No. 150. 1883. FEUILLETON. In Noodweêr. Uitgever: L. .T. VEEEMAN ITensrlen. VOOR Dit blad verschijnt eiken WOENSDAG en ZATERDAG. Abonnementsprijs: per 3 maanden f 1.Franco per post zonder prijs- verhooging. Advertentiën 16 regels 60 ct. Elke regel meer 10 ct. Groote lettess naar plaatsruimte. Adverteutiën worden ingewacht tot Maandag- en Donderdagavond 10 uur. Ingezonden stukken tot Maandag- en Donderdagavond 8 uur. //In den winter van 1845 reden wij niet Paschen nog op schaatsen, in den winter van 18 was de Zuiderzee zóóver bevro ren, in een anderen winter reed men twee maanden lang met paard en wagen over de rivieren en over het IJ", zoo hoort men door oude menschen telkens praten, of het wordt ons bij wijze van merkwaardigheid in de nieuwsbladen medegedeeld en als het jongere geslacht dat hoort en leest, dan komt er wel eens een zucht uit de borst en de ge dachte rijst op: //Mocht dat nog eens zoo zijn. Brengt ons de winter tegenwoordig al eens een week achter elkander ijs, dan is het al mooi, dan zijn wij tevredenhebben wij eene maand lang achtereen gelegenheid tot schaatsenrijden, dan beginnen wij aan een wonder te gelooven. De klachten zijn niet vreemd en zij komen voor in alle tij den. De buitengewoon strenge winters zijn uitzonderingen, maar de geschiedenis spreekt herhaalde malen van verscheidene achter eenvolgende jaren, dat er in sommige stre ken bijna geene koude was. Wij zeggen met opzet in sommige strekenwant al heb ben wij hier zoo goed als geen ijs gehad, op andere plaatsen des te meer. Zelfs het noorden van ons land heeft zijn aandeel nog betrekkelijk ruim gehad. Maar zoo spoedig wij den blik slaan naar andere lan den in Europa zoowel als in Amerika, dan is er overal vorst en sneeuw in overvloed geweest. Een éénigy ten minste zeer zeld zaam verschijnsel heeft men voor een veer tien dagen in Amerika waar genomen. De Canadasche meeren waren daar zooals eiken winter met een dikken ijsvloer bedekt. Nu is de zuidenwind met grooto kracht inge treden en de ijsmassa's van het Eriemeer braken en schoven met den stroom voort naar het Ontariomeer. Daar moesten zij den Niagarawaterval af. Daar deed de dooiwind zijne kracht nog niet gevoelen en de ijs- schotsen tuimelden in den afgrond, maar kwamen op het vaste ijsdek zelf terecht, stapelden zich daar opeen, liet water over goot ze en werd door de vorst als het ware het cement, dat het geheel samenhang gaf en zoo vormde het eene kolossalen brug over den St. Laurens, een brug, die de beide oevers verbond. Het tooneel moet ont zaggelijk en grootsch geweest zijn en dage lijks kwamen spoortreinen met tallooze toe schouwers aan om het wonder gade te slaan. Smokkelaars maakten gebruik van de brug, die de groote bouwmeester over de rivier heeft geslagen, om hiin winstgevend bedrijf nog voordeeliger te maken. De rivier na melijk die de brug overwelfde, scheidt het gebied der Vereenigde Staten van Engelsch- Amerika. Deed daar dus de wintervorst zijnen scep ter gevoelen, ook in het oosten van ons werelddeel, in Rusland, laat hij zich niet onbetuigd. Trouwens voor dat land is een zachte winter een ramp. Juist in den win ter, als het sneeuwkleed alles bedekt, be staat in dat groote rijk de eenige gelegen heid tot reizen, daar de zeer primitieve wegen dan begaan- en berijdbaar zijn, maar vooral namelijk voor het Russische voertuig bij uitnemendheid, voor de slede geschikt zijn. De visch, die in de groote rivieren ge vangen wordt, kan dan overal heen verzonden worden, en blijft door de koude goed. Een zachte winter daarentegen verbreekt de ge meenschap tusschen de verschillende plaatsen, en doet de levensmiddelen bederven. Zoo'n winter voert dan ook menigmaal aldaar in zijn gevolgbesmettelijke ziekten en groote sterfte. Dat de koude en het ijs uitmuntend ge schikt zijn om vele zaken voor bederf te be waren, ziet men aan de mammouths, de voor wereldlijke olifanten, wier reusachtige licha men eeuwen lang ongeschonden in het ijs van Siberië zijn bewaard gebleven. De koopmansgeest heeft zich die eigen schap van het ijs te nutte gemaakt. Welke ontzaggelijke massa's vleesch, tusschen ijs blokken in het ruim van schepen verpakt, heeft zij niet in de laatste jaren uit Amerika op de Engelsche markten gebracht. Als de arbeiders in Europa zich nog eens aan een stuk vleesch mogen vergasten, zullen zij het waarschijnlijk te danken hebben aan het ijs, dat de buitengewone overvloed van vleesch in Amerika aan het verbruik in de oude we reld ten goede zal doen komen. Ook in het dagelijksch leven wordt partij getrokken van het ijs. Reeds worden er ijskasten in den handel gebracht, die ons in staat zullen stellen in de warmste zomerdagen, melk, vleesch en andere levensmiddelen van dien aard, voor wei nig kosten versch en frisch te houdenonze banketbakkers zouden het zonder het ijs niet meer kunnen stellen. Hoevele lijders aan hersenontsteking, hoevele gewonden hebben hun behoud niet aan het doelmatig gebruik van ijs te danken. Als verbruikers van ijs komen in de eerste plaats bierbrouwers in aanmerking. In de groote plaatsen van ons land verdringt langzamerhand het Beiersch bier alle andere bieren. Het laatste is pittiger en duurzamer dan de andere, en deze eigenschap dankt het hoofdzakelijk aan het ijs. Door het ijs is het mogelijk de gistende vloeistof op een zeer lagen warmtegraad te houden. De ont wikkeling van ziektekiemen wordt tegenge gaan. Algemeen rekent men op een Hec toliter bier een verbruik van honderd kilo grammen ijs. De bierbrouwer Dreher te Weenen, een van de grootste producenten, gebruikt jaarlijks niet minder dan 45,000,000 kilogrammen ijs. In ijs verpakt, kan visch, op onze kusten aangebracht, in verschen toestand te Keu len aan de markt worden gebracht. Het is zelfs mogelijk, en het gebeurt ook, dat men visch voor onbepaalden tijd in de ijskelders bewaart, om ze aan de markt te brengen als de vangst schaars is. Het ijs, in noordelijke streken en op de hooge bergtoppen gevormd, wordt overal heengevoerd. Van de Gletschers van het Grindelwald (Zwitserland), wordt het in wit geverfde wagens in groote hoeveelheden naar beneden gebracht. De warme streken ontvangen ijs uit de bovengenoemde Kana- dasche meeren. Daar wordt het ijs, als het eene dikte van anderhalven decimeter heeft, in groote vierkante stukken gezaagd en per spoortrein naar de havenplaatsen vervoerd. Van daar gaat het in stroo verpakt op schepen tot zelfs over den evenaar. Amerika voert op deze wijze jaarlijks gemiddeld niet minder dan 300,000,000 kilogrammen ijs uit naar het buitenland, waardoor aan vele duizenden menschen een bestaan wordt verschaft. In Noorwegen heeft men in den vorigen zomer eene ijsgrot ontdekt, die een onuitputtelijken voorraad schijnt te bezitten en ook reeds op groote schaal geëxploi teerd wordt. De bewoners van Indië weten zich in hun heet klimaat ook nog natuurijs te ver schaffen, en de wijze waarop zij dit doen is zeer eenvoudig en tegelijk zeer praktisch. In Bengalen geschiedt het op de volgende wijze Een effen veld, word in rechthoekige bedden verdeeld. Deze bedden worden tot op eene diepte van een halven meter uit gegraven en met rijststroo gevuld. Op dat stroo worden des avonds schalen van onver- glaasd aardewerk geplaatst, op elk bed dik wijls eene hoeveelheid van 5000, waarin E. V E L Y. 16) -oo- Zij wees met den trots eencr vorstin op een stuk muziek. Detlev sloeg de eerste accoorden aan, speelde de introductie, en krachtig, jubelend hief Meta aan ►llij is gekomen in storm en regen, Hij heeft mijn hart ten prijs verkregen doch toen bleef zij stekenen plotseling zweeg zij stil. »Yan avond kan ik niet verder zingen, wij zul len nu maar ophouden, niet waar, mijnheer von Brink Te gelijker tijd was echter ook de oude Nanne Grütes van haar stoel opgesprongen en hield ze hare beide handen ver van zich af, alsof zij een spooksel wilde verjagen. «Broêr Daniël! had ik het niet gedacht!* kreunde zij verschrikt. Een oogenblik stond de chef van het handelshuis Dornedden A Co. stokstijf in de open zaaldeurdaarna plaatste hij zich met een paar stappen voor de jonge vrouw. «Eene Dornedden heeft, zoover ik weet, nog nooit komedie gespeeld voor de menschensprak hij op zijn gewonen, ijskouden toon. «Nanne, laat die deuren eens dicht doen!* Meta's lieftallig gezichtje was bleek gewordenhet scheen dat een koortsige huivering haar bevangen had. «De heer von Brink, Hendriks vriend de heer Daniël Dornedden, mijn schoonvader,* sprak zij, de heeren aan elkaar voorstellend. A Is die menschen daar nog niet beengaan, moet Christiaan ze wegjagenvervolgde de heer Dorned den, zich nogmaals tot Nanne wendend, wier bevende handen eindelijk de deuren gesloten hadden. «Mijnheer von Brink, ik heb het genoegen gehad, mijn zoon van u te hooren spreken. Eerste tijding van Hendrikbij die woorden stelde hij Meta een dépêche ter hand. Zij wierp hem een vragenden blik toereeds sedert den namiddag bevond hij zich op het eiland en nu eerst achtte hij 't het geschikte tijdstip om haar over Hendrik te komen spreken. Terwijl zij het tele gram openvouwde, beefden hare handen daarna werd zij beurtelings bleek en rood. Zij las woorden, die zij niet verwacht had. Vragen over zakenmededeelingen aan het handelshuis; en eindelijk, het laatste van alles, een groet aan haar. Ik dank u, mijnheer Dornedden,sprak zij, ter wijl zij zorgvuldig het papier weder dichtvouwde, ik dank u voor uwe goedheid en begrijp volkomen, dat u het niet noodig oordeeldet, mij van dit nieuws vroeger kennis te geven.» Dat was het ook werkelijk niet,merkte de aan gesprokene op, «het loopt toch meerendeels over za ken, maar omdat ik toch ook over zaken hier moest wezen.... Nanne, doe toch dat raain dichtde lucht die nu binnenkomt is zeer vochtig en ik heb tegenwoordig veel hinder van rhumatiek,» wendde hij zich ter verontschuldiging tot Detlev. «Het verblijf hier op het eiland was mij nooit aangenaam en tot dusver ben ik er dan ook nimmer langer dan 2-4 uur gebleven. «Wanneer verwacht ge mijn vriend terug?* vroeg von Brink, voor wien het geheele tooneel vrij pijnlijk begon te worden. De heer Dornedden trok zijne magere schouders op. »Als de zaken verder zóó blijven loopen, kan hij mis schien langer worden opgehouden dan wij aanvanke lijk gedacht hebben. «Ach, beste mevrouw, dat is ook geen aangename tijding voor usprak de bezoeker tot de jonge vrouw, die schier wezenloos op haar stoel zat. Zij sloeg even de oogen op en antwoordde dof en onverschillig «Als de zaken het vorderen....waarna zij zweeg, zonder den zin te voltooien. De oude heer Dornedden sprak, bij wijze van protest, toen Detlev opstond «Toch nu niet reeds? Ach, dat zou mij spijten. Maar 't is waar, gij lijdt ook aan de naweeën van den oorlog, ja, de vaderlandsliefde heeft ook voor mijn zoon hare gevolgen gehad,die laatste woorden wer den met een zekere dubbelzinnigheid geuit. «Als ge u dan volstrekt niet laat weerhouden....* Detlev had nauwelijks tijd om Nanne Grütes een hand te geven en voor de jonge vrouw eene buiging te maken, zoozeer was hij verbijsterd door de koude beleefdheid van den heer Dornedden. Terwijl deze zijn bezoeker uitgele'de deed naar be neden, stond Nanne met een uitdrukking van ontroost bare verslagenheid op haar gelaat, midden in de kamer. «Hij is in zijn slechtsten luim,* jammerde zij. Meta hoorde het niet; zij zat roerloos voor zich uit te staren. De heer Dornedden moest den heer von Brink nog verder vergezeld hebben, want het duurde een gerui- men tijd eer hij terugkwam. Met de handen op den rug saamgevouwen, bleef hij dicht bij de jonge vrouw staan en zag haar uitvorschend aan, alsof hij verwachtte dat zij hem zou aanspreken. Daar dit echter niet ge schiedde, kuchte hij een paar maal en zeide; .'«Wat ik 'zoo even opmerkte, mevrouw Dornedden, moet ik herhalen. Eené Dornedden heeft nog nooit komedie gespeeld voor de menschen. Wat ik hier echter zag die verkwistende lichtstroom in dit huis, die menschen er om heen, en u luidkeels zingende, zoo dat men u noot voor noot hooren kon dat noem ik een komedie!* Meta luef het blonde hoofdje op en zag hein vast, bijna hoogmoedig triomfeëfend in zijn koude, grijze oogen. En vroeg zijen Weder die zachte kuchjes, «liet is natuurlijk mijn wensch, dat dergelijke dingen in het vervolg achter wege zullen blijven. Nanne Grütes drukte hare beide handen tegen haar angstig kloppend hart. Ja, broèr Daniël was in zijn slechtsten luim en wie hem dan durfde tegenstaan... en toch moest zij zich verwonderen; de blonde vrouw liet niet in het minst iets blijken dat naar vrees ge leek. Hare stern klonk kinderlijk en helder, als altijd, toen zij vroeg; «Noopt het belang uwer zaken u tot die verklaring, mijnheer Daniël Dornedden?» De plooien om zijn mond trokken zich te samen. «Al mijn belangen staan met mijn zaken in ver band en zijn daarmede somtijds onmiddellijk, som tijds meer van ter zijde vereenigd Als u het dan duidelijk hooren wilt...* hier bleef hij steken. Ik verzoek het usprak Meta terstond. (Wordt vervolgd.) DE Li LERWAABB NOVELLE VAN

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Nieuwsblad het land van Heusden en Altena de Langstraat en de Bommelerwaard | 1883 | | pagina 1