tijloos „Touching you touching me" „Everybody's out of town" VTovIrT^^I „Bernarda" Eurovisiewinnares Dana bezorgde de leren onverwachts kleuren t.v. v zien sjfl NEIL DIAMOND B. J. THOMAS 7 DE ECHO VAN HET ZUIDEN VAN DONDERDAGAVOND 6 AUGUSTUS 1970 7 BEPANKTMONIQUE - NU WEER NAAR JE KAMERTERO^ EN PRAAT HIER. IP34 ZO. ALS TULCOS J IETS VERBEKEN WIL J IS HET NATUURLIJK VOOR ZIJN VLIERING BESTEMD- ir MAAR NU ZAL IK BINNENKORT WETEN, w, WAT HIJ LAAR C r VERBERqr—^ In een stille kamer KLINKTP/jOTS CE KLOP OP HET RAAM j EN EEN DRI KENDE TLUISTERSTE/M Tl \fffiT TiJL7 WAT" HERHEB JE NU /VPAAC Me/niETS DOE "DE DEUR DICHT EN HOUD JE5T/L- S DE HOSPITA l MAC ME NIET/tifi? ~K "BEN HET' DOE OPEN./ MLUQ MONIQUE.' MCNlQUE DOE OPEN NU KAN IK EINDELIJK EEN HART. v IN MIJN WERK BBÉdfeWféll LEGGEfW-d „All kinds of Everything" Carrière FEUILLETON door: A. SCHMIDT 15) Hoewel de heer Zeiler, overeen komstig zijn voornemen een paar maal getracht had Kurt wat nader te komen en zijn vertrouwen te win nen, was dit volkomen mislukt. Met spijt had hij moeten constateren dat het voor een dergelijke toena deringspoging kennelijk te laat was. De fout die hij in het verleden had gemaakt, liet zich helaas niet meer herstellen en steeds meer gleed Kurt onder zijn gezicht uit. Zonder er iets aan te kunnen doen, moest hij met lede ogen aanzien hoe Kurt niet veel anders deed dan plezier tjes najagen en geld uitgeven. Ie der laatste modeverschijnsel vond in hem een hartstochtelijk aanhan ger en in gloeiende bewoordingen prees hij zoiets aan als nieuw ver worven wijsheid. Voor hem waren lezen, of het genieten van kunst in welke vorm dan ook, of het wande len buiten en het gadeslaan van dieren- of plantenwereld, begrip pen waarover men slechts grapjes maakte. Werken was een lastig en helaas noodzakelijk kwaad, en de fabriek waaraan zijn vader met heel zijn hart hing, bestond voor hem slechts als de bron waaruit zoveel mogelijk geld geperst diende te worden. Engelbert Zeiler was een vijand van een dergelijke wereld- en le vensbeschouwing. Vernieuwingen op technisch gebied vonden in hem een warm voorstander, maar er waren schoner idealen in het leven dan een maalstroom van vermake lijkheden, vond hij. De menselijke geest behoorde zich te bezinnen op de eeuwigdurende waarden van het bestaan. En juist daarom kon hij 't zo goed vinden met Hans Lukas die dezelf de opvattingen had. Met deze had hij een hele gedachtenwereld ge meen, met Kurt niet één punt van aanraking. „Hans is gelukkig een mens die ook niets moet hebben van een dergelijke rekbare moraal" was ten van zijn lovende opmerkingen. En tot zijn grote genoegen had deze onlangs geen bezwaar gemaakt te gen een aanstelling als onderdirec teur zodat hij nu toch het gevoel had hem zijn rechtmatige plaats in de fabriek te hebben kunnen geven. Wel had Hans verzocht een gedeelte van zijn tijd aan zijn geliefd labora torium te mogen blijven geven. Ge durende de rest van de dag kon hij dan in de leiding van het bedrijf worden ingewerkt. Dit, bleek voor beide partijen een zeer plezierige regeling te zijn en Zeiler had reeds nu bemerkt dat er in Hans Lukas een bekwaam organisator stak. Deze van zijn kant stak zijn be wondering voor de werkkracht en de persoonlijkheid van de oude heer Zeiler evenmin onder stoelen of banken terwijl hij ook met tante Rety en Bernarda op zeer vriend schappelijke voet was gekomen. Ze hadden hem meer en meer in hun familiekring opgenomen, waren hem bij de voornaam gaan noemen en zo voelde hij zich wonderwel op zijn gemak bij de Zeilers, meer nog dan vroeger oen Lola de trekpleis ter voor hem was. Juist die vredige gemoedelijkheid die Kurt zo kon irriteren trok hem onweerstaanbaar aan. Zijn liefde voor Lola was over wonnen. Het had hem oprecht ver heugd toen hij van Bernarda hoor de dat Lola het goed maakte en dat ze volgens de korte en spaarzame berichten die haar familie van haar ontving, precies het leven gekre gen scheen te hebben waarnaar ze altijd verlangd had. Het meest genoot hij nog van de vriendschap die hem met Bernar da verbond. Graag luisterde hij naar de liederen die ze soms met haar zuivere, klankrijke stem in de fa miliekring zong. Alleen met Kurt kon hij 't niet bijzonder goed vinden. Kort gele den toen hij op een middag na kan toortijd de trap afliep om naar huis te gaan, was Joseph Steinmeier, die inderdaad als nachtwaker op de fa briek aangesteld was, naar hem toegekomen. „O, meneer Lukas, de jonge Zei ler heeft me gevraagd u hier op te wachten. Hij moet u dringend spre. ken, zei hij, en hij vroeg of u zo goed wilde zijn nog even op zijn kamer te komen voordat u weg gaat". „Goed, dank je Steinmeier", ant woordde hij, draaide zich om en ging lichtelijk verwonderd weer naar boven. Kurt had een paar (maal geprobeerd hooghartig de jonge di recteur tegenover hem te spelen. Hij had die souding evenwel volko men genegeerd, iets wat Kurt blijk baar niet best had kunnen zetten, en sindsdien vermeden zij elkaar zo veel mogelijk. Ditmaal was hij evenwel bemin nelijk door Kurt ontvangen. Hij mocht in de meest comfortabele stoel van de luxuens ingerichte ka mer plaats nemen en kreeg een pakje sigaretten toegeschoven ter wijl Kurt wat vriendelijke gemeen plaatsen debiteerde. Al heel spoedig kwam deze tot de kern van de zaak, en eigenlijk, dacht Hans, had hij wel kunnen begrijpen wat er aan de hand was, want natuurlijk zat Kurt in geldnood. Met dat salarisje - goed voor een bedelaar - dat zijn vader hem nu betaalde, kon een fatsoenlijk mens onmogelijk rondkomen, beweerde hij. Iedereen kon dat begrijpen, al leen de oude heer die met zijn ge dachten nog altijd in de vorige eeuw leefde, niet. Een jonge man mocht toch waarachtig wel eens een pret je hebben, en dan hij behoorde toch volgens zijn stand te leven. In deze trant ratelde hij nog een maal op zijn gemak onder de hel dere blik van Hans Lukas die hem voortdurend onderzoekend aan was blijven kijken - akelig nieuwsgierig, stelde Kurt in stilte voor zichzelf vast. Maar eindelijk zweeg hij dan toch, waarop Hans hem rustig vroeg: „Maar als 't je middelen blijkbaar te boven gaat, waarom moet je dan speciaal zo'n druk leven leiden?" Kurt was verbluft over de bruta liteit en de onnozelheid van deze vraag dat hij Hans even sprakeloos aanstaarde voordat hij schouderop halend zei: „Nou zeg, dat is onzin. Ik ben geen bedelaar of een monnik, en ik mag toch zeker wel wat ontspan ning hebben. En bovendien, ieder een leeft immers zoals ik, en zeker iedereen die nog jong is en van zijn jeugd wil genieten. Als je oud bent is 't nog tijd genoeg om beza digd te worden". „Vind je al dat uitgaan dan zo bijzonder leuk?" „Leuk? Och, nu ja, dat wil ik niet eens beweren. Het leven is een vermoeiende geschiedenis hooir; vooral als je overdag nog moet wer ken ook. Ik kan me bijvoorbeeld nooit eens de luxe permiteren eens een keertje uit te slapen, en aan rustig eten komt een mens waarachtig ook niet toe. Maar ja, wat wil je, zo is 't nu eenmaal. En wat moet je anders met je tijd uit voeren?" „O, Zeiler, er is zo oneindig veel wat je doen kunt. Als je maar eens wilde beginnen de vreugde van het leven daar te zoeken waar die wer kelijk te vinden is". Geërgerd stond Kurt op. „Een preek heb ik niet nodig, heer Lukas. Die krijg ik van mijn oude heer al vaak genoeg. We zijn trou wens helemaal van het onderwerp afgedwaald. Ik heb geld nodig, en ik hoop dat jij me niet in de steek zult laten, Lukas". „Mag ik vragen waarom je je tot mij wendt, en niet tot je vader?" (wordt vervolgd) De stemming onder de Ieren was dit voorjaar even aanzienlijker vro lijker, to|en duizenden eensgezind samenstroomden op vliegveld Shan non om hun DANA af te halen. Dana was naar het Eurovisie Song i estival geweest met het uitsteken de liedje „AU Kinds of Everything", melodieus produkt van Lindsay Smith, en die dekselse daughter of Eire had waarachtig gewonnen. Daarmee zag Dana van Londonderry een van haar „dreams come true", want zingen zat er al vroeg in. Haar muziekminnende ouders (va der speelt trompet) hebben de ar tistieke aanleg van al hun zes kin deren steeds in goede banen ge leid. Voor hun jongste dochter Dana betekende zingen, verschillende in strumenten bespelen en ballet. Ze bracht het er ver mee: als school meisje van vijftien trok ze de aan dacht van de Ierse en Engelse vak jongens, die veel in de romige melk van de muziekindustrie te brokke len hadden. Dana werd toever trouwd aan de zorgen van Tony Johnston, die zich met groot succes als haar manager ging inzetten, doch inmiddels weer van het pop front is verdwenen. Johnston ver telt: „Toen ze bij me kwam (om een talentenjacht voor te bereiden) was ze nog een schelms schoolmeis je van vijftien, vol grappen en kat- tekopstreken. Haar echte naam is Rosemary Brown, maar we noem den haar „Dana", dat betekent „on deugend" in het Keltisch. Boven dien was Dana de naam van de eerste prinses van Ierland in de Keltische mythologie. En ze hebben me verteld dat er in de Griekse mythologie ook al een prinses voor komt die Dana heette. Des te beter: de hele Europese beschaving komt immers uit de oude Griekse voort, en ons prinsesje is nu een Euro pese top-ster". Dana won de talentenjacht. Ze kreeg TV- en radiouitzendingen en in 1968 werd ze in Dublin gekroond tot „Queen of Cabaret". (Cabaret heeft in 't Engels een iets andere betekenis dan in onze taal, veel meer wat wij onder „moderne show die over de natgespoten stoepen van Wall Street wandelen, is inder daad .Everybody is out of town': een van de fraaiste voorbeelden hoe een plaathoes aan de titelsong van een album kan worden aangepast! De titelsong is - natuurlijk - van Ba- charach David, evenals de fraaie ballad „Send my picture to Scran- ton, Pa." De overige nummers, uit andere pennen, hebben dezelfde evergreen-kwaliteiten. Een ideale plaat voor de kleine uurtjes, of voor zo'n ochtend waarop men besluit verder maar in bed te blijven. (Scepter Records, SHA-S 407). Wie de amusante Western-parodie „Buteh Cassidy and the Sundance Kid" gezien heeft, zal mooie herin neringen bewaren aan de scène, waarin bandiet Butch (Paul New man) zijn vriendin, de schooljuf frouw, op de fiets door de prairie rondrijdt. Dit heerlijke tafereel wordt sfeerrijk voorzien van het charmante liedje „Raindrops keep fallin" on my head", gezongen door B. J. Thomas. Deze song werd ge schreven door het duo Éurt Bacha- rach-Hal David. De samenwerking is kennelijk voortreffelijk gebleven, want Ba- charach en David hebben om B. J. Thomas nu een hele LP-show ge bouwd. Een melodieus en melancho liek werkstuk, met als bekendste nummer „Bridge over troubled wa ters" van Simon. Melancholie en het element van „lonesomeness" Over de nu 25-jarige Neil Diamond, zoon van een New Yorkse laken handelaar wiens hart eigenlijk bij het toneel was, is in de afgelopen jaren al veel lovends geschreven. Wie de TV-geschiedenissen van The Monkees gevolgd heeft, weet onge twijfeld dat Monkees-hits als „I'm a Believer" (tien miljoen singles) en „A little bit me, a little bit you" door Neil Diamond gecomponeerd waren. Maar ook songs voor Jay The Americans, Bobby Vinton en Andy Williams zijn door Neil Dia mond geleverd. Dit in zijn funktie van „staff wri ter" (een beroep dat bij ons nog onbekend is) voor een grote New Yorkse Muziek uitgeverij, van de collegebanken gehaald, want hij studeerde toen medicijnen. Afgezien van zijn schrijvend talent was N'eil zelf een uitstekende „performer" met een heel aantrekkelijke pre sentatie. Een aardige anecdote uit zijn mid delbare schoolijd is, dat Neil - als lid van de „glee club" van de school - tijdens de lessen hoofdzakelijk muziek zat te doen. Het resultaat was dat hij voor alle vakken slaag de, behalve voor muziek De waardering van het publiek voor Neils muzikale kwaliteiten lag ken nelijk anders dan die van zijn mu ziekleraar, want zijn optreden met eigen songs leverde steeds de spreekwoordelijke afgebroken zalen op. Een onweerstaanbare jongen, die ook door film producenten uit Hollywood benaderd werd, al is voorlopig nog niet duidelijk wat daarvan de resultaten zijn. Hij maakt wél achter elkaar heel beste platen (men zal zich „Brooklyn Roads" en „Holyday Inn Blues" op Philips herinneren), waarvan Uni versal Records nu een LP-collectie heeft uitgebracht. Neil als solo-zanger niet sterke folk- en country-inslag. Veel eigen re pertoire, maar ook van collega's als Jerry Jeff Walker (Mr. Bo jangles) en Buffy Sainte-Marie. (Uni Records no. 6365001, stereo, ook mono afspeelbaar). business" verstaan). Maar het suc ces steeg haar echt niet naar het hoofd. Naast haar muziekwerk deed ze ge weldig haar best oP school. Tot vlak voor het Song Festival zat ze nog voor de beste cijfers te blokken. Haar vrije tijd werd besteed aan poëzie, popmuziek, Beethoven, bal let, Shakespeare, zingen, lezen, pla. ten opnemen, orkestreren, promotie en prestatieja inderdaad: All kinds of everything!" Van dit pittige en hoogst muzikale Ierse meisje is de eerste langspeel plaat uitgebracht, natuurlijk onder de titel van haar wereldsucces. Het is allemaal nieuw repertoire, groten deels direkt voor Dana,s stem en stijl geschreven. (Oecca RPS 101 Stereo) wordt ook sterk gesuggereerd door de foto's van dit klapalbum, waar op we B. J. Thomas op drie grote kleurenplaten door een volstrekt verlaten New York City zien lo penOp een paar duiven na,

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1970 | | pagina 7