wAAlwrjkse en UnqstRAAtse coimnt
„De bedragen die de afnemers nu
gaan betalen zijn reëel"
COLLEGE VAN B. EN W. VAN WAALWIJK
IN NOTA OVER WIJKVERWARMING
Vorming van goede jeugdraad
in Waalwijk van groot belang
De tot nujtoe betaalde
bedragen waren te laag
NOTA JEUGDBELEID AANGEBODEN
Verhogingen gevolg
van zeven factoren
Verdeling kosten
Oorzaken verhoging
Be uren
Verhoging reëel
Tekort
Brieven
Onjuist
Accommodaties
voldoen aan
alle eisen
Subsidies
NIEUWE CONTAINER
APPELS N.V. OPENT
DIENST OP NOORD
ENGELAND EN
SCHOTLAND
MAANDAG 28 OKTOBER 1968
89e JAARGANG No. 87
De tcho vAn het Zuióen
UitfeYor
Waalwijksche Stoomdrukkerij
Antoon Tielen
Hoofdredakteur JAN TIELEN
Gironummer 1069687
Dit blad verschijnt 2x per week
Losse nummers 20 cent
Abonnement
p week (0,30+ 2ct. inc.k.) ƒ0,32
p mnd. (1,30 10 ct. inc.k.) 1,40
p.kwrt (3,65+10 ct. inc.k.) 3,75
p kwrt. p. post 4,25 bij girobetaling
(bij incasso p. postkwit. 75 ct. extra)
Advertentieprijs: 14 cent per mm.
Contractadvertenties: speciaal tarief
Opgericht 1878
Bureaus Grotestraat 205, Waalwijk Tel. 04160-2621-2746 KaatsheuvelDr. van Beurdenstraat 8, tel. 04167-2002
Telegram-adres „ECHO"
(Vcrn onze verslaggever)
WAALWIJK - De wijkverwarming in het plan Laageinde in Waalwijk
is de afgelopen maand bijzonder in de publiciteit geweest. De reden De
bewoners van de betrokken woningen ontvingen eind september een schrij
ven van het gemeentebestuur waarin werd meegedeeld, dat de bedragen
voor de warmtelevering werden verhoogd. Deze vrij forse verhoging ont
lokte bij de betrokkenen felle protesten. In de vergadering van 30 sep
tember keurden de meeste raadsleden deze plotselinge verhoging af. Het
college van B. en W. zegde toe, met een nota over deze wijkverwarming
te komen. In de openbare raadsvergadering van a.s. donderdag zal de
nota worden behandeld. In deze nota doen B. en W. op duidelijke wijze
een uiteenzetting waarop tot een verhoging van de verwarmingstarieven
werd besloten. Hierbij gaven een 7-tal oorzaken de doorslag. Aan het slot
van de nota stellen B. en W. dat de bedragen die de afnemers nu moeten
gaan betalen zondermeer reëel zijn en dat de tot nu toe betaalde bedragen
te laag waren. Voor de teleurstelling, die deze forse verhoging bij de be
trokken bewoners heeft teweeggebracht heeft het college alle begrip.
In de nota geeft het college van
B. en W. een duidelijke uiteenzetting
van hun standpunt en de daaruit
voortvloeiende recente besluiten ter
zake van de wijkverwarming in het
plan Laageinde. In het kort samen
gevat zijn de oorzaken de volgende:
1. Onjuiste raming van het brand-
stoffenverbruik.
2. Overschakeling van zware olie op
de duurdere H.B.O. II.
3. Uitbreiding van het stookseizoen
van 7 tot 10 maanden.
4. Verruiming van de z.g. vollast
uren (het aantal uren, dat per et
maal op volle capaciteit gestookt
wordt).
5. Verhoging van de olieprijs.
6. Post telefoonsignalering en wacht
dienst niet in de raming opgeno
men.
7. De kosten van de warmtemeters
eveneens niet in de raming opge
nomen.
Naar de technische kwaliteit van
de verwarmingsinstallatie zal een on
derzoek worden ingesteld. Ook zal
alsnog onder de afnemers een enquete
worden ingesteld omtrent de vraag of
de uitbreiding van het stookseizoen
tot 10 maanden en de verruiming van
de zgn. vollast-uren door hen op prijs
worden gesteld. Al naar gelang uit
slag van deze enquete zal het college
dan de geëigende maatregelen nemen.
Met betrekking tot de aanleg van
de wijkverwarming wordt er in de
nota op gewezen, dat wijkverwarming
in het plan Laageinde in 1964 de
enige mogelijkheid was. Een alterna
tief was er toen niet. Op de wijkver
warming in het plan Laageinde zijn
aangesloten 230 woningwetwoningen,
42 woningen, gebouwd in de vrije
sector, 8 premiewoningen, 2 kleuter
scholen en 1 kerk. Met klem wijzen
B. en W. er op, dat het college vol
gens de geldende regeling „Algemene
regelingen wijkverwarming" volledig
bevoegd is de tarieven te verhogen.
Voor de toerekening van de inves
teringskosten aan de genoemde ob
jecten, wordt uitgegaan van de ver
houding der hoeveelheden calorieën
welke door de installatie worden toe
gevoerd aan de diverse objecten. Een
berekening hiervan geeft de volgende
opstelling:
230 woningwetwoningen
2.678.000 kcal per uur
8 premiewoningen
96.000 kcal per uur
42 vrije sectorwoningen
504.000 kcal per uur
1 kerk 110.000 kcal per uur
2 kleuterscholen
96.000 kcal per uur
Op basis van deze opstelling is de
verdeling van de vaste kosten over de
diverse objecten ontstaan. De varia
bele kosten worden middels de uit
komsten van de geplaatste warmte
meters aan de betrokken huurders in
rekening gebracht. Hierdoor wordt
uiteraard een billijke verdeling van
de variabele kosten en met name van
de stookkosten verkregen. Nu de
werkelijke cijfers van enkele stook-
seizoenen intussen bekend zijn, blijkt
dat de kosten veel te laag zijn ge
raamd.
Als belangrijke oorzaak stelt het
college dat met name de raming van
het brandstofverbruik ver beneden de
werkelijkheid is geweest. Uitgegaan
was van een raming van 450.000 kg.
zware olie, corresponderende met
528.000 liter H.B.O. II. Deze raming
steunde op gegevens van de N.V.
Bronswerk en van het departement
van Volkshuisvesting en Bouwnijver
heid. Achteraf is gebleken, dat deze
raming belangrijk te optimistisch is
geweest. Dit blijkt uit cijfers van het
rapport van de Werkgroep Verwar
ming Nieuwe Woningen en uit cij
fers, gepubliceerd in het tijdschrift
'Gas' van september 1967. Dit blijkt
ook uit de werkelijke cijfers; gedu
rende het stookseizoen 1967-1968 is
n.l. 999.563 ltr H.B.O. II verbruikt.
Dit aanmerkelijk hogere verbruik is
echter, zoals U hierna zal blijken,
voor een aanmerkelijk gedeelte te ver
klaren.
In de oorspronkelijke opzet was
uitgegaan van het stoken van zware
olie (4,37 ct. per liter in het seizoen
1967-1968). Op advies van de in
specteur van de volksgezondheid is
evenwel door gedeputeerde staten in
de desbetreffende hinderwetvergun
ning de voorwaarde opgenomen, dat
de te gebruiken brandstof ten hoogste
1% zwavel mocht bevatten. Aange
zien zware olie aanzienlijk meer dan
1 zwavel bevat, moest noodge
dwongen worden overgegaan op het
stoken van H.B.O. II (1% zwavel).
In het seizoen 1967-1968 was de
prijs voor deze olie 8,52 ct. per liter.
Hier staat wel tegenover, dat het nu
niet nodig is de elektrische voorver-
warmers te gebruiken, zodat het elek
triciteitsverbruik minder is geworden,
hoewel langere stooktijden ook meer
verbruik geven.
Bij de raming is destijds uitgegaan
van een stookseizoen van 7 maanden,
zulks op grond van het bepaalde in
artikel 7 van de destijds geldende 'Al
gemene regelen wijkverwarming', lui
dende als volgt: „De warmte wordt
geleverd gedurende het tijdvak 1 ok
tober tot en met 30 april daaraan
volgende". Met ingang van het sei
zoen 1967-1968 is het stookseizoen
uitgebreid tot 10 maanden. Dit is na
tuurlijk een niet onaanzienlijke kos-
tenverzwaring, welke niet moet wor
den onderschat. In de z.g. zomer
maanden wordt er uiteraard veel min
der warmte afgenomen, maar het ge
hele leidingnet moet op een bepaalde
temperatuur worden gehouden, ter
wijl op de vele kille zomermaanden
en-avonden deze temperatuur zelfs op
een vrij hoog niveau moet worden ge
steld, wil de verwarming het beoog
de sorteren.
De stooktijden per etmaal, de z.g.
vollasturen, zijn op verzoek van vele
warmte-afnemers met ingang van vo
rig seizoen verruimd met drie uren.
Bij de raming werd uitgegaan van 'n
stooktijd tussen 7.00 - 22.30 uur, ter
wijl nu op volle capaciteit wordt ge
stookt tussen 5.30 en 24.00 uur. Ook
deze verruiming is uiteraard van gro
te invloed op het verbruik. In verge
lijking met de olieprijs, waarvan bij
deraming werd uitgegaan, is de prijs
van de olie de afgelopen seizoenen
ook hoger geweest. Dat dit altijd een
zeer ongewisse factor blijft, blijkt wel
uit het feit, dat voor het stookseizoen
1967-1968 bij de raming van het
brandstoffenverbruik werd uitgegaan
van een olieprijs van 7 ct. per liter,
terwijl in feite 8,5 ct. per liter is be
taald.
De post telefoonsignalering en
wachtdienst ad 1.200,- was niet
in de raming opgenomen. De kosten
van de warmtemeters waren uiter
aard niet in de raming opgenomen.
Deze meters zijn geplaatst én om een
rechtvaardiger verdeling van de kos
ten te verkrijgen én om het oliever-
bruik te verminderen, zo schrijft het
college in de nota.
De weekhuurders betaalden voor de
verhoging aan voorschot: 2,25; nu
wordt dat 5,75 wat een verhoging
betekent van 3,50. De maandhuur-
ders betaalden 9,85, wat nu 25,-
wordt; een verhoging van 15,15.
De particulieren droegen 13,85 per
maand bij, dat wordt nu 27, - wat
een verhoging inhoudt van 13,15
per maand.
De belangrijke vraag is nu naar de
mening van het college of de bedra
gen van variabele kosten ad. resp.
5,75, 5,25, - en 27, - reëel
zijn voor de verwarming van de be
treffende woningen. In de nota
schrijft het college:
„Als we dan een vergelijking mogen
treffen met de flatwoningen in Be-
soyen-noord en aan het Hertog Jan
park, dan kunnen we U op het vol
gende wijzen.
De bewoners van de grootste flats
aan het Hertog Janpark betalen als
voorschot op de variabele kosten
34, - per maand (dus nog aanmer
kelijk meer dan de maandhuurders in
het plan Laageinde), terwijl de bewo
ners van de flatwoningen in Besoyen-
noord 4, - per week betalen (voor
de verwarming van twee vertrekken!).
In vergelijking hiermede zijn de vari
abele bedragen, die de warmte-afne
mers in het plan Laageinde moeten
betalen, beslist niet abnormaal.
Dezelfde vraag zou ook kunnen
worden beantwoord met erop te wij
zen, dat, terwijl de weekhuurders nu
een bedrag verschuldigd zijn van
10,85 voor de totale kosten, deze
kosten voor een individuele centrale
gasverwarming reëel kunnen worden
gesteld op 10,75 per woning per
week, waarvan vaste lasten 5,50
per week en variabele lasten 5,25
per week".
Als gevolg van de diverse boven
vermelde oorzaken heeft het stook
seizoen 1967-1968 een tekort opgele
verd van 66.240,94. Aangezien met
ingang van dit seizoen de stooktijd
met 3 maanden of 90 dagen is ver
lengd, acht het college het billik, dat
minstens deze ruimere dienstverle
ning alsnog door de afnemers wordl
betaald. Men heeft daarom besloten
alleen de kosten van de verlenging
van de stooktijd aan de afnemers in
rekening te brengen.
Het door ieder van de afnemers te
betalen bedrag zal worden bepaald
aan de hand van de uitkomsten van
de warmtemeters. De heffing zal ge
schieden in wekelijkse termijnen ge
durende een jaar. Het resterende be
drag van het exploitatietekort van 't
stookseizoen 1967-1968 zal niet aan
de afnemers in rekening worden ge
bracht, maar zal ten laste worden ge
bracht van de gemeente. Omtrènt het
budgettaire aspect hiervan zal het
college zich nog nader beraden.
Naar aanleiding van de brieven
aan het gemeentebestuur, lezen we in
de nota:
,,In de verkoopakte van de particu
liere woningen is onder meer de be
paling opgenomen, dat koper zich
verplicht bij gebruik van de woning
door hemzelf, voor ruimteverwar
ming, behoudens schriftelijke toe
stemming van burgemeester en wet
houders van Waalwijk, geen andere
warmte te gebruiken, dan die gele
verd door de gemeente Waalwijk.
Verder heeft hij zich verplicht ter
zake van de levering van warmte een
schriftelijke overeenkomst te sluiten
met de gemeente Waalwijk en zich
daarbij te onderwerpen aan de dooi
het gemeentebestuur van Waalwijk
vastgestelde of nader vast te stellen
bepalingen.
In de met de gemeente aangegane
overeenkomst is tussen de gemeente
en de afnemer van warmte overeen
gekomen
1. dat de gemeente het betreffende
pand aansluit en het pancL-aange-
sloten houdt op de centrale wijk
verwarming en de voor de verwar
ming var» het betreffende pand be
nodigde warmte love/l;
2. dat tussen contractanten van
kracht zijn de door de raad vast
gestelde of nader vast te stellen
„Algemene regelen warmteleve
ring".
Uit de artikelen 9 en 10 van de alge
mene regelen wijkverwarming blijkt
duidelijk, dat de afnemers van warm
te jaarlijks een vast bedrag en een
bedrag wegens 't gebruik van warm-
te-eenheden verschuldigd zijn. Hoe
deze bedragen zijn samengesteld heb
ben wij hiervoor reeds uiteengezet.
Aanvankelijk was het zo, dat het
bedrag aan stookkosten vaste kos
ten per woning als een geheel werd
geraamd op 360, - per jaar, ter-
vijl nadien een splitsing is gemaakt,
waarlij de vaste kosten ongewijzigd
zijn gebleven en de stookkosten wor
den bepaald naar de aanwijzing van
de warmtemeters. De heer Van Es
stelt nu in zijn brief, dat de prijsvast
stelling van 360, - per jaar gold
als een vast en werkelijk bedrag enkel
voor het gebruik. Dit is echter nooit
het geval geweest. Het bedrag van
360, - per jaar is destijds opge
steld op basis van de toen bekend
zijnde kapitaalslasten en de te ver
wachten stookkosten. Dit blijkt o.a.
uit 't feil, dat de „Algemene regelen
warmtelevering" volledig van toepas
sing zijn verklaard. Het meest duide
lijk komt dit wel tot uiting in het be
paalde in artikel 9, lid 5 van vooi-
noemde regelen, inhoudende, dat de
eigenaar van een particuliere woning
voor de periode, gedurende welke
die woning niet wordt bewoond, het
vaste bedrag verschuldigd is.
Zoals hiervoor reeds gesteld, zijn
de in rekening gebrachte kapitaals-
lasten alleen die welke betrekking
hebben op de bouw van het ketelhuis
en de aanleg van de terreinleiding.
De binneninstallatie is bij de aankoop
van de woning reeds geheel betaald
en is dus eigendom van de koper.
De bewering van de heer Van Es,
dat nu dubbele kapitaalslasten door
de bewoners van de particuliere wo-
ninigen worden betaald, is, gezien het
vorenstaande, volkomen onjuist. In
tegenstelling tot voorheen worden de
kapitaalslasten nu afzonderlijk aan
gewezen. Er kan dan ook niet gesteld
worden, dat de gemeente wijzigingen
heeft aangebracht in de overeen
komst. De door de heer Van Es be-
iveerde Onrechtmatige inbreuk op de
privaatrechtelijke contractverhouding
terzake van warmtelevering kunnen
wij dan ook niet onderschrijven", zo
eindigt het college in deze nota.
(Van onze verslaggever)
WAALWIJK - Bij de behandeling van de gemeentebegroting 1968
deed het college van B. en W. de mededeling dat er een nota zou worden
uitgebracht over het jeugdbeleid (jeugdvorming buiten schoolverband) in
de gemeente Waalwijk. Deze nota is op de agenda van de raadsvergadering
van a.s. donderdag geplaatst. In de nota wordt ruime aandacht geschonken
aan een rapport dat door een commissie tot onderzoek van de mogelijk
heden van een wettelijke regeling voor de subsidiëring van de jeugdvor
ming werd uitgebracht. Deze commissie werd ingesteld door de Staats
secretaris van O.K. W.
Naar aanleiding van het gestelde
in dit zgn. Cower-rapport meent het
gemeentebestuur dat voor het goed
funktioneren van de jeugdservice in
de gemeente een zo breed mogelijk
orgaan wordt ingesteld. In een der
gelijke jeugdraad zal ook het gemeen
tebestuur vertegenwoordigd dienen te
zijn.
Het jeugdwerk zal over de nodige
accommodatie moeten beschikken, zo
als goed uitgeruste jeugdgebouwen
en port- en speelterreinen. Het col
lege van B. en W. schrijft in de nota,
dat het ook in het verleden mogelijk
was in verschillende delen van de ge
meente aan zeer redelijke eisen vol
doende voorzieningen te treffen. De
overheid zal financieel moeten bij
staan waar zulks voor een optimaal
funktioneren van de jeugdzorg nood
zakelijk is.
Nu het jeudwerk een steeds belang
rijkere taak gaat vervullen in het
maatschappelijk leven, is het ten zeer
ste gewenst, dat ook de gemeentelijke
overheid met het uit particulier ini
tiatief beoefende jeugdwerk de nodi
ge contacten zal kunnen onderhou
den. Het verdient daarom aanbeve
ling, zo zien we in de nota, dat een
gemeentelijke functionaris in het bij
zonder zal worden belast met het
onderhouden van die contacten. Deze
functionaris zal niet met direct jeugd
werk belast moeten zijn. Dit zal ge
heel in particuliere handen moeten
zijn. De gemeentelijke functionaris
zal echter wel de verbindingsman zijn
tussen het particulier jeugdwerk en 't
gemeentebestuur. Het particulier
jeugdwerk zal in deze gemeentelijke
functionaris een duidelijk contact
hebben met de gemeentelijke overheid
en deze gemeentelijke overheid zal in
deze ambtenaar een adviseur bezitten
die het gehele jeugdwerk, mede van
uit het gezichtspunt van die overheid,
kan overzien.
Het gemeentelijk jeugdbeleid be
perkte zich tot op 't heden tot 't ver
lenen van subsidies aan daarvoor in
aanmerking komende verenigingen en
het verschaffen van bijdragen in de
stichtings- of exploitatiekosten van
jeugdgebouwen. Hiernaast werden
door de gemeente tot op heden grote
uitgaven gedaan voor het scheppen
van ook voor de jeugdigen zeer uit
gebreide en zeer waardevolle sport-
accomodaties.
Ook door ondersteuning van ande
re activiteiten heeft het gemeentebe
stuur zich tot op heden, in het ene
geval meer, in het andere geval min
der, met jeugdwerk beziggehouden.
Genoemd kunnen worden in dit ver
band de medische sportkeuring, de
festivals voor de werkende jeugd en
de voor de plattelandsjongeren, de
internationale uitwisselingen in het
kader van de jumelage met Unna, de
jeugd-lectuurvoorziening, 't muziek-
schoolonderwijs en het onderwijs aan
de leerplichtvrije jeugd aan jongeren
cursussen, Mater Amabilisscholen en
Levensscholen.
In de nota worden een drietal
maatregelen genoemd om ook in de
toekomst tot een verantwoord ge
meentelijk jeugdbeleid te komen. Op
de eerste plaats zal door de gemeente
subsidiërend moeten worden opgetre
den teneinde het jeugdwerk in al zijn
geledingen financieel de nodige arm
slag te geven.
Op de tweede plaats vraagt naar
de mening van het college aanpassing
van de plaatselijke jeugdraad de aan
dacht. De vorming van een adequate
jeugdraad is van groot belang. Hier
toe zal worden getracht de jeugdraad
om te vormen in de zin van het Co
wer-rapport. Aan het aanstellen van
een of meer beroepskrachten in par
ticulier verband zal alle mogelijke
steun verleend dienen te worden.
Aanpassing van de Sportraad is vol
gens het college op dit moment over
bodig.
Voor het onderhouden van goede
contacten tussen het gemeentebestuur
en de verenigingen en organen die
zich bezighouden met de jeugdzojg
en voor de bepaling van het gemeen
telijk beleid acht het college het op
de derde plaats van groot belang een
ambtenaar ter secretarie, speciaal ie
belasten met het jeugdwerk.
Appels Waalwijk N.V. opent met
ingang van 1 november a.s. een
nieuwe containerdienst vanaf Waal
wijk naar Noord-Engeland en Schot-
lad voor stukgoederen en partij goe
deren.
Deze nieuwe dienst wordt uitge
voerd in samenwerking met Euro-
freight Ltd.. een der belangrijkste
ondernemingen in het goederenver
keer in het Kon. uitstekend geor
ganiseerd en beschikkend over een
uitgebreid net van depots en lijn
diensten. Door de beide onderne
mingen zijn een aantal 20 feet con
tainers gekocht en 2 maal per week
zal od vaste dagen een container
vanaf Waalwijk naar Glasgow wor
den gezonden en omgekeerd.
Vanuit Glasgow zal de distributie
en het verzamelen der goederen ge
schieden voor Noord-Engeland en
Schotland. Vanuit Waalwijk voor
Nederland en via Appels lijndien-
stennet door geheel Europa. Het ligt
tevens in de bedoeling om binnen
niet te lange tijd geheel Engeland
in dit container verkeer op te ne-