wAAlwijkse en LanqstRaatse couR^nt Cijfers Arbeidsbureau wijzen uit: vraag naar personeeLerg groot UITGEWEKEN „GEVANGENEN" IN UITZICHTLOZE TOESTAND Door: Inlichtingen Ingrijpen Overheid van de Vissen G.A.B.-DIRECTEUR A. MAAS ADVISEERT: „BOUW OPVANGSTCENTRUM VOOR BUITENLANDSE WERKNEMERS" 30% werkt in schoen- en leder industrie fi9m|iiy ah g gYoa aaviawiujv ,11L 'na sll Jack McCartley Oefende bedrijf uit Repercussies Nederlandse werk gevers voor vrije loonpolitiek Men rekent ook op Uw bijdrage! Geen adviei over inflatie-spiraal Situatie in schoen industrie heeft Ieders belangstelling Oplossingen Bijna geen werkloosheid MAANDAG 9 JUNI 1969 92e JAARGANG No. 46 I moo .L ,01 I rrajBïJaqaiG asw gB-bnoS Uitgever Waalwijksche Stoomdrukkerij HoofdredakteurJAN TIELEN Antoon Tielen Gironummer 1069687 Dit blad verschijnt 2 x per week. Losse nummers 20 cent Brieven onder nummer 50 ct. extra Opgericht 1878 Bureaus Grotestraat 205, Waalwijk Tel. 04160-2621-2746 KaatsheuvelDr. van Beurdenstraat 8, Tel. 04167-2002 pin qsrf=| Q9| tfaMMAd 9Abonnement,: s9iH .JnA èlco ril :ip; week :v(G,33-H 2et. inc.k.J 0,35 'prikwrtj:!B.,(8i95'4- Idcfcl iriêktji A4>05 p. fiSBÖ. Is :^l(45if lÖict. ific.'fc) 1/ 1,55 p.kwï^Ö.pbèt1/ 42?5 bij girobetalirig (bij ihé¥s^ó;P:postkwit. 75 ct. extra) Advertehtié^IjféY' 1& "ieftt ^për1 ihjn. Contractadvertentiesspeciaal tarief Telegra m-adreg: r^ECHO' Benarde toestand voor vluchtelingen uit West Irian op eiland Manus In twee kleine barakken in het kampement van de politie op Manus Island, dit is het grootste van de 40 Admiraliteitseilanden in de Bis- marckarchipel, zijn 59 mensen ondergebracht. Ze worden daar om veiligheidsredenen geïsoleerd gehouden en ze kijken mistroostig tegen een uitzichtloze toekomst aan. Dit zijn vluchtelingen uit West-Papoea (West-Irian), die in november j.l. na een 48 uur tevoren gegeven aanzegging, van Wewak en Vanimo werden overgebracht naar Manus, dat in de Bismarck Zee ligt op een afstand van 480 km. van Nieuw-Guinea. Goed ver weg dus, als een tijdelijk antwoord op een onplezierig probleem. Voor wat deze mensen betreft, is dit hun Duivels Eiland geworden. Behalve het minimumbestaan in de vorm van rantsoenen die hun door de Australische Regering worden verstrekt, en buiten 'n nieuw kamp met 12 huizen, dat vijf km. verder op in aanbouw is, hebben ze geen perspectief, geen werk, geen geld, geen hoop op wat ook. Tot nu toe hebben maar vijf of zes mannen daar in de buurt werk ge vonden, n.l. een paar als chauffeur, één op een Districtskantoor, één als timmerman en sommigen met losse karweitjes. Manus is typisch nog 'n plattelandsgebied, waar niet veel ontwikkeling in zit. Behalve de op brengst van de eerste behoefte dek kende landbouwprodukten, heeft Manus iets te bieden om industrieën aan te trekken, waardoor er meer werkgelegenheid zou kunnen ko men. Voor deze vreemdelingen ligt alles dus nog moeilijker. Maar wei nigen van hen spreken Pidgin-En gels. De plaatselijke bevolking kijkt ook uit naar werk. Er is een ver bod om van het eiland weg te gaan zonder officiële vergunning. Zelfs al hadden deze geëvacueerden het geld ervoor, dan zouden ze nog niet elders werk kunnen gaan zoeken, want daarvoor hebben ze altijd nog de toestemming van de Overheid nodig. En die is heel moeilijk te krijgen, als de Overheid of aanvra ger zich ergens toe moet verbinden. „Wij zitten hier maar te niksen", zei hun leider tegen mij, terwijl we in een groep zaten te praten, uit kijkend op een nog uit de oorlogs tijd stammende aanlegplaats, waar het casco van een Japanse vracht boot ligt te roesten. Ginds lagen de wrakken uit de oorlog, hier bevond zich het uit de samenleving uitgestoten wrakhout. Aan hun gezichten en hun hele houding was het te zien en aan hun stemmen was het te horen dat zij er zich van bewust waren. Ik had de meesten van hen al ont moet in Vanimo, waar ze werk had den, ieder apart gehuisvest was en in betere omstandigheden leefden met vaste inkomens en lonen. Hun leider had daar een klein vis serijbedrijf. Sommigen waren daar werkzaam geweest als timmerman of bouwvakarbeider. Hoewel ze zich wel wat beters konden denken, had den ze er althans financieel vaste grond onder de voeten en vonden dat heel gunstig. Ze bleven erop hopen om eens te kunnen terugkeren naar hun eigen land en zij zagen uit naar het ko mende plebisciet dat hun de vrij heid zou brengen. Nu is hun zelfs dat ontzegd. Een moeder met tien kinderen, die er vermoeid en afgetakeld uitzag, zei tegen mij: „We hebben niets dan de rantsoenen. Geen werk, geen geld om kleren of wat extra levensmid- Garage Waalwijk N.V. Altenaweg 2-4, Waalwijk Telefoon 04160 2154-2451 B.P.-SERVÏCE delen voor de kinderen te kopen. Het schijnt dat we nog lang moeten blijven doorsukkelen". De mannen waren somber gestemd en weinig geneigd tot praten na 6 maanden van demoraliserend niets doen en met eenzelfde periode van i wie weet hoe lang nog voor de boeg. i „Er zijn maar twee mogelijkheden 1 voor ons", zei één van de mannen. I 1 „Wij kunnen hier blijven zitten en verrekken van verveling, of we zul- len moeten teruggaan naar West- Irian en alle daaraan verbonden ri sico's nemen. Weet u wat dat be tekent?" Ik knikte, want ik heb 'n paar keer gezien wat de gevolgen waren voor degenen die in opstand kwamen tegen het Indonesische ge zag. Ik weet, dat als iemand van hen besluit om vrijwillig terug te keren zonder waarborg voor zijn persoonlijke veiligheid, dit het aller laatste zou zijn waartoe hij in wan hoop zou kunnen besluiten. Het zou waarschijnlijk betekenen dat hij in de gevangenis zou belanden of ge dood zou worden. Ik vroeg hen of het waar was dat er 14 wilden terugkeren om deel te nemen aan het plebisciet. Zij zeiden dat er oorspronkelijk 14 aanvragen daartoe waren inge diend, maar dat 12 ervan later wa ren ingetrokken. Nu waren ér nog maar 2 bereid om terug te keren. „De inlichtingen die we hadden, berustten op wat we hadden ge hoord in een radio-nieuwsuitzen ding", vertelde één van de mannen mij. „Wij vroegen de Australische Regering om te bevestigen dat deze inlichtingen juist waren. Tot dusver hebben wij daarop geen antwoord ontvangen, hoewel wij verzoeken om te mogen terugkeren hebben in gediend. Na alles wat we doorge maakt hebben, is het voor ons on mogelijk om af te gaan op een ra dio-bericht, als dit niet officieel be vestigd wordt. Ons is gezegd, dat wij verzoeken om te mogen terug keren konden indienen en dat deze in behandeling zouden worden ge nomen. Maar ons is nooit de ver zekering gegeven dat het radio-be richt juist was. Onze brieven zijn niet beantwoord. De Australische Regering zou vast wel een waar borg of een afwijzend antwoord kunnen krijgen van de Indonesische Regering". „Van wat zij doen, hangen men senlevens af, maar te oordelen naar de manier waarmee er met ons wordt omgesprongen, zou je den ken dat wij stangen (in Indonesië koopt men de zeep bij stangen vertaler) zeep zijn!" Zij herinnerden mij aan wat mij was verteld door de vluchtelingen in de kampen nabij de grens in ok tober vorig jaar. In die tijd ben ik daar enige weken geweest. Zij be wezen mij zwart op wit dat er in die contreien moeilijkheden op til waren. „Wij vertelden u toen dat er nog veel meer vluchtelingen dit jaar de grens zouden oversteken, dat er schietpartijen en narigheden zou den komen en dat er in de grens streek oorlog zou worden gevoerd". De heer Alan Gow, de bestuurs ambtenaar op het betrokken Dis trictskantoor, gaf de volgende uit leg over de toestand waarin deze mensen zich bevinden en hoe zijn Hun status van hier tijdelijk opgeborgen zijn is nu nog net zo, met alle onzekerheid, 't gevoel van vast te zitten, verbijstering en wanhoop. Niemand van deze mensen, waaronder tien echtparen, zeven onge trouwde mannen, vier vrijgezellen-meisjes en 28 kinderen weten wat er in de schoot van de toekomst voor hen verborgen is. Zes maanden lang hebben ze nu al gezeten aan de kust van dit eiland, gehandicapt in het maatschappelijk verkeer door de taalmoeilijkheden en geïsoleerd door de grote afstanden en door het feit dat ze niet in staat zijn zich zelf te helpen. eigen districtspersoneel er tegen over staat. Hij zei, dat zij inderhaast waren overgebracht naar Manus, zonder voorkennis van de plaatse lijke autoriteiten. Hun komst op het eiland bracht veel werk voor de bestuursdienst met zich. „Het is gewoonlijk niet mogelijk om hier werk voor ze te vinden", zei hij; „Manus heeft wei nig mogelijkheden te bieden. Het weinige dat we hebben kunnen doen heeft nauwelijks soelaas gebracht. Wij zijn een nieuw kamp voor hen aan het bouwen, 5 km. hier van daan, waar ze tuinen zullen kunnen aanleggen. Maar tenzij hun ergens vandaan werk wordt geboden, kan er verder niet veel voor hen wor den gedaan". „Maar weinigen van hen spreken Pidgin-Engels. Dat is een handicap en het beperkt hun mogelijkheden om aan de slag te kunnen komen. Komt nog bij dat ze met hun oplei ding in het vroegere Nederlandse Nieuw-Guinea hier hun draai niet kunnen vinden via de normale ka nalen. De meesten van hen zijn door de Nederlanders opgeleid voor lei dende posities en volgens normale gang van zaken zouden ze daarmee in hun eigen overheidsdiensten een positie hebben verworven". De heer Gow zei, dat het beste wat op zo korte termijn kon wor den gedaan, was, het onder te bren gen op het terrein (kampement) van de politie, totdat hun eigen kamp gereed was. „Wij voorzien hen allen van rantsoenen en in deze situatie is nog geen verande ring gekomen", zo zei hij.. Hij vond dat zij model-burgers waren en zei dat ze geen aanleiding hadden ge geven tot moeilijkheden.. Op Manus wordt over de vluchtelingen wel eens opgemerkt dat zij het nog nooit zo goed hebben gehad als nu, maar dat is op de keper beschouwd niet juist. Deze mensen hielden zich niet schuil in kampen in de rimboe. Ze hadden zich gevestigd in Vanimo en Wewak, waar ze werk, onderdak en vaste looninkomsten hadden en bo vendien een verblijfsvergunning. Nu zijn ze volkomen zonder mid delen van bestaan en voor hun le- venshonderhoud aangewezen op Overheidssteun, wat niet het geval was in Vanimo en Wewak. Het Verbond van Nederlandse On dernemingen blijft een voorstander van een vrije loonpolitiek. Een strin gent prijsbeleid acht het Verbond echter onverenigbaar met een vrije loonpolitiek, want waar de prijzen door de overheid onder controle ge houden worden, kan men ook niet komen tot een vrije loonvorming, aangezien deze loonvorming van in vloed is op de prijzen. Het Verbond stelt echter, dat zij momenteel wel een voorstander is van de prij zenstop, om op korte termijn de loon- en prijsspiraal tot stilstand te brengen. Op den duur echter zal een opheffing van de prijsstop echter noodzakelijk zijn, wil de vrije loonpolitiek niet in de knel komen. SOCIAAL CULTUREEL CENTRUM WAALWIJK Stort op giro 1787400 of bij Boerenleenbank of AmRo- bank in Waalwijk. Het ingrijpen van de Overheid, waardoor deze mensen werden ver bannen en in hun bewegingsvrijheid werden beperkt, zodat ze er niet op uit kunnen gaan om elders werk te zoeken, is een maatregel die nau welijks nog is te rijmen met welke maatstaf van menselijkheid ook. Als dit is gedaan om hun communicatie lijnen met West-Irian af te snijden, dan was dat meteen tot mislukking gedoemd. De uitwisseling van be richten tussen de twee landen vindt nog steeds ongestoord plaats. De uit gewekenen op Manus zijn terdege op de hoogte van wat er elders ge beurt, evenals dat het geval is met alle andere vluchtelingen die ik in dit land heb ontmoet. Wat allereerst nodig is voor hen, is werk en de mogelijkheid om het te krijgen. Men zou verwachten dat, aangezien de Regering hen in de positie van minimumlijders aan de rand van de bestaansgrens heeft ge bracht, het Ministerie van Arbeid zou kunnen helpen om werk voor hen te vinden op het vasteland van Nieuw-Guinea. Dat zou men moe ten doen of men zou ze bewegings vrijheid moeten toestaan om werk te zoeken met een vergunning (per mit), waaraan de voorwaarde ver bonden is dat de Overheid steeds hun gangen kan nagaan. Aan werkgeverszijde weet men niets van deze mensen. Ze zijn zo in hun bewegingsvrijheid beknot, dat De Nederlandse regering.- heefi aan de Sociaal Economische Rand advies gevraagd voor maatregel*®, j ter doorbreking van de inflatiegpi-i,v. raai. Helaas is er binnen de S.E.R. rt geen instemmigheid geweest, metJ 1 als gevolg, dat de S.E.R. slechts de-'J meningen van de verschillende groepen heeft kunnen geven, met 'jtjéf verzoek van de regering een en anbm der zelf nog eens nader te bekijken. J Zoals bekend, bestaat de S.E.Rj uit drie categoriën, te weten verte genwoordigers der werkgevers, der werknemers en enkele leden aan7uj gewezen door de kroon. De menin-jCI gen waren sterk verdeeld. Werkge-fJ vers en kroonleden waren voorstan-- 1 der van een verzachting van de al- gemene prijsstop, doch de werkne- g mersafgevaardigden waren hier te-.v gen. Zij pleitten voor een verschui- ving van een deel (2%) van de so- ciale premielasten van de werkne- i mers naar de werkgevers. v ze waarschijnlijk nooit aan de slag zullen komen. Terwijl ik keek naar het vissersbootje met buitenboord- 1 motor, dat één van de mannen kans 7 had gezien mee te nemen uit Vani mo naar Manus, vroeg ik hem of hij er nog mee ging vissen. „Hoe zou ik dat kunnen?" antwoordde hij, „ik heb geen benzine, geen geld om benzine te kopen en geen mogelijk heid om aan geld te komen". (Vertaald uit „South Pacific Post") (van onze verslaggever) WAALWIJK Het rapport dat de vakbond in St. Willibrordus heeft uitgebracht over de toestand in de schoenindustrie in de Langstraat en het commentaar dat een vijftal grote schoenfabrikanten daarop in de pers geleverd hebben, is door de direktie van het Gewestelijk Arbeids bureau in Waalwijk met grote belangstelling gelezen. Direkteur A. Maas vertelde vrijdagmiddag tijdens de maandelijkse persbijeenkomst het meeste voor een gulden middenweg te voelen. Hij gaf toe dat het rapport niet helemaal goed uit de verf is gekomen, maar óók dat de fabrikanten op het gebied van de personeelswerving de hand in eigen boezem moeten steken. De situatie in de schoen- en le derindustrie in de Langstraat staat momenteel in ieders belangstelling. Er is een struktuuronderzoek op handen, Willibrordus bracht 'n rap port uit de Kamer v. Koophandel en het Gewestelijk Arbeidsbureau en ook de gemeente Waalwijk hebben enquéte's gehouden. Ook de gehele geestelijkheid die vaak met proble men, voortvloeiende uit de situatie op de arbeidsmarkt, geconfronteerd wordt, gaat zich nader oriënteren op deze materie. Op woensdag 25 juni is er een bijeenkomst in de schoen fabriek Ivo van Haren. Vakbondsbestuurder Geurts gaat dan nader op de situatie op de ar beidsmarkt in. Na een rondleiding door de fabriek is er een forum waar de geestelijkheid haar vragen kwijt kan. Daarnaast komt er ook nog een gesprek van de Adviesraad Schoen- en Lederindustrie be staande uit werkgevers en werk nemers met de regionale pers. Over de enquête die de Kamer van Koophandel en het G.A.B. houdt, vertelde de heer Maas nog, dat 70% van de formulieren reeds binnen is. Een rappèl-aktie moet het resteren de deel opleveren. Over het door St. Willibrordus uitgebrachte rapport zei de heer Maas: „Graag bekennen we de noodzaak voor St. Willibordus om het hele saneringsproces in de schoenindustrie eens nader te be zien. De studie is. iets te ongenuan ceerd. Te weinig komt naar voren dat de sanering een bepaalde groep bedrijven betreft. Het is toch im mers de bedoeling door sanering tot een versteviging van de bedrijfstak te geraken. Het gebrek aan achter- grond-gegevens geeft een onzuiver beeld. De sanering zal zich ook de komende jaren voortzetten. Dat is echter niets verontrustbarends. Het gebied kent momenteel een inko mende pendel van 4000 werknemers terwijl er verder nog 1000 buiten landers werkzaam zijn. Er is een absolute krapte van 1000 werkne mers. Een getal dat de komende ja ren wel eens tot 2000 kan groeien". De direkteur van het G.A.B. ziet voor het bedrijfsleven twee oplos singen. Men zal volgens hem geza menlijk moeten trachten tot een op vangcentrum van buitenlandse werknemers te komen. Daarbij zul len ook de wervingsakties in de be trokken landen gezamenlijk moeten worden opgezet. De werving in de grensgebieden heeft volgens de heer Maas geen enkel nut meer. In de landen waar gewerfd wordt, voor namelijk Marokko en Turkije, zit ten ook vertegenwoordigers van het ministerie. De arbeiders die via deze werving naar Nederland ko men, zijn goed getest en hebben 'n zware medische keuring achter de rug. Daarnaast moet volgens de G.A.B.-direkteur de voorkeur uit gaan naar kapitaalintensieve be drijven boven arbeidsintensieve be drijven. Zoals men vorige week uitvoerig in De Echo heeft kunnen lezen, zijn de meeste schoenfabrikanten van oordeel dat, wil men tot meer vrou wenarbeid komen (gehuwden), de fiscus wat soepeler moet worden. De heer Maas wees er op dat met name in de Langstraat veel gehuwde vrou wen thuiswerk verrichten. Dit geeft een versluierd beeld. Dat het Arbeidsbureau maande lijks toch nog al wat krachten af levert, bewijzen de cijfers. In mei werden er 376 mutaties uitgevoerd; 181 personen werden nieuw inge schreven, 195 weër toegevoegd aan het arbeidsproces. Een rekensomme tje van de heer Maas toonde aan, dat het beeld van de .arbeidsmarkt in de Langstraat toch echt een ge spreid karakter heeft; 35% van de beroepsbevolking werkt in de dien stensector (handel, verkeer, onder wijs, overheid, banken, horeca etc.), 30% in de schoen- en lederindustrie, 15% metaal, 8% landbouw, 6% bouw, 3% voedings- en genotmidde lenindustrie en 3% vindt werk in de overige bedrijfstakken. Een toekomstbeeld wilde de heer Maas ons zeker niet onthouden: de steeds verdergaande mechanisatie. De technische ontwikkelingen zou den wel eens tot andere schoenpro- dukten kunnen leiden, dan men nu doorgaans draagt. Met name de mas- sa-produktie zou afgestemd kunnen worden op een weg-werp schoen. Hoe de situatie dan op de arbeids markt wordt, valt met geen moge lijkheid te zeggen. We willen hier direot bij aantekenen dat het om 'n wel zeer verre toekomstgedachte gaat. Voor wat de situatie op de ar beidsmarkt betreft, is er in het ge west Waalwijk weinig veranderd. Men kent hier een geregistreerde arbeidsreserve van 2%. Voor Ne derland is dat cijfer 1,5%, voor Oost Brabant 1,6, voor Noord Brabant 2,1 en voor Tilburg 2,6. Er hebben zich ten opzichte van april weinig ver schuivingen voorgedaan. De vraag steeg sterk van 468 naar 613, vooral in de bouw- en conservenindustrie. Het aanbod daalde enigszins Reëel voor het bedrijfsleven zijn echter maar 185 personen beschik baar en daarvan zijn er dan nog 50 van boven de 50 jaar. De reële vraag, na aftrek van (180) jeugdi gen bedraagt 435. Er is dus terecht sprake van een totale overspanning. Van enige werkloosheid kan niet worden gesproken. De vraag naar arbeidskrachten is ontstellend groot. Het probleem blijft: waar haalt men ze vandaan.

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1969 | | pagina 1