1 1 H 1 1 het derde geslecht Sportproblemen in Waalwijk d r ies B.B. - Bijeenkomst op C.S. Amsterdam VOER VOOR PSYCHOLOGEN blad vóór en dóór de jeugd 0nze Engelse correspondent: ED. SLANDER 'i/" zou té kritióch zijn 3loe denk jij hierover A UI HOOFDREDACTEUR: L. F. van Beers REDACTIERAAD: Hans Brokx Gerard van Esch Jan de Groot Ine van Heesch Ad van Liempt René van Montagne Marcelle Romar ui 10 REDACTIE-ADRES; Putstraat 40, Waalwijk. TELEFOON: 04167 - 2023 04168 - 410 BANKIER; A'damsche Bank, Waalwijk. edE JAARGANG No. 11 25 MEI 1962 In mijn vorig betoog heb ik het genoegen mogen smaken, de Hollandse kaaskoppen terdege voor te lichten omtrent enkele bui tengewoon interessante zaken. Maar wat was het gevolg Stapels brieven, die uw redactie aan mijn persoontje doorzond. Natuurlijk kon ik van die brieven geen fluit lezen. Wat zijn die Hollanders toch stom. Waarom spreken zij ook geen Engels?! 77 JAAR NOODREM kort te gaan, de in mijn schone moedertaal ge- je begeleidende brief, maakte mij snel duidelijk iedereen nadere details wenste omtrent die grab- de handjes, die in mijn vorig artikel voorgeko- 0 zouden zijn. eezegd, zo gedaan. Dezelfde nacht, vorige week sdag om precies te zijn, ben ik opnieuw een ne gaan nemen in de woonstee van wijlen Lord rles. ar alvorens mijzelf op weg te begeven, heb ik me tens bezig gehouden met het bijeenrapen van euvel- el. Dit mag nimmer vergeten worden, vooral wanneer men zich in dergelijke omstandigheden ,r vVagen. Dit is niets abnormaals. Ongetwijfeld len reeds velen van mijn lezers hebben opgemerkt het lang niet gemakkelijk is euvelse moed bijeen rapen, temeer daar deze eerst verzameld dient te Hen. idelijk, toen ik de hele troep bijeen had in mijn rapzak, was ik met ziel en lichaam bereid de weg ar de hel in te slaan. Omdat de klant, in casu de :er, het wilde, heb ik de tocht ondernomen om- reeks het middernachtelijk uur; in vakkringen en nderboeken beter bekend als het spookuur. gelukkigerwijs was het een mooie, door een halve aan verlicht, nacht, waarin de romantische sfeer [echts onderbroken werd door het angstaanjagend ■fladder van vleermuizen en door enige wolken, die .•behagen in schepten met een spookachtige scheme rig langs het firmament te vliegen, om mij zo af en sde streep maanlicht te ontnemen. lat mij nog te vertellen dat enige dartele uilen mij uaf de muren der ruïnes vernietigende blikken toe apen. Dit aardige geheel werd omlijst door een Mispellend oehoe-geroep, hetwelk mij deed sid- ïren en beven. ach manmoedig ben ik verder getogen, de paden op, - lanen in, zoals, naar ik me meen te kunnen her deren, een Hollands lied het zo treffend weet uit beelden. 'an dan eindelijk het donkere silhouet van het ver ben kasteel van wijlen Lord Charles in zicht kwam, :egon onmiddellijk een dichte mist mij te omhullen, ■^getwijfeld moest dit het werk zijn van het reeds ;rder besproken Boze Oog. i begaf mij naar de plaats waar ik in mijn vorig ar- iel afscheid van u genomen heb, de oude biblio- eek. Opvallend was het, dat het onheilspellende ge- bei en ge-oehoe steeds heviger werd, evenals mijn agst, die ontzettende vormen begon aan te nemen. ioor mijn ogen zag ik het! Boze Oog, in de vorm van grabbelend handje. Het rangschikte de boeken in wijlen Lord Charles op kleur, ün staan wij, Engelsen, als een zeer moedig en held- volk bekend, maar toen op een gegeven ogen- 't fysieke in mij onraad rook, heeft mijn lichaam teruggetrokken, diep gebukt gaand onder een *are last, misschien ook om niet gezien te worden, ttffijl mijn geest zich geheel alleen verder spoedde. 1 vele ontberingen te hebben geleden, is mijn li- -imn weer in Hampshire aangekomen, waar mijn TCuw er nog dagelijks plezier van heeft. Zij laat het •4 de omwas doen en nog meer prettige dingen, dl bekend feit is, dat iemand zonder geest weinig dmag, althans voor wat het geestelijke werk be- •"tft. Daarom zal de schrijver dan ook gaarne wach ten tot zijn geest is teruggekeerd, want schrijvers horen tot de grote geesten, die het niet vermogen iets te kunnen doen zonder dit veel begeerde artikel. Edoch, een andere keer zien wij verder, maar schrijf uw brieven voortaan in de beschaafde Engelse taal. Als dierbaar Waalwijker is men terecht trots op de prachtige sportcomplexen die de laatste jaren door onze gemeente zijn aan gelegd. Alle hulde en lof voor dit dankbare werk. Doch zijn hiermee alle sportproblemen aan de kant? Al jarenlang hebben de verenigingen „Tachos" en „Wavoe" te kampen met een ernstig tekort aan zalen en velden, die toch een eerste vereiste zijn tot het brengen van grotere prestaties. Kijk, het is allemaal wel heel mooi dat onze gemeen te een prachtig sportcomplex voor de tennisclub „De Mattenkloppers" heeft aangelegd, maar het is eigen lijk toch wel heel droevig dat andere clubs, die al hun contanten beschikbaar moeten stellen om hun club nog net op de been te houden, het met een klein veldje en zelfs zonder zalen moeten stellen. Inderdaad, zonder zalen! Met andere woorden, deze jongens moeten zelfs bij thuiswedstrijden naar Til burg of Breda U begrijpt dat ik hier niet alle clubs kan noemen die met soortgelijke moeilijkheden te kampen heb ben. Ook uit hun naam schrijf ik. Willen er in de toekomst niet weer een paar sport clubs van het toneel verdwijnen, dan dient er nu krachtig en snel door onze gemeente te worden in gegrepen, opdat Waalwijk straks als een waardige sportstad de toekomst tegemoet kan treden. (van onze verslaggever) A. Henkelman De N.S. kan heden weer op een trots joubileum terug zien. Zij vierde 23 mei j.l. in gesloten kring het 77-jarig bestaan van de noodrem. Het feest, dat onder het motto „Hoe meer je remt, hoe lan ger je leeft" stond, werd ge organiseerd door de BB in samenwerking met de Nederlandse Remvereniging. De pre sident-directeur van laatstgenoemde instel ling, Prof. Dr. K. J. P. C. Bakker, sprak in zijn openingswoord enige ontroerende woor den tot de aanwezigen, over de geschiedenis en traditie van de noodrem. „Want waar de nood het hoogst is, is de rem nabij", zei hij onder een spontaan applaus van de genodig den. Vervolgens betoogde Prof. Dr. Bakker, dat de jeugd niet langer achteloos aan de rem voorbij mocht gaan. „Zij behoren zich in de geest van de ouderen te kunnen verplaatsen, die 77 jaar geleden als eer sten in geval van nood naar de rem grepen. De spreker verklaarde in een geschiedkundig over zicht, hoe de rem de nooddoop doorstond en welke noden o.a. tot remmen kunnen leiden. „Onder nood", zo zei hij woordelijk, „verstaan wij niet zekere menselijke behoeften, waarvoor wij welis waar begrip hebben; een hoofdstuk apart dat ook door de BB behandeld wordt. Voor zulke gevallen van nood zijn andere maatregelen getroffen. „Waar zou het heengaan", zo ging hij verder, „wanneer ie dereen in zulke gevallen aan de noodrem zou gaan trekken? Neen, de noodrem dient voor echte geval len van nood". Als voorbeeld noemde Prof. Dr. Bakker het geval van een reiziger die, alleen in. een wagon, in slaap is gevallen. „Deze persoon mag natuurlijk, zodra hij ontwaakt, aan de noodrem trekken", legde hij uit, „want anders zou hij mogelijk tot Groningen dooi moeten blijven rijden, terwijl hij in Maastricht reeds uit wilde stappen. Zulk een geval is weliswaar in de reeds 77-jarige geschiedenis van de noodrem nog niet zaterdag 5 mei j.l. Hier volgen enkele reacties, die wij in verband met het Persbal, gehou den op 5 mei j.l. te Drunen, ont vingen Mijn naam vindt u waar schijnlijk onbelangrijk, maar wanneer u mijn mening wilt weten, is m.i. hierop slechts één antwoord te geven, nl.: „Het was af". Mijn vriendin had geen zin om mee te gaan, maar ik geloof dat ze er veel spijt van heeft P. B., Waalwijk Het is voor mij een raad sel, hoe de redactie van 't door gaans zo originele jeugdblad „WIJ" zo'n Persbal kon organi seren. Wat ballen betreft (red.: U bedoelt waarschijnlijk: bals!) ben ik heel wat gewend, maar ik verzeker u, dat er hier geen bal aan was. Baaien! Hetty v. D., Kaatsheuvel Het Persbal? Nou, wel aardig. Een beetje te druk, ge loof ik. Toch was ik erg enthou siast. Mag ik misschien ook nog even opmerken dat de muziek iets te hard stond? Thea K., De Telegraaf Persbal! Bal? Neem me niet kwalijk, maar wordt er op een echt bal wel een dergelijk publiek toegelaten? G. v. L., Drunen Ik vond alles nogal schom- melig, zoals gewoonlijk op ons schip. Maar op deze toffe avond heb ik toch de brokken eraf kunnen rocken B. A., Elsevier's Weekblad Het was een goed georga niseerd Persbal, en naar mijn mening is de avond in een bui tengewoon gezellige sfeer verlo- Mijn verloofde en ik hebben uitstekend geamuseerd Lies B., Den Bosch In de kleine zaal was het verdomd jofel, vooral doordat Iets of wat rommelig in onze Koninklijke Marine voor de zaal waar pen ons zulk een aardige opluistering zorgde P. v. K., Rotterdam die twee „rock bands" speelden maar het was toch erg aardig Dr. v. C., Nijmegen voorgekomen, maar men moet de noodrem nu ook niet altijd pas dan gebruiken, als het kalf verdronken is. Tot slot ging de president-directeur van de Neder landse Remvereniging nog even op een ander belang rijk thema in. „Er zijn nog steeds meningsverschillen omtrent het gebruik van de noodrem, wanneer iemand uit de trein gevallen is. Deze persoon, zo mag men aannemen, heeft weliswaar 't reisgeld voor het gehele traject voldaan, maar het is toch vrij onwaarschijnlijk te noemen dat hij na zijn val nog van zijn recht ge bruik zal kunnen maken. Persoonlijk ben ik een voorstander van doorrijden en het teveel betaalde reisgeld minus administratiekosten aan de erfgena men uit te keren, doch men zou, omdat tegenwoordig de aanleg van de noodrem toch al zo slecht rendeert, ook kunnen remmen". En na het applaus met een dankbare buiging in ont vangst genomen te hebben, bracht hij een toast uit op een nóg minstens 77-jarig leven van de noodrem. Mulisch. Harry Mulisch. Voer voor Psychologen. En dan geen gewoon voer, een vette kluif, edeler, een delicatesse, rijst met bessesap, plumpudding met rum. Op de omslag van het voer voor psychologen staat Mulisch' portret. Op de voorkant het echte, op de achterzijde staan er nog twee, maar die schijnen min der geslaagd, ze zijn wat weggemoffeld. Dat beeld op de voorkant, dat doet het, dat is je ware, je ware. De flarden hangen er bij. Spieren en zenuwen en niets van kleren, niets aan het lijf. Niets om het lijf O jazeker, lees maar op bladzijde 26. „Niemand kan Christus meer begrepen hebben dan ik. Tegenover mij stond hij in mijn kamer en sloeg mij ook op mijn linker wang. Over hem zal ik nog wel eens een boekje open doen, want hij was God, en nog wat anders ook, berg je." We vrezen het ook. Een appeltje te schillen. En niet een appeltje voor de dorst. Die les je met borrelen. Harry Mulisch, rijk vloeiende bron van litterair meesterwerk, borrelt maar door. Nu en dan spuit het er zelfs uit. Hij borrelt en spuit onvermoeibaar. Of neen, onvermoeibaar ook weer niet. Voer voor psychologen. Voer, maagvulling. Spielrei. - zon -

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1962 | | pagina 3