SPORT IN HET WEEKEND KW M Kim Hl li Certina STASSAR Smid je Verholen en de tegen Mars Natuurzuivere 6 DE ECHO VAN HET ZUIDEN VAN VRIJDAG 12 MAART 1965 6 KLEDING-VERHUUR bruidsjaponnen, bruidsmeisjesjaponnen, Bossche kleding-service HET GEHEIM VAN EEN NACHT frisse King Pepermunt, het beste dagelijkse middel ter opwekking en verkwikking. 28 O enz. en een ruime sortering gelegenheidskleding voor heren naar de laatste mode. Vugterstraat 205 - Tel. 34580 (na 19 uur 37491) 's-HERTOGENBOSCH BgaMW—lll- aaB—■IIIWII III w WEDSTRIJDPROGRAMMA BETAALD VOETBAL VOOR ZONDAG 14 MAART 1965. Ere-divisie ADO - Telstar Sittardia - MVV DOS - Fortuna '54 NAC - Heracles Feijenoord 23 17 1 5 35 60-26 DWS 23 12 8 3 32 43-20 Heracles 22 10 6 6 26 32-30 PSV 23 9 7 7 25 38-35 Sparta 23 10 5 8 25 34-33 Fortuna 22 10 4 8 24 31-32 Enschede 23 7 10 6 24 26-27 Ajax 23 9 4 10 22 49-42 GVAV 23 8 6 9 22 31-35 Telstar 22 7 7 8 21 22-26 MVV 22 8 5 9 21 32-42 ADO 22 7 6 9 20 27-30 DOS 22 6 8 8 20 37-42 Go Ahead 23 4 8 11 16 23-33 NAC 22 5 5 12 15 24-40 Sittardia 22 3 6 13 12 21-37 le Divisie Blauw Wit Veendam Elinkwijk - Alkmaar TOP 18 10 5 3 25 36-22 De Valk 18 11 2 5 24 39-20 Vlissingen 17 10 2 5 22 55-33 Helmond 17 9 4 4 22 37-30 Middelburg 17 8 4 5 20 31-26 De Spechten 18 7 1 7 18 29-30 Boxtel 16 6 4 6 16 31-31 RKC 18 6 3 9 15 40-42 Brabantia 16 6 2 8 14 29-36 Sparta 17 5 2 10 12 31-43 Valkenswaard 17 3 4 10 10 25-41 Hulst 17 3 2 12 8 16-45 2e klas A Vlijmense Boys - Gemert VOAB - Budel Taxandria - Bladella Blauw Wit 22 11 7 4 29 43-28 Volendam 23 12 4 7 28 51-37 Velox 23 10 8 5 28 41-32 Elinkwijk 22 12 3 7 27 35-27 Willem II 23 11 5 7 27 43-30 Eindhoven 23 9 8 6 26 44-37 NEC 23 10 6 7 26 47-42 Alkmaar 22 10 2 10 22 41-42 Volewijckers 23 7 8 8 22 39-36 Holl. Sport 23 7 7 9 21 38-39 RBC 23 8 5 10 21 36-39 VVV 23 7 7 9 21 39-45 DHC 23 8 5 10 21 36-48 Ensch. Boys 23 6 6 11 18 45-55 Excelsior 23 3 8 12 14 27-46 Veendam 22 3 7 12 13 31-53 2e Divisie A Tubantia - Hilversum Cambuur AGOVV RCH Heerenveen Tubantia Zaanstreek Wageningen Vitesse Zwartemeer Haarlem EDO ZFC Graafschap Hilversum PEC Zwolse Boys 23 13 23 13 23 10 23 9 22 10 23 9 23 10 23 8 23 23 23 23 23 22 23 23 6 10 2 13 5 11 6 12 7 15 33 45-24 31 42-29 28 39 - 30 26 28 - 22 25 36 - 42 25 35 - 27 25 46-37 25 33 - 32 24 36-31 22 36 - 33 22 27-32 20 22-28 18 35-40 17 26-32 16 31-54 9 25-49 UNA 17 9 3 5 21 39-21 Reuscl Sport 16 8 4 4 20 29-21 Gemert 15 8 3 4 19 33-23 Taxandria 15 7 4 4 18 33-27 Budel 16 7 4 5 18 21-25 Geldrop 17 6 5 6 17 20-20 Best Vooruit 17 7 2 8 16 23-42 Vlijm. Boys 15 6 3 6 15 23-23 VOAB 16 6 3 7 15 32-38 Bladella 15 4 4 7 12 25-38 Tongelre 17 4 4 9 12 26-41 St. Michielsg. 16 3 3 10 9 24-42 2e kla< B Terneuzen - Internos Steenbergen - Alliance Veerse Boys - Sarto DESK 16 11 4 1 26 45-16 Rood Wit 17 12 2 3 26 38-17 Zeeland Sport 16 8 5 3 21 25-27 Veerse Boys 16 6 5 5 17 27-24 Steenbergen 15 5 5 5 15 33-26 RKVVU 16 5 5 6 15 30 - 20 ODIO 16 4 7 5 15 24-33 Alliance 15 4 5 6 13 19-30 Internos 16 5 2 9 12 25-38 Terneuzen 15 4 3 9 11 33-36 Sarto 16 4 3 9 11 26-41 MOC 17 3 4 10 10 23-41 3e klas B Zwaluw VFC-ODC Concordia SVD-OJC RWBOJC DSC - Margriet 2e Divisie B NOAD - Fortuno VI. Roda JC-Longa SSC - BW Wilhelmina - Hermes DVS Helmondia 21 16 3 2 35 50-29 DFC 22 14 5 3 33 55-19 Xerxes 20 13 3 4 29 48 - 23 RODA JC 20 11 7 2 29 48-26 Limburgia 22 11 5 6 27 40-39 SVV 20 9 5 6 23 37 - 33 Baronie 21 8 7 6 23 38-30 BW 20 8 4 8 20 24-27 Wilhelmina 21 8 3 10 19 48-48 Fortuna VI. 20 6 4 10 16 27-42 NOAD 21 6 3 12 15 25-40 Hermes DVS 21 6 3 12 15 30-37 HVC 21 3 4 14 10 25-44 't Gooi 21 3 3 15 9 22-41 LONGA 21 2 5 14 9 28-67 AMATEURS le klas E Vlissingen - Boxtel Sparta '25 - Middelburg Brabantia - HVV '24 Valkenswaard - Helmond RWB Cone. SVD Baardwijk Blauw Geel Zwaluw VFC OSS RKSVA DSC ODC Margriet OJC WSC 15 14 0 1 16 10 5 1 17 8 17 16 16 16 15 16 15 13 16 3 11 28 51 - 15 25 43 - 22 19 31-27 19 33-27 15 40-38 15 24-24 14 22-29 13 20-24 13 20-26 11 32-48 9 22-32 7 12-36 3e klas C Gloria UC-TAC VES '35-WVO SCO - Virtus RKTVV - Gilze Uno Animo 16 10 2 4 22 42-42 RAC 17 8 5 4 21 33-22 TAC 15 6 6 3 18 31-28 WVO 16 8 2 6 18 30-22 SCO 16 7 4 5 18 23 - 20 Dongen 17 5 8 4 18 27-24 Hilvaria 16 6 3 7 15 21-20 Virtus 16 5 4 7 14 24-34 RKTVV 16 6 2 8 14 30-34 VES 17 6 1 10 13 28-43 Gilze 15 4 4 7 12 24-36 Gloria UC 15 4 1 10 9 24-34 4e klas B Zaltbommel - Den Dungen RKOCS - Irene Heusden - Linge Boys Haarsteeg 17 13 2 2 28 44-17 TGG 17 11 1 5 23 41-31 OVH 16 8 3 5 19 37-30 Buren 17 9 1 7 19 48-38 GW 17 7 3 7 17 35-34 RKJVV 17 7 2 8 16 31-37 FEUILLETON van „De Echo van het Zuiden" door A. ARNEFELT 4) Het heft was kunstig ingelegd met goud en zilver, en de smalle, scherpe kling, was tot halverwege bedekt met roudbruine vlekken, die al op het eerste gezicht bloedvlek ken bleken te zijn. Zonder twijfel was dit het dodelijke wapen. De agent hield het lemmet vast zonder het heft aan te raken, waarop zich misschien sporen van de moorde naarshand zouden bevinden, als het op vingerafdrukken werd onder zocht. „We zullen Wolf lucht geven aan het heft", zei de commissaris opge wonden, „misschien vinden wij dan het spoor van de dader." De hond werd gehaald, snuffelde eerst aan de dolk, toen aan de grond en rende plotseling zo haas tig weg, dat de man die hem aan de lijn hield, bijna werd omgetrok ken en de andere agenten hem nauwelijks bij konden houden. De hond rende het pad af, dat een eind verder in de laan uitkwam. Hij vloog naar het hek en rende naar buiten. Daar gingh ij rechtstreeks de straat op. Tante Bertha zag er niets van. Sinds de dolk was ge bracht, staarde zij er op neer. Al het bloed was uit haar gezicht ge trokken, ze kende het wapen dat haar broer van een reis naar Ve netië had meegebracht maar al te goed. Het stuk hing al jarenlang in zijn werkkamer aan een wapen schild. Ze had de dolk eergisteren nog in haar hand gehad en afge stoft. „Zullen we gaan, juffrouw?" De commissaris raakte zachtjes haar arm aan. Zwijgend liep ze naast hem. Het was niet ver. Half ver doofd van verdriet ging tante Ber tha met de politiebeambte het dok tershuis binnen. De hal was klein en met kleden en planten huislijk ingericht. Tegenover de voordeur leidde de trap naar de eerste ver dieping. Commissaris Springer trok bij het binnenkomen zijn wenkbrauwen op en gaf met een kort geluid zijn ver rassing te kennen. In de rechter hoek van de hal stonden de twee agenten met de hond. Wolf hield trots de kop omhoog en liet zijn slimme ogen van de een naar de ander gaan, alsof hij vragen wilde Linge Boys 16 6 3 7 15 30-30 Zaltbommel 16 4 6 6 14 34-25 Den Dungen 15 4 3 3 11 28-39 Heusden 14 4 2 8 10 19-32 RKOSC 14 3 4 7 10 18-32 Irene 16 4 2 10 10 29-46 4c klas E Zigo - GSBW Hieronymus - Oisterwijk RKSSS - Velocitas '31 Gudok 16 12 3 1 27 38-16 RKDVC 15 8 2 5 18 37 - 23 Zigo 14 8 1 5 17 26-25 RKSSS 15 7 3 5 17 17-14 GSBW 14 6 4 4 15 42-33 Zundert 14 7 1 6 15 29-32 Ons Vios 15 6 3 6 15 26-27 SVG 16 6 0 10 12 33-42 Hieronymus 14 3 3 8 9 17-26 Velocitas 13 3 2 8 8 18-33 Oisterwijk 14 2 2 10 6 28-38 4e klas F Madese Boys - Bavel Raamsdonk - Sprundel Right Oh - Waspik Groen Wit - Advendo VCW 15 11 2 2 24 33-13 Bavel 14 9 2 3 20 34-19 Right' Oh 14 7 5 2 19 33-26 Waspik 14 6 3 5 15 24-18 SET 15 6 2 7 14 24-31 Advendo 11 5 3 8 13 19-25 Raamsdonk 15 5 2 7 12 20-21 Sprudel 14 4 2 8 10 26-39 Groen Wit 14 2 6 6 10 18-33 Madese Boys 13 2 5 6 9 17-18 Breda 15 2 4 9 8 25-39 Res. 2c klas B WSC 2-Willem II 3 DESK 2-RKC 2 NOAD 3-RKTVV 2 NAC 4 - Uno Animo 2 Res. 3e klas B RKDVC 2-VOAB 2 ODC 2 - Dongen 2 TOP 2-Oss '20 2 JUNIOREN-COMPETITIE Programma zaterdag 14 maart 1 A 6 WSC 6 - Baardwijk 5 Sprang 5 - Desk 6 RKDVC 7-Uno Animo 6 RKC 8 - Berkdijk 5 2 A 7 WSC 8 - Desk 11 SSC 4-RKC 14 HNC 4-RKDVC 9 Berkdijk 6 - Sprang 7 B 6 Baardwijk 9 - Sprang 8 RKC 15-DESK 13 RKDVC 10 - Uno Animo 8 B 7 RWB 8-WSC 10 Baardwijk 10-Wit Zwart 5 2 A 6 RWB 7 Baardwijk 7 Uno Animo 7 - RKC 13 RKC 11-RKDVC 8 RKC 12-WSC 7 B 7 DESK 15-RKC 18 RKC 17-RKDVC 11 en Prisma horloges Stationsstraat 88, Waalwijk BRIEF VAN DRIEK VAN DE MOPPENHEUVEL. Beste Lui, Nou, ik heb deze keer ies 'n stukske ge schreven, soame mee Jantje de Rijmeear. En dè zal ik oew ies vertelle hoe dè ies ge- kome. 't Was zondag 's oavonds mee de carna val, dè 'k mee oons Kee over den optocht en zo zat te proate, toen Jantje de Rijme- lear binne kwaam. "Zedde ok noar den optocht gewiesf, Driek?" zeetie, "ze motte nog veul lere, wèr Kee, dan konne wij in oonze jonge tijd toch nog wel aanders plezier moake, wèr." En zo begon 't wèr en terwijl dè oons Kee de fles veur den dag hai gehoald en veur te man 'ne goeie kejak ingeschonken hai, zee ze "Och Jantje, ik geleuf dè ze niet weten wè carnaval eigenlijk ies En dè zalle ze hier in Wolluk wel nooit begrijpe ok. 't les hier ammcl groote tijd jongen. Ze willen of wei de kaant op van 'ne modesjouw, 't goat der dan om wie 't mooiste en 't duurste pak oan hee, of wel ze denke dè carnaval drie doagen losbaandig plezier ies. Mèr dè carnaval 'n feest ies dè uitbundig deur alleman, mèr dan toch nog netjes ge vierd mot worden, doar kanne ze meer der groot verstaand hier in Wolluk nie bij." "Verrekt Kee", zee Jantje, "dè hedde mooi gezeed, meid. Ze moake meer kepot es dèsse opbouwen. Kèèk mèr ies noar de kermis en noar de mert en vroeger noar de veemert, verdomme. Wè was 't doar toch gezellig war Driek." Jè, ik heb al zo dikwijls tegen Drieke gezeed dat tie doar ies 'n stukske van mos schrijve, zee Kee laachende weg, "mèr Driek wit dè ommers nie oan mekoare te krijge war. 't Is en blijft nen boer, Jantje", zee ze laachend. Nou Jantje mos ter ok om laache war. "Kee", zeetie, "doe nou niej zo rot en schink veur Drieke en veur mijn nou ies 'n bitterke in en dan zal ik Drieke wel efkes helpen, want aanders kantie nog niet op tijd noar bed mee jouw. En 't ies nog te koud om alléén te goan, ge mot nou nog vierenveertig kanne goan liggen, dès werm". Nou en zo ies 't gegoan war. Mèr Jantje schreef 't weer wel zo op dè 'n 'ne rijm wier, dè witte veruit war en toen 't kloar was, zeetie: "Nou kanne ze 't nog zinge óók Driek, net es vroeger op school, witte wel Holland, je bent al zo dikwijls bezongen, Land van 't water, de wind en de wei. En 't kwaam verdomme nog uit ók, lees de gullie 't zelf mèr ies. Wolluk ge bent al zo dikwijls bezongen Stadje van 't Iear en de schoenmoakerij. En al ben ik mer 'n klein nuchter boerke 'n Liedje van mijn kan ter ok nog wel bij. Wolluk, zo veulen die hebben al bezongen Oewe St. Janstoren en oew stadhuis mee z'n plein, Ik bluf nie van Wolluk, want ik ben mer 'n boerke, Die altijd geleerd hee eenvoudig te zijn. Wolluk ge bent nou zo welig aon 't tieren De tijd dè ge durp waart ies lang al verbij, Jou meensen die krijge al stadse menieren Dé heurt bij de trots van oons stadje zo bij. Mer ik vraeg jou, waor ies oew fierheid gebleve Ginnen tram of gin spoor ziede bijnao mir gaon En al hè de jou mert ók mooi kettingskes gegeven Oew veemert ies al lang naor Den Bosch tóegegaon. Wolluk ge hed nou zo'n mooi wandelpark Plantsoenen en stroate die er maage zijn Mer ik vraog jou, wil de ok esteblief goan kijken Noar 't oostelijk gedeelte van jou eerste zein Hoe de auto's doar spettelen deur al die plassen Zo det waoter bij de meense in de gang komt te staon Dan vraog ik me aaf, zijn die sukkelears vergete Of hebbe daor die meense jou soms iets misdoan. Oew Vredesplein ies doar zo prachtig gelegen, Ge docht wel, daor komt Wolluk vaast mee veuroan Ik mot zegge ge hed 'r al héél we mee verkregen Kermis en mert zijn der al noar den donder gegoan. Jou mooi ouwe gevels in de Stationsstraot Waor ik nog altijd mee weemoed naor kijk Daor zie de nou juinen en dooi modepoppen Bij gruunteboer Klein en tcxticlzaok v. Dijk. Zo moakte alles mooi, mer zo stijf es den donder De pracht en de pronk, die komt altij veuroan, Veur de leut ies gin plek, doarom ies 't ok gin wonder Dè de carnaval nie gevierd wordt spontaan. Joa meense, die motte den hoogmoed verdrijve Rijk en erm, die motte mekoare verstoan, De road mot op klompe durve verschijne, En de Heren es boer in den optocht mee goan. Wolluk, ik schaai 'r nou uit mee mijn liedje Haauw toch jou meense van hoogmoed bevrijd, Bewoar es 't kan toch de eenvoud 'n bietje, Dan gun ik jou van harte 'nen betere tijd. Dè burgers en boeren mekoare warderen Dè rijk en erm hier zal goan haand in haand. Dan kan 'n aander van Wolluk iets leren, Dan pas ies Wolluk 't Schoenmoakers- laand. Jantje en Driek. J. v. L. COP'BlGMT STUDIO 13. Toen smidje Verholen in gezel schap van de oude en wijze Gruran- trog het museum binnenkwam, ste vende er meteen een vierhandige suppoost op hen af. De man was juist als op aarde gekleed in dat aardige suppoostenuniform en voor zien van het speciale suppoosten petje. De brave borst boog eerbie dig voor de oude Grurantrog en zei: „Gegroet, o wijze der wijzen. En als ik het vragen mag, wat voert daar dan voor een zonderlinge, tweehandige met U mee! Moet de ze ook in het museum komen te staan!" „Welnee, suppoost," zei Grurantrog. „Deze hier is een twee handige man van de aarde. Wij hebben hem zojuist met een van onze ruimteschepen opgehaald. Ik hoop en verwacht, dat hij ons zal verlossen van de moeilijkheden, waarin wij met heel ons nijvere, vredelievende en vriendelijke volk terecht zijn gekomen. Wil ons dan nu de weg wijzen naar de zaal van de technische vooruitgang op Mars.' De suppoost ging het tweetal voor en opende een grote deur, die toe gang gaf tot de bedoelde zaal. „La ten wij eerst naar de fossielen gaan kijken," zei Grurantrog wijs. „Dan zijn we verkeerd," merkte de smid op „Ik zie hier een soort brom fiets staan en goeie help, wat 'n grappige auto is dat? Zulke karre tjes lopen er bij ons op aarde ook nog wel rond. Maar waar zijn de fossielen nu!" „Ik geloof, dat er 'n misverstand gerezen is," glimlach te Grurantrog. „Ge zult er nog even aan moeten wennen, mijnheer Ver holen, maar zoals ge U zonder twij fel herinnert, hebben wij beiden al vastgesteld, dat wij hier op Mars de aarde der tweehandigen vér voor uit zijn. Wat jullie daar nu modern noemen met de auto's en je brom fietsen, och. dat is voor ons reeds eeuwenoud. De fossiele overblijf selen van dat soort prapjasserij vindt ge bij ons alleen nog maar in het museum van oudheden. Daar is niets aan te doen. Wij zijn jullie nu eenmaal zo ver vooruit." „Nou goed dan," merkte smidje Verho len op, terwijl hij de fossiele brom fiets eens nauwkeurig bekeek. „Jul lie zijn ons een héél eind vooruit, maar heeft die vooruitgang nu wer kelijk zo bijzonder veel te beteke nen!" of hij dat er niet goed had afge bracht. Snel liep de commissaris op de beide mannen toe, terwijl tante Bertha vlug de trap opliep; ze dacht alleen maar aan Rosemarie. Het bevreemde haar, dat ze de jonge vrouw nergens zag. Zou ze dan werkelijk nog slapen? Zachtjes klopte tante Bertha aan de deur van de slaapkamer. Toen ook na harder kloppen alles stil bleef, werd ze ontzettend bang. Er zou Rosema rie toch niets overkomen zijn! Met haar vuisten bonsde ze tegen de deur en riep Rosemarie's naam. Vergeefs. Met twee treden tegelijk vloog de commissaris de trap op. „Is de deur op slot?" vroeg hij ademloos. „Ja, en mijn nicht geeft geen ant woord. Ik ben bang dat haar iets overkomen is". Een van de agenten was de com missaris nagekomen. „We moeten geen tijd verliezen," zei Springer opgewonden: „Breek met Winckler die deur hier open. Het slot zal zo sterk niet zijn". Dat was ook zo, en al gauw vloog de deur open. Op het vloerkleed lag een jonge vrouw buiten kennis en nog geheel gekleed in haar bruids japon. Alleen haar krans en haar sluier had ze afgelegd. Haar handen waren als in kramp tot vuisten ge- I knepen en haar jonge gezicht was vertrokken toteen masker van smart en pijn. In de kamer leek al les precies op zijn plaats te staan, het bed was onbeslapen en er stond geen stoel van zijn plaats. „Ze is dood!" stamelde tante Ber tha, die alle hoop opgaf. De com missaris, die naast de jonge vrouw was neergeknield en naar haar haar hartslag luisterde, schudde 't hoofd. „Nee. Mevrouw Burghauser is al leen buiten bewustzijn. Winckler, haal eens vlug de politiedokter". „Laat u mij alstublieft met haar alleen", zei tante Bertha, nadat zij haar nicht op een divan had neer gelegd; ze zou te veel schrikken als ze bij het bijkomen een vreemde man naast zich zag". Tot haar verbazing weigerde de commissaris ernstig en beslist: „Dat kan ik tot mijn spijt niet toestaan, juffrouw. Ik moet er in elk geval bij zijn als mevrouw Berg- hauser bij kennis komt. Haar eerste woorden zijn van het grootste be lang. De moord op haar man is niet, zoals we eerst dachten in de tuin gepleegd, maar hier in huis". „Hierinhuis?" stamelde tante Bertha ontzet. „Ja, de hond heeft het spoor van de moordenaar tot beneden in de hal gevolgd. Daar is de moord ge pleegd. Er liggen nog bloedvlekken. Aangenomen kan worden, dat me vrouw Burghauser getuige was van de daad, daarom zijn haar eerste woorden zeer belangrijk. Ik kan me dus niet verwijderen. Maar ik wil natuurlijk graag ergens gaan zitten, waar ze me niet kan zien". Hij zette een stoel in een hoek en nam er op plaats. Tante Bertha zei niets meer; ze wreef mechanisch de ijskoude handen van haar nicht en keek verward voor zich uit. Getuige van de daad! Rosemarie! Nu be greep ze waarom de jonge vrouw bewusteloos was. „De rechter van instructie ver zoekt de dames in de hal te komen. Hij zal daar alle huisgenoten ver horen". Een agent bracht deze boodschap naar tante Bertha, die bij Rosema rie op haar vroegere kamer in het ouderlijk huis zat. Enkele minuten geleden waren ze uit het andere huis daar aangekomen. Rosemarie in volledig apathische toestand, waarin ze kort na het bijkomen uit de bewusteloosheid vervallen was. Tante Bertha was nog altijd volsla gen verbijsterd. Toen in het andere huis de jonge vrouw met de hulp van de politie dokter eindelijk bij kennis was ge komen en tante Bertha haar wilde omarmen, was Rosemarie sidderend van haar teruggedeinsd. „Raak me niet aan", had ze wild uitgeroepen. „Er kleeft bloed aan mijn handen! Ik heb hem vermoord ik! En toch heb ik ooit van hem gehouden!" Een glimp van waanzin had in Rosemarie's ogen gestraald, zodat tante Bertha bijna bang voor haar werd. Het waren de enige woorden geweest die Rosemarie sprak. Direct daarop verzonk zij in een toestand van ongeïnteresseerdheid, gaf geen antwoord meer en liet alles met zich doen. Toen vroeg tante Bertha de heren de kamer te verlaten, zodat haar nicht zich kon verkleden. De jonge vrouw kon niet in haar bruidsjurk blijven en zo over straat gaan. Maar ook tegen haar alléén zei Rosemarie geen woord. Er was geen verklaring uit haar te krijgen. Tante Bertha begreep er niets van. Wat moesten die woorden van Ro semarie in 's-hemelsnaam beteke nen? Een moordenares? Het was toch niet mogelijk, dat Rosemarie Burghauser vermoord had? Het ergste was echter, dat de politie dokter en de commissaris de ver schrikkelijke woorden gehoord had den. (Wordt vervolgd)

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1965 | | pagina 6