Buitenlandsch Overzicht.
Publicatie.
PLAATSELIJK NIEUWS.
Brieven uit Amsterdam.
niet boomen en huizen te gelijk. En, als gij
hem toch waant bedwongen te hebben en
als hij rustig schijnt, pas op dan, want dan
is hij het meest te vreezen, dan valt hij zijn
prooi op eene andere plaats aan en uren
van n verwijderd, terwijl gij overwinnend
daar staat, knaagt hij en vreet hij in en
dezelfde arbeid dien gij zooeven gedaan
hebt, wacht u en dezelfde vijand is daar
weer rusteloos bezig uwe waakzaamheid te
verschalken, uw werk vruchteloos te maken.
En als hij een bondgenootschap aangaat
met de ontketende luchtgeesten, als water
en storm samenwerken, pas dan dubbel en
driedubbel op, want dan is uw vijand mach
tiger dan ooit.
Rusteloos jaagt hij u voort en zonder
verpoozing vermoeienis of uitputting kent
hij niet, gij hebt u daarnaar te regelen op
straffe van eene ontzettende nederlaag te
lijden.
Dan zijn het dagen van strijd, maar van
een strijd die ons zelf aangaat, en hoewel
hij ons zelf aangaat, zitten wij machteloos
daar neder en kunnen niet helpen al wilden
wij nog zoo gaarne. Wel ons, wanneer wij
dan bewust zijn, dat er mannen zijn, die
voor ons waken en werken, die voor ons
lijden en strijden. Wel ons, wanneer het
mannen zijn die niet alleen weten wat zij
willen maar die ook doen wat zij willen.
Dan leggen wij het hoofd rustig neder, want
wij zijn overtuigd, dat er gedaan wordt wat
menschelijke macht vermag te doen.
De ramp van Muiden.
Ue dood van Gambetta was eon groot verlios
voor de Fransche ïepubliek. Zij die het niet moch
ten gelooven, die meenden dat Gambetta niet veel
meer was dan een phrasenmaker, maar volstrekt
geen staatsman, kunnen in de gebeurtenissen van
de afgeloopeu week het tegendeel leeren. De tegen
standers der republiek zagen het anders in en wis
ten zeer good dat Gambetta de ziel der republiek
was. Nauwelijks is hij ter aarde besteld, of daar
komen de anti-republikeinsche partijen openlijk
voor den dag met hunne plannen om de republiek
omver te werpen.
Do Parijzenaars werden verleden week Woens
dag verrast door een aanplakbiljet op de muren
der stad met opzichtige kleuren en waarop reeds
van verre de regel
A MES CONCITOYENS!
was te lezen.
Dit biljet was een mauifest van prins Jöroiuo
Napoleon, wel bekend onder den naam van roodeu
prins of Plon-Plon. Het bevatte een jammerklacht
over den slechten gang van zaken ouder do repu
bliek, die Frankrijk te gronde moest richten. Als
eenige uitkomst werd natuurlijk gewezen op hot
keizerrijk, dat door zooveel eu zooveel plebiscieten
was bevestigci.
De Parijzenaars haalden do schouders op eu ook
de Regeering deed dit in het begin. Toen het
evenwel bekend werd dat honderdduizend exem
plaren naar alle gemeenten van Frankrijk wer
den gezonden, toen de afgevaardigden steeds meer
opgewonden werden en de Parijsche bladen ver
schenen met dezen eisch: Morgen moet Napoleon V
in de gevangenis of het ministerie afgetreden zijn,
besloot de regeering hare lijdelijke houding te ver
laten. Op haar bevel werd de Prins gearrestoord.
Hoe ounoozel het manifest schijnt en hoe flauw
de indruk, de zaak was toch zoo dom niet. Voor
eerst had de Prins gezorgd dat des ochtends van
donzelfden dag het manifist als hoofdartikel in de
»Figaro«, (het welbekoude orgaan van do demi-
monde), verscheen. Hij kan nu bowertn dat hij slechts
een afdruk van een hoofdartikel deed aanplakken,
hetgeen volgens de drukperswotgeving mag.
Ten tweede was het blijkbare doel van Napoleon
om de koningsgoziuden vóór te wezen. Het is nu
toch uitgelekt dat deze een kompleet komplot op
touw gezet hebbener zijn manuen gewonnen,
wapens uitgedeeld, millioenon bij elkaar om gene
raals om te koopon Napoleon was dus bevreesd
achter het net te visschon.
Do afgevaardigde Floquet diende terstond het
wetsontwerp in om aan alle leden van familiën die
over Frankrijk geregeerd hebben, het recht te ont
zeggen om in dat land of zijne koloniën te blijven.
Dit wetsvoorstol gaat te ver. De regeeriug zal het
zeker niet steunen en, als de rechtbank baar vonnis
over den rooden prins zal geveld hebben, zal wel tot
zijne verbanning uit Frankrijk worden besloten.
De Engelsche premier, de heer Gladstone is met,
vrouw en kinderen naar Cannes vertrokken om
herstel van gezondheid te zoeken. Het is zeer te
hopen voor Engeland maar niet minder voor Frank
rijk dat hij niet spoedig valle. Op dit oogeublik
toch is de oorlog op papier tusscheu Frankrijk en
Engeland over Egypte in vollen gang.
Men weet dat in Egypte bestond een Engelsch-
Fransche controle over de financiën. Thans nu
Engeland meester is van Egypte, heeft bet, het Egyp
tisch gouvernement er toe gebracht die controle
voor afgeschaft te verklaren.
Daartegen nu heeft de Fransche consul in Egypte
met nadruk uit naam van zijn regeering gepro
testeerd.
Do feesten voor de 25-jarige huwelijksvereeniging
van den Duitschen kroonprins zijn door den dood
van prins Karei den 82-jarigen broeder van den
Duitschen Keizer, in het water gevallen. Do over
leden prins had het wapeu der artillerie in Duitsch-
land tot die volmaaktheid opgevoerd, die den oorlog
van 1870 besliste.
De Burgemeester van Heusden brengt ter alge-
meene kennis, dat het inschrijvingsregister der
nationale militie lichting 1883 met de daaruit op
gemaakte alphabetische naamlijst in duplo van af
heden gedurende 8 dagen tor secretarie der ge
meente ter inzage van belanghebbenden zijn neder-
gelegd.
Heusden, 19 Januari 1883.
De Burgemeester voornoemd,
HONCOOP.
t 's BOSCH. De vorige week ontstond brand
in het huis, bewoond door den beer Hoevenaar.
Door de spoedige hulp der brandweer gelukte het,
den brand tot de bovenverdieping te beiperken,
die bewoond werd door twee officieren, wier goe
deren niet verzekerd waren. De brand schijnt
ontstaan te zijn door het te sterk stoken van de
kachel, waardoor het behangselpapier vuur vatte.
De Prov. Staten van Noord-Brabant hebben,
in eene buitengewone vergadering bijeengekomen
ter verkiezing van een lid van de Eerste Kamer
der Staten-Ueneraal, als zoodanig gekozen Jhr.
Mr. J. B. Verheijen, inspecteur van het lager
onderwijs met 42 van de 59 stemmen.
De heer J. T. Smits van Oijen, burgemeester
van Eindhoven, bekwam 17 stemmen.
t RAAMSDONKSVEER. Het aanvallig 5jarig
dochtertje van C. B. had het ongeluk onder het
naar school gaan in de haven te vallen, met het
ongelukkig gevolg, dat het eenige oogenblikken
later levenloos is opgehaald.
WAALWIJK. Het water in den buitenpoldcr
blijft goed vallende weg BesoijenDrongelen is
echter nog niet droog, dit zal nog wel eenige
dagen duren.
Het water uit den binnenpolder wordt door de
sluizen naar binnen afgevoerd, zoodat ook binnen
de toestand aanhoudend verbetert.
Het gat- in de oosterhavenkade ten zuiden van
de Hooigracht is niet van veel beteekenis en be
lemmert de scheepvaart niet.
Van den grond, onlangs door de gemeente op
de oosterkade geworpen, is bijna niets meer te zien.
Maandag is een aanvang gemaakt met het be
straten, tusschen de rails van den tram aan de
haven, welk werk nu reeds tweemaal wegens het
water is moeten gestaakt worden.
VLIJMEN, 22 Jan. Het water op het Bossche
veld begint goed te vallen. Heden of morgen
hoopt men er weder geregeld door te rijden.
t ALM KERK. In het laatst der vorige week
heeft men op den stal van den heer v. E. te Uit
wijk, des nachts een beest op oumenschelijke
wijze door inwendige verwonding gedood.
Eenige dagen te voren had men des morgens
o O O
ook een stuk vee dood gevonden, zonder dat inen
nog op het idee gekomen was, dat zulks op gewel-
dadige wijze was gebeurd. De politie is van de
zaak onderricht.
t DALEM. Door Mevr. Wed. M. J. Viruly
van Vuren en Dalem, onlangs te 's Ilage over
leden, is aan de diaconiën dezer gemeente gelega
teerd de som van f 1000, vrij van successie
rechten, als aan die te Vuren f 600 en aan die
te Dalem f 400.
t Te Gorinchem worden van vele zijden po
gingen aangewend ter verkrijging eener drinkwater
leiding. Door de verschillende geneesheeren te dier
plaatse wordt het plan zeer ondersteund.
Tor veraanschouwelijking vau het ongeval plaat
sen we hier een schetskaartje van het tooneel der
verwoesting, dat door het »Hdbl.« ontworpen-is
naar ecu teekening van liaar verslaggever.
Boschrijk terrein.
De cijfers
duiden gebouwen aan.
1
2
3
4
A
6
5
n
4
8
9 10 11
12
13 14 15
Hek.
Bad langs de Vecht.
1. Kruitmagazijn dat gespaard is.
2. Half vernielde droogkamer waar echter geeu
ontploffing plaats had, staande dicht bij een vaart.
3 en 4, Geheel veimielde droogkamers met bijge
bouwen, waar de ontploffing is geschied, eu de braud
woedde. Op de hoogte van 3 is nu een meertje,
waar eerst ecu steeuen gebouw stond, dat met fon
damenten en al uit den grond is gerukt.
5 ou 6. Glaswerkplaatsen, waar nagenoeg uiets
van over is.
.7 eu 8. Molens, die geheel uit elkander zijn ge
slagen. Alléén de zware molensteenen zijn op huuue
plaatsen gebleven.
A. Open vak met vateu vol hulzen en hoorus.
Tusschen 7 eu A staat eene ruïue, een half ge
bouw van steen, waarvan niet met zekerheid te
zeggen is, of het tot den molen behoorde.
9. Magazijn, vaueeugereteu.
10 en 11. Wouiug van deu hoofdopzichter en
kantoor, in elkauder geslagen.
12. Hok dat toegang geeft tot de terreinen met
portiershuisje er naast.
13, 14, 15. Bergplaatsen en woningen, de eerste
tamelijk opgetrokken, de andere van één verdieping
slechts, allen zonder dak en met ontzette muren.
Men bereikt de terreinen over een pad langs de
vaart. Eerst treft men vier huisjes, die door werk
lieden met huune gezinnen worden bewoond. De
daken zijn vernield, het huisraad verplaatst, maar
de vier vrouwen en dertien kinderen, die op het
oogenblik der ontploffing in huis waren, zijn niet
gedeerd Wat verder heeft men weder een dergelijk
huisje, dan een groote loods, (zie de schetsteekening
hier boven) en nog wat verder een bergplaat».
Alles was daar als 't ware door een toeval nog in
elkander.
Dan krjjgt men een hek, dat toegang geeft tot
de eigenlijke fabriek, die uit verspreide gebouwen
bestaat. Men boef- diebt bij het binnenkomen twee
groote molengebouwen, waar de fabricage van bet
kruit geschiedt; reusachtige steenen malen daar het
poeder. Meer naar achteren zijn, of liever waren,
op drie nog al belangrijke afstanden van elkander
gelegen stoven (droogkamers), waar door middel van
stoom warmte werd opgewekt. Al deze gebouwen
lagen verscholen in een bosch, tusschen hoog op
gaand geboomte, men had daar nog een huisje met
een stal, waarin vier koeien, en afzonderlijk ge
bouwtje voor berg- en werkplaats. Vlak bij het
hek waren groote hnizen, die gespaard werden, ou
op zeer grooten afstand staat nog het uitgestrekte
gebouw, waarin de voorraad kruit wordt bewaard.
Tusschen de boomen in stonden vaten kruit, kisten
met gevulde hulzen en kruithoorns, en van dat alles
niets meer dan ruïnen of letterlijk niets.
Het is niet de eerste maal dat een dergelijke
ramp de gemeente, thans ongeveer 2000 inwoners
tellende, trof.
Vóór zes of zeven jaren ontplofton een paar
ovens toen was de verwoesting betrekkelijk
gering. Materiëel is thans de schade onberekenbaar,
maar grooter nog is de rouw, waarin verscheiden
gezinnen gedompeld zijn.
Toch zou de ramp nog vreeselijker zijn geweest,
als de ontploffing op een ander tijdstip had plaats
gehad, 't Was nl. juist schofttijd, zoodat het
meerendeel der 60 aan de fabriek arbeidende werk
lieden afwezig was. Men schat hot aantal personeu,
die zich bij de catastrophe op de terreinen der
fabriek bevondeu, op 24 militairen en 16 werklieden.
De namen der bij de ramp omgekomenen zijn
J. A. Karsemeyer, dechef. Evert Klok.
Sipke van der Weyden. Jacob Vis.
Dirk Dolleman. Jacob Vis Gz.
Jan van Wilsum. Leendert van derSluys.
Gerard Kreune. Gerrit Jongkind.
Gerrit van Ravenswaay.
Het aantal meer of min gekwetsten bedraagt 12,
waarouder enkelen zeer ernstigmen hoopt niet
temin allen in 't loven te houden.
Vier werklieden zijn zwaar gekwetst in 't gast
huis te Amsterdam opgenomen, namelijk Ruysen-
daal, Jan Mol, Willem v. d. Waaien eu Kreune,
broeder van Gerard, die bij het ongeluk omkwam.
De meeste slachtoffers waren gehuwd. Een hun
ner laat een weduwe met 11 kinderen na, eu een
arme vrouw verloor bij de ramp haar man en een
broeder.
Behalve de eigenlijke slachtoffers der ontploffing
werd nog een 19jarige jongeling gedood. Op straat
zijnde, toen de vreeselijke slag zich deed hooren,
schrikte hij zoo hevig, dat hij op de plaats dood
bleef. Vele menschen te Muiden bekwamen wonden
van meer of min ernstigen aard, zoodat de genees-
heeron uit den omtrek handen vol werk hebben,
om niet te spreken van de deerlijk gehavenden,
die van onder het puin worden opgedolven. De
doctoren hebben zich zeer verdienstelijk gemaakt.
Des te meer is 't te betreuren, dat over anderen
wordt geklaagd. Men zegt nl., dat eenige beamb
ten der Gooische stoomtram zich niet zeer mensch-
lievend gedragen hebben. Doctor De R. was van
meening, dat do zwaar gekwetsten beter in hot
gasthuis te Amsfcei'dam zouden verpleegd kunnen
worden, en vroeg daarom van het vervoer voor 2
gekwetsten te mogen profneeren, hetgeen eouvondig
geweigerd word men floot en reed door.
Over de houding dor militairen gaat slechts één
stem op. Ze gedroegen zich uitstekend. Het waren
de militairen uit Naarden, die door hun tegen
woordigheid van geest grooter rampen voorkwamen,
want een 200tal bakken, elk met 30 kilo kruit
gevuld, werden van uit een govaarlijke plaats,
terwijl do brand in de nabijheid woedde, door hen
in een sloot geworpen.
Tegen den avond konden de troepen echter in
rukken alle gevaar was toen geweken, maar voor
zichtigheidshalve bleven toch nog 2 spuiten op 't
terrein achter, met 30 man om ze, zoo noodig, te
bedienen.
De aanblik van den omtrek der kruitfabriok
moet verschrikkelijk zijn.
Zooals reeds gezegd is, bleef het groot kruitma
gazijn, dat trouwens tamelijk ver van de fabriek
verwijderd en een hecht steenen gebouw is, in te
genstelling met de andere opstallen, die, juist om
't gevaar bij ontploffingen te temperen, luchtig ge
bouwd en mot losse dakpannon gedekt zijn ge
spaard. De droogkamer, die dicht bij de-vaart ligt,
werd half vernield door de schokken, maar daar
had geen ontploffing plaats; twee andere droog
kamers zjjn echter geheel te gronde gericht; men
vermoedt dat daar de ramp ontstonddeze gebou
wen stonden ook 't eerst in vlammen. Een in de
nabjjheid gelegen steeutn gebouwtje werd met fun
damenten en al omvergernkt en stortte ineen. Van
de glanswerkplaatsen is ongeveer geen steen op
elkander gebleven. Daar bevonden zich niet minder
dan tienduizend kilo's kruit, terwijl in een der
droogkamers 180 bakken en in een andere 100
bakken zich bevonden, iedere bak gevuld met on
geveer 15 kilo kruit. De voorraad kruit wa» op het
oogenblik nogal groot, want er was juist voor een
paar dagen een partij van c.a. 15,000 kilogr. ter
verzending gereed gemaakt, bestemd voor Zuid-
Afrika.
Behalve de zware molensteenen is van de beide
molens bij de fabriek niets dan een steenmassa te
ontdekken. Nog een der magazijnen, de woning
van den hoofdopzichter en het kantoor zjju onken
baar. Verschillende bergplaatsen en arbeiderswo
ningen zijn vau daken beroofd; de muren zijn van-
eengereton, daar binnen heerscht de grootste ver
woesting, doch gelukkig zijn de 4 vrouwen en 13
kinderen, die zich in die woningen bevonden, allen
ongedeerd gebleven.
De machinerieën zjju voor hot grootste gedeelte
verwoest.
Bij een der opstallen was een stalling met vier
koeien, die zijn omgekomen.
De portier der fabriek kroop bij 't hooren van
den eersten slag er volgden later nog drie
in een hoek en kwam er heelhuids af.
Niets van al het vernielde en verbrande op 't
fabrieksterrein was verzekerd.
Men vermoedt dat de ramp veroorzaakt is door
het ontvonken van een vuursteentje, dat bij het
malen uiteengespat is.
Het bovenstaande, ontleend aan verschillende
bladen, was rueds afgezet, toen wij het volgende
schrijven nit Amsterdam ontvingen.
Zaterdagmorgen ben ik met eenige vrienden en
in gezelschap van honderden bezoekers, zoo nit
Amsterdam als elders naar Mniden getogen, ten
einde door eigen aanschouwing eeuig begrip te
krijgen vau een verwoeste stad, waar de schoor-
steenen van de daken, de daken van de huizen
geslagen, waar de boomen ontworteld, de muren
gespleten, deuren en ramen in de lacht omhoog
geslingerd zijn, van oen stad, die in éÓD woord
oen ruïne gelijk geworden of in een anderen term,
van de aarde verdelgd is. Wij gingen er hoen met
benepen harten en namen een meer dan gewoon
hartelijk afscheid van de onzen. Wie kou 't weten
hoeveel gevaar ons in Mniden stond te wachteu.
Een afbrokkelende muur, een uit 't lood hangende
woning, een op vallen staande toren och, een
ongeluk schuilt wel in een klein hoekje, laat staan
dan in een stad, die zoo versch verwoest is.
Denk niet lezer lieve dat ik spot, dat mijn harto
verhard is tegen 's werelds lijden, ik verzeker n,
dat tusschen 't mijne en uw medelijdend hart wei
nig vorsehil bestaat. Neen, ik spot niet ten koste
der ongelnkkigon, die bij de ramp 't leven of hun
bezittingen verloren hebben ik steek don draak
slechts mot de alarmisten, die tuk op ijzingwek
kende nieuwtjes van een zefir eeu storm, van een
waterplasje een heusche zee maken. Wij menschen
zijn toch rare lui. De ramp van Muiden hobbon
we eenige malen erger gemaakt dau zo werkelijk
is, hoe ijselijker hoe mooier in zoo'n geval; en nu
we gaan zien eu bemerken dat 't toch wezenljjk
niet zoo erg is en de ijselijkheid eenige graden
minder dau waarop de nieuwsbladen ons voorbe
reid hadden, nu zijn we teleurgesteld, eon weinig
ontvrodeu omdat de werkelijkheid niet by do
beschrijving ha^n kan.
We stapten te Woesp af, dewijl we do spoorreis
gekozen hadden boven 't vervoer por tram, die den
vorigen dag niet te genaken was, vanwege de scha
ren nieuwsgierigen. Onderweg hadden we 't druk
over 't al of niet hooren van deu slag. In Amster
dam heeft men in al de buitenwijken den dreun
gehoord, in 't oosten vooralik woou aan den wes
telijken zoom dor hoofdstad en heb duidelijk onge
veer 8.15 eeu paar in elkaar loopoude dreuningon
gehoord. Aan den zoom der Zuiderzee is do ont
ploffing duidelijk vernomen, men vertelde mij zelfs
dat men ze ook te Harlingen gehoord fiad, ofschoon
dat wel wat overdreven zal zijn, Op zoo'n beetje
overdrijving echter komt het niet aan.
De weg van Weesp naar Muiden is een halfuur
lang en loopt met kleine bochten noordelijk op.
De ruiten van 't station waren voor de helft ge
barsten; dat gebouw had dau ook de luchtdruk nit
de eerste hand gehad, want do kruitfabriek »de
Krygsman« ligt er recht tegenover. In Muiden ge
komen, slaat ge links af een weg in, die oen kwar
tier lang is; daar ligt de gesneuvelde Krijgsman*.
Reeds een vluchtige blik op 't kleine, niet bijzonder
florisante Muiden, waar volgens oen mijnor mode
reizigers goen enkel kranige huis staat, overtuigde
ons van de schromelijke onwaarheid der kranten
berichten. Muideu een puinhoop? En daar stonden
al de gebouwtjes recht op. Een enkel betreurde
't verlies van eenige dakpannen en van de meeste
waren de ruiten gebarstenhier on daar was een
schoorsteen afgebuiteld, maar zeker drie kwart van
't getal schoorsteeneu staat ongeschonden omhoog.
Vau vele huizen zagen we met de ruiten ook de
roeden der ramen verbrijzeld, maar dat is geen
wonder, want Muiden telt veel vorvallen «spul
letjes* en de ontploffing heeft natuurlijk al 't ver
rotte en zwakke 't sterkst aangepakt. De Katholieke
kerk heeft er danig van langs gekregen, haar zuster
de Protostantsche, die aehtor haar weggescholen
staat is er heelhuids afgekomen. Zooals ik reeds
zeide leidt een westelijke weg langs do vaart naar
't terrein der verwoesting. Daar zijn da sporen van
't voorgevallene dan ook het talrijkst. Op zijde zagen
we een massa menschen opgepakt staan voor oen
houten schuurtje. Op onze vraag wat dat beteo-
kende, berichtte men ons: daar lagen de slachtoffers.
Hooveel slachtoffers wist men niet recht, want ze
waren in stukken en brokkan van onder 't puin to
voorschijn gekomen, 't Was een yselijk gezicht,
zoida een boertje, die verzameling uit elkaar ge
slagen ledematen, zooveel doeulijk als «lijken*
tentoongesteld. Dat konden we ons begrijpen en
zagen af van pogingen om door de massa nieuws
gierigen te breken eu voor oen fooi, die jam
merlijke overblijfselen te gaan zien. Ronduit
gezegd griezelden we bij de gedachte alleen
en we vonden 'tmeer dan schandelijk aldus 't pu
bliek te noodeu op een schouwspel, zoo ellendig
als dit. Ter herkenning werd het gedaan, veront
schuldigde men deze ijzingwekkende tentoonstel
ling. Doch ik vraagwaartoe zal men Amsterdam
mers en de dnizende die in Muiden geen levende
ziel kennen, toelaten om afgerukte armen, beenen,
handen enz. te herkennen? 't Is een schandaal, hoo
men 't wendt of keert.
Links en rechts van den weg zagen we de mee-
rendeels armoedige woningen, ontbloot van pan
nen, ramen en deuren. De bewoners waren bezig
zich tegen de gnnrheid van 't weer te dekken door
oude vloerkleeden voor de openingen te spijkeren
anderen zamelden met roodgeschreide oogen het
jammerlijk overblijfsel hunner huisgeraden te zamen
en zochten een meer bewoonbaar onderkomon. 't Zag
er in die woningen ellendig nit. De oogst van on
geschonden meubelen was uiterst schraal.
De kruitfabriek niet een rijkseigendom, maar toe-
behoorende aan den hr. J,J. Bredins van Amsterdam—