Zaterclaer 22 November Wat nieuws. FEUILLETON RAUDA* No. 328. Uitgever: L. J. VEERMAN Heusden. MlWÊ VOOR Dit blad verschijnt eiken WOENSDAG en ZATERDAG. Abonnementsprijs: per 3 maanden f 1.Franco per post zonder prijs- verbooging. Advertentiën 16 regels 60 ct. Elke regel meer 10 ct. Groote letters naar plaatsruimte. Adverteutiën worden ingewacht tot Maandag- en Donderdagavond 10 uur. Ingezonden stukken tot Maandag- en Donderdagavond 8 uur. In de dagen van ouds waren de ontdekkingen, die groote omkeeringen op het maatschappelijk gebied te weeg brachten, slechts weinig: het lijstje daarvan is spoedig opgemaakt. Eeuwen gingen voorbij dat alles in hetzelfde spoor bleefwel had men in de vorige eeuw voorgevoelens van stoom en electriciteit, maar zij, die er over spraken, werden voor dwazen aange zien en hun plannen voor hersenschimmig. Met het opheffen der gilden, of liever met het opheffen der beperkende wetten bij de gilden, nu ongeveer eene eeuw geleden, kwam daarin verandering, en nieuwe ontdekkingen volgden elkander in dichte drommen, steeds talrijker en ingrijpender. Kende men sedert de middeneeuwen als eenig ontploffingsmiddel het buskruit, in onze dagen vond men achtereenvolgens het schiet katoen, de nitro-glycerine en het dynamiet. Verbaasde men zich in den tijd van Huygens over zijne dwaze plannen om de modderwegen tusschen de verschillende plaatsen tot straatwegen te maken en kwam een der eerste van die wegen in ons land, tusschen den Haag en Scheveningen, eerst na veel aarzeling en na veel aanhouding tot stand, tegenwoordig kruisen de ijzeren spoorstaven het heele land en elke plaats van eenige be- teekenis maakt aanspraak op aansluiting met den ver bindingsweg. Zoo is het met vele zaken gegaan en de uitvindingen en verbeteringen volgen elkander zoo snel op, dat men er nauwelijks het oog op kan hou den. Vooral magnetismus en electriciteit spelen heden een groote rol en zij worden toegepast op zaken, waarvan de uitvinders zeker geen tlauw idéé gehad hebben. Electrische sieraden, als broches, spelden, horloge kettingen beginnen in de mode te komen. Zij zijn zeer sierlijk en bevatten een lampje dat slechts vier milli meter groot is en toch een verbazende lichtkrach* heeft. Het eenige inconvenient, er aan verbonden, is, dat men de elcctriseermachine in den zak moet dragen, liet ongerief is echter niet zoo groot, want de geheele machine weegt slechts een halve kilogram. Een inboorling van San Francisco in Amerika kwam op het denkbeeld de electriciteit te gebruiken tot het bereiden van boter. Door een vat met melk leidt hij een electrischen stroom zoo lang, tot dat de scheiding van de botcrdeelen en de vloeibare massa plaats vindt. De overoude wijze van boterbereiding wordt dus eene zware concurrentie aangedaan en hoewel wij niet ge- looven dat bij ons de nieuwigheid dadelijk zal worden ingevoerd, de Amerikaan heeft de koe dade lijk bij de horens gepakt en in verscheidene groote inrichtingen wordt de nieuwe manier reeds toegepast. Even oorspronkelijk heeft men bij het dichtmaken van sigarenkistjes het magnetismus te hulp geroepen. Aan een sterk gemagnetiseerden hamer kleeft de spijker vast en met een enkelen slag wordt hij in het hout ge dreven men heeft dan ook niet noodig den spijker vast te houden. Het geweer laden was het niet in dertien tem pos? Kom daar nu eens om. De Londenaar, Iliram Maxim, heeft het in de geweerfabrikatie zoo ver ge bracht dat de schutter zijn geweer maar eens tot schieten behoeft in orde te maken. Het verdere laden doet de stoot van het geweer bij het afschieten zelf. De stoot spant eene veer, die de gebruikte huls weg werpt, een nieuwe patroon in de plaats schuift en de opening hermetisch afsluit. Natuurlijk moeten de ge weren zoo gemaakt worden dat de kolf de patronen kan bergen. Daar deze geweren hoe langer hoe meer in gebruik komen, zoo is de tijd waarschijnlijk niet ver meer verwijderd dat de soldaat niets heeft te doen dan te mikken en de haan over te halen. Misschien is ook de tijd niet ver meer dat de menschen niet meer schrijven, maar drukken. In de Vereenigde Staten, waar men in die zaken altijd vooraanstaat, is men te dezen opzichte reeds zoo ver gekomen dat op verscheidene scholen onderwijs gegeven wordt in het behandelen der schrijfmachine. In Europa heeft deze machine nog geen noemens- waardigen ingang gevonden, maar het kan er even goed mee gaan als met de naaimachines, die dertig jaren geleden voor eene dwaasheid werden aangezien en die nu toch overal het burgerrecht hebben ver kregen. In Berlijn is ten minste reeds eene verbeterde schrijfmachine uitgevonden, die gemakkelijker te han- teeren en goedkooper is. liet schrijven geschiedt daar mede zoodanig, dat men een wijzer op een cirkel heen en weer beweegt. Op dezen cirkel staan de letters en andere schriftteekens. Pas hebben wij gehoord van nieuwe zeestoombooten, die de reizen van Amerika naar Europa in hoogstens zes dagen zullen doen. Zullen doen zeggen wij, want de booten zijn tot heden toe nog niet in de vaart. Toch had men het dit jaar al tot eene vrij groote snelheid gebracht. Van Queenstown in Ierland tot Nieuw-York heeft men het reeds gedaan in 0 dagen en 9 uren. De vroegere kortste reizen hadden minstens 7 dagen geduurd. Maar zes dagen acht men nog veel te lang. De zeeziekte heeft dan nog veel te veel tijd om hare slachtoffers te maken. Daarom heeft de heer Dicku te Leeds in het midden van Engeland nog een ander plan. Hij wil bouwen een Aqua-aeriul, een schip dat niet door de golven maar over de golven gaat. Zijn denkbeeld herinnert aan het stoomschip van Pidet te Geneve. Het moet een schip worden, dat bij toenemende snelheid zich altijd meer boven het water verheft en eindelijk de watervlakte alleen van voren nog maar aanraakt. Zoover ons bekend is, ver krijgt hij dat rijzen door een splinternieuw middel. Het vaartuig moet zoo gebouwd worden, dat er op het dek vier windvangers staan, die onder den romp uitkomen. Er moet dus een luchtlaag schuiven tus schen den romp en het water. Deze luchtlaag helpt dan het schip dragen. Met zoo'n inrichting hoopt hij met zijn schip de snelheid der zoogenaamde bliksem- treinen te verkrijgen. In zes dagen zou zijn schip d« reis heen en weer over den Atlantischen oceaan doen. Het moet evenwel gezegd worden, dat het plan nog maar op het papier bestaat. Er is evenwel zooveel mogelijk geworden in de laatste jaren dat een kwart eeuw geleden iedereen ongerijmd en onmogelijk toe scheen, dat het best zijn kan, dat zijn plan ver wezenlijkt wordt. Een Fransch doctor, Auvard, die aan het hoofd staat van een kinderhospitaal, heeft sedert eenige jaren een inrichting in het leven geroepen ten behoeve van zwakke kinderen, welke inrichting wel wat van eene broeikas heeft. Hij wilde de zwakke zuigelingen tegen de snelle tcmperatuursverwisselingen beschermen. Een Engelschman, /Iearson, heeft deze inrichting aanzien lijk verbeterd en de warmtegeleiding zoodanig geregeld, dat zij zelfwerkend is en de te groote of te geringe warmte wordt door eene electrische klok onmiddelijk verklapt. Hij heeft er ook een geleerde naam voor verzonnen en noemt zijne inrichting Thermostatic nurse. De inrichting moet een zeer heilzamen invloed hebben. Zoo is er op ieder gebied vooruitgang en hetgeen de geleerde in zijn binnenkamer overpeinst en berekent, wordt door den praktikus in beoefening gebracht en komt aan de menschheid in het algemeen ten goede. Sommige dingen blijken hersenschimmen te zijn, zooals de nasporingen naar den steen der wijzen, maar de uitkomsten zijn toch van groot nut geweest. De ont dekking der lucifers heeft er haar ontstaan aan te danken. Zoo gaf het raderstoomluchtschip aanleiding tot de geboorte van het stoomschip. Daarom moeten wij ook niet met een minachtend schouderophalen voorbijgaan, wat ons in den beginne als raadselachtig of dwaas voorkomt, want datgene wat werkelijk nut sticht, komt niet volmaakt ter wereld, maar moet dikwijls verschillende graden van ontwikkeling door- loopen, eer het voor ons bruikbaar is. Novelette uit den cholera-tijd in Egypte, C. L. v. BALEN Jr. 3) Slot. De oude sidderde, en verborg zijn gelaat in de handentoen zonk hij bij het bed en weende. Uit den anderen hoek der kamer beantwoordde Ilauda's snikken het zijne. Ik zette mij bij den kranke neer en diende hem een verhittenden drank toe, maar hij scheen onmach tig het geneesmiddel in te nemende vreeselijkc krisis was gekomen. »'t Is te laat,» prevelde ik bijna onhoorbaar; doch hoe zacht ik ook sprak, het oor van den vader had mijne woorden opgevangen. Met een wilden ruk sprong hij overeind en staarde mij in vreeselijke ontzetting aan. »Te laat? te laat?» kreet hij en duwde mij ter zijde. Tegelijkertijd gleed er een schaduw langs mij heen, en voor ik nog tijd had om tot mij zei ven te komen, zag ik hoe de bleeke Rauda naar de deur trad en haar opende. Zij was barrevoets en alleen door een licht kleedje tegen de koude nachtlucht beschermd. Ik sidderde. »Kan uw dokter ook niet meer helpen vroeg de wanhopige vader en keek mij aan, alsof zijne zaligheid van mijn antwoord afhing. Ik schudde het hoofd en het was mij of ik den vader een dolksteek in het hart toebracht. Hij uitte een verschrikkelijken kreet en zonk machteloos aan het voeteneind van het rustbed neer, krampachtig de vuisten gebald en snikkend als een kind. Ik ijlde intusschen naar de deur ea blikte in den don keren nacht naar buiten. Geen licht blonk er in de nauwe straatalleen een verwijderd eentonig geluid, dat langzaam naderde, verbrak de stilte. Het kwam naderbij, ik onderscheidde menschelijke stemmen in de naburige straat. Op eens straalde het licht van een drietal fakkels op de witte gebouwen, en sloeg een lijkstoet den hoek der straat om. Zes langhal- zige kameelen spoedden zich achter elkander in regel- matigen tred voortelk van hen droeg twee naakte lichamen. Onhoorbaar schier, als spookgestalten, togen ze mij voorbijaileen het prevelend geneurie van de lijkzangers verbrak de stilte. Ik wendde het oog van dit schriktooneel af en tuurde de straat langs, die verlicht werd door het ros achtig toortslicht. In de verte zag ik een kleine ge daante in het wil gehuld voortsluipen plotseling ver dween zij in een steeg, en ik begreep dat het on mogelijk was haar in dien doolhof van stegen en straten te volgen. Wat voerde haar in den donkeren nacht door de stille straten, waar verschrikkingen van allerlei aard haar wachten Droevig gestemd keerde ik in het vertrek terug, waar de vader nog altijd troosteloos neerlag. In middels was de zieke een weinig rustiger geworden; een flauwe straal van hoop lichtte in mijne ziel. Ik beproefde opnieuw, den knaap het genees middel te doen slikken, en werkelijk gelukte het ditmaal. Nog eene gelijke dosis nam hij zonder moeite in, maar zijn geest scheen ais geweken Met het horloge in de hand volgde ik de uitwerkselen alle hoop scheen verdwenen. Youssouf-ibn-Ahined,« sprak ik tot den vader, »uw zoon leeft nog; ik had mij vergist, want ik ben geen geneesheernog is er hoop. De ongelukkige zag mij verbijsterd aan, als begreep hij mijne woorden niet; toen sprong hij, als door een electrieken schok beroerd, overeind en vroeg haastig: »Wat moet er gedaan worden, lieer? Zal ik den dokter der Franken roepen?» In kalme oogenbükkcn zou hij deze woorden niet hebben uit gesproken, zonder de oogen beschaamd neer te slaan nu echter was de wanhoop sterker dan de schaamte; ik echter dankte in stilte den hemel. »Youssouf-ibn-Ahmed,« sprak ik. Gij wordt laat wijs. Ga bid God, dat het nog niet te laat zij. Haast u!« Hij sprong op en vloog naar de deurde koude nachtwind drong naar binnendaar buiten klonken stemmen en een haastige tred. Nog vóór Youssouf den tijd had om naar buiten te treden, drong eene kleine gestalte naar binnen, gevolgd door een vreemdeling in Europeesch gewaad. Dokter Wietzelbach riep ik verbaasd uit en reikte hem de hand. Hier, Youssouf, blijf bij uwen zoon; deze heer is de Duitsche geneesheer». »Ik heb hem gehaald,» klonk op eens de stem van Rauda, en eerst nu begrepen we het doel van haar heldhaftig gedrag. De vader zelf was verstomd; schaamte vervulde den hartvochtigen man en voerde een geweldigen strijd met de trots. Op eens echter boog hij zich over het kind heen en drukte haar aan zijn hart. «Vader, vader, lieve vader!» snikte de kleine en klemde zich vast aan zijn borst, zal nu Abdallah beter worden en weer met mij spelen?» De vader drukte haar vast in de armen en stamelde doorzijn tranen heen: «Allah had zijn knecht met blindheid geslagen. Moet Abdallah sterven, Gods wil geschiede, maar ik heb een kind weergevonden.» De geneesheer maakte het meisje met zachte woorden uit de armen des ouden los. «Wees voor zichtig,» waarschuwde hij, «liet kind is nog niet geheel hersteld, de tocht door den kouden nacht kan haar weer doen instorten; laat haar met rust.» Youssouf kuste de kleine nogmaals en legde haar met teedere woorden op haar rustbed neer. Dokier Wietzelbach boog zich intusschen over den patiënt heen. Zal Abdallah herstellen, heer vroeg Youssoir. «Het is in Gods hand,» antwoordde de gen er- heer, «doch alle hoop is nog niet voorbij.» Youssoufs gelaat helderde op; hij sloeg beurtelings gelukkige blikken op Rauda en Abdallah; toen zette hij zich tusschen hen in en z^'eeg. De dokter mengde zijne artsenij en diende ze den kranke toe. Daar drong de eerste morgenschemering in het vertrek door en tintelde met purperen stralen op de beide bleeke kinderen en den lijdzaam afwachtenden vader. De nieuwe dag riep mij wegmijne koffers had ik reeds voor eenige dagen gepaktdezen dag zou het schip vertrekken, waarmede ik het onzalige land voor eenigen tijd zou ontvlieden, om tegelijkertijd mijne betrekkingen in Europa te bezoeken. Youssouf-ibn-Ahmed,« sprak ik, den Muzelman de hand reikend, «ik vertrek heden naar het land mijner geboorte. Moge Allah u blijdschap schenken en het leven uwer kinderen redden.» «Dat Allah u zegene,» antwoordde hij bewogen, «vele Christenen zijn slecht, maar u zegene God. Ik heb mijn dochter weergevonden; de Hakhim der Franken is wijs; wellicht wendt de profeet door zijne handen het Kismet af.» ■Cc -itt B DOOR

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Nieuwsblad het land van Heusden en Altena de Langstraat en de Bommelerwaard | 1884 | | pagina 1