Katholieke Ulo-scholen krijgen hogere
vergoedingen dan B. en W. voorstellen
R.K. Boerinnenbond (aid. Waalwijk)
hield jaarvergadering
Smid je Verholen en de strijd tegen Mars
a
Ook voor de lagere-schooljeugd traktatie
Festiviteiten rond
koninklijk huwelijk
6
ÜE ECHO VAN HET ZUlDEN VAN VRIJDAG 11 FEBR. 1966
6
„Cultuur inpompen"
Voordat de raad van Waalwijk maandagavond overging tot het houden van de
algemene beschouwingen op de bedrijfsbegrotingen en gemeentebegroting 1966
en tot het vaststellen van deze begrotingen, werden nog enkele voorstellen van
B en W aan de raad in behandeling genomen. Over enkele daarvan werd nog
uitvoerig gediscussieerd, namelijk over het voorstel tot het vaststellen van het
bedrag per leerling voor het buitengewoon uitgebreid lager onderwijs, en over
het beschikbaar stellen van een crediet voor de organisatie van festiviteiten ter
gelegenheid van het huwelijk van H.K.H. Prinses Beatrix met de heer Claus von
Amsberg. De raad wilde het gevraagde crediet graag beschikbaar stellen, ze was
spontaan bereid méér te voteren, om ook de lagere-schooljeugd te kunnen trak
teren.
Achterstand in
onder wijsvergoedin
gen moet worden
ingehaald
„Zuiden heneden
ANP"
Systeem van
geleidelijkheid
Wethouders en
Van Seters tegen
DOKTER JANE
verklaarde de heer van Engelen ge
schrokken te zijn van de opvatting
van de heer van Seters, dat het cul
turele leven in Waalwijk nog niet vol
doende gerijpt is voor een cultureel
centrum. Het is de taak van de over
heid, aldus de heer Van Engelen,
iedereen in de gelegenheid te stellen
"aan cultuur te doen".
Hij was met het college van B. en
W. van oordeel, dat de noodkerk geen
geschikt instructiebad zou kunnen
worden. Dit pand krijgt straks een
andere en belangrijkere functie.
De verbinding van het centrum van
de Langstraat met Tilburg en Den
Bosch is persé beneden de maat.
Van de stadsgewestelijke commissie
zal er eens een nadrukkelijke aktie
uit moeten gaan, die er toe zal lei
den, dat er een uursneldienst komt.
Willen we voorkomen, dat er
stagnatie ontstaat in de voortzetting
van het winkelbestand in de Stati
onsstraat, dan moet er op korte ter
mijn een complex plan klaar komen,
dat voorzien in de leemte die er be
staat tussen het gasfabriek en de
Bernhardstraat.
Hij was blij met het gevarieerde
woningbouwpakket, met het investe
ringsschema, waaraan hij toch graag
een zekere prioriteit ten grondslag
zou willen leggen.
Hij uitte zijn tevredenheid over de
op handen zijnde voorstellen, maar
vond het toch jammer geen uitspraak
te hebben gekregen naar aanleiding
van zijn opmerking over de uitgifte
van de industrieterreinen. Burge
meester Teijssen antwoordde hierop,
dat hij dienaangaande geen medede
lingen kon dóen. Elders zullen zeker
N.V.'s bestaan, maar die zijn dan
toch bemand door gemeentelijke
functionarissen.
De heer Van Engelen herinnerde
het college van B. en W. aan de eens
gedane belofte tot het. organiseren
van een burgerdag, van belang in ver
band met de op handen zijnde ver
kiezingen, waaraan dit keer voor het
eerst door een grote schare jonge
kiezers zal worden deelgenomen. Zij
moeten immers gewezen worden op
de waarde van deze burgerplicht.
De heer Van Seters bleef er bij, dat
er in Waalwijk weinig belangstelling
voor cultuur bestaat dat is duidelijk
gebleken. Men kan geen belangstel
ling voor cultuur inpompen, zei hij.
Hij was blij met de toezeggingen van
de informele vergaderingen en hij
ging nog even nader in op de ver
tragingen in de industrievestiging,
veroorzaakt door het uitblijven van
rijksgoedkeuringen. Hij vond het
dieptreurig, dat Nederlandse bedrij
ven moeten verhuizen naar het bui
tenland.
Een veelheid van hamerslagen on
derstreepte de even zovele goedkeu
ringen van de raadsleden die zij
hechtten aan de bedrijfsbegrotingen
en de gemeentebegroting 1966.
B en W stellen de raad voor de
exploitatievergoeding van het bij
zonder uitgebreid lager onderwijs
vast te stellen op 105,per leer
ling en voor de zgn. bruikleen-
scholen op 92 per leerlingen.
In een vrij geëmotieerd betoog
vroeg de heer Van Eijl nog eens
nadrukkelijk de aandacht van zijn
mederaadsleden en van het college
van B en W voor deze kwestie.
Het landelijk gemiddelde is 135,-
per leerling, voor 1965. Waalwijk
lag dus het vorig jaar, toen 95,
werd uitgetrokken, maar liefst 30%
beneden dit gemiddelde. De heer
van Eijl wees met nadruk op de
achterstand van het onderwijs in
Noord-Brabant, die naar zijn me
ning is voortgekomen uit het feit,
dat religieuzen lange tijd op basis
van liefdadigheid veel voor het on
derwijs hebben gedaan. De kosten
werden zo laag mogelijk gehouden,
en daarop wordt thans nog voort
geborduurd. Nu het onderwijs voor
een goed deel in handen van leken
is, die niet zelf de schoollokalen
schoonhouden of enveloppen tebin-
nenstebuiten keren, wordt het on
derwijs de dupe van de uiteraard
zeer toe te juichen en zeer goed be
doelde zuinigheid van toen.
De heer van Eijl citeerde uit een
artikel van „De Volkskrant", waar
in werd gesteld, dat Noord-Brabant
en Limburg een duidelijke achter
stand hebben in deze. De hoofdin
specteur van het lager onderwijs
voor deze provincies zou dit heb
ben beaamd. Er werd gesproken
van 'n achterstand van 22%, Waal
wijk ligt 30% achter
Hij stelde de raad voor de bedra
gen te verhogen tot resp. 120,
en 100,opdat ze dichter bij het
rijksgemiddelde zullen worden ge
bracht, maar ze liggen dan toch al
tijd 25,onder
De voorzitter zei, dat B en W de
zaak uit een andere gezichtshoek
benaderen dan de heer Van Eijl.
Het standpunt van B en W is, dat
ook de vergoedingen voor het ulo
zullen worden opgetrokken, maar
dan volgens een systeem van ge
leidelijkheid. In 1961 werd 62,50
beschikbaar gesteld, in 1961 63,60,
in 1962 66.50, in 1963 80,—, in
1964 85,in 1965 95,en nu
werd 105,voorgesteld. De heer
van Eijl wil vandaag het niveau
bereiken, dat B en W zich ook voor
stellen, maar dan op langere ter
mijn.
De heer Kemperman had verno
men, dat Eindhoven 105.betaal
de. Daar moeten wij dan maar niet
boven gaan, zei hij. „Dat was voor
1965", zei de heer Van Eijl, maar
v/at zegt U ervan als ik U vertel,
dat een gemeente als Rolde 175,-
betaald?"
De heer Van Engelen deelde de
zienswijze van de heer Van Eijl. Er
is en blijft een achterstand, en die
moet zo snel mogelijk worden in
gehaald. Wij moeten als staat niet
op de stoel van de school gaan zit
ten.
De heer Van Seters verklaarde,
dat zijn fraktie wel begrip had voor
de moeilijkheden van de scholen,
maar dat hij toch liever nog even
een afwachtende houding aannam,
want de exacte cijfers, die de heer
Van Eijl had gegeven hadden hem
nog niet overtuigd.
„Als we zo doorgaan, raken we
steeds verder achter", zei de heer
Van Mosselveld die zich voor het
voorstel van de heer Van Eijl uit
sprak. Ook de heer Meijs zou graag
nog wat meer cijfers gezien hebben.
Het voorstel van Van Eijl kwam
in stemming: bijna alle raadsleden
gaven er hun stem aan, behalve de
wethouders en de heer Van Seters.
B en W vroegen de raad een cre
diet van 2250,voor het organi
seren van festiviteiten rond het hu
welijksfeest van prinses Beatrix.
B en W hadden contact gehad met
Waal wij ks Belang en de Oranje
verenigingen; men had zich geza
menlijk beraden en de plannen kre
gen de instemming van 't gemeen
tebestuur. De feestelijkheden zullen
worden geconcentreerd in de avond
uren, omdat overdag toch velen
naar de T.V.-uitzendingen zullen
kijken. Alle kinderen krijgen een
lampion, die ze mogen houden. Er
zullen lichtstoeten geformeerd wor
den, die vanuit de verschillende
delen van de gemeente op zullen
trekken naar het centrum.
De Waalwijkse muziekgezelschap
pen zullen er hun medewerking
aan verlenen. De kleuters krijgen
een traktatie, en dit alles was be
groot op 2250,—, d.w.z. ca. 10 ct.
per inwoner. Gedeputeerde Staten
hadden zich er reeds accoord mee
verklaard.
Waarom geen traktatie voor de
lagere-schooljeugd? vroeg de heer
Van Mosselveld. Alle raadsleden
wilden de lagere-schooljeugd wel
trakteren, en daarom was de raad
ai bij voorbaat bereid, het daar
voor benodigde geld beschikbaar te
stellen.
Hamerstukken werden de voor
stellen tot vaststelling van presen
tiegeld ad 25,voor leden van de
stembureaus; tot het beschikbaar
stellen van een crediet van 3.290,-
voor de aankoop van een hydrauli
sche kraan ten behoeve van de
dienst gemeentewerken; tot aan
koop van grond, gelegen onder de
gemeente Sprang-Capelle, van J.
J. C. A. de Graaf te Kaatsheuvel;
tot aankoop van grond, gelegen ten
noorden van de Drunenseweg, van
W. C. Pullens; en tot het aangaan
van een credietovereenkomst.
In café ,,'t Vosje" kwam de afde
ling Waalwijk van de R.K. Boerin
nenbond in algemene jaarvergade
ring bijeen. Aan deze vergadering
was ditmaal een feestelijk tintje ge
geven, terwijl als spreker was uit
genodigd de heer E. Grosveld, cul
tureel adviseur van de N.C.B. uit
Tilburg.
Mevrouw van Loon-Pullens voor
zitster van de afdeling opende de
vergadering met gebed, waarna
door allen een marialied werd ge-
zengen.
Uit het jaarverslag van de secre
taresse mevrouw Pulles - Damen
bleek, dat de afdeling in het afge
lopen jaar een grote activiteit heeft
ontplooid. De vergaderingen wer
den uitstekend bezocht en aan de
excursies werd door een groot aan
tal leden deelgenomen. Door ver
trek was het ledental; iets terugge
lopen.
Het financieel verslag van de pen-
nmgmeesteresse mevrouw v. Bla-
del- Klijn vermeldde een batig sal
do.
Nadat beide functionarissen door
de voorzitster dank was gebracht
voor hun keurig verzorgde jaarver
slagen, kreeg de heer Grosveld het
woord. Voor de pauze behandelde
deze vlotte spreker op duidelijke
wijze het onderwerp „arbeidsver-
korting" waarbij hij aantoonde, dat
dit onderwerp, door de grote ver
anderen in het arbeids millieu,
ook voor het boerenbedrijf grote
betekenis heeft gekregen, te meer
omdat het boerenbedrijf thans ge
heel is gespecialiseerd, en de kin
deren in tegenstelling bij vroeger,
menigmaal andere bedrijfstakwerk
zoeken.
In de pauze werd koffie met ge
bak geserveerd.
Na de pauze sprak de heer Gros
veld over het onderwerp „levens
kunst".
De voorzitster bracht de heer
Grosveld hartelijk dank voor zijn
leerzaam en interressant betoog, en
dat de leden buitengewoon voldaan
v/aren bewees het hartelijk applaus
dat de dankwoorden van de voor
zitster onderstreepte.
Bij de bestuursverkiezing werd
de periodiek aftredende secretares
se mevrouw Pulles-Damen met al
gemene stemmen herkozen.
Na de vergadering had een ver
loting plaats ter versterking van de
kas, om prachtige prijzen. De ver
loting bracht 67,50 op.
Na de verloting deelde de voor
zitter mede, dat de afdeling op 5
april a.s. een excursie zal maken
naar de tapijtfabriek Bergoss te
Oss, waarna 's avonds een mode
show georganiseerd door „Libelle"
te Tilburg zal worden bijgewoond.
Na deze mededelingen, die met ap
plaus werden begroet volgde slui
ting der vergadering.
KRIJGSMACHT GEEFT
HUWELIJKSGESCHENK
Land-, zee- en luchtmacht gaan
een inzameling houden voor een
huwelijksgeschenk voor prinses
Beatrix. Maandag is van minister
De Jong een brief uitgegaan, waar
in op basis van vrijwilligheid van
al het militaire en burgerpersoneel,
waaronder ook de dienstplichtigen
vallen, gevraagd wordt een bij dra-
gé te leveren. De wijze van inza
meling wordt overgelaten aan de
commandanten. De gedachten van
'de minister gaan uit naar twaalf
zilveren schalen, die de wapens van
de krijgsmachtdelen zullen dragen.
De garde-regimenten geven een
apart cadeau, nl. 8 ijskoelers; en de
marechaussees 12 wijnkoelers met
zilveren beslag.
JUWELENROOF VAN
HALF MILJOEN
De diefstal in het Amsterdamse
Hilton-hotel afgelopen weekeinde,
waarbij uit de kamer van een Ameri
kaanse miljonairsechtpaar een partij
sieraden gestolen werd, blijkt de
grootste juwelenroof te zijn, die de
hoofdstad ooit gekend heeft. Aan
vankelijk meende het echtpaar, dat er
voor een ton aan juwelen was wegge
haald, maar bij latere naspeuringen
kwam het tot de overtuiging, dat de
dief voor ruim een half miljoen gul
den heeft buitgemaakt. Voor het
echtpaar is het een zware slag; het is
niet tegen diefstal verzekerd.
De bestolene is de 50-jarige Ame
rikaanse uitgever E. Reves, woonach
tig in Genève. Zaterdag pas was het
echtpaar Reves in het Amsterdamse
Hilton-hotel aangekomen. De juwelen
zaten in een bruinieren koffertje; de
heer en mevrouw Reves hebben nage
laten hun kostbaarheden bij de hotel-
kluis in bewaring te geven.
„Rinosflag salieragzei een
van de Marsakkertjes met een ern
stig gezichtje, terwijl hij op de vo
geltjes wees. Maar de smid ver
stond daar natuurlijk geen woord
van. „Ik weet niet wat je bedoelt,
makker," lachte hij. „Maar als je
denkt, dat ik die bandjes van die
bekjes haal, dan heb je het mis.
Dan zouden die lieve vogeltjes im
mers gaan zingen, en dan zou ik
zó afschuwelijk vredelievend wor
den, dat ik met niemand meer wil
de knokken, zelfs met Mars niet!
Het spijt me wel, jongens, maar
voorlopig blijf ik toch nog liever
over mijn 2 vuisten beschikken!"
Dat was een heel verhaal van de
smid en op hun beurt verstonden
de Marsakkertjes daar weer niets
van. Maar toen de kereltjes merk
ten, dat de smid de snaveltjes net
jes dichtgebonden liet, begonnen ze
tevreden te lachen: ze hadden el
kaar dus begrepen, die drie.
Intussen hebben we al lang be
grepen, dat de torenkamer zo stik
donker was, omdat de ramen to
taal ontbraken. Maar in het licht
van de zaklantaarn was duidelijk
te zien, dat er vroeger wel ramen
geweest waren, die echter op ruwe
wijze dichtgemetseld waren. ,Mooi
zo," lachte de smid en hij haalde
een paar hamers en breekijzer uit
zijn gereedschapskist. „We kunnen
hier niet eeuwig blijven. We moe
ten proberen naar buiten te komen.
Als jullie me dus eens hielpen hak
ken, dan schoten we goed op." De
slimme Marsakkertjes begrepen
onmiddellijk wat smidje Verholen
wilde en samen met hem begonnen
ze van leer te trekken tegen een
der dichtgemetselde ramen. Dat de
den ze opperbest, want met hun 4
handjes waren ze veel handiger
dan de smid met twee. Was het ene
stel armen moe, dan gebruikten ze
rustig het andere en zo hakten ze
zonder ophouden aan één stuk door.
Eilaasbeneden was men op dat
ogenblik ook aan het hakken. Daar
stond een sterke soldaat krachtig
los te beuken op de deur van smid-
je Verholen. De kolonel keek daar
bij persoonlijk toe, iets waarin ko
lonels meestal héél goed zijn. De
deur was echter zo sterk, dat het
werk bijna niet opschoot, ook al
gaf de kolonel nog zulke terzake
kundige aanwijzingen.
FEUILLETON
van
„De Echo van het Zuiden"
door Adeline McElfresh
37)
Juffrouw Dawson had de tafel op
de veranda gedekt, een blauw en wit
geblokt tafellaken, blauw en wit ge
blokte servetten en een grote karaf
ijsgekoelde limonade.
Toen Jane haar auto op de witbe-
tegelde inrijweg parkeerde, bood het
een verrukkelijk en uitnodigend wel
kom op zo'n gloeiende avond.
De langdurige hitegolf was door
de storm niets afgenomen; na de eer
ste paar uur was de temperatuur van
bijna honderd graden weer terugge
komen, en zo was het sindsdien ge
bleven. Zelfs 's nachts kwam het
kwik weestal niet beneden de zeven
tig-
Jane had het koelste aan wat ze
bezat, een gespikkeld wit Zwitsers
jurkje, met een lage, ronde hals en
een wijde rok. Ze had die nog ge
kocht voor haar vakantie in Maine -
was dat pas vorig jaar geweest? -
toen ze bij Peter en Millie Farley in
hun zomerhuisje gelogeerd had. De
keting die ze nu droeg, had ze toen
van Peter gekregen, een snoer wite
bewerkte schelpjes. „Dan kun je aan
-*»
me denken als je 'm draagt", had hij
met een lichte kus op haar lippen ge
zegd. „hij brengt geluk".
Hieraan dacht ze toen ze de ket
ting even aanraakte voor ze op de bel
drukte.
De oude dokter deed open; zijn
bruinverbrande, rimpelige gezicht
verhelderde toen hij haar zag.
„Jane, wat zie je er heerlijk koel
uit, kind. En lief ook. Als ik veertig
jaar jonger was - of zelfs dertig -
Grinnekend bood hij haar zijn arm.
Jane stak er de hare door en zei
„Wat bent u complimenteus vandaag,
dokter".
„Ik moet gauw zijn met m'n com
plimenten, voordat Bill Latham je
ziet."
„Bill? Is die óók hier?"
„Die is hier ook", herhaalde hij
plechtig. „Ik kan je je avond toch
niet laten verspillen aan zo'n oude
sok als ik."
Bill stond op toen ze de kamer
binnenkwamen. - „Wie is er een
oude sok?"
„Ik zei juist tegen Jane -
Maar Jane viel hem in de rede
,,Ik wist niet dat je ook zou komen
Bill. Lief van dokter Ed om ons van
zijn vangst te laten meegenieten, vind
je niet?"
„Heel lief", zei Bill zacht met haar
beide handen in de zijne
Maar het was duidelijk, dat Bill
Latham het niet over de vis had, waar
van de heerlijke bakgeur hen uit de
keuken tegemoet kwam.
Kennelijk in z'n schik stond de
oude dokter lachend naar hen te kij
ken.
De vis was precies goed, heerlijk
mals en bros. Juffrouw Dawson gaf
er frisse, groene sla bij en ze dronken
koele kwast uit hoge, ranke glazen.
Jane voelde zich bijna gelukkig,
terwijl ze zo naar de wederwaardighe
den van Bill en de oude dokter op de
Wisconsinmeren zat te luisteren. Bill
was er ook geweest, maar geef mij
maar een bergbeek in Tenessee; als
't op een prettig visdagje aankwam,
zat hij met vuur het oord waar hij
vandaan kwam, te verdédigen.
Onwillekeurig vlogen Jane's ge
dachten naar de vraag hoe vaak hij in
z'n geliefde bergbeken gevist zou heb
ben met het meisje wier portret
hem op zijn schrijftafel gezelschap
hield. Bij die gedachte leek de avond
iets van zijn kleur voor haar te ver
liezen.
„En wat vind jij ervan, Jane?" be
trok Bill haar in 't gesprek.
„Ik durf het haast niet te beken
nen, maar ik heb nog nooit gevist."
„Nog nooit gevist?" riep Bill on
gelovig uit. „Maar daar zullen we dan
eens verbetering in moeten brengen,
vindt u ook niet, dokter?"
Ze schoten alle drie in een harte
lijke laoh en de gezelligheid keerde
weer. Het speet Jane toen de télefoon
rinkelde en de dokter zich haastte om
die te gaan beantwoorden. Hij was
bijna dadelijk weer terug, een ernsti
ge uitdrukking op zijn gezicht.
„Lizzie Rogers", legde hij uit. „Het
was haar man. Hij kan haar maar niet
wakker krijgen. Kom je mee, Jane.
Hij was al op weg naar het witte dok
tershuis, waar hij zo snel mogelijk zijn
boel bij elkaar zocht die hij twee
maanden geleden op een plank in de
kast had weggeborgen.
Jane en Bill kwamen direct achter
hem aan; Jane's gedachten gingen uit
naar hét magere, taaie vrouwtje, dat
beloofd had naar dokter Laird te
gaan. Had ze dat nog gedaan?
Even later reden ze met z'n drieën
in Jane's auto door de donkere stra
ten, waaruit het puin nu bijna geheel
was weggeruimd.
Het was bijna tien uur op het dash
boardklokje.
Vrouw Rogers lag op haar rug,
schijnbaar rustig in slaap. Maar het
lukte 'hen evenmin haar wakker te
krijgen. Haar man vertelde dat hij het
al verscheidene malen geprobeerd had
voordat hij was gaan opbellen. Jane
vroeg hem naar de hoofdpijnen.
„Ze kreeg ze hoe langer hoe va
ker. Gisteravond klaagde er erover
dat ze er niet door in slaap kon ko
men; maar - en de 'hemel moge het
me vergeven - ik dacht dat ze bang
was door de storm".
„Is ze nog bij dokter Laird geweest
zoals dokter Langford had voorge
steld?" vroeg de oude dokter.
Stephen Rogers schudde het hoofd,
„Ze dacht aldoor dat 't wel weer over
zou gaan."
De oude dokter deed nu zijn tas
open, haalde er de bloeddrukmeter
uit, en wond de band om de arm van
de vrouw. Toen hij de uitkomst zag,
fronste hij licht 't voorhoofd. Jane
streek met haar tong langs haar lip
pen. Het wachten moest ondraaglijk
zijn voor Stephen Rogers, die het
hoofdeind van 'het bed zo stijf om
klemd hield, dat z'n knokkels er wit
van werden.
..Ik geloof dat we haar maar met
een naar het ziekenhuis moeten bren
gen", zei de oude dokter. „Jane, wil
jij even om een auto bellen. En vraag
naar dokter Laird. Zeg hem dat ik
een patiënt kom brengen voor een
spoedfoto, en dat er vermoedelijk ook
direct geopereerd zal moeten worden.
Ik zou graag willen dat hij dat deed."
Jane glipte de vestibule in met de
angstige woorden van Rogers nog in
haar oren ,,'t Is toch niet ernstig,
dokter?" Ze zou Clay Morton wel
wat kunnen doen! Als de vrouw wer
kelijk eens stierf, terwijl een operatie
een paar dagen eerder, haar had kun
nen redden.
Haar stem klonk gespannen van
ingehouden woede toen ze de telefo
niste vroeg haar zo gauw mogelijk het
ziekenhuis van Martinsburg te geven.
e
De ochtend na de begrafenis van
Lizzy Rogers liep Jane de rivier langs
om Jones uit de hut te gaan opzoe
ken. Ze had al eerder geprobeerd met
hem te praten, maar ditmaal lag de
zaak anders. Er was een vrouw ge
storven, wellicht door het knoeien
van Clay Morton, en Jones uit de hut
speelde een rol in dat knoeien. Jane
was nu op weg om uit te vinden wat
zijn röl precies was geweest.
De hut, eigenlijk een soort woon
boot, die er uitzag of hij op een goeie
dag met de Vloed de rivier was komen
afzakken en hier was blijven steken,
was verlaten toen ze er aankwam.
Bomen en kreupelhout groeiden er
vlak tegen aan, en 's nachts moesten
de muggen er een ware plaag zijn.
Half vermolmde treden met een
wankel uitziende leuning erlangs
voerden omlaag naar het water waar
een roeibootje lag. De eigenaar zou
wel in het dorp zijn op een van die
plaatsen waar hij stamgast was.
(Wordt vervolgd)