Sparen in spaarbewijzen levert een extra voordeel op, want... elk jaar legt het Rijk er 20% bij. PREMIE SPAARPLAN SPORT Smidje Verholen en de strijd tegen Mars BASIS VOOR PERSOONLIJK BEZIT 10 DE ECHO VAN HET ZUIDEN VAN VRIJDAG 20 MEI 1966 10 „De Leren Zool" te Rijen Mijnheer Robert is teruggekomen nirnvCu Een groot nationaal plan maakt het sparen nu nog aan trekkelijker.het Premie Spaarplan. Het Rijk steunt u hiermee om tot waardevol bezit té komen. Elk jaar kun nen u en uw vrouw een spaarpremie van f 100,—- krijgen. Door te sparen in spaarbewijzen. Wat is een spaarbewijs? Een spaarbewijs is een bewijs van storting van 25,—. Hiermee kunt u deel nemen aan het Premie Spaarplan. Spaarbewijzen kunt u bij alle spaarinstellingen verkrijgen. U ontvangt over dat geld, behalve de normale spaarrente, ook de spaarpre mie. Met spaarbewijzen groeit uw bezit dus sneller. Hoeveel Over een gespaard bedrag in spaar bewijzen per jaar van maximaal f 500,ontvan gen u en uw vrouw.1) nadat u die spaarbewij zen vier volle kalenderjaren hebt aangehouden een belastingvrije spaarpremie van 20 dus maximaal 100,2) Per deelnemer maximaal f 250, 2) Spaarpremie per deelnemer maximaal f 50, Een voorbeeld Als u dus samen in dit jaar f 500, spaart'in spaarbewijzen, krijgt u begin 1971 de spaar premie van f 100,U mag natuurlijk ook minder dan f 500,sparen, de spaarpremie is altijd 20 Spaart u volgend jaar weer, dan krijgt u de spaarpremie over dat bedrag begin 1972. Zo kunt u jaar in jaar uit de spaarpremie verdienen. De bijdrage van het rijk kan zo in de loop der jaren tot een flink bedrag oplopen. Wie? U kunt aan het Premie Spaarplan deelnemen als: 1. uw belastbaar inkomen in het voorafgaande jaar ten hoogste f 15.000,was; 2. u ten minste 21 en nog geen 60 jaar bent (en niet reeds deelneemt aan. de Zilvervloot). Waar? Bij de Spaarbanken, Postkantoren, Banken, Boerenleenbanken, Raiffeisenbanken en Bouwfondsen. Vraag de gratis brochure! WEDSTRIJDPROGRAMMA BETAALD VOETBAL VOOR ZONDAG 22 MEI 1966 Ere-Divisie DWS—DOS Fortuna '54Sparta HeraclesADO GVAV—Go Ahead Willem IITelstar FC Twente—PSV FeijenoordMVV ElinkwijkAjax le Divisie NEC—DHC EindhovenVVV AlkmaarNAC RBCSC Cambuur VeloxHolland Sport XerxesSittardia VolendamBlauw Wit 2e Divisie A Z wartemeerHV C PECVitesse ZFCTubantia HeerenveenGooiland HilversumVeendam AGOVV—FC Zaanstreek WageningenZwolse Boys 2e Divisie B HaarlemFortuna VI. LimburgiaExcelsior SVV—FC Den Bosch Helmondia '55NOAD BaronieDFC WilhelminaHermes DVS RCH—EDO AMATEURVOETBAL le klas E MiddelburgDesk Sparta '25Helmond UNA—de Valk BrabantiaBoxtel de SpechtenTOP RKC—TSC 2e klas A Best VooruitTaxandria BladellaBudel LongaSchij ndel ValkenswaardVlijmense Boys Uno AnimoReusel Sport RWBGemert 2e klas B Zeeland SportAlliance V OABSteenbergen AxelInternos RKVVUODIO HVV '24Terneuzen Rood Wit WVeerse Boys 3e klas B ODCBlauw Geel '38 DSC—Zwaluw VFC Juliana MSt. Mich. Gestel RKSVA—OJC HaarsteegOSS '20 UDI '19—Concordia SVD 3e klas C RKT V VBaardwij k SCOGudok WVO—TAC GilzeRAC VirtusDongen Hilvaria—VCW 4e klas B BurenDen Dungen RKJW—Zaltbommel Linge BoysOVH Jan van ArckelGW Heusden—BW TGGRKOSC 4e klas E Gloria UC—WSC Zigo—RKDVC Ons ViosOirschot Vooruit Oisterwij kHieronymus SVG—RKSSS SET—GSBW 4e klas F VES '35—Sprundel Right 'Oh—UW '40 Madese BoysRaamsdonk WaspikZundert BredaAdvendo Res. 2e klas B Sarto 2Desk 2 Internos 2RKTW 2 NAC 4Baronie 3 Taxandria 2Willem II 3 Res. 3e klas B OSS '20 2—WSC 2 Concordia SVD 2SET 2 Dongen 2RWB 2 OJC 2—Boxtel 2 Herpinia 2Baardwijk 2 ZATERDAGVOETBAL WEDSTRIJDPROGRAMMA VOOR ZATERDAG 21 MEI 1966 le klas WHS—Rust Roest Olympia '60-The Gunners 2 Thol. Boys—Wit Zwart KogelvangersWN Sprang 2HNC Rust Roest HNC Tholense Boys VVN Wit Zwart Sprang 2 WHS The Gunners 2 Olympia Kogelvangers Vrederust 2e klas 16 26 17 25 15 22 18 22 17 21 17 15 13 14 16 12 16 10 16 9 17 2 Dinteloord 2WHS 2 Chrislandia 2SSC '55 2 Seolto 2—TSC Beatrix 16 28 BWR 17 26 SSC 2 16 25 DEB 17 16 TSC 16 15 Seolto 2 16 13 Good Luck 2 18 13 Chrislandia 2 16 11 Dinteloord 2 14 8 WHS 2 14 5 3e klas E Beatrix '63 2—Sprang 3 F. Beatrix '63 3JPS 2 WEDSTRIJDPROGRAMMA JUNIOREN HOOFDKLASSE VOOR ZONDAG 22 MEI 1966 BaronieRKC Rood Wit WDosko LongaWillem II NAC—RBC Noad—TSC K.N.VJB. AFD. NOORD-BRABANT 2e klas 212. Veerse Boys 4Haarsteeg 2 3e klas 315. Baardwijk 3Right 'Oh 3 Berkdijk 2Duss. Boys 2 RKC 4—Be Ready 2 White Boys 2—RWB 3 Veerse Boys 5Raamsdonk 3 316. Duss. Boys 3RWB 4 RKC 5—WSC 4 Desk 4Baardwijk 4 317. Desk 5Herptse Boys Waspik 4Nieuwkuyk 3 RKDVC 4—Heusden 3 WSC 5—RWB 5 WEDSTRIJDPROGRAMMA JUNIORENCOMPETITIE VOOR ZATERDAG 21 MEI 1966 IA RKDVC 7—RKC 8 Sprang 5RWB 6 RKTW 7—WSC 6 Desk 6Baardwijk 6 7B. Desk 11—RKC 11 RKDVC 9—HNC 5 Wit Zwart 5—WSC 8 RKC 13—Desk 10 RWB 9—RKC 12 7C RKC 17—SSC 7 Wit Zwart 6Desk 15 Desk 16—WSC 10 Baardwijk 9RWB 10 Desk 14—RKDVC 12 RKC 18—RKC 16 7A Sprang 7Desk 8 6B Baardwijk 7WSC 7 Uno Animo 7RKC 10 6C RKC 15—Berkdijk 5 RKDVC 11—Desk 13 Uno Animo 8Baardwijk 8 Desk 12—RKDVC 10 SSC 6—RKC 15 ZONDAG 22 MEI met J. Jansen, G. Groussard, P. Braspenning, Monti, Pa- tric Sercu, Ric Luyten, M. Stolker enz. enz. Meer dan 70 vertrekkers. Bij de nieuwelingen 100 ver trekkers. Start nieuwelingen 13.00 uur. Professionals 15.00 uur. COPYRIGHT STUDiO AVAN 98. Toen smidje Verholen de volgen de ochtend héél laat en heerlijk uitgeslapen opstond, wachtte hem een grote verrassing. Zijn eigen fraaie combinatiecostuum van een licht sportcolbert met een donkere pantalon en een vlotte streepjes das. Alles was keurig in orde ge maakt door de Marsakkertjes en er was geen smetje of geen vlekje meer op de kleren te zien. De vou wen waren zo haarscherp in de broekspijpen geperst, dat alles wel gloeknieuw leek. Vrolijk en neu riënd kleedde de smid zich aan. Zo dat was dat! Zijn gevaarlijke taak op de planeet van Mars was tot een goed einde gebracht en nu kreeg hij er toch ook wel weer zin in terug te gaan naar zijn eigen vertrouwde aarde. Toen hij zich had aangekleed, kon hij het toch niet laten zijn eigen stoere body eens even te bewonderen voor de grote staande spiegel. Hij zag er piekfijn uit, dat moest gezegd wor den. Dat vonden Grurantrog en zijn vrouw ook, toen hij beneden kwam om te ontbijten. „Ziezo.., mijnheer Verholen," zei mevrouw Grurantrog, terwijl ze een kopje thee inschonk. „U ontbijt nu wel onder héél andere omstandigheden dan de vorige keer, hé? Toen stond U een zware taak te wachten, maar nu staat U een periode van rust en vrede te wachten. Ach ja.., wat wil een mens nou nog meer! Zegt U nou zelf". „Daar heeft U wel gelijk in, mevrouw", sprak de smid, die zich, onder ons gezegd, het eten best deed smaken. Maar ja, dat zei de smid nou wel, maar wij zijn nog niet zo zeker van die periode van rust en vrede, want tij kens het ontbijt kwam een die naar de komst van een eenvoudi ge boerenman melden, die er op stond de heer Grurantrog en de heer Verholen te spreken te krij gen. „Nou goed, laat dan maar bin nenkomen", zei de wijze Gruran trog. De dienaar liet de eenvoudige boerenman binnen en wij herken nen in hem natuurlijk onmiddellijk de man, die aan de weg had ge staan, ijverig schoonboenen van melkbussen, toen smidje Verholen de gevaarlijke tocht naar de burcht van Mars aanving. FEUILLETON door: Joseph Hocking 1. HOOFDSTUK 1 EEN TOEVALLIGE ONTMOETING „Als het zo doorgaat, dan zijn we tegen morgenochtend verdron ken! Hoor eens hoe het giet!" „Welnee. Maak je maar niet on gerust. We moesten maar naar bed gaan. Vanavond komt er toch geen mens meer!" „Of ze moesten komen varen! Lieve help!wat een licht! Om blind van te worden! En het wordt kouder ook!" De vrouw stond aan de deur van de kleine herberg, kijkend naar de stromende regen, luisterend naar het bulderen van de stormwind. Het huis stond aan een driesprong van weinig begane wegen in een schaars bevolkt district. Een kilo meter ten noorden der herberg lag een hoeve en een halve kilometer ten oosten nog een en dat waren de naaste buren van de man en de vrouw, die de herberg bij de drie sprong hielden. Het naaste dorpje lag een uur ver en de dichtsbijzijn de stad meer dan anderhalf uur. Er waren weinig reizigers, die niet aan de eenzame herberg stilhielden, om te rusten van de vermoeienis sen van hun tocht door die onher bergzame streek. Wekenlang had er een absolute droogte geheerst. Uit een koper kleurige hemel brandde de zon over de vlakke velden en dreigde de gehele oogst van de herbergier en zijn buren te vernielen. En het vee leed dorst. Enkele dieren wa ren reeds gestorven. „Nee, vanavond komt er toch nie mand meer!" zei de vrouw nog eens. „Over een paar minuten is het donker en de mensen, die hier hadden willen komen, zijn natuur lijk gebleven waar ze waren, toen ze de bui zagen aankomen. Goeie help, wat een slag!" Ze kwam haastig naar binnen en trok de deur achter zich dicht. Maar nog voordat de grendels er op zaten, hoorden ze buiten een stem. „Hallo!Is daar iemand? Ik kan niet meer!" De man ging naar de deur en zag een ruiter staan, die zich blijk baar nauwelijks meer in het zadel kon houden. „Wil je me helpen afstijgen? Ik ben doodop!" „Daar recht voor je uit is de stal deur!" bromde de herbergier, die niet veel zin meer had om zich doornat te laten regenen. De ruiter steeg met grote moei te van het paard en moest zich vasthouden om niet tegen de grond te vallen. De herbergier was intus sen binnendoor naar de stal gegaan en had de deur opengegooid. „Hier" riep hij tot de reiziger, „breng het beest hierheen!" De man trok het dier mee naar de stal en zodra hij onderdak was, vroeg hij: „Breng me wat cognac! Maar gauw een beetje! Toe! Ik kan werkelijk niet meer op mijn benen staan! En ik. Een hevige hoestbui belette hem, verder te spreken. „Kan ik. nergens, op zitten?" bracht hij met moeite uit. De her bergier schoof een kist aan en de man liet zich er op neer vallen. „Zo meteen wordt het wel beter, maar nu kan ik niet meer! Ik ben doodop Man breng me toch wat cognac!" De vrouw, die alles gehoord had, kwam met een glas brandewijn aanlopen. „Dat doet goed", hijgde de vreem de, het glas gretig leegdrinkend. „Wil je voor mijn paard zorgen? Ja?" „Ik heb een ander pak kle ren in die bundel achter het zadel. Maar dat zal ook wel doornat zijn. Kun je me niet wat lenen?" „Dat weet ik zo niet", aarzelde de vrouw. „Wees maar niet ongerust, ik kan betalen! zei de vreemde. „Drom mels wat is het koud geworden!" In de keuken bekeek de vrouw hem bij het licht van een olie lamp. Hij was een nog jonge man, hoogstens dertig jaar, en zijn uiter lijk beviel haar wel. „Je moet die natte kleren niet aanhouden", zei ze. „Je hoest te veel. Kom maar mee, het pak van mijn man zal je wel passen". Ze nam hem mee naar de kamer en haalde wat droge kleren. „Daar", zei ze. „Trek aan! Maar droog je eerst goed af. En., zou je niet liever maar dadelijk naar bed gaan? Ik zal je hier dan wel wat eten brengen". „Neen", zei hij. „Ik geef het niet op! Ik weet veel te goed wat dat zou betekenen. Ik blijf liefst zo lang mogelijk uit de handen van de doodgraver! Kom, moeder de vrouw, geef me nog een glaasje, dan knap ik weer helemaal op!" De vrouw bracht hem nog een glas en liet hem toen alleen. Een kwartiertje later kwam hij bene den in de kleren van de herbergier. „Zie ik er niet uit als een heer?" vroeg hij lachend. „Maar ik voel me ook weer heel wat beter. Als ik nu nog wat te eten krijg, dan is het helemaal in orde". Hij wierp wat geld op tafel. „Ja, u ziet er heel wat beter uit", gaf de vrouw; toe. Zij zag in een oogopslag, dat hij een beschaafd man moest zijn. Hij had donker bruin krullend haar en een korte baard, een rechte neus en blauw grijze ogen. Slank en toch stevig geschouderd was hij; ondanks zijn ingevallen gelaat en vermoeide houding, een knappe man. „Heb je ooit zulk weer meege maakt?" bromde hij. „Alle duivels lijken wel losgebroken". „Voor het gewas is de regen an ders een uitkomst", zei de vrouw. Ik zal wat eten halen". Even later zette ze hem een bord krachtige soep voor, waaraan hij traag begon. „Nu nog wat koud schapenvlees?", vroeg ze, toen het bord leeg was. „Neen, dank je wel, moeder, ik heb voorlopig genoeg. Ik voel me echt opgeknapt". „Ja. u ziet er beter uit", zei de vrouw. „Bent u soms een buiten lander?" „Waarom denk je dat?" „We zijn al wel dertig jaar hier, en we krijgen hier van allerlei slag", antwoordde de vrouw. „U bent niet hier uit de streek. Bo vendien. „Ja, wat bovendien?" „Och., zie je., u bent anders dan de anderen!" „Ja, daar heb je gelijk aan, moe der. Ik ben hier niet geboren. Ik ben uit.maar och, dat komt er ook minder op aan! Wat een weer is het! Ik ben blij, dat ik hier ben! Ik zou de nacht niet doorgekomen zijn, als ik buiten had moeten blij ven". „Heb je soms whisky in huis?" vroeg de vreemdeling rillend. „Whisky moet u nu niet hebben", zei de vrouw. „U moet naar bed!" „Nog niet! Ik durf nog niet! Heus, moeder ik moet wat whisky heb ben!" „We hebben wel cognac in huis en genoeg ook", zei de man. „Cog nac met heet water dat zal je goed doen!" „Ja, best, cognacgroc dan, zoals ze thuis zeggen", antwoordde de vreemde gretig. „Waar komt u vandaan?" vroeg de vrouw. (Wordt vervolgd)

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1966 | | pagina 10