123.
Woensdag 29 November.
FEUILLETON.
F"
1
1
p
Uitgever: L. J. YEEHMAN. ITousden.
w
u
i 1
pj^ul
VOOR
fel. ki
SS
Rit blad verschijnt eiken WOENSDAG en ZATERDAG.
Abonnementsprijsper 3 maanden 1.Franco per post zonder prijs-
verhoomiiff.
O O*
y&KM
Advertentiën 16 regels 60 ct. Elke regel meer 10 ct. Groote letters naar plaatsruimte.
Advertentiën worden ingewacht tot Maandag- en Donderdagavond 10 uur. Ingezonden
stukken tot Maandag- en Donderdagavond 8 uur.
m
LI 111 1
.JÜ1
3)
«En zoudt gij mijne hand nemen, zonder dal mijn
hart er bij ware?« vroeg zij zacht.
Zijn bleek gelaat werd nog een tint bleeker.
«0, ik dwaas,zeide hij, «hoe dwaas, daaraan
niet te denken! Hand zonder hart? Voor alles ter
wereld niet! Hoe kan ik hopen dat gij mij, den
woesten gezel, den ruwen Circassiër, zoudt kunnen
beminnen! Het zachte maanlicht houdt ook niet van
de donkere onweersnacht en de vlinder ontwijkt den
adem des winters! De heldere ster is geen dwaal
licht; zij blijft altijd door hare schitterende stralen
geven; maar ik moet verder voörtzwcrven als
Ahasveros
Vera stond op en trad dicht op hem toe.
«Gij zult misschien zwerven, Grigor Feodorowitsch,
inaar de ster zal met u gaan! Spreek geen woord
aan mijne voeten liggen honderden te wachten op
een woord van mij, ik kon het nimmer uitspreken,
want mijn hart bleef zwijgen, totdat totdat ik u
voor mij zag. Uw leven zal voortaan niet meer een
zaam zijn, want een zonderling iets voert mij tot
u ik kan niet anders
«Vera Vera was het eenige wat de Vorst
uitbracht en zij reikte hem, lachend door haar tranen
heen, haar kleine blanke rechterhand!
Heeds begon de dag aan te breken, toen de laatste
gasten het paleis Bradnitzky verlieten; onder deze
w laatstcnechter bevond zich Grigor Voinesco.
In hare kleedkamer wachtte gravin Bradnitzky hare
dochters voor den nachtkus,eer laatstgenoemden
hare eigene vertrekken opzochten.
«Ja, het was een zeer welgeslaagd feest,sprak
de dame vergenoegd, toen Feodora daaromtrent een
opmerking had gemaakt, «zeer goed geslaagd en zeer
geanimeerd, inderdaad! Maar mijn God viel zij
zich zelve in de rede, «welk een prachtige brillant
schittert daar aan uw vinger, Vera? Ik heb u dien
nooit zien dragen! Mijne dochter, watbeteekent dat?
Vera werd eerst bleek en toen rood; daarna boog
zij zich neder en kuste de schoone hand hare moeder.
«Dat beteekent, chère mama,» sprak zij ernstig,
«dat Vorst Voinesco morgen hier komen zal, bij papa
en u, om aanzoek te doen om mijne hand
Est-il possibleriep de gravin verbaasd uit:
«daarom dus moeten zoovelen onverhoord smachten,
om den Circassiër de overwinning te doen behalen?
Veni, vidi, vici, inderdaad! Enfin ik kan uwe
keuze niet misprijzen!»
En zij boog zich neder; terwijl zij Vera op het
voorhoofd kuste en daarna een beweging met de hand
maakte hare dochters konden vertrekken.
Zwijgend liepen de zusters naast elkaar tot in
haar slaapvertrek en lieten zich even stil de balklee
deren door haar kamenier uittrekken en de bloemen
uit het haar nemen.
«Goede nacht,» sprak Feodora, toen zij alleen waren.
«O, Feodora, gij zegt geen enkel woord tot me?»
riep Vera klagend.
Feodora keerde zich af.
«Ik kan niet,hernam zij: «elk woord om u
geluk te wcnschen zou een leugen zijn
«O Feodora waarom?*
«Ik heb een afschuw van hem,» hernam Feodora
zacht, «eene zonderlinge, ontzettende vrees voor den
Vorst grijpt mij aan ik kan het niet verklaren,
't Is mogelijk, dat ik zeer onnoozel ben, dat
«Ja dat zijt gij, mijn liefste zuster,sprak Vera
lachend, «ik ben niet bang j voor. hem mij trekt
éenc, ik mocht wel zeggen demonische macht, tot
hem heen.
«Hij heeft den «boozen blik» der Italianen,her
nam Feodora huiverend, «doch laten wij er niet meer
over spreken! O Vera, ik heb u zoo lief!» voegde
zij er weenende bij, terwijl zij het gelaat afwendde.
Weldra was ook het licht in de kamer der zusters
uitgedoofd. Vera echter sliep niet; zij was te zeer
aangedaan. Plotseling rees ze op, verschrikt door een
luiden kreet van Feodoraeen pijnlijke, vreeselijke
droom had deze dien kreet doen slaken. Zij had ge
droomd, dat zij zelve dood, gedood op den grond lag,
midden in een woeste, eenzame landstreek en dat
Vera zich over haar heenboog met een afgrijselijk ont
steld gelaat en. boven beiden zweefde in de gedaante
van een vampvr Vorst Voinesco. liet was een
akelige, bange droom en hij ontroofde de arme Feo
dora voor langen tijd haar opgeruimdheid.
Weinige dagen na het bal vernamen de aanzien
lijke kringen van Warschau werkelijk de verloving
van gravin Vera Bradnitzky met 'den Gircassischen
Vorst Grigor Voinesco. Natuurlijk viel er ook hier
zeer veel te bespreken, te critiseeren en te verwon
deren. Eene verloving is altijd de meest welkome stof
voor een flink, oudeiwetsch stadspraatje. Vooreerst
verwonderen zich de menschen over de weder/ijdsche
keus der verloofden; daarna wordt hijdoor de
eene, «zij» door de andere partij beklaagd. Over den
hekel gehaald worden zij beiden en van beiden wordt
een zeer omvangrijk register van al hunne gebreken
ontworpen natuurlijk bezitten de samenstellers van
dit register er zelf geene, want wie zou zoo onge
manierd zijn, aan de versleten gelijkenis van splinter
en balk te herinneren!
De grootevwereld van Warschau maakte natuurlijk
ton dezen opzichte geene uitzondering. Zij nam aan
thee- en koffietafel het nieuwe bruidspaar deugdelijk
onder handen en verklaarde den Vorst voor zeer inte
ressant; eerstens om zijn fabelachtige rijkdommen en
bovendien om zijn prachtig voorkomen. Ten slotte
kwam men tot de conclusie: de Bradnitzky's waren
toch brutaal gelukkig, dat zulk een rijke schoonzoon
hun om zoo te zeggen maar thuis gestuurd werd.
Vorst Voinesco was niet genegen om lang te wach
ten en zoo werd Vera na den kortst mogelijken tijd
met hem in den echt verbonden, met al de praal en
den rijkdom, dien men hierbij noodig vond ten toon
te spreiden.
De Vorst en de Vorstin Voinesco vertrokken onmid
dellijk na de trouwplechtigheid naar Petersburg, waar
een prachtig hotel voor hen gehuurd was, dat zij
betrokken en waar zij weldra een schitterenden kring
om zich heen gevormd hadden. Na eenigen tijd werd
Vera aan het Hof gepresenteerd en sedert dien tijd
droeg zij den naam van «de diamanten-fee,want de
overvloed dezer kostbare gesteenten, die met kwistige
pracht haar hoofd, armen, hals en gewaad sierden,
was bijna ongehoord, zelfs iu deze kringen, waarin
men toch gewoon was veel te zien.
Er volgt hier thans een brief van de Vorstin aan
hare zusterdat schrijven is de beste inleiding voor
de latere gebeurtenissen.
(Wordt vervolgd.)
<-s
.*5CttfZffZ
(Ut