op Zand
Moeder
i
De wateroverlast in de Biesbosch en
het gebied van de Beneden Donge
Gemeenteraad Loon
babyderm::
BELEVENISSEN VAN SMIDJE VERHOLEN
Pré-adviezen
6
DE ECHO VAN HET ZUIDEN VAN VRIJDAG 31 AUGUSTUS 1962
Het geheimzinnige
geval Blythe
S
einde aan zijn illusies te maken. Met
verschillende andere panden in de
Grotestraat werd ook het bedrijf en
de woning van de heer v. d. Ven in
februari 1945 verwoest, maar geluk
kig vielen hier geen doden te betreu
ren zoals helaas in de nabijgelegen
panden wel het geval was.
Wel werd de voornaamste mede
werker n.l. de heer C. Swinkels ern
stig en anderen licht gewond.
Deze grote tegenslag vermocht niet
het moreel van de ondernemer te bre
ken. Er werd een tijdelijk onderdak
voor het bedrijf gevonden in een klas
lokaal van de Rijksvakschool en eni
ge tijd later kon de wachtkamer van
het spoorwegstation worden betrok
ken. Ook deze ruimte werd spoedig
te klein vanwege de geleidelijke uit
breiding van de produktie. Deze be
stond niet meer alleen uit herenpan
talons, maar ook complete herencos-
tuums, colberts en winterjassen wer
den gefabriceerd.
In 1947 kon een nieuw fabrieks
gebouw in de Loeffstraat worden aan
gekocht waar verschillende afdelin
gen een betere huisvesting vonden,
terwijl ook in de stationswachtkamer
voorlopig nog een deel van het be
drijf gevestigd bleef.
Op de duur bleek deze splitsing
echter niet bevorderlijk voor een ra
tionele bedrijfsvoering en de heer v.
d. Ven was er juist van overtuigd dat
alleen door een zo efficiënt mogelijke
opzet, met de meest moderne hulp
middelen en werkmethoden een blij
vende plaats in de confectie-industrie
zou zijn te veroveren. Door de grote
vraag naar kleding en de hoogcon
junctuur in de naoorlogsjaren, was
het niet moeilijk afzet voor de steeds
groeiende productie te vinden. Doch
ook in de toekomst zou het bedrijf
zich moeten kunnen handhaven en
door opvoering van de kwaliteit zo
wel als de kwantiteit van de productie
de concurrentie van de grootindustrie
het hoofd kunnen bieden.
In de beschikbare bedrijfsruimten
waren echter alle mogelijkheden tot
opvoering van de productie reeds uit-,
gebuit. Er werden daarom plannen
ontworpen voor een nieuwe, ruime
fabriekshal. Deze nieuwbouw en de
inrichting hiervan met de nieuwste
machines, zouden echter grote kapi
taal-investeringen vergen, terwijl nog
tal van andere problemen, o.a. de per-
soneelschaarste, onder het oog moes
ten worden gezien.
Snelle ontwikkeling
Na een gedegen bestudering van
de plannen, waarbij de heer v. d. Ven
zich door verschillende experts liet
voorlichten, werd besloten tot de
bouw van een nieuwe fabriekshal, te
genover de bestaande fabriek, die
eveneens in gebruik bleef.
Deze nieuwe fabriekshal werd in
1958 betrokken. Het personeel, dat
meestal in het bedrijf moest worden
opgeleid omdat er voor deze industrie
in Waalwijk of omgeving geen ge
schoolde krachten te vinden waren,
groeide uit tot 100 personen, voor
het merendeel meisjes. Van een ori
ëntatiereis naar de V.S. van Amerika
keerde de heer v. d. Ven terug met
nieuwe ideeën, die hij vol geestdrift
bij zijn eigen bedrijfsvoering ging
toepassen. En met succes.
Vol-automatische machines en -per
sen en rationeler werkmethoden de
den hun intrede en zorgden voor een
belangrijke productieverhoging en
kwaliteitsverbetering.
De verkooporganisatie paste zich
bij deze nieuwe opzet aan. Er werden
ook met het oog op de Euromarkt
afzetgebieden gezocht en gevonden
in Duitsland, Zwitserland en België.
De Cowa-producten vonden in bin
nen- en buitenland zodanig aftrek
dat spoedig een verdere uitbreiding
van bedrijfsruimte noodzakelijk werd.
In 1961 werd begonnen met de
bouw van een nieuwe fabriekshal, die
begin 1962 kon worden betrokken,
waardoor 300 m2 bedrijfsruimte aan
de bestaande werd toegevoegd en een
zeer moderne cantine, alsmede een
school voor opleiding van modinettes
kon worden ingericht. Momenteel be
draagt het aantal werknemers(sters)
120.
Inmiddels liggen weer plannen ge
reed voor een nieuw riant kantoor
gebouw met lokalen voor in- en ver
koop.
Wij willen dit resumé over de suc
cesvolle ontwikkeling van dit voor
Waalwijk unieke bedrijf besluiten met
de voortvarende directeur de heer A.
J. van de Ven geluk te wensen met
hetgeen hij en zijn medewerkers, on
danks de vele moeilijkheden, hebben
weten te bereiken. De huldiging voor
deze prestatie, waaraan de heer v. d.
Ven zich op zijn jubileumdag niet
zal kunnen onttrekken, is zeker meer
dan verdiend.
Moge ,,Cowa" onder zijn energie
ke en kundige leiding in de toekomst
eenzelfde succesvolle ontwikkeling
blijven doormaken.
Het huidige fabriekscomplex van „Cowa" aan de Loeffstraat. Links op de voorgrond
de in 1947 betrokken fabriek. Rechts de fabricksuitbreidingen in 1958 en 1961. Op de
plaats van het oude pand, midden op de foto, komt het nieuwe kantoorgebouw. Op
de achtergrond de nieuwe Langstraatweg.
FEUILLETON
van
„DE ECHO VAN HET ZUIDEN"
Een oorspronkelijke speurders
roman door
J. F. VAN NUGTEREN
38).
Jefferson stelt vijf vragen aan het
„mysterie".
Het gereed komen van de foto's
van mevrouw Champion en Rose
Clare viel samen met het telefoon
tje van commissaris Bloombury,
waarbij deze Jefferson mededeelde
dat hij het „dossier Lawrence Bly
the" had weten te bemachtigen. La
ter zou blijken dat de foto's hoe
wel die, ondanks hun esthetische
waarde, Jefferson aanvankelijk niet
konden helpen bij zijn onderzoek
belangrijker waren dan het dossier
van de procureur-generaal van het
gerechtshof in Londen. Weliswaar
was de locale sfeer op de gerepro
duceerde, doch uiteraard nu zwart
wit foto's, niet zo fleurig en zonnig
als op de kleurenfoto in de Ladies
Home Journal, maar de beide beel
tenissen mochten er toch nog we
zen. De behandeling was snel ge
schied in het laboratorium van de
criminologische afdeling. De vrouw
en het meisje waren, ieder afzon
derlijk, uit hun natuurlijke omlijs
ting van rode rozen getreden; al
wat niet tot lichaam en gelaat be
hoorde, was weg geretoucheerd.
Jefferson had het portret van Ro
se Clare in een fraaie verzilverde
lijst laten zetten; de beide andere
foto's en het damesblad voegde hij
er los bij en maakte er een pakket
van. Niet zonder pret om de onge
wone bezigheid, die hij nu verricht
te, schreef Jefferson er een harte
lijk briefje bij.
„Beste Roosje.
Hierbij los ik mijn belofte in en
stuur je het damesblad terug met
de vergrote foto's, waarvan die van
jou in een lijst.
Als ik mevrouw Champion spreek
zal ik haar van mijn bezoek aan jou
vertellen. Hartelijke groeten, ook
voor je grootmoeder.
J. Hardon.
P.S. Ik ben al bezig een betrek
king voor je te vinden op een kan
toor. Je hoort nog wel van me."
Grinnekend sloot Jefferson de
envelop en daarna het pakket, zon
der adres van afzending er op te
Totale schade ver boven de twee miljoen
Als gevolg van de stormvloed van 16/17 februari van dit jaar zijn in
de Zuidhollandse Biesbosch, de Brabantse Biesbosch, het gebied van
de Donge en dat van het Oude Maasje omstreeks 9200 ha. over
stroomd. Op 80 plaatsen zijn kaden doorgebroken. De schade aan
waterkeringen en gebouwen bedraagt ongeveer twee miljoen gul
den, waarvan een derde aan rijkseigendommen. De omvang van de
schade aan de landbouw, uitgedrukt in geld, is onbekend. Dit zegt de
minister van Verkeer en Waterstaat drs. H. A. Korthals, in antwoord
op schriftelijke vragen dienaangaande van 't lid van de Tweede Ka
mer, de heer Assmann.
De bewindsman bevestigt, dat er
nog steeds van wordt uitgegaan dat
niet alleen de Biesbosch, maar ook
het gebied van de Beneden-Donge
voorshands moet blijven dienen als
noodzakelijke bergboezem in geval
van zeer hoge waterstanden, ten
einde andere gebieden, met name
Dordrecht, en Bandijken langs de
benedenrivieren in Zuid-Holland en
i^oord-Brabant, tegen overlast van
water te vrijwaren.
Afgezien van de vraag of het juist
en redelijk is dat Noord-Brabant,
speciaal 't Donge-gebied, periodiek
terugkerende wateroverlast moet
aanvaarden teneinde een andere
provincie voor overstromingen te
vrijwaren, moet, aldus de minister,
worden opgemerkt, dat de water
staatkundige situatie voor het ogen
blik geen verandering toelaat, het
geen aan de betrokken eigenaars
en gebruikers van de gronden be
kend is. Indien zij geen risico wil
len lopen, zal dat voor hen reden
zijn om hun kaden in zodanige
staat te houden dat het overlopen
daarvan geen schade veroorzaakt,
en hun landgebruik zodanig te re
gelen, dat overstroming in het win
terseizoen geen schade tot gevolg
heeft. De bewindsman merkt op dat
de afsluitingen van het Haringvliet
en het Volkerak in het kader van
de uitvoering van het Deltaplan, 'n
zodanige verlaging van de storm
vloedstanden zullen medebrengen,
dat de periodieke overstromingen
in de Biesbosch en het gebied van
de Beneden-Donge tot het verleden
zullen behoren. Bezien van het wa
terstaatsstandpunt kan de minister
geen aanleiding vinden tot schade
loosstelling wegens waterstanden,
die zoals de betrokkenen bekend is,
veelvuldig te wachten zijn en waar
tegen zij zich kunnen wapenen. De
regering is echter bereid onder na
dere goedkeuring van de Staten-
Generaal een bijdrage te verlenen
in een door het provinciaal bestuur
van Noord-Brabant in te stellen
fonds voor tegemoetkoming in de
geleden schade.
Voorstel tot benoeming van de commis
sie van bijstand voor de wegen.
In de vergadering van 16 juni 1947 stel
de de raad een verordening vast, regelende
de samenstelling en de werkkring der com
missie van bijstand voor de gemeentewegen
in de gemeente Loon op Zand.
Krachtens artikel 2 van deze verorde
ning worden in de eerste vergadering van
de raad uit de raad drie leden voor deze
commissie benoemd. De voorzitter van de
commissie wordt door het college uit zijn
midden benoemd in zijn eerstvolgende ver
gadering.
Voorstel tot benoeming van det commissie
voor strafverordeningen.
In elke eerste raadsvergadering is het ge
bruikelijk dat de leden van de commissie
voor de strafverordeningen benoemd wor
den.
De taak van een dergelijke vaste com
missie is, de mede-voorbereiding van alle
ter behandeling in de raad te brengen ver
ordeningen tegen wier overtreding straf
wordt bedreigd.
De burgemeester is van rechtswege voor
zitter van deze commissie.
In de voorafgaande vier jaren hadden
zitting in deze commissie, de heren Beerem,
van Noye, Steenbergen en IJpelaar.
Ook in deze eerste raadsvergadering stel
len B. en W. voor vier personen uit de
raad tot lid van deze commissie te benoe-
Voorstel tot aanwijzing van een vertegen
woordiging uit de gemeenteraad in de ge
meentelijke commissie van overleg in amb
tenarenzaken.
Overeenkomstig de verordening regelen
de het georganiseerd overleg in ambtena
renzaken wordt een overleg-commissie in
gesteld die bestaat uit vertegenwoordigers
van de organisaties en een vertegenwoordi
ging van het gemeentebestuur. Laatstge
noemde vertegenwoordiging bestaat uit één
lid van het college van burgemeester en
wethouders en drie leden van de gemeen
teraad, door deze colleges uit hun midden
aan te wijzen. Ingevolge het bepaalde in
artikel 7 van de verordening geschiedt de
aanwijzing bij elke nieuwe zittingsperiode
van de raad. In de thans aflopende periode
hadden in deze commissie zitting de heren
Elshout, van Nieuwstadt en van Noye.
B. en W. stellen derhalve voor om uit de
raad die vertegenwoordiger in genoemde
commissie aan te wijzen.
Voorstel tot benoeming van een commis
sie v£n advies als bedoeld in de Woonruim-
tewet 1947.
Ingevolge het bepaalde in artikel 8,
eerste lid, der Woonruimtewet 1947 be
noemt de raad jaarlijks een commissie die
tot taak heeft burgemeester en wethouders
te adviseren betreffende toewijzing en even
tuele vordering van woonruimte.
De commissie, wier mandaat per 1 ok
tober a.s. is beëindigd, werd gevormd door:
Kamer 1 (Kaatsheuvel, de heren H.
Brans, J. A. Grocncndaal, J. van der Lin
den, A. P. Snoeren en A. T. Zwart.
Kamer II (Loon op Zand), de heren H.
A. Berkelmans, J. J. van der Lee, W. C.
Ligtenberg, J. W. van Noye en mej. C. A.
L. van Veldhoven.
B. en W. stellen voor over te gaan tot
benoeming van een commissie voor het tijd
vak van 1 oktober 1962 tot 1 oktober 1963.
Voorstel tot het verlenen van medewer
king ex artikel 50 van de Kleuteronderwijs
wet aan het Bestuur van de H. Hart Kleu
terschool, Gasthuisstraat 15 te Kaatsheuvel.
Het Bestuur van de H. Hart Kleuter
school heeft een verzoek ingediend om me
dewerking ex artikel 50 van de Kleuter-
onderwijswet voor het inrichten van een
speelzaal, een leidsterskamer en het aan
brengen van drie nieuwe kleutertoilets. Tot
op heden had de kleuterschool nog niet de
beschikking over een speellokaal en een
leidsterskamer, ofschoon dit ingevolge het
Bouwbesluit Kleuteronderwijs wel vereist is.
Het bestuur van de Kleuterschool heeft de
beschikking over deze lokalen gekregen door
het vertrek van de Huishoudschool naar
haar nieuwe gebouw aan de van Heeswijk
straat.
De drie nieuwe kleutertoiletten
geplaatst nabij de speelplaats en
nig, dat rechtstreeks toezicht vanaf
speelplaats mogelijk wordt, zulks in
stelling met vroeger, toen van de Jf*
in het gebouw gebruik gemaakt nwJ9*
den. 06,1
De Inspectrice van het Kleuterond
heeft een goedkeurend advies Ve K
Aangezien de normale eisen, aan het'
van kleuteronderwijs te stellen, niet
worden overschreden, stellen B. en W
aan voornoemd bestuur de gevraagde
werking te verlenen.
Voorstel tot wijziging van raadsbtsl
tot verkoop van grond.
Bij raadsbesluit van 22 juni I960
aan Hubrecht E. Fossen te Tilburg'i
kocht het perceel bouwgrond aan de
lem de Zwijger-laan nummer 31. dcl
Fossen wenst van deze verkoop af i»
Thans is mevr. E. G. M. Fortuin-fw!
te Tilburg, Jan van Beverwijck-straat
voor dit perceel geïnteresseerd, reden J'
om B. en W. voorstellen tot verkoon
genoemde mevrouw over te gaan.
Voorstel tot het opnieuw vaststellen
de verordening op de heffing en invordenZ
van reinigingsrechten in de gemeente L/
op-Zand.
Bij Koninklijk Besluit is goedgekeurd-
verordening op de heffing en invordn!
van reinigingsrechten in de gemeente L*
op-Zand. De Kroon heeft daarbij ge^
gemaakt van haar bevoegdheid slechts*
delijke goedkeuring te verlenen om ru
verstrijken van de geldigheidsduur daarr
te kunnen beoordelen of met het vi»
stelde tarief niet wordt uitgegaan bov«-
normen welke te dezen aanzien in de
meentewet zijn vastgelegd.
Aangezien er evenmin termen aanie-
zijn om de bestaande verordening op anv
onderdelen te wijzigen, kan de redactier
deze verordening voor de opnieuw var
stellen verordening zonder bezwaar vort
overgenomen.
Voorstel tot het voorlopig goedkeurent;
een onteigeningsplan.
In het oosten van Kaatsheuvel dient r
de beschikking te worden gekregen c
enkele stukken grond om te kunnen kot'
tot verdere uitvoering van het uitbreidbc
plan in die omgeving.
Incidentele pogingen om langs minm.,
weg tot aankoop te komen, hebben in
verleden geen resultaat opgeleverd. B.
W. achten het daarom noodzakelijk omo,
dit gedeelte in een onteigeningsplan te b
trekken en stellen de raad voor het ter.
zage liggend „onteigeningsplan Kaatst,
vel 10" voorlopig goed te keuren.
Het valt niet moeilijk te raden wat
vrouw Krent met haar emmers op
dat land ging doen. We vinden het
dan ook niet nodig dit precies uit te
leggen, te vertellen en te tekenen.
We vertellen alleen, wat er de vol
gende ochtend gebeurde, toen smid-
je Verholen uit zijn slaap werd ge
wekt door een hels kabaal, een ge
loei van sirene's en een gelui van
grote, bronzen bellen. De smid
vloog uit zijn bed, keek uit 't raam
en. jawel hoor, er was brand!
Aan het eind van de straat dreef 'n
machtige rookwolk boven de huizen
en de brandweerauto kwam uit een
zijstraat al aangereden. Snel kleed
de de smid zich aan en nog sneller
liep hij de deur uit om te gaan kij
ken, want er was in dit dorp niet
veel te doen en zo'n brandje vorm
de dus 'n aardige afwisseling. Toen
Verholen bij de brand kwam, zag
hij dat het hier om het huisje en 't
winkeltje van mevrouw de weduwe
Rozina Krent ging. Duizenden men
sen waren op de been en iedereen
keek naar de open ramen, waaruit
onheilspellende, vettig-zwarte rook
wolken naar buiten gulpten. De
kloeke kerels van de brandweer
hadden intussen de slangen aange
koppeld en ja, daar gingen de eer
ste stralen al. Hupsakee! Precies
door de open ramen naar binnen!
Een onmenselijk gegil uit het huis
was 't enige resultaat van dit spui
ten, en nog dikkere rookwolken
gulpten naar buiten. „Vooruit man
nen!" riep de commandant van de
brandweer. „Vrijwilligers voor
Vrouw Krent is nog in het huis!"
Een onverschrokken brandweerman
rende nu met zijn bijl op de deur
af en ging die deur te lijf. Wie wel
eens brandweermannen met een bijl
heeft bezig gezien, weet hoe bedre
ven deze lieden hiermee zijn. Niet
voor niets zegt men wel eens,
niemand zo goed slopen kan als i:
brandweer. Maar goed, deze wa
kere kerel sloeg dus de deur
diggelen, deed in het voorbijgaan:
grote winkelruit sneuvelen en skt
alles wat hem in de weg stond, e?
zijn bijl aan gruzelementen. Heto:
gewonden publiek vroeg zich af
deze dappere man er in zou slag
vrouw Krent aan een verschrikt
lijke vuurdood te ontrukken. Ee
nog onmenselijker gegil weerklc
en de brandweer wist niets bete'
te doen dan nog meer water door:
open ramen naar binnen te spuite
vermelden, vanwege de valse hand
tekening en het leugentje, dat hij
aan Rose Clare had opgedist.
„Het mankeert er eigenlijk nog
maar aan", dacht hij, „dat ik een
foto van mezelf er bij sluit. Dan
zou oma terecht reden hebben te
beweren, dat haar vraag, of Roosje
van mij een foto zou krijgen, nog
niet zo erg dwaas was."
Na deze malle overdenking ratel
de zijn telefoon.
„Met Jefferson".
Van de andere zijde van de lijn
klonk een diepe mannenstem: „Hal
lo, Jef, hoe staan de papieren?"
„Hallo, Bloom", antwoordde Jef
ferson, „je vraagt hoe het met de
papieren staat. Die verwafcht ik van
jou."
„Ik heb ze Jef. Je kunt ze inzien."
„Prachtig, Bloom, eh. wat zou je
denken van een glas Bourgogne van
voor de oorlog?"
„Welke oorlog?"
„Tegen Napoleon. Oud genoeg?"
De brommende lach van de com
missaris trilde in Jefferson's oor,
zodat hij de microfoon terzijde van
zijn hoofd moest houden.
„Ik heb ook nog een kistje Henry
Clay", loog hij nog.
„Ben zo bij je, Jef, so long."
„Zo, dus dat is dan het beruchte
dossier Lawrence Blythe", merkte
Jefferson op. Hij bladerde nog eens
in de map en keek mistroostig naar
zijn vriend de commissaris.
„Heb ik niet veel aan, Bloom."'
„Ben ik met je eens, Jef, wat wil
je eigenlijk? Ben je zelf al iets op
het spoor? Hoewel ik niet zou we
ten welk spoor."
Jefferson keek zijn vriend pein
zend aan, hief zijn glas en zei: „Op
de onthulling van „Het mysterie
Lawrence Blythe."
Bloombury nam eveneens 'n flin
ke teug en zei prijzend: „Geen
slecht wijntje, Jef."
Daarna zwegen de beide mannen
een poos en vermaakten zich door
zich in dikke, geurige rookwolken
te hullen van de eveneens dikke af
ter dinners, die nochtans niet het
merk Henry Clay droegen.
„Je sigaren zijn ook best, Jef."
Bloombury kneep zijn rechteroog
dicht en aaide over zijn kale sche
del.
„Jammer, dat ik van alcohol en
nicotine zo weinig inspiratie krijg",
zei Jefferson. „Wat jij en ik nu
doen, deed ik ook met dokter Les
ser in Horsham drinken en ro
ken. Maar die Lesser vertelde me
tenminste nog wat en al wat jij
weet te doen, is een dossier voor
mijn neus leggen, dat geen draad
sensationeels brengt."
„En toch is jouw neus lang en
scherp genoeg, Jef."
„Maar die zal ik dan toch een an
dere kant uit moeten richten dit
stoffige document prikkelt mijn
neusharen niet eens. Van die getui
genverklaringen van de huishoud
ster en haar dienstbode wist ik al
af. Hé, waarom zou die oude
Forbes me niets hebben verteld van
zijn verschijnen voor de procureur-
generaal?"
„O Jef, zou je denken dat die ook
bij 't complot is betrokken?" vroeg
de commissaris plagend.
Jefferson vertrok zijn mond tot
een grijns om de loze grap van
Bloombury.
„Hm", bromde hij dan, „die oude
conservatief achtte het natuurlijk in
strijd met zijn conventionele stan
ding van notaris, daarover met ook
maar een woord tegen mij te rep
pen; zat vol ergernis om de oproep
en niet minder over mijn bemoei
zucht."
Jefferson nam zijn loep uit de bu
reaulade en nam het briefje met de
doodsaankondiging van Blythe, dat
zorgvuldig tussen cellofaan was ge
pakt, in z'n hand.
„Zeg, Bloom", vroeg hij, „vind jij
dit ook zo'n mal document? Dat
Blythe dat nou per se wilde schrij
ven, hè. En dan zo netjes dat briefje
op zijn nachtkastje deponeren
hoor 'm al kreunen: zo, dat is dat
alles geregeld, mijn testament
maakt en verteld waarom ik e
eind aan mijn leven maakte-:
moeten ze alleen mijn dode licha:
nog verbranden en dan kan m:
schone blonde minnares prettige
mijn geld verder leven. Heb jij
idee, Bloom, waarom Blythe er
op stond, dat de as van zijn lijk b:
ven zee moest uitgestrooid wi
den?"
„Hij verkeerde immers jarenlr
onder de Indiërs de Boedhi"-
laten zich altijd zo begraven, eb
verpulveren. Gebeurt wel meer,
Engeland ook. Eigenlijk staat bs
ook in de Bijbel van de Anglican
kerk: uit stof zijt ge geboren,
stof zult ge wederkeren."
„Dat klopt dan dus óók aan i-
kanten", knikte Jefferson. Hij -r
gon een mars te trommelen op -
bijzettafeltje en nam nog een
wijn.
„En je weet toch ook dat deze-
remonie in ons land bij testaffl«
of codecile tevoren moet vore-
bepaald", vervolgde Bloombury
(Wordt vervolf-
Twaalf ja
beetje klei
Toen vonc
demonstre
van kleurt
be Ameril
noeg was
juichen, w
ren liet w
sen over,
ten over
slechts vi;
bonden w
"Het is on
ether te
P^ts, maa
ter begon
sie-zender
door de el
He expert
wat hun
Pessimistei
Senlijk n0
beterd was
bleven vet
de ha ver kl
«b'j ieder