wAAlwijkse en UnqstRAAtse couraiu Herstel koperen koepel gaat veel geld kosten Nieuwjaarsrede van Kamer van Koophandel II» MEÏIM Problemen voor kerkbestuur St. Jan Tanden blank-Adem fris Onbetwist de beste tandpasta KLEDING-VERHUUR Bossche kleding-service Behoefte aan ruimte Voelt UzSch moe? Futloos, dag in dag uit? Laat Sanatogen U helpen. Neem het dagelijks en merk hoe Uw oude energie enjevenslust terugkeert. Sanatogen Scheepswerven Spoorweg VRIJDAG 14 JANUARI 1966 87e JAARGANG No. 4 De tcho yam het Zuióen Uitgever Waalwijkse Stoomdrukkerij Antoon Tielen Hoofdredacteur JAN TIELEN Gironummer 1069687 Dit blad verschijnt 2x per week Opgericht 1878 Bureaux Grotestraat 205, Waalwijk Tel. 04160-2621 Kaatsheuvel: Dr. van Beurdenstraat 8, tel. 04167- Abonnement p. week (0,26 2 ct. inc.k.) 0,28 p. mnd. (1,10 10 ct. inc.k.) 1,20 p. kwrt. (3,25 10 ct. inc.k.) 3,35 p. kwrt. p.post 3,70 bij girobetaling (bij incasso p. postkwit. 60ct extra) Losse nummers 20 cent. Advertentieprijs: 13 cent per mm. Contractadvertenties: speciaal tarief 2002 Telegram-adres „ECHO" Tijdens de kerkdiensten op nieuw jaarsdag heeft pastoor-deken Maes- sen zijn parochianen verrast met de mededeling, dat de koepel van de St. Janskerk mankementen vertoont, die eigenlijk een geheel nieuwe koperen bekleding noodzakelijk maken. Op zioh is dat natuurlijk niet zo'n ramp, maar de door afschrijving ge vormde fondsen zijn reeds danig aan getast door de grote onkosten, die en kele jaren geleden werden gemaakt voor het schoonmaken van de koepels en muren van de kerk. Dat was een activiteit die veel belangstelling trok, zelfs van de t.v. Kortgeleden werd 'n nieuwe geluidsinstallatie ingébruik genomen, die was aangelegd door Philips. Deze installatie kostte niet minder dan f 10.000. - Grote pro blemen levert ook de verwarmings ketel op, die een te geringe capaciteit heeft, terwijl een viertal dienstruim ten in restauratie zijn. Het koepeldak, dat vele lekken ver toont, wordt voorlopig nog niet ver nieuwd, De kosten van een dergelijke vernieuwing zouden onwaarschijnlijk hoog zijn. Er ging tijdens de bouw in de jaren 1923-'25 20.000 kg. rood koper op de daken. Voorlopig beperkt men zich tot het dichten van de lekken. Ook in 1941 heeft zich het euvel van lekkages voorgedaan, dat toen be trekkelijk gauw was verholpen. 2 MILJOEN STUKS BAKSTEEN De St. Janskerk is ontworpen door architect H. W. Valk uit 's-Hertogen- bosch. Het is 'n juweeltje van bouw kunst, geïnspireerd op de Byzantijnse bouwstijl en wordt wel neo-'byzantijns genoemd. De kerk werd naar huidige begrippen in snel tempo gerealiseerd. Einde juli 1923 werd het terrein af gepaald. Op 7 februari 1925 kon men beginnen aan de koepel, de twee de maart was de ijzeren koepelcon structie gereed, waarna met de hou ten bedekking kon worden begonnen. Daarna welfde men de grote koepel in 3M> week. Intussen kwam de toren op een hoogte van 50 meter en kon de spits worden aangebracht, die 13 mei gereed kwam. Aan de koperbe dekking van de kerk werd een half jaar gewerkt. Aan de imposante Sint Janskerk werden 2 miljoen stuks bak stenen verwerkt, 20 ton koper voor de dakbedekking, voor de ijzeren koe- pelkapconstructie ongeveer 40 ton ijze.r en aan natuursteen, banden en dorpels meer dan 100 kubieke meter. HONDENBELASTING De nieuwe tarieven voor honden belasting, aangenomen tijdens de zitting van de gemeenteraad van 30 december 1965, zijn gebaseerd op het onderscheid „Luxe" en „Waak honden". Door enige leden werd tijdens de ze vergadering reeds opgemerkt dat het praktisch gesproken niet moge lijk is een juist onderscheid te ma ken tussen „Luxe" en „Waakhon den. De volgende oplossing lijkt ons daarom veel juister; a 't onderscheid „luxe" en „waak"- hond verdwijnt, b. men gaat uit van de huurwaar de van het perceel waarin of waarbij de hond wordt gehouden en neemt deze huurwaarde als basis voor de tarief berekening. Het is duidelijk dat door deze methode de hondenbelasting over het algemeen naar draagkracht zal worden betaald. Naar wij ménen, wordt deze ge meentelijke verordening reeds ge ruime tijd met succes in Amster dam toegepast. In de overtuiging dat deze (meer sociale) regeling ook in Waalwijk aanbeveling'1 verdient, zouden wij u willen verz'óëken hiervoor enige ruimte in uw plaatselijk blad te willen reserveren. U -'bij voorbaat denkend, tekenen wij met de meeste hoogachting, P.v.d.A. afd. Waalwijk. r /m De leden van de P.v.d.A. die op de publieke tribune zaten tijdens de laatste raadsvergadering, hebben kennelijk niet erg goed geluisterd: het onderscheid tussen de beide ca tegorieën honden wordt door de gemeentewet vereist, zoals burge meester Teijssen herhaaldelijk heeft verklaard. Redactie. Geachte Redactie, Met verbazing las ik in één van Uw vorige nummers onder Kerke lijk Jaar, dat U geen cijfers over onze parochie kon geven, omdat deze, in tegenstelling tot andere pa rochies, niet werden verstrekt. Het kan waar zijn dat deze be richten niet van zo groot belang zijn voor de parochie als zodanig, maar zeker is het, dat Uw abonné's in de Antonius-parochie er wel be lang in stellen eens te weten hoe het verloop is geweest van 't ker kelijk leven in onze parochie, hoe veel er zijn gedoopt, getrouwd, overleden enz. enz. Ik hoop dat U dit bericht in de toekomst wél zult kunnen geven. U zult met deze tra ditie velen een groot genoegen doen. Ik dank U bij voorbaat. Een abonné uit de St. Antoniusparochie. Wij zullen dit gaarne doen, als we er toe in staat worden gesteld, en dit was thans niet het geval. Redactie. AANWINSTENLIJST OPENBARE BIBLIOTHEEK Bacher, I. Schone vogel Quetzal. Wanneer een Duits mijnbouwkun- dige een romance beleeft met een Indiaans meisje, ontglipt zijn ge liefde hem vrijwel onmiddellijk weer, evenals de legendarische vo gel Quetzal, die sterft nadat men hem heeft gevangen. Benzoni, J. Het hunkerend hart. Catherine en de gebr. de Montsal- vy. Een Parijs meisje van eenvou- rige afkomst leeft midden in de grote strijd die er heerste tussen de koningsgezinden en de aanhangers van Filips van Bourgondië in de le helft van de 15e eeuw. Braine, J. De jaloerse God. Een jonge rooms-katholieke le raar komt door zijn liefde voor een getrouwde vrouw in ernstig gewe tensnood. Havank. „Schaduw waarom?" Of, De stalen bruiloft.; detective. Collem, S. van. Sterren kijken. In kleine schetsjes vertelt schrijver over zijn ontmoetingen met beken de filmsterren. Cornelissen, I. De taaie rooie rakkers; Een documentaire over het socia lisme tussen de wereldoorlogen. Deinse, A. M. J. van. Etiquette Geboorte, verloving, huwelijk, rouw, omgang, aan tafel, correspon dentie. Laqueur, R. Dagboek uit Bergen- Belsen; maart 1944 - april 1945 Het authentieke dagboek van een Amsterdamse jonge vrouw, aange vuld met later uitgewerkte notities, waarin ook de weken durende spookachtige treinreis wordt be schreven, die voorafging aan de be vrijding door de Russen. BRUID SJAPONNEN, BRUID SMEISJESJAPONNEN, enz. en een ruime sortering gelegenheidskleding /oor heren naar de laatste mode. Vughterstraat 205 - Tel. 34580 (na 19 uur 37491) 's-HERTOGENBOSCH (vervolg van blad 1) net oog moet worden gehoudei Een eerste vereiste hiervoor is, dat de statistische gegevens over deze sector, die een agglomeraat vormt van vele dienstverlenende branches sterk wordt uitgebreid zowel in de diepte, alsook in de tijd. Ik ben van mening, dat ook in de sector van de dienstverlening 'n hechtere organisatie, ook waar het betreft de presentatie van goederen en diensten, tot grotere efficiëncy en in veel gevallen tot meer servi ce aan de klanten kan leiden. De Micro-show te Kaatsheuvel, die de laatste jaren tot een belang rijk evenement voor de schoen- en leder industrie is uitgegroeid, is hiervan een markant voorbeeld. Kort na deze manifestatie vinden nl. de zgn. leder-shows plaats in de afzonderlijke bedrijven, die voor 'n groot deel reeds hebben deelgeno men aan de Micro-show. Ik dacht, dat het een verstandige daad en van een begrip voor de nieuwe verhoudingen zou getuigen indien alle betrokkenen hun krachten zou den bundelen in een grootse show, die dan tevens de gelegenheid zou bieden om aan de Langstraat, als centrum van de Nederlandse Schoen- en Lederindustrie blijven de bekendheid te geven. Voor een onderdeel van de dienst verlenende sector, het midden- en kleinbedrijf, zou ik hier gaarne nog nsder Uw aandacht willen vragen. Uit enige publicaties is het afgelo pen jaar is gebleken, dat de wel vaartsstijging voor vele onderne mers in deze sector niet parellel is verlopen met de gemiddelde stij ging van het inkomen per hoofd van de bevolking; In het rapport van de commissie ontwikkelings fonds voor het midden- en klein bedrijf, dat onlangs is gepubliceerd, wordt dit nog eens duidelijk naar voren gebracht. De commissie tax eert, op basis van het in de Stich ting van de Arbeid overeengeko men minimumloon voor werkne mers, een minimum inkomen voor zelfstandigen van 6.000,- per jaar in 1962. Uit een statisch onderzoek in datzlfde jaar blijkt, dat 31 pro cent van de ondernemers in het midden- en kleinbedrijf een inko men had dat beneden deze mini mumgrens lag en dat dit percenta ge voor de onderscheiden sectoren was: ambacht 30, horeca 46 en ver voer 26 procent. Uit dit onderzoek kwam nog vast te staan, dat in som mige branches in ambacht en de de tailhandel het percentage van de ondernemers, die een inkomen had den beneden de minimumgrens van 6.000,zelfs de 60 procent ruim overschreed. Tot deze branches be horen o.a. de herenkleermakerij, de herenkappers, de rijwielherstel- plaatsen en de viswinkels. In en kele andere delen van ambacht en detailhandel, waaronder de aanne mersbedrijven, de garages, de lood gieter sbedrij ven en de drogisterij- zaken, werd een relatief bevredi gende inkomensverdeling aange troffen en lag het genoemde per centage van ondernemers met een inkomen beneden de 6.000,on der de 20 procent. De commissie komt na een gedegen studie tot het advies, dat zowel ontwikkeling als sanering nodig is om te komen tot een gezonde structuur van het mid den- en kleinbedrijf. Ook in het district van onze Ka mer zijn vele middenstandsbedrij- ven, die door interne en/of exter ne oorzaken in een situatie zijn ge raakt, dat het bedrijf een onvol doend loon- en winstinkomen op levert om het ten behoeve van de eigen broodwinning en in het ka der van een goede dienstverlening, op dezelfde weijze te kunnen voort zetten. Natuurlijk zijn er veel oor zaken van buitenaf die de slechte positie van grote groepen midden standers in de hand hebben ge werkt, doch ik kan mij niet aan de indruk onttrekken, dat interne oor zaken en ik noem hier het niet aangepaste ontwikkelingspeil van de ondernemers en de in vele ge vallen niet aanwezige wil tot sa menwerking er toe hebben bij gedragen, dat deze sector onvol doende aansluiting heeft gevonden bij de welvaartsstijgingen in de ja ren na 1950. Een facet, dat kan worden aan gemerkt als een externe factor, zou ik nog onder Uw aandacht willen brengen. Het betreft hier het door de plaatselijke overheid stimuleren en aanleggen van winkelcentra, zonder dat een deugdelijk onder zoek heeft plaats gehad naar de economische wenselijkheid van een dergelijk project. Indien de koop kracht van het gebied, waartoe het winkelcentrum behoort, te klein is om de aanvulling van het winkel bestand op te vangen, dan moet realisering van dit project leiden tot vermindering van het inkomen bij de reeds gevestigde bedrijven en/of teleurstelling brengen bij de ondernemers, die zich hebben laten verleiden om het bedrijf te begin nen of over te plaatsen naar het nieuwe winkelcentrum. Een gede gen vóór-onderzoek en overleg met de direct belanghebbenden kan het passende antwoord geven op dit probleem. De aanwas van de bevolking en de economische groei zijn in ons land gepaard gegaan met een zo sterk toenemende behoefte aan ruimte, dat op nationaal en ook op provinciaal niveau studies ter hand zijn genomen, die een verdeling van de ruimte zodanig trachten te ont wikkelen, dat daarin wonen, wer ken en recreatie op een verant woorde wijze mogelijk blijft. Het Provinciaal Bestuur van Noord-Brabant heeft onlangs een uitgebreid rapport in twee delen gepubliceerd, waarin een ontwik kelingsplan betreffende de toekom stige Brabantse ruimte is opgeno men. Deze studie is reeds door de Provinciale Staten voor kennisge ving aangenomen en de gezamen lijke Kamers van Koophandel in onze provincie hebben in een uit voerige brief aan het college van Gedeputeerde Staten aandacht be steed aan deze belangrijke studie. Er zou dus weinig aanleiding be staan om hierover onpieuw te spre ken, doch er zijn drie ookzaken, die hiertoe nopen. De eerste hiervan is gelegen in mededelingen van één van de des kundigen, die in de commissie die het rapport heeft opgesteld, zitting had. Hij stelde vast dat het ontwik kelingsplan 1965 niet gezien mag worden als een economisch plan en dat ook geen economische studies hieraan ten grondslag hebben gele gen. Juist hiertegen richt zich het be langrijkste bezwaar van de Kamers van Koophandel, die dit in genoem de brief ook duidelijk naar voren hebben gebracht. In het eerste deel van de studie getiteld Welvaarts balans worden slechte economi sche relaties behandeld in zover zij zijn af te lezen uit demografische ontwikkelingen. In het tweede deel wordt een schets van de ruimtelij ke ontwikkeling gegeven zonder dat een voldoende en diepgaand onderzoek heeft plaats gevonden naar de optimale vestigingsplaat sen. De geplande ruimtelijke ont wikkeling sluit geheel aan bij de regio's, die in de na-oorlogse jaren zijn gegroeid. Voor gebieden, die thans pas aan hun feitelijke ont- wiakkeling beginnen en ik noem hier het land van Heusden en Al- tena zou een soort status quo moeten intreden, die een verdere i economische groei en daarmede 'n i welvaartstoeneming van de bevol king afremt. Ook ik ben van me ning, dat een zekere indeling in de toekomst onmisbaar is, doch in het ruimtelijk plan van de provincie wordt te weinig rekening gehouden friet een economische ontwikkeling in die delen van Noord-Brabant, die daartoe tot op heden, vaak als ge volg van slechte infrastructurele omstandigheden, niet aan toe zijn gewkomen. Het tegenhouden van de economische ontwikkeling louter op ruimtelijke gronden kunnen leiden tot een economische ver zwakking van de gehele provincie en van een anti-welvaartsbeleid voor de betrokken gebieden. Ik zou er daarom voor willen pleiten, dat een versneld en diep gaand onderzoek naar de economi sche structuur en de economische potenties van Noord-Brabant wordt ingesteld op basis van het reeds door het Economisch-Technologiseh Instituut aangevangen werk, dat beoogt een rekeningenstelsel op te bouwen voor dit gewest en dat op het resultaat van dit economich on derzoek de ruimtelijke planning wordt afgesteld. De tweede reden van deze korte bespreking van het ontwikkelingsplan-1965 is gelegen in de omstandigheid, dat ook in de ze provinciale studie weer wordt aangetoond, dat Midden-Brabant in de na-oorlogse" jaren achter is ge bleven in groei, zonder dat hieruit consequenties zijn getrokken voor een aangepast beleid ten aanzien van dit gebied in de komende ja ren. Ik geloof, dat ruimere aan dacht voor het Waalwijkse haven gebied, wellicht uitgebreid in de Het versterkend middel voor jong en oud komende jaren in de richting van Capelle met terreinen gelegen tus sen Bergsche Maas en de Lang- straatweg, kan bijdragen tot een versterking van de economische structuur van dit gehele gebied. Tot slot zou ik de aandacht wil len vestigen op de geringe onder wijsvormen in het land van Heus den en Altena en het als gevolg daarvan zeer lage percentage van deelname aan het voortgezet on derwijs. Uit de welvaartsbalans kan worden afgeleid, dat in 1962 per 100C' mannelijke leerlingen er 221 na de lagere school niet verder stu deerden. Het provinciale percenta ge bedroeg toen 96. Van de 1000 leerlingen, die de lagere school verlieten, gingen er in 1962 in het land van Heusden en Altena 345 naar het nijverheidsonderwijs en 55 naar het VHMO. Voor de provin cie werden deze getallen vastge steld op 420 en 171. In de welvaartsbalans staat te le zen, dat het onderwijs voor de eco nomische en culturele ontwikkeling van een gebied een belangrijke fac tor is. Ik wil deze stelling gaarne en ten volle onderschrijven. Het is daarom zeer gewenst, dat de onder wijsvormen in dit gebied worden uitgebreid. De spoedige realisering van de L.T.S. te Wijk en Aalburg, waarvoor reeds enkele jaren ach tereen subsidie is aangevraagd en waarvan de oprichting onze Kamer zeer wenselijk voorkomt, zou het begin moeten zijn van een grotere differentiatie van schoolsoorten in dit gebied. In mijn vorige nieuwjaarsrede heb ik reeds Uw aandacht gevraagd voor de onzekerheden waarmede de directies van de scheeps- en re- paratiewerven worden geconfron teerd met betrekking tot de hoogte van de nieuwe waterstanden na af sluiting van het Haringvliet en de schadeloosstelling, indien de wer ven moeten worden aangepast. Hoewel de actie van de betrok ken samenwerking met onze Ka mer zich ook in het afgelopen jaar heeft voortgezet, is er nog weinig inzicht in de gehele materie geko men. Sinds enkele maanden heb ben alle werven een opgave van de te verwachten waterstanden. Deze lijn is echter zodanig aan 'n aantal voorwaarden gebonden, dat een volledige zekerheid omtrent de toe komstige hoogte van het water nog niet kon worden verkregen. Enke le weken geleden kregen de wer ven aan de Dongemond bericht, dat met een maatgevende hoge laag- waterstand van N.A.P. -(- 0,85 m rekening dient te worden gehouden. Het voor aanpassing maatgevende la agwaterstandsverschil, met het oog op het verrichten van werk zaamheden op de hellingen bij laag- water, bedraagt zodoende niet 0,90 m. zoals uit eerdere berichten kon worden afgeleid, doch 1,43 m. Dit betekent dus een verschil in ver wachtingswaarden van bijna 60%. Het zal U duidelijk zijn dat 't voor de betrokkenen op deze wijze moei lijk is om definitieve maatregelen voor te bereiden. Ik heb echter ook begrip voor de problemen waar mee de deltadienst te kampen heeft om de prognoses betreffende de nieuwe waterstanden zo nauwkeu rig mogelijk te bepalen. Het ma ken van een prognose blijft altijd een hachelijke zaak. De onzeker heden rond deze zaak moeten naar mijn mening worden opgeheven door de regering middels wettelijke maatregelen op grond van artikel 8 van de deltawet. In mijn vorige jaarrede sprak ik reeds mijn be zorgdheid uit over het uitblijven van deze regeling en ook thans is deze nog niet in ontwerp bij de Tweede Kamer der Staten Gene raal ingediend. Bij de laatste be handeling van de regering van de begroting van Verkeer en Water staat heeft de nieuwe bewindsman medegedeeld, dat de concept-rege ling nog op enkele punten moet worden gewijzigd conform zijn in zichten. Ik blijf herhalen, dat de tijd dringt en dat slechts een voor schotregeling het voor de bedrij ven mogelijk maakt om tijdig de nodige aanpassingen te kunnen doen, die nodig zijn om ook na het gereedkomen van de deltawerken de onderneming voort te kunnen zetten. Onze Kamer heeft kortgeleden, middels haar vertegenwoordiger bij de Spoorwegraad, een tweetal vra gen voorgelegd aan de Nederland se Spoorwegen, die betrekking hadden op een mogelijke nieuwe Noord-Zuid-verbinding en het weer openstellen van de Langstraat spoorlijn voor het personenvervoer. Ten aanzien van de eerste ver binding, die volgens de Nederland se Spoorwegen zou moeten lopen van Utrecht, via Doorslag, Gorin- chem, Raamsdonk en Oosterhout naar Breda, werd bericht, dat in samenwerking met de Rijks- en Provinciale Planologische diensten wel de optimale ligging van deze spoorlijn wordt bepaald, doch dat over de exacte ligging van het tra cé, noch over de periode van aan leg uitspraken kunnen worden ge daan. Ik ben van mening, dat deze lijn van uitermate groot belang is voor de economische ontplooiing van een belangrijk deel van het gebied onzer Kamer. Met name voor de aan- en afvoermogelijkhe- den van de industrie, die zich zal vestigen op de ontworpen industrie terreinen aan de Donge-mond, zou deze Noord-Zuidverbinding van be tekenis zijn. Als antwoord op onze vraag over de verbinding 's-Hertogenbosch - Waalwijk - Lage Zwaluwe werd medegedeeld, dat de Nederlandse Spoorwegen, gelet op de sterke be volkingsgroei, de economische ont wikkeling en de daarmede verband ruime taak voor het railvervoer houdende groei van het verkeer, 'n zien weggelegd, doch dat deze rui mere taak en dat geldt ook voor de genoemde verbinding slechts met steun van het Rijk kan worden opgenomen. Ik acht dit antwoord mede ge let op de regeringspolitiek ten aan zien van het openbaar vervoer alleszins verheugend en onze Ka mer zal ook niet nalaten voor de wederopenstelling van het perso nenvervoer op déze lijn te pleiten. Mijne heren, Hiermede wil ik mijn beschou wingen afsluiten in het vertrouwen dat deze mogelijk kunnen bijdragen Uw inzicht te verbreden bij de uit oefening van Uw verantwoordelij ke en leidinggevende functie. Even als in het verleden kan op de volle medewerking van de Kamer wor den gerekend. Het afgelopen jaar bood weder om gelegenheid verschillende pro jecten te entameren of verder te ontwikkelen. Voor de steun die hierbij van vele zijden werd onder vonden, evenals voor regelmatig verstrekte inlichtingen en docu mentatie in het belang van handel en nijverheid, past een welgemeent woord van dank. Dank ook aan het secretariaat onzer Kamer, dat op prettige en deskundige wijze veel werk heeft verzet. Gebruikelijk doch oprecht ge meend eindig ik met de wens dat het nieuwe jaar aan U allen in Uw gezin en in Uw bedrijf gelukkig en voorspoedig moge zijn.

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1966 | | pagina 1