Voetsporen in het bos Echo-Kerst puzzel geen watervrees. sar Oude ere5 gebruiken blijven nieuwe komen op in V. KERSTVERHAAL VOOR DE KINDEREN Vergeet niet mee te doen CERTINAO HET KERSTFEEST IN DE WERELD I N 2 DE ECHO VAN HET ZUIDEN VAN WOENSDAG 23 DECEMBER 1970 2 's Morgens waren ze met z'n drieën naar de kerk gegaan, vader, moeder en hij. De hele week vroor het al en de sneeuw die n paar dagen geleden gevallen was, kraakte daardoor zo leuk onder je voeten. Er prijkte een prachtige kerstboom voor in de kerk met een heleboel lich tjes, die hij steeds probeerde te tellen. Daarna dronken ze thuis koffie en er kwam visite, die ook bij hen bleef eten. Eigenlijk vond hij dat niet zo leuk, want ze praatten over dingen waar hij niets van af wist en hij kon er net zo goed niet bij zijn. Zelfs z'n moeder lette haast niet op hem. Daarom trok hij zijn jas aan en stapte naar de vijver achter in het park om naar de schaatsers te kijken. De zon scheen en het begon een beetje te dooien. Er lag een laagje water op het ijs, maar het hield nog goed. Kijk, daar slierde een lange rij schaatsers achter elkaar, grappig gezicht was dat, net een beest met een heleboel poten. Toen hij een poosje had staan kijken, ging het hem vervelen. Als hij grote stappen nam kon hij precies in de voetafdrukken van iemand met he le grote voeten lopen. Leuk ging dat, je kon dan ook vlugger vooruit. Zo liep hij een stukje over het gras, maar daarna kwam hij op de weg en zag ze niet meer. Een jongetje dat aan spoorzoeken deed Ja, daar ontdekte hij ze weer, over de spoorwegovergang. Nu moest hij linksaf. Eigenlijk mocht hij niet zo ver van huis gaan, maar het kon hem niets schelen, zijn vader en moeder hadden toch visite. Voor het eerst ontdekte hij dat hier zulke leuke huizen stonden. Bij som mige mensen brandden de lampjes in de kerstboom al. Het grote voetspoor wees rechtdoor. Hij was benieuwd waar ze op zou den houden. Aan het eind van de laan, waar geen huizen meer stonden, liep het spoor verder over een bospad. Hij kwam bij een houten bruggetje over een beekje. De man met de grote voeten was de enige die er overheen gelopen had. Langs de beek ging hij verder. Het jongetje liep al lang niet meer precies in de afdrukken, dan zou hij veel te grote stappen moeten nemen. Het zou vast wel een reus met hele grote handen zijn die hij straks zou zien. Het spoor ging nu dwars door het bos. Misschien was die grote man wel kaal en had hij lichte ogen. Of zou het... Steeds langzamer ging hij lopen. Bang Het begon al een beetje donker te worden onder de bomen en de voet stappen gingen maar verder. Plotse ling zag hij in de verte een lichtje door de bomen schemeren. Hij bleef staan, hij drufde niet verder te lopen. Misschien had de reus hem al gezien en kwam hij zachtjes op hem toe lo pen, zonder dat hij het merkte. Hij draaide zich om en begon zo vlug mogelijk terug te lopen. Hij zou de korste weg maar nemen en niet meer langs het voetspoor gaan. Een heel eind liep hij zonder om te kijken. Opeens bedacht hij dat als de bo ze reus hem zocht hij alleen zijn spoor maar behoefde te volgen. Een heel eind holde hij toen dwars door de struiken. Waar was dat burggetje nou, hier moest het toch ergens zijn? In de donkere schaduwen onder de bomen zag hij steeds dingen die er niet waren. O, daar was de beek. Welke kant moest hij nu ook al weer op, langs het water? Over het ijs lo pen drufde hij niet goed, z'n vader zei vanmorgen nog dat het niet overal betrouwbaar was. Het werd trouwens hoog tijd dat hij naar huis ging om te eten. Wat werd het eigenlijk koudhij voelde haast niet meer dat hij voeten had. Moe was hij ook. Even ging hij zitten aan de kant van de beek en pro beerde met zijn hak of het ijs sterk was. Nee, het was windijs dat daar lag. Omdat hij dorst had, at hij een beetje sneeuw; koud is dat op je tong, maar toch wel even lekker. Plotseling moest hij weer aan de man van de voetstappen denken. Mis schien zaten er wel littekens op zijn gezicht, net zo als bij die enge ke rel die hij pas nog op de televisie had gezien. Meteen stond hij op en holde zo vlug hij kon verder. Het werd hoe langer hoe donkerder in het stille bos. Alleen als hij naar boven keek zag hij dat de lucht nog een beetje licht was. De bomen keken hem aan, leek het wel. Zou hij eens heel hard roepen, misschien dat iemand hem dan hoor de en hem kon vertellen hoe hij bij dat bruggetje moest komen. Nee, stel je voor dat die grote man hem zou horen. Het kon wel een menseneter wezen! En wat had z'n moeder laatst voorgelezen uit de krant over een kin derlokker? Weer wilde hij wat vlug ger gaan lopen. Stond daar iemand, daar bij die boom? Hij hield zijn adem in. Nee, gelukkig, hij zag het al: een struik. Hij was moe, z'n benen wilden he lemaal zo vlug niet meer. Z'n adem zag hij steeds als kleine wolkjes voor zich uitgaan. Moeder zou nu de kaarsjes al wel aangestoken hebben. Het zou fijn warm zijn in de kamer en hij zou noten mogen kraken, net als ieder jaar. Hadden Jozef en Ma ria eigenlijk ook door de sneaw gelo pen? Daar vertelden ze op school nooit iets over. Waar bleef dat bruggetje nou? Liep hij wel de goede kant op? Even bleef hij staan. Hoorde hij daar iets kraken, kwam die grote man er aan? Weer strompelende hij zo snel bij kon verder door de sneeuw. Wat zou 't zijn? Ergens in het bos liep een grote man. Hij nam grote stappen en aan de afdrukken in de sneeuw kon je zien dat hij grote voeten had. Steeds stond hij stil bij een struik, bukte zich en stopte even later iets in een grote zak die hij dan weer over zijn schou der slingerde. Het jongetje zag de schim aankomen. Vlug ging hij achter een boom staan. Hij voelde hoe zijn hart veel vlugger dan anders klopte. Plotseling hoorde hij de struiken kraken en een barse stem riep: "Hé daar, staan blijven!" Een felle licht straal verlichtte het gezicht van de kerel mét de zak over z'n schouder. In zijn hand hield hij een dood ko nijn. Daar stapte de jachtopziener te voorschijn. De man gooide zijn zak en het ko nijn op de grond en wilde er vandoor gaan. Pardoes liep hij tegen het jon getje aan en allebei vielen languit in de sneeuw. Met twee grote sprongen stond de jachtopziener bij hem. Hij pakte de stroper, want dat was die vent met de grote voeten, stevig in z'n kraag en vroeg toen verbaasd aan hei jongetje: "Wat doe jij hier en wie ben je?" De ontmoeting Van angst en van schrik kon de kleine jongen zo gauw niets zeggen en keek met grote ogen naar de beide mannen voor hem. "Ik wil naar huis", bracht hij er eindelijk bevend uit. Woedend keek de stroper hem aan. Hij had grote handen en een klein beetje een kaal hoofd, maar gelukkig geen littekens in zijn gezicht. De r-> JUWELIER Stationsstr. 88, Waalwijk, tel. 04160-33037 jachtopziener hield hem nog steeds stevig vast toen ze over het houten bruggetje over de beek liepen. "Nu ueet je de weg wel weer verder naar huis hè? En jij," richtte hij zich toen trt de stroper "tegen jouw zulten we nu eerst eens een proces-verbaal op maken." De knaap wilde het al op een lopen zetfen. maar de jachtopziener hield hem nog even tegen. "Denk er om dat je niet meer alleen het bos in gaat. Spoorzoeken moet je maar aan mij overlaten. Maar pak aan, koop daar maar een kerstcadeautje voor en be dankt voor je hulp." Met een rijksdaalder in z'n knuistje holde de kleine jongen zo hard hij kon naar huis, misschien hadden ze nog wel noten voor hem bewaard en waren de kaarsjes nog niet helemaal opgebrand. Langs de grote spoorlijn van Washington naar Philadelphia staat een grote hulstboom. Het is de grootste die de wereld kent. Deze ruim honderdjarige boom wordt elk jaar omstreeks kerstmis opgetuigd met honderden lampjes. Dit doet de Baltimore and Ohio Railroad Company, een van de vele Ame- rikanase spoorwegmaatschappijen. Wanneer deze altijd groene boom met de tienduizenden rode besjes daar in de donkerte van het wijde Amerikaan se landschap opdoemt, gaan de steeds voortrazende sneltreinen langzamer rijden. In een andere Amerikaanse stad - Denver - blaast in de kerstnacht een hoornblazer de inwoners naar het stadhuis om daar oude kerstliederen te komen zingen. Dit zijn twee tradities van de vele honderden, die in de kersttijd ergens op deze wereld in ere worden gehouden. Vooral in het oude Europa bestaan veel van die gebruiken, die waard zijn om ze te laten bestaan. Het maken van kerstkribben is volkskunst in Oostenrijk Duitsland van oudsher het land van de kerstbomen Nationaal (kerst)gerecht in Engelang is plumpudding Midwinterblazen traditie in eigen Twente Vraag naar kaarsen wordt elk jaar groter Dieren spelen grote rol in Kerstverhalen Wanneer overal in de wereld Weihnacht en Noël? 1 r- ■-- korte tijd later weer dicht bij het moe derschaap gaat liggen. Maar in onze huizen geeft het leven de licht van de kaarsvlam een sfeer van huiselijke gezelligheid. Vooral in de donkere en meestal koude decem bermaand. De vraag naar kaarsen wordt elk jaar groter. Naar de voor zichtige schatting zulten op kerstmis 1970 ruim 75 miljoen kaarsen in al lerlei vormen en maten in de Neder landse huiskamers hun zacht licht ver spreiden. De tere en romantische vlam is in feite ook een overblijfsel van de gewoonte onzer voorouders om be schutting te zoeFen tegen het onbe kende. De holbewoner van vroeger kende het vuur als enige bron van warmte en licht. Ook hier dus een veredeling van een vroeger gebruik. Stille nacht ontstond in Oostenrijk In het bergachtige Oostenrijk is 't maken van kerstkribben een nationa le volkskunst. In het land waar het "Stille Nachtis ontstaan, bestaan in de bergdorpjes zeldzame exempla- Hij kwam bij een houten bruggetje ren van die kerstkribben, die uit ver schillende tijdperken stammen. Het zijn ware kunstwerken, die in de kersttijd op de kleine dorpspleintjes en in de kerkjes worden opgebouwd. Ons nabuurland België kent leven de kerstkribben. In navolging van de bekende passiespelen worden in ver schillende Belgische dorpen getrouwe nabootsingen gegeven van de gebeur tenissen, die in het kerstevangelie worden verhaald. In de Beierse hoofdstad München is een prachtige verzameling kerst kribben bijeengebracht in een van de vele musea die deze stad heef-. De ze kollektie is beroemd over de hele wereld en in deze dagen komen hon derden mensen bewonderend kijken naar wat eenvoudige mensen en grote kunstenaars hier in de loop der lij den hébben gemaakt. Men ziet een voudige papier-toneeltjes met uitge knipte figuren tot kostbare met blad goud opgelegde beelden. Kerstbomen Duitsland is van oudsher het land van de kerstbomen. De gewoonte orn deze sparrebomen met kerstmis te versieren is een over heel de wereld verspreide gewoonte. Jaarlijks wor den door onze Oosterburen een klei ne 8 miljoen kerstbomen gekocht, opgetuigd en te pronk gezet. Als symbool van het eeuwig jonge is de spatieboom al lang geleden zijn glo rieuze opmars begonnen. In een ge meentelijke verordening uit 1521 uit Elzas blijkt, dat omstreeks de kersttijd de boswachters en houtves ters de aan hun zorgen toevertrouw de dennebomen bijzonder in het oog moesten houden. En in 1832 moesten de boeren uit de streek rondom Han- nover, die daar naar de jaarlijkse kerstmarkt kwamen om bomen te ver kopen, eerst naar de "polizei". Daar moesten zij kunnen aantonen dat het legaal gekapte bomen waren. De boe ren kregen een stempel op de boom en pas dan mochten ze verkocht wor den. Over het merendeel van de ge westelijke wereld is de kerstboom in geburgerd. Zelfs in Spanje - waar tot voor kort de kerstboom zeldzaam was - gaat de kerstboom zijn plaats inne men. Maar toch is de kerstkribbe voorlopig nog wel de trots van elk Spaans huisgezin. Kerstkaarten Engeland - mischien wel het meest traditierijke land ter wereld - viert het kerstfeest liefst in de huiselijke kring. Plumpudding is dan het natio nale gerecht. Het is ook in Engeland geweest, waar de gewoonte om roet kerstmis elkaar kaarten te sturen, is begonnen. Ruim honderd jaar gele den - in 1843 - kwam Henry Cole, toen direkteur vaa het grote Victoria and Albertmuseum in Londen, op het idee zijn familie, vrienden en kennis sen een speciaal gedrukte kaart met een kerstgroet te zenden. Het was 'n idee, geboren uit gemakzucht. Henry Cole had namelijk geen zin om zijn familie en aan al zijn kennissen een lange brief te schrijven met daarin de kerstwensen en de up and downs die zijn familie in het afgelopen jaar had meegemaakt. Een dergelijke lange kerstbrief was in het traditierijke En geland gewoonte. Maar in dat gedenkwaardige jaar weigerde Cole achter zijn schrijftafel te gaan zitten om deze lange kerst brieven te gaan schrijven. Hij liet 'n kaart drukken en verzond deze naar zijn relaties. Deze nieuwigheid viel niet bij iedere ontvanger in goede aar de. Maar wel kreeg Cole er een grote bekendheid door. Een exemplaar van deze eerste echte kerstkaart is be waard gebleven en in een vitrine in het Londense postmuseum te zien. Midwinterblazen Tussen kerstmis en nieuwjaar klin ken in Twente de diepe tonen van de midwinterhoorn. Het schijnt dat deze Twentse traditie terug gaat tot vóór onze jaartelling. Zoals zoveel gebrui ken rondom kerstmis van heidense oorsprong zijn, zo is dat midwinter blazen ook van die oorsprong. Maar veel gebruiken zijn door het Christen dom gekerstend. Het midwinterbla zen maakt hierop geen uitzondering. Vroeger dachten onze ongeletterde voorouders dat - naar mate de winter verder schreed - de zon, levensbron van alles wat leeft en groeit - door de duistere nachten weggewerkt zou wor den. Er zou dan nooit meer licht op aarde zijn. Om dat te voorkomen en de kwade machten weg te jagen werd op de midwinterhoorn geblazen. Het geluid moest zo sterk mogelijk zijn en daarom blies men boveneen waterput, waardoor het geluid een versterking kreeg. Levend licht Straks gaan de kaarsen weer aan. Niet alleen in onze warme huizen. In de Provence gaan op kerstavond de bewoners van de dorpen met branden de kaarsen naar buiten. Ze lopen langs de weg naar de kerk om daar de nachtmis bij te wonen. Wanneer iedereen in de kerk zijn plaats heeft ingenomen wordt een wagentje de kerk ingereden. Hieïop ligt een jong lammetje, symbool van de onschuld. De priester zegent dit beestje dat Dieren Het zijn in hoofdzaak de os, de ezel, het schaap en de kameel die in de kersttijd het dierenrijk vertegen woordigen. In de kerstverhalen en in de ontelbare kerstliedjes komen ze veel voor. Ossen, hoewel in onze stre ken wat zeldzaam, ezels en schapen kennen we allemaal van het zien. Met enige moeite kunnen ze zelfs in onze nabijheid wanen. Maar voor een ka meel moeten we naar de dierentuin. Toch komt het beest in de Nederland se kerstverhalen veelvuldig voor. De kameel was immers het dier, dat de wijzen uit het Oosten naar de stal van Bethlehem bracht. In de bijbdl wordt niet over de kameel gesproken. Ken nelijk heeft men dit dier bij het kerst verhaal betrokken omdat de wijzen uil het Oosten toch ergens mee naar het kerstkind moesten reizen. Vredesfeest Het bijbelse kerstverhaal spreekt van vrede op aarde. Tientallen Neder landse en buitenlanders kerstliederen hebben het over de nacht, die vrede bracht. Het is moeilijk om in deze we reld over vrede te praten. Er bestaat een verhaal, dat in de eerste wereld oorlog op de slagvelden tussen de Franse en Duitse soldaten een kort stondige verbroerdering tot stand kwam en er zodoende een on-offici- ele wapenstilstand was van slechts en kele ogenblikken. De kanonnen zwe gen om gelegenheid te geven tot het denken aan kerstmis. Aan beide zij den van de loopgraven klinkt het kerstlied. De Duitsers zongen over Weihnacht en de Fransen over Noël. Een ontroerend verhaal, dat 'n voorbeeld zou moeten zijn voor de wereldpolitici, die de sleutel voor de wereldvrede in handen hebben. L met de 1e prijs 2e prijs 3e prijs 25,— 15,— f 10- ZIE PAG. 9 IN DIT BLAD Leg dit horloge gerust op de bodem van een 200 meter diepe ree. Het kan er tegen. Want de Certina DS 2 is het sterkste horloge ter wereld. 100% waterdicht, (tot 20 atm.) Dubbele schokbeveiliging. Edelstaal. Automatisch. Datum. f. 355. Er rijn al Certina horloges v.a. f. 99. Komt u eens naar onze Interessante kollektie kijken. horloges van Zwitserse topkwaliteit.

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1970 | | pagina 2