in te stellen op wat er rondom ons
gebeurt. Als jongeren-organisatie kunnen
wij een bijdrage leveren tot opbouw en ver
sterking van ons platteland".
Aan het slot van de middag werd onder
leiding van de agrarisch-sociaal voorlichter,
de heer R. Hoiting uit Zevenbergen, gedis
cussieerd over een aantal actuele vragen.
Sober en gaaf. Was de belangstelling voor
de middagbijeenkomst zeer gering (13 per
sonen), 's avonds was het iets beter. Ca. 30
personen luisterden toen aandachtig naar de
heer Martien Kasteleyn uit Utrecht, die
fragmenten voordroeg uit werken van Von
del, Jan de Hartog, Gabriëël Smit, God
fried Bomans en anderen. Ook declameerde
hij een nog niet gepubliceerd verhaal van
hemzelf: „De laatste rit". Martien Kaste-
leyns' declamaties waren sober en gaaf, in
nerlijk sterk doorleefd en soms van een die
pe bewogenheid.
De heer P. Bol dankte aan het slot de
kunstenaar voor zijn boeiende voordrachten.
Ook bracht hij namens de jongerenorgani
satie dank aan de organisator van deze ont
wikkelingsdag, de heer R. Hoiting.
copyright ova